De Belgische standaard

1380 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 19 Novembre. De Belgische standaard. Accès à 28 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/fx73t9f38w/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Voor Taal en Volk "~r EENDRACHT BAART MACHT Voor God en Naard en Land VASTE MEDEWERKERS : M. E. Belpaire, L. Duykers, P. Bertrand Van der Schelden, Dr. Van de Perre, Stiehter-Bestuurder Dr. J. Van de Woestyne, Juul Filiaert, Dr. L. De Wolf, O. Waltez, Adv. H. Baels, Hilarion Thans. ILDEFO N'S P E E T E R S ABONNNEMENTEN : Voor Soldaten : 1 maand fr. 2.50 — 2 maanden fr. 5.00 — 3 maanden fr. 7.50 Voor Burgers : 1 maand fr. 3.00 — 2 maandtn fr. 6.00 — 3 maanden fr. 9.00 OPSTEL EN BEHEER : WULfHAGESTRAAT, 13, BRUGGE KLEINE AANKONDIG1NGEN : fr. 0.50 de regel. REKLAMEN volgens overeenkomst. » OHZE TOEKOMST Hooger Onderwijs i. De meeste Intellectuëelen ken-nen hun godsdienst niet. Waar zouden zij hem geleerd hebben ? Op 't college kregen we les in catechismus; en, daar we nog jon-gens waren, bleef het onderricht toegepast op ons jong verstand en ons jong leven. Een diepe studie over de grondwaarheden van ons geloof, kon toen niet gegeven worden. Op de meeste Hoogescholen wordt een cursus van apologetiek gehouden. Maar die cursus, eën uur in de week is gewoonlijk vrij. Als gevolg : niemand gaat er heen. Vrij ook zijn de advent- en vasten-predikingen en de meeste studen-ten zien er eene allerbeste gelegen-heid iiî om vrij te zijn van som-mige lessen ; maar met vrucht die preeken volgen doen ze niet. Eene universitaire mis word om 11 uur gelezert; maar weinig of geen "studenten gaan er naartoe, tenzij na eene zaterdaagsche rolling die voortduurt tôt laat in den morgen. Verder bestaan er aan sommige Universiteiten solidariteiten en St Thomasgenoetschappen waar men zijne kaart moet afgeven tôt teeken van aanwezigheid. Maar 't gaat er meest als bij eene begra-ving: men geeft zijne kaart mede met een vriend, en deze, belast met twintig, dertig kaarten, gaat er heen terwijl de anderen ergens in eene herberg blijven kaarispelen. 't Middel nu : Eerst en vooral dient er aan de Universiteiten een degelijk godsdienstig onderricht gegeven te worden, een onderricht toegepast op het student-zijn, dus grondigenwetenschappelijk. Och, hoe dikwijls krijg ik «tijdwee » als ik aan de middeleeuwen denk. Veel kwaad hadden zij aan zich, maar toch zooveel goeds ook. Toen lag de theologie en filosoîie aan den grond van 't hooger onderwijs; en, vooraleer advokaat te worden, diende men beslagen te zijn in de kerkelijke wetenschap. Nu nog in Duitschland moet de doctoor in de rechten eene proef onderstaan over kerkelijk recht en hij verkrijgt aldus den titel van doctoor utriusque juris, doctoor in wereldsch en kerkelijk recht. Het is niet voldoende dat apolo-getische studiekringen ontstaan, dit is voor de keurbende; maar een verplichtend, degelijk godsdienstig onderricht, is niet te veel vragen aan eene katholieke Hooge-school. Zeker zullen de studenten hiertegen opkomen. Maar wat be-wijst di£ Komen de studenten in de rechten, terecht ditmaal,niet op tegen de Pandecten? En toch blijft die kursus bestaan. Moest men de studenten gelooven, dan dienden aile cursusscn afgeschaft.te worden. Willen wij dat de Intellec-tueelen leven volgens hunne gods-dienstige beginselen, willen wij dat ze hun geloof verdedigen, dan dienen ze in staat gesteld te worden dit te kennen door een degelijk godsdienstig onderwijs. Indien de cursus goed gegeven wordt, zal de student er met voorliefde naartoe gaan. Daarbij het is plichi ; en dit sluit aile verdere aanmerkin-gen uit. Weet ge hoe het nu gelegen is? — Ik haal enkele feiten aan, echt gebeurd. Over een paar dagen ver-telde mij een professor van eene katholieke Universiteit hoe iii een gesprek met een collega, toebe-hoorende aan eene vrije Universiteit, de vraag van het bestaan van God opgeworpen werd. De eerste verdedigde dit hoofdprin-ciep van onzen godsdienst, met vuur en echte overtuiging. Daarop deed hem zijn collega opmerken dat hij eene uitzondering was. Meer nog, op eene vergadering der geneeskundige faculteit van eene onzer katholieke Universiteiten, kwam het bestaan van duivels te berde. Een professor verdedigde dit bestaan op grond van 't Evangelje. Daarop ontstak een zijner collega's in hevige woede omdat hij zoo naïef was hier nog aan te gelooven. Ik wil niet spreken over demeeningvan sommige hoogleeraren over het geval De Rudder. Welnu dit is het gevolg van 't gebrek aan godsdienstig onderwijs. Ik gaf enkele voorbeelden aan uit de professorale wereld, maar onder de studenten is het kwaad veel grooter. Dan : waarom moet de universitaire mis om 11 ure plaats hebben, en waarom moet het eene gelezene mis zijn. Hoe wilt ge de zondaagsche, laat varen de dagelijksche kommunie aldus bevoordeeligen ? Om 11 uur kun-nen de studenten toch niet meer ter Heilige Tafel naderen. En mag er op eene katholieke Hoogeschool geene gezongenemis geschieden? In de laatste tijden stichtten te Leuven enkele professoren, groep-jes meest parochiaal ingericht. De leden verplichtten zich aile dageop eene bepaalde uur in de parochie-kerk tegenwoordigte zijn aan eene mis gele-zen door een priester-professor en onder de mis ter H. Kommunie te naderen. Dit is eene loffelijke poging die de Acade-mische Overheid zou moeten offi-cieel herkennen en aanmoedigen. Daarover nog meer, later. Bridjia. ■ i Tt g 's Konings feest De Belgen hebben nog hun zegeroes niet uitgezongen; en de geesten zijn nog immer vol, en de harten loopen nog immer over van onzeggelijk geluk en blijd-schap ovor hunne zegepraal. In 't land van over den Yzer waar de Duitsch nooit zijn voet neerzette, waren aile huizen be-vlagd; maar de dorpjes van 't Veurne-Ambachtsche, die vroeger krioelden van soldaten, hadden toch ôp dezen dag een veel stiller feestuitzicht als de andere jaren. Maar in 'f^bevrijde land was 't een gejoel zonder einde. 'k Was dien dag te Brugge. Vlaggen waren er niet meer bijge-komen sedert de intrede van de Belgen in stad: Ieder huis hadjzijn vaandel, en ieder huizeke zijn vlagje, en 't was al driekleur dat men lioorde of zag. Maar om elf ure stroomde het van 't volk naar de Sint Salvators keik, waar het plechtig Te Deum werd gezongen door Monseigneur Waffelaert, bis-schop van Brugge. Z. D. Hoogwaardigheid werd bijgestaan door de ZZ. EE. Heeren Duitsche warboel in Belgie «NLOSTEN TE MULHOUSE DE BRITSCHE EN DUITSCHE VLOOT De bevelhebber der Britsche Vloot heeft aan den bevelhebber der Duit-sche Vloot een draadloozen telegrain gestuurd hem een onderhoud vragen-de, aan boord van een kruiser, ten einde de uitvoering te bespreken van de voorwaarden van den wapenstil-stand.DE VREDESBESPREKING Het schijnt dat de vredesbesprekin-gen zullen beginnen nog vôôr het einde van November. Men verwacht er ook Wilson; maar dit nieuws werd nog niet bevestigd. IN VARSOVIA Duitsche soldaten zijn in het gevang van Varsovia binnen gedrongen, en hebben er achttien Poolsche socialis-ten en honderden soldaten losgelaten ; de bevelhebber der forten werd aan-gehouden.DUITSCHE WARBOEL TE BRUSSEL Heel Brussel staat in rep en roer, en de Duitschers droomen er van aile duivels. De soldaten staan op tegen hunne officieren, en trekken in benden er tegen op; vele officieren kregen reeds een kogel in den kop. Dronken soldaten hebben een muni-tie-depot doen springen te Assche, nabij Brussel; het dorp heeft er nog al er onder geleden. fn de gevechten tusschen de Duitsche soldaten en officieren zijn er een honderdtal slachtoffers gevallen; on-gelukkiglijk waren er ook eenige bur-gerlijke slachtoffers. Hunlaatste woede willen de Duitschers uitwerken op de Belgen, hun overwinnaars, met eenige banken en magazijnen te plunderen. DE DUITSCHERS TE VISÉE De Daily Mail vertelt dat de Duitsche troepen die liggen te Visée en omstreken in wanorde naar Duitschland terugkeeren, en dat zij aile paar-den en karren,diehun onder de handen vallen, meênemen.Zezien er nietnaaf of die paarden en karren aan Belgen toebehooren of niet. Die schoone Duitsche tuchtl En terwijl zij voorts. aile slag... laat me toe... beestigheden plegen, vragen zij om barmhartigheid en om verzach-ting in de vredesvoorwaarden. De Verbondene |Iegers gehuldigd Generaal Foch heeft tôt de verbondene legers volgende proclamatie gericht : « De grootste veldslag, welke in de geschiedenis wordt geboekt, hebt gij gewonnen. Weest fier, want u viel ten deele de heiligste zaak, de volkeren-vrijheid, te redden. Het nakomeling-schap zal U zijne dankbaarheid ge-tuigen.Huldebetoon aan Burgemeester Max De stad Parijs heeft aan Burgemeester Max een schrijven gericht waarin hem wordt gevraagd de Fransche hoofdstad te vereeren met een bezoek. Parijs heeft hem, den held van Belgie, een ontvangst zijner waardig voor-bereid. «Kanunnikken Vauden Bcrghe, Deschrevel, Vandermeersch, Du-clos, Desmet en De Scheppere. Op de eerste rijen zag men hunne Excellencies de heeren Ministers Cooreman,De Ceuninck, Seghers en Carton de Wiart. In het koor zetelden de Wel Ed. Heeren Janssens de Bisthoven, gouwheer van West-Viaanderen, en Visart de Bocarmé, burgemeester van Brugge; de WelEd.Heer Baron Ruzette, de stedelijke over-heden, en de voorzichter en rech-ters en advokaten van den Rechi-bank.Onder de hoogere militaire over-heden bemerkten wij Monseigneur Marinis, Opper-Hoofdaalmoeze-nier; de generaals Constant, Proos, Deblauw; en Melis, hoofd van den geneeskundigen dienst in 't leger. Het Te-Deum werd uitgevoerd door het A capella-koor van den welgekenden heer Reyns, kapel-meester van de hoofdkerk. Het gaat er hier niet om kritiek uit te oefenen, ik wil blijven bij een droog en bloof verslag; maar... ware een Te Deum in Gregoriaan-schen zang, goed uitgevoerd door een machtig koor, niet veel diep ingrijpender op zulke plechtig-heden?De haag werd gemaakt door een détachement van het 4* linie-regiment van Brugge; 't was het muziekkorps van hetzelfde regi-ment dat in de kerk verschillende vaderlandsche Ijederen uitvoerde. De Onttroonden Duitschland, als federatieve kei-zersstaat, bestaat nog zoolang niet. De oorlogvan 1870-71 en de Duitsche zegepraal die hem bekroonde, was het uitgangspunt van de nieu-we Duitsche statengroepeering. Tôt dan waren .aile staten heel zelfstandig gebleven en leefden hun eigen leven. 't Is ten grooten deele aan Bismarck te danken dat de toenmalige keizer het Duitsche rijk kon verwezenlijken. Bismarck ook bleef de ziel van den nieuwen staat en was het nog op 't oogen-blik dat Kfcizer Willem II den troon besteeg (25 Juni 1888). Van de eerste stonden, toonde de Keizer te wezen een man van daad en durf, en sprak hij 't verlangen uit Duitschland te leiden naar de grootheid. Zijn eerste dàad ver-ried nochtans, van meet af, dat hij den militairen geest had inge-zwolgen en dat hij zou en wilde legeeren door de macht. Zijn eerste werk na de troonbeklim-ming was een proclamatie tôt het leger te richten waarin hij meer-maien hethaalde : « lk en mijn leger zijn één. » Keizer Willem, kon de heer-schappij van Bismarck niet ver-dragen en deed deze in 1890 ont-slag nemen. Van dit oogenblik af wijdde hij zich geheel aan den voorspoed van het Duitsche rijk. Aile historie- schrijvers zijn het eens om Keizer Willem de grootste staatsbegaafd-heid en de schranderste politieke inzichten toe te schrijven. Onge-lukkiglijk was hij van den beginne af door den hoogmoed bezeten, en de macht slak hem de oogen uit. Zijn volk echter, die den steeds toenemenden vooruitgang van het land te bewonderen kreeg en dië dezen vooruitgang te danken wist aan de bezorgdheid en den moed van den Keizer, droeg hem wel-haast als een god in zijn hart. Al wat hij vroeg verkreeg hij. Hij werkte bijzonderlijk op 't gebied van 't zeewezen. « Duitschlands toekomst ligt op zee », was zijn geliefde spreuk ; en enkele jaren nadat hij zelf gezegd had, dat hij de kolonies de waarde van het leven van een enkelen Duitschen soldaatonlkende, had hij het zoo-ver gebracht dat Duitschland als koloniaîe groot-mogendheid een eerste plaats had veroverd. In 1898 deed hij, voorgelicht en geholpen door von Tirpitz, het programma voor het opbouwen der Duitsche vloot ten uitvoer brengen, en tien jaar nadien was het budget van het vlootwezen het bijzonderste van Duitschland geworden. Keizer Willem II was wel de meester van zijn volk maar- niet zijn eigen meester. Hij liet zich verblinden en meeslepen door een kliekjehofjonkersdie hem en 't rijk naar den afgrond stuwden. Willem II is de zoon van Frede-r k III en kleinzoon van Willem I die. het Duitsche keizerrijk met Bis narck inrichtte. Hij was koning van Pruisen en Keizer van Duitschland. Zijn grootste werk is geweest de stevige bewerking der Duitsche eenheid. In 1913 bereikte hij vol-ledig zijn doel, wanneer hij zijn eenige dochter Victoria aan den Prins van Cumberland huwde; de eenige mannelijke erfgenaam van het Welfengeslacht. VôôrdenoorlogbestondDuitsch-land uit twee-en-twintig konink-rijken, drie republieken en een rijkland. Van deze koninkrijken hebben Beieren, Saksen en Wur-temburg ook al hun koning er van door gestuurd. Het stainhuis van Beieren is ongetwijfeld een der oudste der geschiedenis. Hei is bijna attijd katholiek geweest. De laatste koning, Ludwig III, beklom den troon in november 1913, nadat hij jaren lang rçgent was geweest; wijl Otho, broeder van Ludwig II (ver-dronken in den vijver van zijn kas-teel) wegens zinneloosheid onder toezicht moest worden gesteld. De Kroonprins van Beieren was eerste legeraanvoerder van een groep legers. Hij zou gevlucht zijn naar In&bruck in Zwitserland. De Koning van Saksen, Frede-rik III, volgde zijn vader op, den 15 October 1904; in 1891 huwde hij Louise van Oostenrijk,scheidde den 11 Februari 1903 omdat zijn vrouw er van onder trok met den leeraar hunner kinderen. Zij trouwde later met den pianist Toselli. Pruisen, Beieren en Saksen waren de moerpilaren van het Duitsche gebouw. Hun instorting zal de val van heel het rijk meeslepen. » Naar Eekloo Gedurende twaalf dagen waren wij blij ven stroppen aan Ûe Scheeps-donck-vaart (boven Maldeghem). Door herhaalde aanvallen werd de vijand er toe gedwongen in allerijl achteruit te trekken. Op Allerzielenmorgen rond 7 ure trokken de eerste piotten de vaart over, en rond 7 1/2 kwamen onze voorposten te Eekloo aan. Welk een prachtige ontvangst 1 op de schouders van het volk werden zij naar het Stadhuis gedragen in triomf, en ontvangen door het Gemeentebestuur. Gansch de stad • was te been. Het gros van het leger dat wachtte op het herstellen der brug van Balgeroek (die de Duitschers hadden doen springen) bleef wat lang weg naar hun goesting, en nu kwarnen mannen, vrouwen, kinderen in stoet het leger tegen; iedereen droeg de Belgische driekleur en het portret van den Koning en Koningin. Hoe geraakten zij daar toch achter! Rond 11 uur meldt men dç aan-komst des Konings aan de brug van Balgeroek. Men had maar de uitdrukking op het gelaat dier menschen te zien om aldra te begrijpen dat zij hem gedurende 4 jaren in hun hart hadden gedragenv Jong en oud gingen nu aan 't roepen: de Koning is daar ! De Koning is daar ! Het waren dan ook toejuichingen zonder einde, wanneer zij hem aan den overkant van 't water bemerkten. De mannen die niet door den Duitsch werden medegevoerd, kwamen in allerhaast toe met schuppen en spaden om de soldaten te helpen in het leggen der bruggen. « Nu weten wij ten minste voor wien wij werken » zeiden ze. Rond 2 ure van den namiddag was de brug geheel gelegd (een bravo voor de mannen van de genie), en nu trekken ruiterij en artillerie in voile galop in de rich-ting van den vijand, die zich terug trekt op het kanaal van Gent-Ter-neuzen.Honderden malen had ik aldus geschut en ruiterij "voorbij zien trekken; maar nooit, als nu, had ik in mij dai gevoelen van macht voelen opwellen : 't was ons zege-vierend leger dat den vijand op de hielen zat. Tegen valavond trok ook het voetvolk vooruit maar niet heel ver. Wij bleven voor de stad liggen; doch door de stad zelf trokken verschillende andere iegerdiensten. Het was aandoenlijk en verrukke-lijk de ontvangst dier soldaten te hooren. Ik zeg te hooren : Wat een vreug-degeroep, wat een vreugdegetier, wat een dooreenwarreling'vanzan-gen en kreten die boven de stad opstegen en gingen uitsterven in de velden, uren in 't ronde. 't Was de ziel van een volk, die zijn vreugde en zijn vrijheid lucht gaf, na vier jaren onmenschelijke slavernij. Welk een troost voor ons, soldaten, te zien dat ons lijden de dood van zoovelen onder ons, het leven heeft gegeven aan zoovele duizenden. Eenvoudige menschen kwamen naar ons toe en zeiden eenvoudig en diep gevoeld : « Wel bedankt, heeren, wel bedankt ! » Het was zôô gemeend en daarom zôo roerend. 4de Jaar —. Nr 248 (m?) . Dinsdag 19 November 1918

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De Belgische standaard appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à De Panne du 1915 au 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes