De klok uit België = La cloche de Belgique

1267 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 26 Août. De klok uit België = La cloche de Belgique. Accès à 07 mai 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/tm71v5cp8x/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

WEEKBLAD VAN „LE COURRIER DE LA MEUSE" Zondag, 26 Augustus 1917. le» BLAD. Iste Jaargang Mo. 22 De Klok uit Belgie Redactie Kapoenstraat 14 Administratie Kapoenstraat 16 MAASTRICHT — Teleph. 614. MIJN NAAM 1S ROELAND ALS IK KLEP, IS T STORM ALS IK LUID, IS T ZEGE PRIJS PER NUNIMER : 5 Cent. ABONNEMENT : Voor Holland . . . . Fl. 1.00 per Kwartaal Voor Buitenland ... Fl. 1.25 „ „ De Tewerkgestelden en hun Leed Een brief van een tewerkgestelde heeft mij een zoo diepen kijk in zijne ziel gegeven, dat ik er de nooden van begreep, en dat ik zijne zaak wil , bepleiten. Als de tewerkgeïstelde met zijn pak onder den arm het kamp verlaat, dan staan de raakkers met oogen die spre-ken van moebeid, verlangen en soins ook wel van aîgunst, hem na te staren en mompelen: „Nog een die er ge-noeg van heeft! Gelukkige vent!" Staat hij dan op 't perron zijn trein op te wachten, dan bekijken hem de siatige rondwandelende Hollandsche burgers en zeggen knipoogend tegen elkaar: „Die Belgen hebben het hier vrij goed: ze vinden een goed onder-komen en weten nog een aardig dub-beltje op zij te leggen! Heusch ze raogen ons wel dankbaar zijn!" En wandelt hij op Zondagnamiddag door stad of dorp, dan wordt de rood-gestreepte broek en de geniepet on-midde'lijk opgemerkt, en iedereen vindt dat die „Belze soidaat" een ,.flinke meneer" is, en zich wel dege-lijk aan zijn nieuw thuis begint te gewennen. Iedereen meent dat het geluk van een tewerkgestelde volkomen is men laat hem dan ook aan zijn lot over, zonder ooit in zijn oogen te kijken om zich van de waarheid der onderstel-ling te vergewissen, zonder ooit hem de hand te drukken om in zijn greep te voelen of zijn hart niet rustlûos slaiat. Ze zijn trouwens over 't algemeen te sohuchter om hunnen nood te kla-gen, en te fier om hunne droefheid uit te bazuinen op de daken, ze hebben uit plichtbesef de taak aanvaard, ze wer, ken uit Jiefde tôt vrouw en kinderen en verkroppen in sti'lte hun leed. Soms wordt het evenwel te zwaar, en dan weten ze niet waarheen om steun en troost. „Enkelen van ons, zoo schrijît die iongen op O. L. Vr. Hemelvaart, kun-nen een goedhartigen Nederlander ontmoeten die de ledige uren gezellig helpt doorbrengen ; de meesten echter zitten in de barak op elkander te kijken." Begrijpt ge de klaoht die in deze laatste woorden opgesloten ligt: op 0. L. Vrouw Hemelvaart zitten de meesten in de barak op elkander te kijken ; en die „meesten", 't zijn waar-schijnlijk de vaders, wier famrlie in België lijdt; vaders, wie het drukke "aniilie verkeer op de straten droevig stemde, die dan naar de eenzaamheid keerden, en nu met strakke blikken cl oeil oo s in de verte staren. Het eentonige kampleven lijkt hun soms in zekere mate min zwaar dan [ het nieuwe afwisselende, want achter den prikkeldraad moet men zich min laten welgevallen. Het kamp bestaat om wille van den soidaat, en heel de nering is naar zijn noodwendigheden ingericht. De gein-terneerde is daar als 't ware op zijn erf, en ieder buitenstaander is zooveel als een vreemdeling. De tewerkgestelde integendeel geldt voor sommigen als een indringer in hun omgeving, en zij die een halve fortuin zouden geven om een vestknoop van een IJzersoidaat te bezitten, zulten soms hun neus optrekken voor zijnen wapenbroeder die te Antwerpen zijnen plicht gedaan heeft! Eendracht is macht — er is geen onderscheid meer onder Belgen, — wij zijn allen broeders, — onze sol-daten zijn onze glorie ! — Zooveel silagwoorden die heel mooi kïinken op feestvergaderingen, in dagbladartike-len, en bijzonder bij teraardebestellin-gen. Dooh verloren ze in het dagelijk-sche leven hunne ware beteekenis niet, dan zouden onze tewerkgestel-den zooveel vernederingen van wege hun eigen landgenooten niet te ver-duren hebben. Achter den prikkeldraad is men er zich ook minder van bewust van wat het hart door den oorlog te lijden heeft. Er bestaat meer kameraad-schappeiijk leven de verschillende bonden hebben nieuwe banden ge-smeed, de mannen der zelfde streek zijn geworden als kinderen van een zelfde familie die elkander opmonte-ren, en elkaars last helpen dragen. De^ tewerkgestelde, hij staat soms wildvreemd in zijn midden, en tegen-over zijn gezellen. — Luistert wat onze vriend schrijft. „Wie zal er nu in de barak wat vertellen om er leven in te krijgen? Niemand. En gebeurt het soms dat er iemand wat uit de jonge jaren wil verhalen, dan zullen de anderen wel luisteren, rnaar zoo on-verschillig, het gaat niet, het wil niet vlotten." Ze werden in het gewone leven ge-smeten, en wat dit gewone leven juist aantrekkelijk maakt, ide warme farni-lie-atmospheer, werd hun niet gegeven.Toén de groote vlucht duizende en duizende Belgen op Neerlands gast-vrijen bracht, kregen ze hun plaats aan de haardsteên en aan die Samari-tanerdaad is het te danken dat er heel wat min harten door die catastrophe verbrijzeld werden. Welnu diezelfde daad moet nogmaals herhaaîd, nu de geinterileerden zoowat overal tewerk gesteld worden. Belgen die een eigen woning be-trokken, hebben den plicht hunne deu-ren open te stellen voor de mannen die lijden in de stilte. Wat vreemden uit liefde voor ons deden, moeten wij uit rechtvaardigheid voor landgenooten doen. Gaat tôt die jongens die ge op uw wandelingen ontmoet, spreekt ze aan, doet ze aan uwe zijde stappen, laat ze van hunne vrouw spreken, laat ze uwe kinderen streelen, houdt ze bij u als de avond valt, en de duistemis zoo droevig stemmen kan, dan spijst en laaft gij hen die hongeren en dor-sten naar liefde, dan vrijwaart ge uw broeder van moedeloosiheid, dan be-leeft gij uwe belijdenis d'at „de Belgen êén zijn". J. C. Afscfoeidszangen. IV. DE ZIBLEN. Wanineer een zelîde xarrip en owgeluk De traensoheii drijft raaar vreemde Janden, Dam smeedt het staag igehamer van den dr.uk Van ziel tôt ziel s.taal'vaste banden... En 'k voel inu imach#ger dan ik ooit dacht Dat lijidemsibainlden kunnen ibiniden Zoo sterk, dat ik met raw gewdd de klaoht, Bij 't soheên, van alem^ die mij iminden, iMoet smoren in 't gediaaht van hooiger plioht. Verspreide zielen uit de igoiuwen Van 'Bel'gië, Wie die.p in wee ihier îigt, Oins bonxl en ibindt één schoon be.tronwen, iEén beimwee naar ons lieve, lijdenid land, Eén 'S'terke ilietde in sombre dagen, Eén zwarfoeproetfde, fiere hoop, bestaind Om nog meer last, desnoods te dragen. Verweerde ihallingiszielein, nitgejaaigid Uiiit eigen land naar uitheemsohe oorden, Die, bloedig-roo'd van smart, tooh nirnmer Maagt, Al kan-geen taal zoo'n leed verwoorden; ■Hoe dikwijls viel 't mij, priester Goids, te beurt Diep in uw deuigd ien wee te schouwen, En, heb 'k om u in madelij getxeurd, !Ik voelde ook eerbieid om iuw rouwen. ;Meit vromie antroerihg e:n met hoog ontzag Heb ik uw 'heilge tranenglorie Rewonderd en igezegenld dag .aan dag, In 't moediig beiden van viktorie. Ik heb imij Mij en rijk 'gevoeld in al De zielensohoo'nihid v>an die lijden, En nu 't op soheiden komt, no oit zal — Wat afstanid 'tussohen ons mooig glijden — Het 'Pracht-hiendenken itanen of vergaan Aan lailten die 'k ihier moeht ontmoieten. O ziet de 'toekomst steelds, betrouwend aain, En nu ons wegen^ soheiden moeten, Dat onder de asich van uwen zielanirouw De vlam der sohoome hoioip blijf branden, En blijift in vuurge lieJde oins land getrouw, Al is 't'hiier kil in koele landen. En blijtft dat landje waardig a'ïïenmees't: Driuipt ook zijn bloed uit wreelde wonlden, Het is nog inooit zoo heilig-seihoon> geweesit, En in zijn groo'tiheid onigesidhonden; Het staat bekend om oude vrijheidsmin, En als de va-adren- zijin 'de zonen, En booge liuister van zijn ®odsdienstzim Spant om ons volk een 'gloriekron'en. Onthoud, imijin uitverko'ren zielensohaar, 'Geheiligid en vereêld door 't teeken Der kinldr&n iQods, dit woord, b&t eenig-waar, Dat, 'vaarwel-weenend, 'k nog moet spreken: De itijden vordren in hun grootsohen nood, Vol haat en lietSde ien Teuzig strijd'era; Goid zegent 't reoht. Maar hij al'leen is groot Die de eeuwge zege eens .mag belijden. Vaaritwel, mijm 'liafste lanidigenooiten. Mocht Ik u tôt hulp igeweesit zijn in dit land, Blijft mij vereniigd. op 'en na dees toohit, Door vrom igefoed, den heohtsiten lîeMeband. Arth. OOUSSENS. Aan onze Lezers. Soms krijgt gij nieuws uit het dierbaar vadericmd, dat ook uw lotgenooten in de Ba'lingsckap aanbelangt. Deelt ons dat nieuws mede. wij zullen het door „Dc Klok" verspreiden. Gedeclde vreugd is dubbele vreugd. Leest op onze 4e bladziide den oproep ten voordeele onzer geinterneerden in Zwtiser-land, en geeft er gevolg aan. Onze edelnwedigheid bliive spreekwoor-deliik. De Paus en de Oorlog De diplomalische actie van onzen H. Vader Benedictus XV heeft de aan-dacht van de heele wereld gewekt. De tusschenkomst van den Paus in den oorlog is van het allergrootste gewicht. De pers van de heele wereld heeft over de nota door den Paus aan de oorlogvoerenden gezonden heel wat artikelen ten beste gegeven. Al de dagbladen schijnen diepen eerbied te hebben voor de edelmoe-dige gedachte die den Paus tôt han-delen aanzette; en ook wel voor de pijniijke gevoetens die zijn hart bij het aanschouwen van dezen vreese-lijken oorlog vervullen. De neutrale biaden voegen er tevens den wensch bij dat de onderneming van Rome moge lukken ; de kranten der ooriog-voerende volkeren verschillen zeer in ■ hunne appreciatie. Weinige zijn er die den pauselijken stap onvoorwaardeiijk goedkeuren. Vele bespreken zeer streng, en nog wel met bitterheid de oplossing die de Paus vooropgezet heeft; anderen meenen dat deze voorstellen, welke met voorbedachtheid nog al vaag ge-vormd zijn, een ware basis verstrek-ken, op de welke men nu of later tôt een accoord zou kunnen komen. Het algemeen gevoelen is dat de pauselijke poging niet lukken zal; sommige heeren kraaien dit luid op de daken en dit met eene zekere vol-daanheid die genoeg laat onderstellen dat met hun gepraat en geschrijf an-dere belangen dan die van het vader-land moeten gebaat worden. De meer ernstige en oprechte menschen zijn van gedachte dat in ieder geval de oorlog door de pausel'ijke daad, een nieuw tijdperk, dat door de vrede zal Ejusloten worden, intreedt. Zeker is het dat de voorstellen van den Heiligen Stoel niet scherp afge-iq'nd schijnen ; en zoo vindt elke parti] îen reden om ize van meet af te ver-iverpen. Doch om zoo te handelen noet men maar oppervlakkig en met rooroordeelen behept de nota gelezen lebben. Het document moet ernstig bestu-ieerd en in zijn waar daglicht ge-slaatst worden, en dan krijgt het zijn vare en diepe beteekenis. Dan ziet nen dat, rekening houdend van den midigen toestand der zaken, de al-^emeene formulen die de Paus voor-)pzet om tôt een eerste onderhande-ing te kunnen gtraken, overeen te >rengen zijn met de rechtmatige sischen der Verbondenen. Het antwoord moet evenwel door le regeeringen gegeven worden ; zij :ijn ten lange laatste de eenige die )evoegd zijn in de zaak, omdat zij illeen ai de gegevens van het vraag-tuk kennen. Maar wij durven ver-lopen dat die regeeringen getrouw lan hun eenige roeping, zich zullen aten leiden door de ware belangen 1er • volkeren, als ze hun antwoord an den Paus zullen opmaken. "DE KLOK UIT BELGIE„

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De klok uit België = La cloche de Belgique appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Maastricht du 1917 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes