Belgisch dagblad

915 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1916, 10 Août. Belgisch dagblad. Accès à 27 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/hq3rv0dw9g/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

le Jaargaug DONDEUDAG ÎO AUGCSTUS 1910. IVo. »78, ' ABONNEMENTEN. Per 3 maanden voor Nederland I 2.60 franco per post. Losse nummers: Yoor Nederland B cent voor Buitenland Tk cent. De a Haag, Prinsegracht 39 Telefoon Red. en Adxntn. 7433. BELGISCH DAGBLAD Bestuurders: Dr. TERWAGNE — CH. HERBIET. Hoofdredacteur : L. du CASTILLGN. BUREAUX OPEN VAN 9 TOT 12 URE EN VAN 2 TOT 4 URE. AD VERTENTIEN. Van 1—5 regels I 1,50; elke regel meer f 0.80; Réclamés 1—5 regels f 2.50; elke regel meer f 0.50. London ; Dixon House Lloyds Avenue E C. Parijs: 7 Avenue d'Antin 7. DUITSCHE PROFESSQREN. Nog was liet bloed van 1870 niet gestold of de Berlijnsche Hoogleeraar Lasson verkondigde jn zijn vlugsch.ri.ft : „Principe und Zukunst des Volkerreclits" dat de bauden, welke de Staten onderling samenbinden, geen recMsbanden zijn. Tussclieu Staten onderling is er slechts onderling een soort van reckt ; het recht van den sterkste. De kracht is de maatstaf en de litslag is het Grodsoordeel." Door woord en geschrift hebben vie hoogleeraars aan hun volk en de wereld uitgetrompetterd dat Duitschland een uitverkoren natie, eetx edel ras is, dat op zijn buren kan invverken met evenveel recht als de met meer geest of meer kracht begaafde enkeling over zijn zwakkeren evenmensch kan ge-bieden. Zonder blozen hebben de dragers der „Kultur" zich aange-steld als de verdedigers van het schreeuwende onrecht, de verheer-lijkers van het militarisme, de va-goders van de stoffelijke kracht. lu de school van Kant, Hegel, Fichte, Schlegel, von Humboldt, Treitschke, Lamprecht, Wundt enz. werd de almachtige Pruisische Staat geboren,. gevormd en geha-merd, de keizer tôt een Godsge-zant uitgeroepen, de enkeling tôt een zielloos lid van de groote staatsmachine gemaakt. Deze hoogleeraars, hebben steeds van oan gtooter Daitschland gedroomd, o\ er een toekomende wereldmacht geschreven en georakeld. Door hen zijn het volk, regeering en hoof-den evenals zij, door grootheids-waanzin aangetast, die in het be-lang van recht en beschaving een jarenlange kuur moeten ondergaan. lin waren het de Duitsche pro-féssoren n.et, die telkens op de vredescongressen stokken in de wielen van den vredeswagen sta-ken ! En hoe juichten vele monden en pennen van de Duitsche hoog-leeraren bij het uitbreken van den oorlog, die het rijk moest uitdeinen en stevigen. - De Rektor-Prof essor Dr. Berger van de technische hoogeschool te Darmstadt besloot in 1915 zijn rede tôt de studenten met deze woorden : „De Duitschers willen niet de onderdrukkers maar de beschermers der kleine volken zijn ! De Duitsche taal moet wereldtaal worden ! De Duitsche geest moet wereldgeest worden, de Duitsche arbeid moet de hoeksteen van de Wereldkultur en den toekomstigen vreden worden. Hoe sterk wij wer-kelijk zijn, heeft deze oorlog ons geieerd. Reeds stijgt uit duistere wolken het morgenrood van een nieuwen tijd. God heeft ons groote dingen toevertrouwd, daarom be-proeft hij ons zoo sterk. Heil ons, de toekomst hoort ons, heil ons, wijl we Duitschers zijn !" Commentariën overbodig ! En bij den gedenkdag van het tweede oorlogsjaar hebben al de rektors der Duitsche Universiteiten officieele redevoeringen gehouden. „Durchhalten'V verder strijden is de boodschap ! Docli tevens is de grootheidswaanzin iels verkoeld. Niettemin moeten hongersnood en ir»,n<xrlrjl« v v:i WUl llwi om wille van het groote einddoel ! Zal dit.... „Durchhalten !" Het derde oorlogsjaar, hopen wij, zal de grootheidswaanzin, die de Duitsche hoogleeraren op het vojk ingeënt hebben, wel volkomen genezen en dit tôt meerder heil van vrijheid, recht en volkswel-vaart. DE TOESTAND fluide" aan het itaiiaansch leger ! Zip moed en zijne taaihoid werd en reeds be-loond door de verovering van het brug-genhoofd van . Gorizîa, waar de Oostenrijkers zich nog in huizen nestelen, maar weidra de pfatgeschoten stad zul-len moeten verlaten. -De Monte Sabatino en de Monte Michèle, waarvoor de Italianen reeds een jaar lang strijden, is tevens door hen veioverd. Tôt nu toe hebben zij' 8000 gevangenen gemaakt, doch de Oostenrij-kers strooinen nog toe. Het zijn vooral Kroaten en Magyaren, die zich overge-ven. De buit aan kanonnen, schansge-schut, mitrailleurs, munitie enz. is zoo verbazend, dat men zich afvraagt of de Oostenrijkers niet door eene paniek zijn bevallen geweest. Des te verdienstelijker is de oyfenv inning, daar de Italianen niet beschikken over zulk grof geschut als de Oostenrijksche, Duitsche, Russi-sche, Engelsche en Fransche legers. Ook de Russen behaalden een groote overwinnîng ten Zuiden van den Dnjes-ter.r Zij veroverden Flumats, benoorden Kolomea en de hoogten ten Z.W. van den spoorweg. Daar werd het Oosten-rijksch front op een breede van 16 mijlen Verbroken. De Russen namen stormenderhand de stad Nynioef en verscheidene dorpen, waaronder Ottynia. De vluchtende Oos-'enriikers doen de bruggen en dépôts springen. he legers van Bothmer en van Bôhm Ei'moli, die tusschen de Sereth de Ziota ■Lipa en de Dnjester staan, worden ern-®tig bedreigd. Zij beschikken enkel nog ovler een enkelen spoorweg, dezen tus-scuen Tarnapol en Chodorom, om hun eventuee]en aftocht te verzekeren. De overwinning bij Zalosze in het Noorden n deze van Tloemas, zijn bedenkelijk Y°or Bothmer en Bohm-Ermollie. Aan d'e Sereth hebben de Russen hun-™ °v®rwinning bevestigd. Zij hebben er officieren en 8415 soldaten gevan-?' ^ kanonnen enz. vermeesterd. Bcli ,nieuw léger van dën Oostenrijk- kroonprins is niet gelukkig. , erslagen in Italie, wordt die prins j,. ' noS meer in Oost-Galicië. Slecht tee-io°r de dynastie . OverT noorc^eu van Hembosch ver-"'on de Franschen op een front van 6 lcilometers en een diepte van 300 à 600 meters Duitsche loopgraven, terwijl zij opnieuw in de schans* van Thiau -mont drongen, waarin de Duitschers opnieuw waren gekomen. Een nieuw département in Duitschland. De Duitsche regeering heeft een be-langrijke regeling getroffen , Voor de schik-king der economische toestancben na den oorlog. Men heeft eene verantwoordelijke persoon aangesteld voor het regelen van den handel tijdens de overgangsperiode van den oorlog tôt den- vrede. Deze £unc-tie behelst al de vraagstukken, welke in verband staan met de handelsvloot, het bankwezen, den handel en in het bijzon-der met het afschaffen en verdeelen van grondstoffen, zoo noodzakelijk in normale tijden. De ,,Vossische Zeitung (28 Juli) deelt mede, dat de heer Senator Sthamer, een der bevoegdste handelslui van Hamburg, die tijdens den oorlog bur-gerlijke goeverneur van Antwerpen ge-w-eest is de man zal zijn' die gelast zal worden met de economische aiangelegen-heden.Volgens eene correspondentie uit Hamburg aan de „Tante V:oss" is het niet te verwonderen, dat een senator yan Hamburg verkozen wordt tôt bekleeden van dezen nieuwen post, omdat de regeling van de grondstoffen een der belangrijkste problema's na den oorlog zal zijn. De herstelling van het economisch leven is eene levenskwestie voor Duitschland. m® ELU EU LICSiT. Zôô blij en licht is deze dag dat ik niet weet wat avond is. Zeg, Iiefste, kijk : het lentegroen is teerdoorzichtig porselein en teervoorzichtig kust de zon met moederzorg voor 't zwakke kind. Zôô frisch en jeugdig is het groen... Ach! herfstroest is heel and ers iets, niet waar mijn Iiefste?, dan de dood van zulk een jeugd'ge levenskracht... En wat ? kàn 't mogelijk befitaan dat levenskracht raakt uitgeleefd en reine frischheid wordt besmeurd door tijd? MARTIN PERMYS. Links en Redits. Verbluffende taai. ' In het geding van den heer Rasquin tegen La Région, een gecensureerd blad van Charleroi, heeft de substituut van' den prokureur des Konings, de heer NotliQmb, de volgende woorden over de moiïenpers in België uitgesproken : ,,7-cker is de pers, z,elfs de huidige pers, een macht, enkelen hebben zelfsi gezeid een vierde macht. Ze speell een groote roi ; ze vormt de openbare mee-ning naar haar zin. In het algemeen heeft de lezer geen duidelijke ideeën ; zeldzaam zijn zij, die niet blind geloo-ven in ailes wat gedrukt wordt. In de bewogen tijden, waarin we leven, is dit nog heel waar gebleven. Naar mijn oordeel heeft de huidige pers haar reden van bestaan ze heeft diensten bewezen en ze kan er nog bewijzen. Ze kan gebruik raaken van een vrijheid, die we nog grooteï zoaden wenschen. Zeînoetde ziel van haar lezers vor,-men en ze helpen de smart e-lijke gebeurtenissen, die we doormaken, te dragen." De pro-Duitsche correspondent van de pro-Dnitsche Nieuwe Courant van ( Den Haag, die in Brussel mag verkocht worden, dank aan vermaarde besprekin- | gen aan de tafel van generaal von B'o-denhausen te Antwerpen, concludeert : i „Dezô woorden van den voortreffelij-ken substituut hebben een diepen indruk gemaakt op het denkend Belgisch volk, ook op degenen, die beweerd hadden dat . — uit vaderlandsliefde 1 — geen enkel , Belgisch blad mocht verschijnen, zoolang , de vijandelijke bezetting hier zou ge-duurd hebben. v .,In het algemeen werden die kranten als verkocht aan de Duitschers be- , schouwd en hun redacteuren als verra-ders: zij zijn thaï)s schitterend gewro-ken, in zitting van een rechtbank, en wel bij monde van het openbaar ministe- ( rie zelf." Zoo snel niet, iongen. tuut voor u en voor uwe gelijken voor-treffelijk is. Doch wij stellen de vraag ( aan onzen Minister van Justitie : heeft die substituut als Belgisch of als Duitsch magistraat gesproken in dienst van den Keizer ? Keurt gij hem goed ? Zoo niet, welke maatregels zult gij tegen dien ambtenaar van het parket nemen, die van u af-hangt ? Zeker vonnis van de rechtbank van len aanleg van\ Brussel, die L a B e 1-g i q u e en hare gelijken onder Duitsche censuur heeft geschandvlekt, weegt stellig op tegen de woorden van een jongen substituut. Het vonhis der rechtbank van Beigië's hoofdstad vertolkt de openbare meening in België, die inder-daad de gecensureerde bladen en hunne rédacteurs als' landverraders beschouwf i. Daar nu bedoelde correspondent onder die kategorie wordt gerekend, is het be-grijpelijk, dat hij zich aan den substituut vastklampt als een drenkeling aan zijn redder. Tegenover het landverraad van enkele penneslaven, )wàaronder gelukkig zeer wei-nige leden van den Belgischen drukpers-bond, stellen wij mei fierheid de vastbe-radenhedd van onze Belgische coni'rères, die sedert twee jaren liever nood lijden dan hunne pen te onteeren, ofwel hunne machienen laten roesten, liever dan de vrijheid van drukpers aan den vijand van het land t0 verprossen. Erratum. Het artikel Voor twee jaar, dat gis-teren in ons blad verscheen, is overge-nomen uit het weekblad De Amsterdam m e r. De zwarte lijst. Na Engeland, publiceert thans Frank-rijk zijn eerste zwarte lijst, die 24 _ko-lommen van het Journal officiel beslaat. Wanneer zal de Belgisclie regeering het voorbeeld van onze beide bondgenoo-ten volgen ? De sjacher^ars hebben gezondigd ter wille van het geld, zij moeten dan ook het gevoeligst getroffen worden en wèl in hun beurs. Rindez les yards, zeggen de- Walen. Nederlandsche dokters naar Frankrijk. Wij vernemen, dat Dr. Staverman van Vlissingen en Dr. Schellekena van Vucht, zich naar Frankrijk begeven, de eerste als chef en de tweede als heelmeester van de Nederlandsche ambulantie. Wij wenschen die goode vrienden van België een voorspoedige reis en hopen dat zij ongedeerd naar hun vaderland zullen terugkeeren. Belgiscb legerbericM- Duitsch© batterij vernield. 7 Augustus. In den loop van den na-middag Vertoonden de Duitsche artillerie en loopgravengeschut een levendige werk-zaamheid in de sektoren van Steenstraete en het Sas. De Belgen richtten een suc-cesvol vernielingsvuur op een vijandelyke, batterij in het zuiden van Ttervaete, Overwinningen derRussen enltalianen Oe liaiianen meestei* van iVlicheie en het bpuggehoofd wan GSpz (fioi>itzia). 3000 gevangenen. — Oe Russen ver-sSaan de Oustschers en Oostenrpers aan den Oujesiei*. Heei» veïe gevangenen. — Oe Franschen te l'hiauniont. — Engelsche en Fransche vorderingen aan de Somme. — Turksche nederlaag aan het Suez-kanaal. Oe gevecMeii aan de Isonzo. Naar men in de telegrammen in dit nummer, kan lezen, melden de Italianen een aanmerkelijk succès aan het Isonzo-Eront.Maandag werd over den sfand van den strijd op dat vak het volgende geseind: Gelijk te- verwachten was, waren de gevechten op den Zuidelijken rand van ie hoogvlakte van Doberdo. slechts het voorspel- tôt een gezamenlijken aanval van de Italianen. Zondag in de vroege norgenuren kwam de Italiaansche artillerie ook overal ten Noorden van den Monte dei sei Busi in actie. De heele Noordelijke rand van het plateau, de stel-ingen aan het bruggehoofd van Gorz, le Monte Sabotino en het heele verdere [sonzofront tôt aan Tolmein werd ge-lurende verscheiden uren door het vuur fan de Italiaansche artillerie van aile laliber hevig beschoten. Met hun zware i>atterijen beschoten de Italianen van Monfalcone uit de badplaats Sistiana. Het bodhôtel werd verscheiden malen getrof-!en. Des middags werd de actie van de iitillerie zwakker, en wieldra begonnen le aanvallen van de infanterie. De Ita-iianen lieten tôt aan den avond op vele plaatsen van het plateau aanval op aan- • val volgen. Des nachts een korte pauze, laarna begonnen do stormloopen op -lieuw. Hier en daar drongen zij in de oopgraven, maar werden er door tegen-aanvallen weer uitgeworpen. Hier en laar ontwikkelden z.ich woeste gevechten van man tegen man, die nog voortduren, -■> f— vallen -aiet van ophouden weten. Gorz is wederom het hoofddoel van îe Italiaansche aanvallen. Men weet, dat zij sedert een jaar op 3en gewearschot afstands van deze stad hebben gCstaan. ■■ Gisteren een dorp, morgen een puinhoop. De ,,Daily Telegrajph" drukt een brieî van een''correspondent af, waarin het 3orp Pozières, dait de Emgelschen thans definitief in bezit hebben, beschreven wordt. „Pozières is nag maar een puinhoop £jn zelfs "niet eens een groote", zeide ee>n ondei'officier, wiens tuniek aan de linker-zijde uit met bloed bevlekte reepen, die over een sneeuwwit verband dat zijn lin-kerarm en schouder omsloot, hing. Hij had in die licliaamsdeelen elf Duitsche granaatscherven opgovangen, maar dit had geen invloed op hun humeur, zoo-dat hij dezelfde soort opwekte, onver -schillige,"koelblôedigheid vertoonide, die de algemeene karaktertrek van ons Nieuwe Leger schijnt te zijn. Als- de gedekte schullplaatsen en loopgraven en sommige kelders qp de plaats waar do huizen gestaan hebben, er niet geweest waren, zou de Engelsche artillerie al wat in Pozières leefde, gedood hebben. Maar dank zij > deze gedekte stel-lingen waren de Duitschers erin geslaagd om de lucht om het dorp heen gewoon-weg te vullen met zwermen kogels — wat zeker merkwaardig is. Bij een of-fensief als wij thans uitvoeren verbaast men zich niet om de groote verliezen, maar alleen om het feit, dat er nog iemand levend doorkomt. Ik geloof dat de Duitschers Van meening waren, dat wij, wat er ook ge-beuren mocht, er niet in zouden slagen hier door te breken. Zij hebben in de af-geloopen maand dan ook een heeleboel geieerd en ik geloof niet, dat zij de les die zij bij pozières hebben gekregen, spoedig zullen yergeten. Begrijp goed, mijnheer, dat ik niets kwaads van hen te zeggen heb. Neen, ik behoor niet tôt degenen die beweren, dat de Duitscher een lafaard is, die geen eerlijk gevecht aandurft en dergelijke praatjes meer. Ik weet, dat zij bij Pozières dapper gevochten hebben en ik ben er zeker van, dat zij verscheidene duizenden mannen hebben verloren, vôôr wij de plaats genomen hadden. Neen, ik zeg TJ, dat het, flinke soldaten zijn. Zij doen hun werk, en verdragen ailes wat iemand imaar verdragen kan, behalve één ding. Zij zunnen niet tegen ons in het handgemoen, als wij -dicht genoeg bij elkaar zijn gekomen om het koude staal te gebruiken. Daar houden zij niet van. Maar, tenslotte kun je niet ver -wachteik, dat zij precies zoo zouden zijn als de Engelschen, is het wel ? Dat zou niet billijk zijn. Maar ailes in aanmer-king nemende zeg ik U, dat zij flin1- zijn en taai zat. Dat moet ik ronduit erken-nen." HET RUSS1SCH 0FFENS1EF. Volgens de „Nation" bewijzen de laat-ste zware klappen yan generaal Bxoesi-loff aan de Oostenrijkers, de toonemenda uitputting van Oosten?-ijk en den toene-menden ernst van den gevaa<rlijken toe-stand. Een verraste vijand kan zware verliezen lijden en geiwongen worden be-langrijke stellingen te ontruimen, zondei! dat de gevolgen zeer onrustbarend zijn. Maar als hij zeyen weken tijd heeft ge-had om weer op dreef te komen, als hij een tegenaanval heeft geîaan en zijn aan-valler heeft gedwongen een weinàg ach-teruit te gaan, is het een onnviskonbaar bewijs van zijn aninderheid, indien dô aanvaller hem. opnieuw ver aehteruit drijft. En dit is wat thans gebeurt op het- zuidelijk deel van het oostelijke front. Ondanks aile Duitsche hulp, ondanke da -opeenhooping van zware kanonnen, zijj) de Russen thans opnieuw ten Westen en ten Zuiden van de yroegere stellingeni vooruit gestormd, en blijven zij in het Zuiden voortrukken, Bothmer'a positie ten Westen van Tarnopol is meer critiek geworden. Hij beschikt echter nog over zoovele verbindingslijnen, dat hij waar-' schijnlijk zonder N verliezen ontsnappon kan; maar indien Broesiloff een der be-roemde Russische snelle vooruitgangen kan maken zuid-oostelijk yan Brody e» voorbij Halioz, zou zijn leger groot ge-vaar loppen. 01DB BATTBBIJ TAN DÂiLOUP stria* 4P gS leverd bij de zoogenaamde batterij van Dam-loup, die sedert de Duitschers tôt in het fort Vaux waren doorgedrongen, van hun zijde blootgesteld was aan een verschrikkeiyk bombardement.Het Petit Journal bevat over dao gevecht het volgende relaas : Des avonds werd een compagnie afgelost door een andere, en de officieren, in een niet al te veilige schuilplaats te zaam gekomen, beraadslaagden onder elkaar, toen plotseling een bom losbarstte, waardoor een bergplaats van granaten in de lucht vloog. Twee offi- ' cieren werden ernstig gewond ; ter zelfder tijd vielen de Duitschers ons aan. Wij verdedigen ons moedig, maar onder slechte omstandigheden. Duifn voor duim vechtende om het terrein, moeten wij het grootste deel dei batterij achterlaten. Des morgens heeft de kapitein nog een klein ge» deelte der stelling in handen ; hij-heett zelfs een - stukje terrein veroverd. Men moet hem versterkingen toezenden. De compagnie, welka den vorigen avond pas is afgelost, biedt zich ondanks zijn verliezen aan. Maar het Duitsche vuur uit de groote stukkeç. is zoo hevig, dat de twee compagniën elkander niet kunnen bereiken ! De kapitein ziet zijn compagnie als het ware veismelten, hij heeft zich ten Zuiden van zijn batterij teruggetrokken, en na vijf-tien uren strijd verdedigt hij zich nog steeda met 60 manschappen. Bij het valien van dea oaacht zijn er nog slechts 20 over.... De kapitein van L.... houdt aich gereed om aan den strijd deel te nemen. Hij trekt vooruit — met, een groot verlies aan manschappen — eindehjk bereikt hij de eersta groep en te zamen hervatten zij de verdedi-giog ! Zij vechten man tegen man ; niet één verlaat het gevecht. Gewonde afdeelingschefs weigeren hun post te verlaten. Een doodelijk gewond luitenant zegt,' terwijl men hem weg-voert: „De batterij; redt de batterij!" Een onderofficier bezet de batterij met 10 manschappen, en weet stand te houden. Een luitenant komt hem te hulp ; hij heeft een mitrailleuse op zyn rug meegevoerd, welka hij zelf bedient. De mannen houden zich prachtig Om twee uur des moi gens is de kapiteia L. ... weer meester van de batterij 1 De yerrichtingen van de Fransche aviateurs, ni de Duitsche officieele communiqué s ^ keeren steeds loftuitingen terug op de verrichtingen der „feldgraue" aviateurs eu. menigmaal reeds werd , een eigenhandig geschreven dankbetuiging van den keizer aan een vlieger, die zich bijzonder on. derscheiden had gepubliceerd. Dat intusschen de Fransche aviateara. ook niet sût zitten en zij ^ hun Duitsche collega's evenaren, zoo niet overtref-fen, moge blij'ken uit het hierondervo! gend staatje, waarop het aantal door eenig^ Fransche aviateurs neergeschoten Duitsche vliegtuigen staat vermeld; s Onder-luitenant Navarre: 12 „ Guyniemer : 12 „ Nungesser : 12 „ Chaput: P Sergeant Chainat : ^ Sergeant de Redhefoif. P Adiudant Maxime Lanoirj *

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Belgisch dagblad appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à 's-Gravenhage du 1915 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes