Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit

894 0
29 oktober 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 29 Oktober. Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/g73707z93v/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

ZONDAGSBLAD Byblad van " VOORUIT „ ZONDAG 29 OCTOBER 1916 Tweede Jaargang - N' Prijs : 5 centiemen De Vlasgaard Het zangspel in drie bedrijven eu uer tafereelen, dat de Gentsche compomst Jef Vandernieulen schreef op Den 1 lasgaard van René De Clercq, voor het tooneel vervaar-digd door Alfons Sevens, bekwam een ongehoorden bijval in de « stad van Leie en Schelde », en die bijval, welke na verscheidene geestdriftige opvoeringen niet verzwakte, werd ook bekrachtigd te Bru s sel en te Brugge, waar De Y lasgaard door de Gentsche troep vertoond werd. Het stuk moest dus stevige hoedanigheden bezitten, die wel een ernstig onderzoek waard zijn. De nog jeugdige toondichier is populair m Gent, waar hij veel gelegenheidsmuziek schreet, meest voor de volks-klas, en waar hij reeds één of twee opera's het opvoeren, o. a. Liva, die voor eenige jaren de aandacht der tooneel-kritiek op zijn naam vestigde en voor 't algemeen gepre-zen werd voor de zwienge lijnen van zijn muziek, e\en-als voor zijn buitengewone soberheid en zijn instinct voor het tooneel. In de uitgaven van het Willemsfonds versche-nen eenige mooie liederen van hem en zijn guitig-eenvou-dig verhaaltje, Bij Petrus, op woorden van den gekenden liollandschen librettist, Fiore délia Neve, werd m een wedstrijd bekroond. Dat Vandermeulen, de man van het volk, de gui-ronde Vlammg, zich moest aangetrokken gevoelen door een onderwerp, dat weleens als een synthe-sis, — een bloedige synthesis, hadde men moeten zeggen, — aangcwezen werd \ an de vlasnij verheid in het land van de Leie, de gouden rivier, zie, dat moet ons heel natuur-lijk voorkoimen. Of dat idyllisch verhaal met liedjes wel heelemaal geschikt was voor het tooneel, zullen wij aanstonds onderzoeken. Ik geloof met, dat de veelbesproken I lasgaarcl het beste werk is \ an René De Clercq, die mij meer behaagt in zijn guitig-losse, flink-gerythmeerde Liederen voor het Volk, waarvan een groot getal nummers op muziek gezet werden, o. m. door Opzomer, Hullebroeck, Moortgat, Criel, enz., — een trant dien de dichter sedert eenige maanden, tôt mijn groot spijt, schijnt verlaten te hebben. Zeker is zijn ziens- en zeggmgskracht grooter geworden ; zeker deint de muziek \ an zijn vers met meer zwierig gemak, en ik vraag mij af hoe men dat versje van hem, Zie?lenprocessie, onlangs in het Amsterdamsch weekblad, Stemmen onzer Eeirw, op-genomen, anders zou kunnen noemen dan een meesterstukje. Maar toch, dat is van een anderen De Clercq. Met zijn Y las gaard is, voor een jaar of vier, veel gedweept geworden, vooral door het jongere volk, dat fier scheen te zijn dat zulk een kunstwerk door een strident kon geschreven worden, en dat het beschouwde als een soort van verzet tegen al wat oud of onvlaamsch was, ja, ook wel tegen al wat naar strenge pastoorspoëzie zweemde. De bezadigde kritiek loofde niet ailes onvoor-waardelijk en stelde de dmgen op hun plaats. Het \er-haal werd geprezen om zijn lokale kleur, zijn rijke afwis-seling, zijn ijzervasten rythmus, zijn fraaie ingelaschte liederen en, hier en daar, om een gansch bijzonder geslaagd fragment, gelijk het portret van den zaaienden boer en de kleurige optocht van de feestvierende lieden. 1 Als geheel werd het stuk nnnder gelukkig gevonden — gebrek aan compositie werd er gezegd, — en wat den mdruk van het slottooneel met die verkrachting en dien moord betreft, dien' indruk gaf bijna îedereen lucht door . de woorden: 't is walgelijk! Hoe men op de gedachte gekomen is van uit die los-aaneengeregen tooneeltjes een drama te halen, begnjp ik nog niet goed. Heeft de toondichter het zelf gevraagd? Werden mooie liedjes hooldzaak geacht voor het tooneel? Was de drijfveer misschien het « great attraction » van den stoet en de verkrachting ? Zoo dit laatste waar was, dan zou ik moeten denken dat de librettist een cverdreven bewondering gevoelt voor de brutale stof van Herbergprinses, ofwel dat hij de gewel-dig onmuzikale tooneelen boven het zeer verdienstehjke \ erkiest, dat is : de goede typeering, de meesterlijk knap gedane muziek, de onweerstaanbare kracht \an het volks-teest. Die woeste, bloederige stukken zijn immers m de mode gekomen sedert een \ijftiental jaren, niet naar het voorbeeld van Blockx, maar door dat der « veristen » van over de Alpen. Wie herinnert zich niet den stormigen bij-val van Mascagni's Cavaleria Rusticana, een bijval, die, in spijt van het olla podidra der muziek, nog altijd niet uitgeput is ! Het werd gevolgd door het even melodrama-tische Paillasse van Leoncavallo, door Massenet's geweer-schoien in La Navarraise, door Zaza, Tosca, André Ché-nier, Cabrera, enz. De ware kunstrechters versmaden dien trant : men gaat immers naar de opéra om muziek te hooren en niet om bloed te zien vergieten ! Met recht wordt overigens be-weerd, dat die ontwerpen voor de muziek te schril, te wild, te onmuzikaal zijn, al vmdt men weleens een mooie uitzondering, gelijk Louise van Charpentier. De muziek is de stem van het mysterie, de taal van het nevelige, het onuitspreekbare ; men late ze dus zingen in het mysterie van legende en fantazie. De schimmen welke zich aldaar bewegen, zijn met zoo sterk afgelijnd, zij zweven, zij hangen, — juist wat de muziek verlangt. Zeker is het dat men naar geene muziek luistert, wânneer de oude, wulpsche Krelis het schuchtere Ceelken tegenhoudt op den weg ; even zeker is het dat men wél naar de muziek luistert, als de dichterhjke zwaan van Lohengrin op het tooneel verschijnt, of als de lieve Agatha reikhalzend uit-ziet in den maanlichten nacht naar de komst van haren Max. Veel hoedanigheden heb ik gevonden in Den Y las gaard van Jef Vandermeulen, leven en kleur vooral, en dat zijn twee kostbare eigenschappen, — doch het geheel heeft bij mij eer een pijnlijken indruk nagelaten. Dadelijk voeg ik erbij dat zulks misschien wel wat aan de Gentsche opvoering te wijten is, die niet altijd blijken gaf van soberheid en gelouterden smaak, — hoofdzaak in die gevaarhjke tooneelen! — en dat ik, na kennis'making met het libretto, minder streng ben geworden in mijn oordeel, ja, langzamerhand tôt de overtuiging kom dat het stuk, met een beter « mise au point », misschien wel aan hooger eischen voldoemng zal geven. Ziehier een vlugge schets van de bewerking van Alfons Sevens, die stellig tooneelkennis bezit.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit behorende tot de categorie Culturele bladen. Uitgegeven in Gent van 1915 tot 1928.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes