Vooruit: socialistisch dagblad

1260 0
02 augustus 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 02 Augustus. Vooruit: socialistisch dagblad. Geraadpleegd op 24 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/g44hm54511/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

31. iaas1 ■■ 213 Prijs per nummsr : voor Bslgie 3 centiemon, vooi den V'reemde 5 centiemcn TeîleîooBî s Redaetle 247 - Adammistratie 2845 fondât; 2 Oogst 1314 Drufcster-U itteefster Sam: Maatschappij H ET UCHT . bestunrder » p, DE VISCH, Ledebcrg-Oen» . . REDACT1E . . ADMINISTRATIE fiOûGPOORT, 29. GENT J-T- - ;.-ij'.T<m-naanag»i^——w———— VOORUIT Orgaan der Bekisehe Werkliedenpaptjj. — Verschijnende allé dagen. -% ABONNEMENTSPRIJS BELQ1E Drie maanden. . . , , fr. 3.25 Zes maanden . . « . . fr. 6 50 Een jaar fr. 12.50 Men sbonneert zicti op aile postburtelea DEN VREEMD5 Drie maanden (dagelijka verjonden). b, 6.73 BHMtMaiMWÎIUMUl WJ—■—'I I II MB—gl| De moord op Jaurès De verschnkkelijke_ tijding van den moord op ons aller vriend en voorlichter Jan Jaurès, is ongelukkiglijk bevestigd. Het verlies is onherstelbaar. Wij moeten hier den lof van den grooten chef van het internationaal socialisme niet meer maken, hij is gekend. Ovcrigens men moet niet pleiten dat de diamant een glinsterend edelgesteente is, of dat de zon licht en warmte geeft, die hoedanigheden behooren tôt hunne natuur. Zoo ook v/as Jaurès groot door zich zelve en die grootheid was door iedereen gekend ook door zijne tegenstrevers, en zelfs in den vreemde. Daarom is het nutteloos zijnen lof te maken bij onze vrienden. De moordenaar zal natuurlijk geoor-dceld worden en geheel zeker streng. Naar de eerste berichten te oordeelen is de dader een soort van fanatieker bij wie cr misschien eene vijs losstaat,_ daar zijne moeder ook sedert vele jaren in een krankzinnigengesticht is opgesloten. Maar of de moordenaar als verant-woordelijk wordt aanzien en als zooda-nig gestraft, ofwel of men hem als ge-troffen in zijne hersenkas, als onverant-woordelijk beschouwt, iets is zeker, na-melijk dat hij den eenige plichtige niet is. De lafherti'ge dader is ieen symbool, een zinnebeeld. Hij is de vertegenwoordiger van die nationalistische bende die droomt van moord, van weerwraak en die van den oorlog haar levensdoel, haar ideaal heeft gemaakt. -D.igelijks hitst de nationalistische pers op, zij juicht het îeger toe, stookt den iliaat tegen den vreemde en onderhoudt den geest van revanche of van weer-M'raak.En het zijn de hevige karakters, de zwakste hersenen, die het ergst getrof-fc:i worden, door die dolzinnige moor-denaarspropaganda.De ware plichtigen zijn dus de voor-vechters van het nationalisme, die sedert jaren Frankrijk vergiftigen door hunne misdadige theoriën. M. René Viviani, iiet hoofd van het fransch ministerie heeft van zoogauw hij het afgrijselijk nieuws vernam eene of-ficieele proclamatie uitgevaardigd, den lof makend '.van Jaurès, !zijn lijk groe-tend en de bevolking tôt kalmte en koel-bloedigheid aansporend. Wij willen ons daar wel bij aansluiten. Maar den oproep tôt kalme bedaard-heid zou van meer kracht en waarde zijn, indien M. Viviani den os bij de horens vatte en maatregelen beloofde tôt het be-teugelen der nationalistische ophitsingen, die de oorzaak zijn van ailes. net moet met langer geuuiu wwuai dat de hand van bandieten of krankzin-nigen gewapend wordt tegen edele figu-ren gelijk Jaurès die eene ecr zijn voor hun land en eene illustratie voor de gan-sche menschheid. Wij aanvaarden den raad van kalmte die M. Viviani aan de parijsche bevolking geeft, vooral in dezen oogenblik. Maar wij moeten toch doen opmerken dat de kalmte en de goedheid van eene bevolking niet grenzeloos is. M. Viviani weet beter, als een oude vriend van Jaurès, wat de parijsche werk-lieden in 't bijzonder, de werkende klas-se van Frankrijk en van geheel de we-reld, aan dien grooten socialist verlie-zen.Er zullen zaterdag bloedige tranen ge-weend zijn, door mannen die aan veel ontroeringen gewend en ertegen bestand zijn, er zal vervloekt en vermaledijd zijn geworden. Maar laat ons niet verwonderd geba-ren als er ook vuisten krampachtig zullen gebaald worden en als er-velen heesch grollend den kreet zullen uitgestooten hebben : « Jaurès moet gewroken worden ! » En dat juist omdat iedereen weet, wie de plichtigen, de aanstokers zijn, terwijl M. Viviani geen woord zegt, hetwelk laat vermoeden dat men zinnens is die ophitsingen te doen eindigen. Het is te hopen dat het fransch ministerie bijtijds die waarheid zal begrijpen en moedig zijn plicht zal weten te ver-vullen.Onnoodig te zeggen dat wij in den rouw deelen die zoo brutaal onze fran-sche broeders en zusters in 't bijzonder komt te treffen. De vlag wappert half top aan al onze lokalen. Jaurès werd vermoord terwijl hij bezig was, gezellig gezeten bij eenige vrienden, onder 't eten van een stuk, zijne reis naar Brussel te vertellen en zijne opgeda-ne indrukken mede te deelen. Hij is dus getroffen terwijl hij rond hem het zaad van den vrede strooide, en door woorden van hoop en geloof den moed en den geestdrift zijner kameraden versterkte. Het zal diep treffen den dag van het internationaal socialistisch congrès, wan-neer elkeen de leemte zal vaststellen ver-oorzaakt door de verdwijning van Jaurès.Zijn aandenken zal nochtans de over-tuiging van allen versterken en plechtig zal er gezworen worden zijn edel en groot werk over de wereld voort te zetten tôt den triornf toe. Zijn naam en zijne daden zijn onster-felijk. ' F. H. JAURÈS, patriarch van den Wereldvrede !! De mare ging over de wereld heen, als een bliksem in een onweersnacht ! Jaurès vermoord?! Jaurès, de apostel van den Wereld-vrede, de machtige spreker, wier nooit volprezen talent, duizenden en nog duizenden heeft doen rillen van aandoe-ning, heeft doen gloeien van geestdrift voor de verhevenste rechten van het proletariaat ! Jaurès is niet meer. Zijn licliaaam is koud, zijne hersenen gebroken, bloedig gemorzeld door het verraderlijk schot van den zinneloozen zoon eener zinnelooze moeder, — van den zinneloozen dweeper eener zinnelooze nationalistische politiek! Maar Jaurès' invloed en gezag leven, zullen blijven leven, en gaan, met zijn dood, den triomf te gemoet. In een stralenkrans van grootheid en menschelijkheid treedt hij de onsterfe-lijkheid in. In voile ontwikkejing, in overweldi-Rende kracht, in de ongeschonden heerlijkheid van een heerlijk leven aan de reinste beschaving gewijd, valt hij als offer zijner ideeén en van zijn stre-ven!Zijn moord is als een àpotKeose! Wereldvrede en arbeiderstriomf waren zijne leer, en voor wereldvrede en arbei-derstriomf sterft hij ! Zijn dood bezegelt zijn leven. Hulde, honderdvoudige hulde aan zijn naam, aan zijn talent, aan zijn werken, aan zijne nagedachtenis. Als den Verlosser der kristen legende, schenkt hij zijn bloed aan zijne leering. Maar hooger en edeler dan den Kris-tus, wees zijne leering piet op eep zalig zijn na het leven en den strijd op aarde, — maar op recht, welvaart, vrede en menschelijkheid in de werkelijke en tast-bare samenleving van thans. Jaurès laat ons een zwaar te dragen erfdeel achter. Zijn strijd moet voortgestreden. De taal der volkeren-verbroedering voortgesproken. En moeten er, voor die heiligste aller strevingen, nog slachtoffers vallen, 't zij / / zoo. Hoog de harten, hoe ijselijk de slag ons ook treffe! Hoog en sterk den geest, reikend tôt het lichtend ideaal van algemeene en ongestoorde wereldvrede, basis van den eeuwigen vooruitgang tôt de volmaking toe ! JAURES VERMOORD le juiste loeilraîiif der moord op gezsî Jaurès UIT « L'HUMANITÉ » Hoe is hefc verschrikkeliike gebeurd 1 Men moet liet zeggen. -— Voor de geschie-denis moeten wij hier het onzettende tooneel afmalen. — Jaurès was eenige minuten voor acht uur naar ons dagbiad gekomen — Hij kwam van het ministerie van buitenlandsche zaken, waar hij als afgevaardigde van de socialis-tische kamergroep, minister Viviani had gesproken. Renaudel en Longuet vergezel-den hem. Hij onderhield zich nog eenige oogenblikken met onzen administrateur Philip Landrieu en eenigen onzer vrienden. Hij had nog niet geëten en had veel te werken.Laat ons eerst gaan eten, bemerkte een onzer. Ja,, laten we ons diner pakken... Wij gingen naar het restaurant «de Croissant», kort bij de « l'Humanité » en namen plaats aan de lange tafel links van den ingang.Jaurès had Landrieu tôt rechter en Ke-nandel tôt linker buurman. Nog waren aan deze tragieke tafel gezeten gezel en gezellin Poisson, Amedée Dunois, Duc-Querey, Daniel Renoult en zijn broeder André,George Weil,Maurice Bertse en Jean Longuet. Wij waren allen onder den indruk van den ernstigen politieken toestand. Niet ver van ons, aan eene andere tafel, dineerde de redakteur van de « Bonnet Rouge»; Dolié met zijne jonge vrouw. Do « Croissant » is een druk restaurant. Men kwam binnen, ging weg, niemand gaf attentie op anderen. Alleen, merkte gezellin Poisson op, dat Jaurès, zooals altijd, veel nieuwsgierigheid opwekte. Jaurès sprak met zijne schoone zware stem... hij gaf eenige aanduidingen aan zijne politieko medewerkers, aan Dunois, aan Daniel Renoult. — De onderwijzingen van Jaurès ! Men moet ze hebben gehoord om te weten met welke zacht, koesterende stem Jaurès onderwijzingen gaf. Het eten liep op zijn einde. Opdat oogenblik staat gezel Dolié op en komt bij ons, eene gekleurde fotographie in de hand. — Kijkt, zegt hij tegen Landrieu, dat is m'n kleine meid ». Mag men zien, vroeg Jaurès met een goe-digen glimlach. Hij nam de photographie, bezag ze een oogenblik, vroeg de ouderdom van het kind, deed aan den jongen vader een vleiend kompliment... Het was twintig minuten voor tien. Eensklaps — verschrikkelijke herinne-ring ! — klinken twee vuursehoten, een weerlicht, een ijselijke vrouwenschreeuw: Jaurès is vermoord! Jaurès is gedood. Jaurès kwam als een massa op den linker kant ineen te zakken en eenieder was recht-gestaan, roepende, gebaren makende en bij-loopende. Het was een oogenblik van ver-steldheid en verwarring. Terwijl enkelen van ons zich in de straat wierpen — want de twee vuursehoten kwamen van buiten ra-kelings, door het open venster tegen hetwelk Jaurès met den rug zat —■ legde men den vermoorde op de bank. Hij ademde nog een weinig en had de oogen gesloten. Heeft hij van den moord nog gedacht gehad? Wij zullen het nooit weten... Hij stierf niet terstond. Terwijl men den dokter die men was gaan halen verwaehtte, kwam een der dineerders, apotheker, nader-bij voelde den pois van den stervende en schudde het hoofd. Men opende het hemd, het hart slag nog slechts met moeite. Het liehaam werd op eene tafel gelegd. Compère-Morel, erbij gekomen. hield al schreiende de gevoellooze hand : Renaudel, met de tafella-kens, droogde het bloed dat uit de wond stroomde, eene zeer kleine roode opening achter den schedel, met daarrond een weinig witachtige matera. — Mijnheeren, zegde de Dokter, die was aangekomen, ik vrees dat er niets aan te doen weze ! De snikken beklemden onze keel, niets aan te doen ! Is het mogelijk dat er niets aan te doen weze? Is het mogelijk dat het ver-heven leven worde verbrijzeld, en voor al-tij d ? Drie minuten verliepen nog. — Mijnheeren, zegde de dokter, M. Jaurès is dood. Do ingehouden snikken braken los. Eenieder ontblootte zich om deze de kwam heen te gaan te groeten. — En nochtans, zegde een onzer, moeten wij ons spoeden het blad te gaan opmaken, wij moeten op uur verschijnen, juist alsof hij daar nog ware. S© doaii • Vruchteloos waren verscheidenen onzer vrienden naar geneesheeren van den om-trek geloopen. Het noodlot wilde dat geen enkel er was, en lange, lange... minuten verliepen. O ! deze vreeselijke minuten, gedurende dewelko wij rond onzen grooten en onge-lukkigen vriend, tragisch gelegen op de marmeren tafels, de ademhaling gadesloe-gen als om te trachten ze te verlengen... Eindelijk komt M. André Renoult terug met een geneesheer. Het oogenblik is dramatisch. De man der wetenschap buigt zich over onzen armen vriend en doet een kort on-derzoek. Vervolgens zegt hij stil : « Ik kan niets anders dan groeten ! » Een andere geneesheer, door Landrieu bijgebracht, kan ook niets anders dan het onvermijdelijke aankondigen. De ontroering, de droefheid, de wan-hoop aller omstanders is onbeschrijflijk. Plots gaat eene de^ open. De nolicie welke ze bewaakt, opzijd*'duwend,koiat een officier binnen, Hij is hooD van gestalte, in tenue de campagne en draagt op zijne va-reuze den revolver. En de ontroering vergroot nog als deze kapitein zich op het lijk werpt van onzen vriend, van zijnen vriend. AVeldra, als, na den laatste bestatigingen van 't parket, men het lijk van Jaurès op eene berrie zal gelegd hebben, wellce een ambulanciewa-gen to aan zijne woning zal voeren, zal de kapitein aan niemand de zorg willen overlaten aan Jaurès de laatste plich-ten te vervullen. En wanneer de berrie buiten in de tue du Croissant zal komen, waar de ingeto-gen, droevige massa staat, is het de kapitein, met tranen in d'oogen, die zijn kepi afneemt en het teelcen geeft tôt de eerbie-digste ovatie welke Jaurès ooit begroet heeft. Oe aaÉniiii m den moordenaar De schoten wareh van de stfaât uit, op kleinen afstand, gelost. Men moet weten dat de tafel waaraan Jaurès had plaats genomen, gelijk aan de straat is. De bank waarop onze arme vriend zat, leunt aan den muur waarin drie groote vensters zijn. Jaurès had achter hem het middenste venster, hetwelk voor de warmte was opengelaten. De moordenaar had slechts zijn arm uit te strekken om met zijn wapen het hoofd van zijn slachtoffer te raken. Wij hebben het reeds gezegd. Op den schreeuw : ze hebebn Jaurès vermoord ! stortten eenigen onzer vrienden, die het dichtst bij de deur zaten, zich op den moordenaar, een groote magere kerel, die, om zich de vlucht te verzekeren, een derde re-volverschot loste, zonder nochtans iemand te treffen. Hij werd onmiddellijk beetgepakt door de Renolts, Daniel en André, door gezel Tisseir en een telegraaf-bode. Hij kreeg eenige opstoppers en werd door een bijkomende nolitieagont" gepakt en naar de politiepost geleid. Op den tocht daarheen, was de kerel heel kalm en zegde enkel : « houdt mij niet zoo hard vast, ik zal niet wegloopen. Neemt de revolver maar uit mijn linker zak. Hij is niet geladen. » In de rue du Hail komende zeide hij : « ïk ben student van de Louvre-school, ge kunt mijn zakken nazien, ik heb geen enkel papier.»Werkelijk kwam men er niet toe zijne een-zelvigheid te ontdekken. In zijn zak vond men een telegram luidende: «Kom dadelijk terug, anders zal ik Zondag ernstig met u komen spreken.» Maar het adres van het telegram, afge-zonden door het bureau rue Littré, was er zorgzaam afgescheurd. Niet geteekend, droeg het den datum 30 Juli 20 h. 47. Op de vraag: Wie zijt gij 1 antwoordde de kerels : « Waartoe 1 » Groot, élégant met blond haar en geknip-te snor, gekleed in veston-kostuum, strooien hoed, col en manchetten, maar uit zijn on-derlinnen was het merk uitgedaan. Terwijl men hem onderzocht, brengt een krantenlooper de vernikkelde revolver, ta-melijk groot kaliber, waaruit geschoten is. Men vindt verder op hem twee revolver-etuis, oô franken in geld en een uittreksel van Maeterlinck's boek «L'Oiseau bleu» op de schrijfmachien gekopieerd. In het Dépôt heeft hij verklaard: « lk erken Mijnheer Jaurès gedood te hebben ; ik heb hem in het Café van de rue Montmartre gezien ; met de linkerhand heb ik de venstergordijn weggetrokken en met den rechter heb ik twee schoten gelost.» «Ik heb het gedaan omdat ik overtuigd ben dat Jaurès zijn vaderland verraden ieeft door de wet op de drie jaar te be-strijden en verraders moeten gedood worden.»Hij weigerde verder te antwoorden op de andere vragen van den rechter voor dat zijn u 11 i i u i m u 11 u ii m mu ii ' i VKïîWEnaewms* vader zou kennis hebben van den aanslag\ die hlij kwam'te plegen. Tôt zoover de laa-tste berichten vpp ons broederblad «L'Humanité». Is do dader een zenuwlij_der? Krankzinn-g gemaakt door de da,gelijksche ophit^ingeni van de nationalistische hoerenpers, die ie-der socialistische voorman door het slijk sleurt (zooals in ons lieve Belgenland de klerikale pers) of zitten er andere duistere machten achter, die met gcweld oorlog willen ? 1 Zullen wij ooit de ware drijfveer van dien moord te weten komen? De indruk in de werkerswijksi TE PARUS De uiterst droevi^ mare van de moord j op Jaurès v'erbreidde zich snel in de arbei- : derswijken van Parijs, waar zij de innigste j ontroering en eene levendige opwinding l verwekte. Omstreeks tien ure Vrijdag avond;<was» het nieuws gekend te Belleville. Bijna on- > middellijk hoopten zich massa's werkvolk j op in de groote straten der wijk, druk en.: afkeurend~pratend over den laffen aanslag. De menigte was ten zeerste verbolgen.De' plaats Gambetta was zwart van volk. Arbeiders dezer wijk, als door een ins-i tinct gedreven en nieuwsgierig naar bijzon-1 derheden over de misdaad, zijn in over-groote massa naar de Republiekplaats af-gezakt.En zij zouden geheel zeker verder gegaan; zijn, als niet de policie spoedig in deze om-streken was opgeroepen om ze tegen te houden en de massa's uiteen te drijven. Niet alleen te Parijs is de ontroering" groot, maar overal, zelfs waar men hem slechts kent door zijn grootsch sprekersta-lent of zijn edel vredeswerk,wordt getreurd' om zijn tragisch verdwijnen van de wereld^ waar hij in de huidige kMtische oogenblikken nog zoo noodig was ! De rouw van de "Humanité,, Jaurès is dood; hij is vermoord onder onze oogen door twee kogels. Op den oogenblik dat hij doodelijk getroffen werd, onderhield hij zich met ons; over den ergen toçstand in Europa, welke eene onvergetelijke ramp zou nalaten in de geschiedenis. Hij trachte dit verschrikkelijk' gevaar te verrnijeten. Hij zegde ons hoe, door een mannelijke, kranige krachtsinspanning, het fransch gouvernement Europa kon red-i den van eene vreeselijke keering. Nu is hij dood. Zijne machtige stem zaJ niet meer weerklinken. Zijn lichtend ver-stand zal niet meer trachten de geheime be< wegingen te doorboren om het proletariaat en de menschheid van aile gevaren die hun van aile kanten bedreigen. Zijn wil zal zich niet meer toewijden onV in de toekomst het proletariaat van zijn land alsmede het international proletariaat1 te leiden. De rouw die ons komt te treffen is niet alleen de rouw van ons allen, wer-kers en socialisten. Hij is de rouw va» aile rechtschapene gewetens die in de i.jse-lijkheden van de tegenwoordige duisternis-sen de volkeren leiden naar een morgen van verstandhouding en broederlijkheden. En1, ziedaar dat hij verdwijnt door een verschrik-kelijken slag van het noodlot, op heij uur waarop zijne tegenwoordigheid het meest noodzakelijk was aan de partij, waaraan hij gansch zijn verstand en gansch zijn^ hart had gewijd en na deze partij aan' Frankrijk, aan Europa en aan de wereld.- Moet men dan wanhopen ? Neen! Van dit eedel leven dat zich zoo tragisch komt te ein-) digen moet er voor ons eene les van daden, eene les van moed uitgaan. Hij heeft zijne taak edel verricht. Laat ons hem waardic: blijven door elk de onze te vervullen in de mate van ons verstand en onze krachten. Een soldaat der beschaving en der men-! schelijkheid is op den strijd en.eerepos' ge-vallen ; maar de menschheid en de beschaving blijven het is wat onze groote dood» on§ zou toeroepen indien hij nog spreken; kon. Louis DUBREUILH. Brief van den Vuorzitter der Repubiiik AAN GEZELLIN JAUBES Madame, Ik verneem den verschrikkclijken a&nval, waarvan uwen echtgenoot het slachtoffer is geweest. Jaurès was dikwijls mijn tegen-strever, maar ik had eene groote bewonde-; ring voor zijn talent en voor zijn karakter, ; en in dees uur dat de nationale eenheid noo- ( diger is dan ooit, lioud ik eraan de gevoe-lens uit te drukken die ik voor hem had. Ik bid U, madame, midden in den rouw' die U treft, van te gelooven in mijne dief*"1, en eerbiedige sympathie. R. Poinearé.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Toevoegen aan collectie

Periodes