Vooruit: socialistisch dagblad

1351 0
29 september 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 29 September. Vooruit: socialistisch dagblad. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/sn00z72877/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

VOORUIT Qrgaan der Befyische Werkliedenpartij\ — YerSchjjnende a/k dagen. il. - ■ Drukster-Ultgcefste» jasi; Maatschappij H ET LICHT bestuurder s c\ DE VISCH. Lcdeberg-Gent im . . REDACTSE . . ADMSNÎSTRATJE fîOOGPOQRT, 29. GENT ABONNEMENTSPRIJS BEUOIE f>rle tnsanden. * • « , »r. X2S Le» maandeo • . . . . fr. 6 50 Een jaar ....... fr. 12.50 Mso abonneert rich op aile postbureelea DEN VREEMDE Drie meanden (dage4(J35k verzonden). . . . . . fr. Stemmen uit Luik 18 September. De barometer, gisteren, toen ik, na j acht dagen afwezigheid, mijn biblio-theek binnenkwam, nog beslist op veran-derlijk gebied, met erg broeierige drukke I warmte buiten, heeft zich heden, juist vier strepen lager teruggetrokken, bin-nen het gebied van regen of wind. Aan zoo'n nietig wijzertje, waarvan de ziel enkel een veer is, kan de grootste geleer-I de geen haartje breed verandering toe-orengen. Het staat zooals veel onder den [ steeds bezielden invloed van de krachten I boven ons, waaraan we moeten gehoorza-I men met ailes wat als leven ons omgeeft. I Mijn dorpsbuurman, « de scheper van ! Tjanes », reeds lang' zaliger of ver-I doemd, een oergezond wijsgeer nochtans, I begreep alzoo de dingen met. Zijn kast-| horloge speelde reeds weken misdadig I de beest. Hij had er aan en erin ge-I schroefd, geduwd, gestooten, geregeld, I getrokken op en neer. — Niets te (^oen, gromde hij. Gisteren I kwam ik thuis. Mijn schapen waren bin- nen. De prij ging nog niet. 'k Nam den I bezem en met één zwaai keerde ik ze van I den muur. Nooit he'o ik ze beter zien I ^ Nu, die schaapherder was noch lo-I gisch noch praktisch. Dit kan ik bewijzen I enkel met te zeggen wat hij ons opsolfe-ren wou, in onzen kwajongenstijd, toen I we met zijn schup mochten kluiten steken I en werpen om 't verst, en de knapsten I onder ons een lam of een ooi mochten pakken den linker achterpoot in den schuphaak. Ik vertel één ui. — Jongen, 'k had eens een hond, Bchoon, jongen, als een beeld en haar als I eeschilderd. 'k Had hem afgericht op de I lammeren en op de schapen. Hij beet I geen. Hij blafte met betoning en had uit- ■ drukking in zijn stem, zoodat de moed- I willigste koppen hem verstonden. Nee, I jongen, hij beet nooit, hoor. Hij stiet de I itouterikken met zi'in snuit aan. Zoo met I eens kreeg hij den duivel in den nek. Ze- I keren dag had ik hem reeds driemaal I eeroepen. Hij kwam niet en maakte mij I ooos. k Wierp hem een kei toe, recht zijn I bakkes in. Hij roerde enkel om zich van I me af te keeren. 'k Neem weer een kei, I jongen, god vergeef me, 'k werp hem I zijn gat in. Jongen, zoo waar ik leef, de I keien ketsten vuur en mijn hond ver- ■ brandde op de plek. Onze koster had al een levensopvat- I ting in denzelfden aard. Zijn leutigheid I in zeggen en doen had hij zelfs in zijn I iongste oude dagen niet verloren, toen I hij reeds jaren de gewoonte had gekre- [ gen, immer bij neerzitten en opstaan, I luide : aai, aai, waai ! te schreeuwen, — I al lachende. Eens, in den oogst... Wij, I misdieners, waren graag in den oogst. I Dan ging de koster, eyen na de mis te I hebben voorbereid, naar huis en de oud- I ste misdiener, twee jaar lang uw dienaar, I asjeblief, moest na de mis ruimen. Een I buitenkansje... Hoe dat? Er bleef tel- I kens wat wijn in de ampulle, die de mis- I diener in de rechterhand houdt. De kos- I ter zei wel met klem : « Opgepast, giet I de wijn in het gootje, waarlangs hij op I de gewijde herkhofaarde valt », doch de I misdiener zei niets, zelfs niet tegen zijn I gezellen, die wel wisten wat hij deed en I ook dat ze later net hetzelfde zouden I doen, en goot den wijn door zijn keel- I gat... Wijn..., veertig jaar geleden, in I een kwajongenskeel, op een boerendorp! .Eens, in den oogst, werd de koster I ïiek. Een volksapotheker uit de stad, | too'n praktisch mensch, door al de artsen verdoemd, omdat hij middeltjes geeft, I Œ geneest zonder hun voorschriften, gaf I hem een flesch. — Waai! waai! waai! zei de koster I ons honderdmaal, 's morgens, v66r de I ®is in de sakristij, 't was onderwege zoo heet dat de kraaien gaapten. Ik kreeg | dorst, dat mijn keel schor werd. Ik dronk I heele flesch leeg en was nog niet ge-I nezen. I Onpraktische lui, die schaper en die I Poster. Ze weten zich niet te schikken | na.ar de omstandigheden, terwijl veel minder bewuste wezens, mijn barometer I ® de misdiener, uw dienaar, asjeblief, meevaren met den tijd, als een minne-spelend paartje op een avondtochtje in wateren van Venetië, — v66r den I oorlog. . * * * I 1! ^u'ten ^cze twee soorten zijn er geza-I ^ e wezens> die aan aile onheil ont-I koaPPen' In de eerste oorlogsdagen I Vir m^n. buurvrouw, zes gelijk- I dp mpe a"^cn pijpen van gelijke waar-esteld nu dat hygiënisçh rpoken mogelijk is, handelt zoo elk rooker, die i achter huis net, hygiënisch en spaarzaam rooken wil. Ik legde die zes pijpen orde-lijk op het keukenschouwberd, opdat elke stiptelijk ,op tijd aan de beurt zou [ komen, om te worden volgestopt en leeg-gepaft.j Thans is dit zoo lang geleden als de I oogenblik voorbij is, waarop, in den ves-tinggordel van Luik, het eerste schot tôt 's lands verdediging uit onze kanonnen , bulderde, meer dan één jaar. Een verras-, sende ervaring heb ik opgedaan. Terwijl reeds den eersten dag een mijner splin-ternieuwe pijpen brak, de duivel weet j door welke voorzichtigheid, kon ik een andere in 't leven houden, totdat ze half doorgerookt was, kon ik er drie andere ' zwart als kool krijgen, eer ze verongeluk-, ten. Geen enkele had bij haar dood de minste keep in haar mondstuk, waaruit ik wel moest opmaken, dat ze voldoende waren gehard om aile wederwaardighe-, den van een pijpenleven weerstand te bie-den. De zesde, waaruit ik rook, terwijl ik ! haar wondertaai bestaan kond maak aan , een deel van de wereld, heeft thans meer dan een jaar dienst. Ze wou nimmer mooi doorrooken, doch terwijl jonger nieuwe ook reeds lang in den niet zijn, , doet zij nog immer bereidwillig en best dienst en heeft een keep zoo diep, dat haar mondstuk misschien eerlang in die versletenheid doorbreken zal. Welk is de oorzaak van dit lang en ! taai bestaan? Ik weet het niet, doch gis , dat ze stellig het leven, zooals het voor-komt met zijn gemak en zijn ongemak, met zijn vreugd en zijn smart, heeft aan-gepast Vermits haar hard belichaamde . gezellinnen in den levensstrijd zijn be-zweken, mag men wel veronderstellen dat haar weekheid de hoofdzonde der koppigheid en der halsstarrigheid nooit heeft gekend en dat ze zich tôt heden toe 1 naar de omstandigheden heeft weten te schikken om zoo lang in 't leven te blij-ven.# * # Als zij zijn er thans in Europa millioe-1 nen menschen van aile slag. Onze solda-1 ten, voor zoo ver we dit kunnen opmaken uit dé slachterijen op de vechtlijn, uit 1 hun leven in de loopgraven, waar ze dan-sen en zingen, waar men dagbladen op-stelt, drukt, uitdeelt, leest,waar men ver-telseltjes dicht, heldendaden verricht en wonderen van taaiheid bedrijft, onze sol-daten, die meenden een speelreisje te doen en thans reeds veertien maanden aan den meest ontzettend treurigen ar-beid staan, hebben zich op een onbegrij-pelijke wijze naar de nieuwe omstandigheden weten te schikken. Er zijn er bij legioenen onder hen, die daar bestaan, alsof de vreeselijkste teistering, die ooit de menschheid trof, hun leven lang moest duren. Verleden jaar, il September, deden we voor de eerste maal een uitstapje bin-nen onzen vestinggordel, waarin toen reeds duizenden jongelingen waren ver-nietigd. Te Seraing stonden stratem vol werkvolk, als drommen, gedachteloos en schijnbaar zonder eenig menschelijk ge-voel. Zonder werk en zonder loon, ook zonder brood, moesten ze door de open-bare machten worden gespijsd. Hoe zouden ze den winter doorkrijgen? Er was nog wel vleesch in de graslanden op de hoogte, waar onderwijzers met verlof het vee hoedden, door het belgisch leger achtergelaten, doch wat zijn honderden beesten voor duizenden menschen? Ja, dacht men, vôôr den winter is de oorlog uit en zijn weer de groote ijzerwerkhuizen van het Luiksche bekken aan harden ar-beid bezig levensvoorraad te winnen. De winter kwam en ging voorbij. De oorlog bleek nog niet gansch begonnen... Thans staat een nieuwe winter voor de deur. De stad Luik alleen moet dagelijks zestig duizend menschen kosteloos voe-den. De oorlog is beslist nog niet tôt zijn hoogtepunt gekomen. Overmachtige vol-keren, tôt heden toe kalm, spreken drei-gend. Er kan nog geen eind komen ; 't schijnt dat de aanvang nog steeds voortduurt. Ondanks ailes zijn die hon-derdduizenden gelaten en rustig als ge-weide lammeren. Geen stem van opstand walkt op uit hun midden. Wie verklaart dit anders dan door het feit dat ze zich den nieuwen toestand, de van te voren nooit gedroomde ellende, hebben weten aan te passen? 't Was een plotselijk, bliksemsnel aan-passen, wat onze luiksche stadsoverheid, met de socialisten aan het hoofd, heeft gedaan, de allereersten in 't land en in 4g .wjisiâi aa&ffliiilL den voedingsdienst en die inrichting ma ken tôt een voimaakte mekaniek, in staat om een bevolking van twee honderddui zend menschen te spijzen op een wijze, die, toen ze daad was geworden, nog fabelachtig scheen. Plots — wie verklaart dit toch? — sloegen we op een paar dagen, ten voile een der machtigste vertakkingen van het reeds zoo duizendvoudig uitgekreten droombeeld van het collectivisme in : de volksvoeding door de openbare machten Het geld was verdwenen, tôt zijn offi cieel papier toe, en vervangen door een voudige blaadjes papier, niets meer dan een ruilmiddel, dat enkel zijn bestaan kon volhouden door het wederzijdsch vertrouwen, bijzonder van lien, die be wustelooze leden van het collectivisme waren geworden. Let nu, hoe lijdzaam en gedwee, zich di- mooie pronkende burgerij dit collectivisme heeft aangepast. Onze scherpste vijanden, de uitnemend volledig gewa-pende burgerij, onze aristocratie, zij al-len, de advokaten en de wijsgeeren tegen ons, zij die nog niet eens voor onze da-den en ons ideaal een glimlachje van toe-geeflijkheid konden hebben, maar een grijnslach tegenover onze door hen ge-wàande onmacht, — zoo prachtig dadig was hun geloof, — staan nu te midden van een staatkundig ingericht socialisme, dat bij milliarden scheepston over den oceaan tôt ons is gekomen. Deze aanpas-sing is de wonderbaarste. Wat is tegenover haar het gering ge-tier en gekibbel van enkelvoudige menschjes, die een dagblad hekelen, omdat het verschijnt en zich aldus moet schikken naar den dwang van de tegen-woordige omstandigheden? Ze zouden nog harder huilen, zoo met eens al onze dagbladen werden geschorst of bepaald verdwenen. Wat is bij dit ailes het heesch gewraak van hen, die geen spier herlich-ten en zoovelen afkeuren, die zich door-eerlijk en onvermoeibaar roeren om de treurigheid van deze helledagen wat op te klaren door zon van hoop, door warm-te van liefde, door spel van geloof. Dit ijdel en boos werk van gewetenlooze zie-len is de arbeid van een schipbreukeling, zwalpend in 't oceaanwater en grijpend naar een rijsje tôt redding. De overzee-booten beheerschen de wateren. Ze zijn te ver om hem op te merken en stoomen on-verstoord naar de kust, waar de vaart eindigt en wuivende menschen op hen wachten. STEVEN BOERSEN i vrouwenstemrecht Wij hebben reeds gemeld hoe de vrouwen in Denemarken aan zekere uibreiding van stemrecht geraakt zijn en nu willen wij daarbij herinneren dat er, op den oogenblik dat de afschuwelijke wereldoorlog uit-brak, in verscheidene andere beschaafde landen eene steeds toenemende beweging aan gang was ten voordeele van het vrou-wenstemrecht of de uitbreiding ervan. Australië, Amerika, Engeland en de ucan-ddnavische laaden waren de eersten om het oor te leenen aan de klachten en de eischen van de overal zoogenaamde «suffragetten». Indien België, Frankrijk, Holland, Ita-lië, Zwitserland, Oostanrijk en Rusland zich op dit gebied door andere landen hebben laten voorloopen, dan wil dat geenszins be-duiden dat zij onverschillig gebleven zijn aan de klaohten en de eischen der «suffra-getten» en dat zij nog hoegenaamd niets gedaan hebben. De door Engeland op dit gebied gegeven voorbeelden zijn sprekend en het is der moeite waard er zich een oogenblik mee bezig te houden : Het «suffragisme» heeft in Engeland den fcop opgestoken in het jaar 1851. Tôt in 1861 bleef het eene om zoo te zeggen be-schouwende theorie, waarover veel gespro-ken werd door spotzieke schrijvelaars en de droomende gelijkmakers, die er ailes van verwachtten. Er moest eerst een Stuart-Mill Lomen die in het Parlement; openlijk optrad als verde-diger van het vrouwenstemrecht, gewapend met een petitionnement, waarop duizenden en duizenden vrouwen geteekend hadden ! In 1867 ging Stuart-Mill in de Kamer een nieuw petitionnement afgeven, waarna hij een wetsontwerp ten gunste van het vrouwenstemrecht neerlegde, dat, na lang-durige besprekingen 81 stemmen bekwam tegen 194. Sedert heeft het beginsel van het vrouwenstemrecht in Engeland heel wat weg af-gelegd, want de fransche schrijver Puisson, die ook kamerlid is, heeft in een onlangs verschenen werk bewezen dat de engel-sche vrouwen kiesrecht hebben : Sedert 1869 voor de municipale raden; Sedert 1870 voor de schoolbonden ; Sedert' 1875 voor de weldadigbeidsbu-reelcn ; JjéStt m> de Bteieiukfi .UII II \mm Sedert 1894 voor de parochieraden ; Sedert 1907 voor de provinciale graaf schapsraden. In 1908 gaven de engelsche statistieken als gekozen vrouwen op : 149 als armmeesteressen ; 148 als leden der districtsraden ; 8 als leden van de provinciale raden , In 1910 werd zekere miss Lee gckozeu als burgemeesteres van Oldham en weldra werden nog drie andere vrouwen tôt een der-gelijk ambt geroepen. Buisson zegt verder : In piaats van op deze lauweren te gaan rusten liebben de eugelsahe vrouwen sedert eene zoo krachtige propaganda g^maakt, Jat zij de kwestie van het vrouwenstemrecht voor aile andere op den voorgrond hebbe.i weten te schuiveu. In den laatsten tijd was de propaganda der londensche «suffragetten» eene zeer ge-weidige geworden en alien herinneren wij ons nog hoe zij ruiten insioegen, brand stichtten, de ministers mishandelden en zelfs het Parlement binnenùrongen omdat men geene rekening scheen te willen houden met hai'e klachten en iiare eisohen. Wat in Engeland eene eigenaardigheid van de steinreehtbewegmg voor de vrouwen geworden i&, dat is dat veel rijke vrouwen aan het hoofd staan, ailes aandurven en voor niets terugschrikken. De bijzonderste engslsche organisatie voor de propaganda is de YVomeus Soeiai aad PolUioiil Uuioii, die het jaar voor den oorlog 790,000 fr. aan inleggen ontving, 98 bezoldigde bedienden heeft, een bureel van 22 kamera houdt, vertakkingen heeft in de 15 grootste steden des lands en met min-der dan 20,000 vergaderingen organiseerde. Gedurende hetzelfde jaar werden 294 pro-pagandisten van de union in het gevang ge-zet, waarvan 110 tôt de « hongerstaking » overgingon en 36 gedureude zekaren tijd op gewelidige wijze kunstmatig in het leven moesten gehouden worden I Het liberaa! engelsch ministerie, zoo zegde het laatste verslag van de union, was zoo overtuigd dat er voor het vrouwenstemrecht in het Parlement eene meerderheid bestaat, dat het een ontwerp in dien zin niet op het tapijt dierf laten brengen omdat het wel wist dat •■het, door de vrouwen van het bewind zou gejaagd worden. Voor een paar jaren te Parijs verblijvend, zou de betreurde Charles Dilke, een over-tuigde verdediger van het vrouwenstemrecht, tôt een paar voorname mannen ge-zegd hebben: « De eisch van stemreoht voor de vrouwen zal bij ons zeker triomfeeren. Het is waar dat de eisch voor den oogenblik maar gesteld wondt door eene minderheid van uitstekende en verstandige vrouwen. Maar deze vrouwen hebben overtuiging en wils-kracht te koop en zij schrikken voor niets meer terug. BÎijven zij een paar jaren door-werkera zooals zij sedert g»ruimen tijd gedaan hebben, dan zullen zij spoedig de volksvrouw voor deze zaak gewonnen hebben — zoodat hare zaak de zaak van allen zal geworden zijn, eene heilige zaak, tegen dewelke geene macht op aarde bestand is 1 » ZEDELESSEN De oorlog, die de heele beschaafde wereld, tôt in zijn grondvesten schudden doet, die aan rampen en onheil op aile gebied, datgene zal veroorzaakt hebben, waarvan wij ons tôt nu toe slechts een beperkt ge-dacht kunnen vormen, zal voor al de klas-sen der samenleving, niet van zedelessen ontbloot zijn met 't oog op de latere gang de rsamenleving. Ailes wordt er door getroffen, geknakt, ter neer geworpen. Handel., nijverhedd, kunsten en wetenschappen, huisgfzinnen vaneen gerukt, weduwen en wezen gemaakt toekomsten gebroken, instellingen van allen aard in den grond geboord, ailes en iedereen worden geraakt, alleen den om-vang verschilt. Diegenen die het kapitalistisch regiem verdedigden, het militarisme, als een der zeven wonderen van de wereld aanzagen, worden door het oorlogsmonster, met de-zelfde razernij vertrappeld als diegenen, welke beide zaken met de meeste onstui-migheid bekampten en de uitroeiïng er van beoogden. Gedurende den oorlog, zijn we reeds meer dan eens in de gelegenheid gewee'st, tegen ov r rijke lieden, deze stelling te diskutee-ren, hen aan te toonen, dat de weeklachten der bezittende klas, nopens de gevolgen van den oorlog, veel te laat kwamen n daarbij ongepast waren, dat het systeem zelf, die ze verpersoonlijkten, met hand en tand ver dedigden, met al de voor hen daaraan vastzijnde voorrechten, den oorlog onver-mijdelijk maakten en w' hebben rteeds op-gemerkt, wanneer klassentrots hen dit niet belette, ze aarzelend moesten bekennen dat we gelijk hadden. In 't nauw, geraken die menschen heel en al, wanneer hen voorgehouden wordt, voor wat België betreft, dat 't juist diegene zijn, onder verschilliende levensbeschouwingen, die 't kapitalisme en militarisme vijandig zijn, die de slagvelden met hun bloed dren-ken, terwijl de bezittende klas, niet gaf w&t ze logiekerwijze zou moeten geven Lebben. De kxoine burgerij, de middenstand, die I i 99 pp 100 j&aal, tegenover h«t groletariaat, HRV. V'tttmUMMi- JUJM M i 1 ^w u. W.JVLM.'itKmir tegenover 't- socialisme stond, en meehenlde met de kapitalistische klas in bewondering stond, er op verlekkerd was om ook eens in 3 hun leven, dezelfde sport op de maatschap-pelijke ladder te bereiken, is ook ontgoo-cneld, over de gevolgen van haar optredeû als klas, en ziet den gezichteinder voor haar zoo zwart als eene inktflesch. s Ook zal de oorlog haar meer dan een ding geleerd hebben. De werkende klas, zal, niettegenstaande de huidige wereldbrand, met al zijne gevol-gen, de bevestiging is van 't rechtvaardige en gewettigde van haren strijd, ook nog i een en ander opgedaan hebben. t, Als w'er van gewaagden, dat heel het , Proletariaat een paar weken zou moeten staken, om van de regeering de politieke l gelijkheid af te dwingen, meenden velen, dat ze 't nooit zouden te boven geraakt zijn, i en de geleerde burgereconomisten, gingen aan 't cijferen, hoeveel verlies aan loon er j zou geweest zijn, wel zorg dragende niet uit ( te rekenen, wat de arbeiders er aan te wiû-i nen hadden. ; Ontstond ergens een economisch konflikt, tegen loonsvermindering of voor loonsver-hooging, een deel der betrokkenen, deela [ de onvereenigden, gingen schrikken en be-[ ven,bij het gedacht aan eenige weken strijd. t En nul 't Is reeds meer dan een jaar ge-i dwongen staking, zonder eenig doel of voor-deel, enkel en alleen, omdat de schede der > militairen, te eng scheen, en z'er eens de | degelijkheid wilden van beproeven ôp de L borsten van millioenen menschen. De arbeiders zullen deze les ook niet 1 laten ontsnappen, niet vergeten wat Ee te i verduren hadden, de opofferingen die ze zich nu moeten getroosten, zullen zij in mj.nderen omvang en duur, wel weten aan te wenden, om in de toekomst zich politiek en economisch vrij te vechten, want gedu-1 rende den oorlog zullen zij uitstekend vak- > onderwijs genoten hebben. 1 Het proletariaat heeft veel en erg te lij» den, 't is getroffen in zijn heiligste en 1 duurbaarste belangen, zijne anti-kapitalfs-i ; tische en anti-militaristische ideeën zullen eene reuzenvlucht nemeu, grenzen, gods-I diensten, dynastieën, niets ter wereld zal kunnen beletten, datgene op te ruimen, wat eene duurzame vrede met sabelgeklet-ter en kanongebron steeds bedreigt. Jos. Coote. Rond den Oorlog Oe vasi' 1812 Stephen Grabam schrijft uit Moskou een brief aan de «Times», waarin hij geeet en stemming van het Russisch» volk teekent. < Er ha.ngt — zoo begint hij — een clon-> kere wolk boven llusland. De groote ver-dedigende vestingen waarop het volk, zelfij na de ontruiming van Warschau,vertrouwde, zijn in handen van den vijand gevallen. De barrikaden en wallon van Polen zijn omvergeworpea en het werkelijke Rusland Ligt open, het groote heiligdom van de natie. Er is groot leed en verdriet in à» harten der menschen. Men bidt en offert. De vrouwen, die in het begin van den oorlog voor de treinen ïagen om het vertrek van hun beminden tegen te houden, bid-den nu hun gewonden terug te keeren, en zenden hun met hun jongeren, die nog niefc opgeroepen zijn, om hun land te dienen. Zij schreien, en toch zien zij door haar tra-nen heen met verhelderde, opgewonden ge-zichten voor zich uit en zeggen : « Ga, ga, mijn liefste ». » In de hospitalen en ambulances, waar vele duizenden gewonden liggen, neerscht dagelijksche spanning over het nieuws, en men vergeet zijn wonden uit verlangen om plotseling beter te worden en opnieuw naar het vr«eselijke front te trekken. » In de straten van steden en dorpen maken de nieuwe recruten, de novo-brantsi, muziek met harmonica's en balalaïkas en zinfen wilde liederen, den geheelen nacht door, zij verzamelen zich om de gebouwen, waar de gewonden liggen. En binnen in de hospitalen staren de bleeke soldaten met wijd geopende oogen naar de schaarsch verlichte zoldering en zijn in gepeinzen veir-diept.» Men spreekt van 1813 en van Napoléon en van de wapening van het volk. Eea oude patriot, dien ik te Rostof ontmoetto, zeide mij dat hij gereed was, om met hou-weelen en vorken uit te trekken. » De berichten van elk front worden met hartstochtelijke belangstelling elken dag thans gelezen en in sommige steden waar het ochtendblad te middernacht verschijnt, wachten de menschen om het te koopen, en het hoofd van het gezin leest al het nieuwa luid voor — uit Rusland, Frankrijk, Engeland, Italië, de Dardanellen — en de ove-rige leden van het gezin, meerendeels meia-jes, staren met vrees en gretigheid naar hem terwijl hij leest. » Onlangs spoorde ik van den Kaukasna na-' i Moskou, en langs den heelen weg dien wij aflegden, luisterden wij naar de kre-ten van kinderen, die ons van de oogstvel-den trachtea aan te roepen. Eerst kon ik niet uitmaken wat zij zeiden, maar einde-lijk varstond ik — Gazeta, gazeta ! Zij rie-pea om bladeg. Hatde Jqsggtsn 7l aar «> il. 271 Pnja per cummer : tooi België 3 centiomen, vooi den Vreamde 5 oontiemen TaSetoon t ÎSsdactâe 247 - Administrais® 2845 Woensdao 2v SEPTÊMBCH 1915

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Vooruit: socialistisch dagblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1884 tot 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes