Het tooneel

1063 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 09 Mars. Het tooneel. Accès à 19 mai 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/xp6tx3693c/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Het Tooneel Tnnvrfnnrf ]M r — Q Moiirt 1918 Beheer en Redactie : Kerkstraat, 13, Antwerpen 15 Centiem Kon. Ned. Schouwburg " De Dief „ Ontegenzeggelijk is H. Bernstein een tooneel--schrijver die het tooneel kent lijk zijn zak. Hij is baas in «l'art des préparations» op en top en hij weet waar hij heen moet om het gewenschte effekt te bekomen. De moderne techniek heeft voor hem geen geheimen en van den bijval is hij op voorhand verzekerd. Er ligt iets ruw, brutaal in zijn werk, het is weinig aristocratisch, in de schoone kunstbetee-kenis van dat woord. Zijn helden zijn gevoelsmenschen die onmach-tig staan tegenover hun passies, vooral physieke passies. Zij deinzen voor mets achteruit om hun doel te bereiken, aile middelen zijn goed om dat doel, gewoonlijk van lager gehalte, te bemach-tigen.Bernstein heeft zijn succès te danken aan zijn tooneelmatigheid, aan zijn essentieel, onloochen-baar dramatische krachten. Zijn stukken maken bij de lezing minder effekt, m en moet ze op het tooneel zien. Zijn personnages hebben het voetlicht noodig, moeten kunnen spreken, bewegen en evolueeren, vooral tegenover elkander staan in strijd, haat en liefde. De ontroering zelf is gewoonlijk physiek, zelcl-zaam geestelijk. De diepgaancle, schokkende, of zacht-aandoende emotie blijft ^weg, werkt niet achteraan. Zij is oogenblikkelijk, treffend, pak-kend en... voorbijgaand. En wat zijn werk veelal aan literaire waarde ontbreekt, heeft het zooveel te meer aan de kwa-liteiten die het als spel uitermate doet gelukken. Melodramatiek wor.clt te pas gebracht waar het noodig is om het effekt zooveel te meer kracht bij te zetten. Tooneel is conventie en de werken van Bernstein steunen daar vooral op. Mén zal niet altijd accoord zijn met den schrijver, scherp psychologisch weerstaan vele karakters niet aan de ontleding, maar toch zijn sommige van die karakters geschetst, dikwijls scherp omlijnd, met al den durf van een niets ontziend theaterman die op de hoogte is van den gemoedstoestand van den doorsnee-toescliouwer. Een zijner beoordeelaars zegt o. m. over hem: «Bernstein heeft zonder voorbehoud de zijno. — (le weg der ruw-opgezette psychologie, welke niet principiëel wordt geformuleercl en zich recht-streeks ait in de woorden en daden der creatu-ren en slechts dàarin — gekozen, de weg die 't best met zijn temperament overeenstemde. De toestanden overheerschen in zijne stukken de karakters. de gebeurtenissen, de psychologie, de stoffelijke realiteit, de innerlijke, diepere com-plexie des harten. Daarom heeft men het recht Bernstein niet tôt de heel groote, de heel volle-dige kunstenaars der «Buhne» te rekenen. Men weigere hem echter niet de erkentenis dezer twee groote hoedanigheden: beweging en kracht. Men drijve ook het verwijt van materialiteit niet te ver, want de levendigheid, de echtheid van zeke-re zijner schepsels. zijn maar al te waar, al te werkeliik. En nocmaals: de eigenschappen die hij stellig bezit zijn toch zoo geschikt theatraal, zoo essentieel dramatisch; men moet ze in aan-merking nemen, al ware 't maar om den ontzag-lijken Bijval van Bernstein on zijn bijzonderen invloed te verklaren. Théâtre des faits» kan men het noemen, waar-Ln de redeneeringen maar de leemten schijnen te vullen die tusschen de opeenvolgende feiten ligt. De dialoog bestaat uit korte replieken, gaat snel; monologen vindt men niet, geen bespiegelingen, geen discussiën en vooral geen tendenz. Daarbii nog dit: Bernstein kiest nu eens niet heel verfijnde, bewuste, gevoelsnobele of verstan-cîeiijke wezens.die veel debatteeren of poëtiseeren, rnaar wel instinct-wezens. die zich laten meesle-pen door de onrustigste der menschelijke driften: de vleeschdrift, het spel, de geldzucht en de hoo-vaardigheid, menschen die van aile moraliteit af-stand doen om tôt hun doel te geraken: de for-tuin, de eer, de liefde-bevrediging; die als wilde dieren door 't leven zijn losgelaten; een weinig kristelijke collectie schurken en fortuinjagers.ge-nieters en levensuitbuiters, aan wie luttel psychologie te verspillen is en die, van nature uit, da-nig verschillen van de veel schooner en gevoelige schepselen van Henry Bataille b.v. Dat ailes be-let niet dat die primaat-menschen, als zoodanig, massaal van gestalte zijn, en heel krachtdadig uitgebeeld- diep ademend, stevig gespierd en breed geschouderd. Nietemin komen er in het werk van Bernstein figuren voor — bijna allen vrouwenfiguren — die heel wat ingewikkelder, subtieler zielsbestaan en psychologisch gesproken, heel wat ruimeren on-dergrond hebben: Marise uit «Le Voleur», Hélène uit «La Rafale», Eveline uit «Le Bercail», Bour-cade's vrouw uit «Après-Moi». Bernstein heeft ophemelaars en heel veel af-brekers gekend. Toen zijn «Après-Moi» opgevoerd werd in La Comédie Française werd er heel wat kabaal gemaakt, niet om het stuk zelf, maar tegen den auteur, door de «Camelots du Roi», die wildéri beletten dat het werk van een jood en... vroegeren deserteur, opgevoerd werd in het hei-. ligdom der Fransche tooneélspeelkunst. Die klein-zielige manifestatie verminderde den werklust niet van den dramaturg, want kort daarop wèrd «L'Assaut» vertoond. * ♦ * «De Dief» levert ons het beste bewijs van wat wij hooger aanhaalden: de schrijver laat zijn pu-bliek geen oogenblik los, hij holt voort zonder een aarzeling, zonder een zwakte, de eene verrassing volgt onmiddellijk op de voorgaande, het effekt alaat in, treft en verbluft! Men heeft den tijd niet :>m na te denken, men moet mede tôt het einde. toe en men komt niet op adem dan na het cloek yoor goed gevallen is. Maar âls men dan zich de moeite getroost een oogenblik te overpeinzen jver wat men te hooren kreeg, ach lieve hemel! wat blijft er.dan nog recht van al de handelin-?en,die heelemaal vallen buiten het kader van het aannëmelijke en die ineenstorten als een kaarten-fiuis waar eventjes tegen getikt wordt. Wat heeft Bernstein toch gemaakt van Marise? Die vrouw steelt om schoon te zijn in de oo-?en van haren man die het leven meegemaakt leeft te Parijs en voor intelligent doorgaat, en niet eens ziet dat zijn wederhelft met het maand-afeld, dat hij haar geeft, onmogelijk zich al die ttooie kleeren en kostbare prutsen en frullen kan eoopen. Die Marise die er in gelukfmet een Sher-och-Holmesachtige vindingrijkheid en gevatheid >p een vloek en een zucht haar jeugdigen aanbicl-ler over té halen om te doen zeggen dat hij de lief is en hem dan nog in aile haast het laatst festoien geld in de hand stopt. Datzelfde vrouw-;je dat zooveel tegenwoordigheid van geest heeft >m ailes bliksemsnel klaar te spinnen, begaat dan ater den onmogelijken flater haar geld weg te ïtoppen in tegenwoordigheid van haar man, als sij daartoe toch de beste gelegenheid had in de camer daarnaast, waar zij zich alleen ontkleeden >aat ! De echtgenoot, Richard Voysin, laat zich door sljn vrouw bepraten en zal haar ailes vergeven, m den jongen Fernand maar aan zijn lot overla-;en, totdat hij opeens het vermoeden krijgt dat le zoon van zijn vriend de minnaar is van zijn rrouw, en dan — in zijn ijdelheid gekwetst — :al hij niets meer ontzien. . Wij zouden kunnen voortgaan de onwaarschijn-ijkheden bloot te leggen, maar tôt wat zou het dienen. De Dief» is een gemeen surrogaat dat voor echt aanzien en. met pleziei aan de voile waarde door het ontroerde en gelukkige publiek betaald wordt. * * * De vertooning — en dat was te voorzien — was verre van gelukkig. Het stuk dat eerst voor ïater bestemd was moest met een paar repetities gaan en kon dus niet anders dari in zekere mate te lijden hebben van de mindere zorg der instu-deering. Daarbij kwam dan nog dat drie van de voornaamste artisten: Mevr. l)ilis en Mevr. en heer Bertrijn, gedrukt waren door bedroevende familieaangelegenheden. . Heer en Mevr. Bertrijn hebben nochtans 111 II groot spel geleverd en bewezen dat zij werlcelijk talentvolle artisten zijn. Mevr. Bertrijn's mimiek in I en II was werkelijk zeer expressief. Ook ivlev. Dilis en heer G. Cauwenberg-mochten wel voldoen. Heer Ruysbroeck was minder rolvast; zijn ty-peering was goed opgevat. De roi van Ferdinand Lagardes is verre van dankbaar, dat geven we toe, maar wat heer Van de Putte daarvan gemaakt heeft was oprecht meer clan zonderlirig. Dat was geen jonge heer meer, toekomstig diplomaat, die er al twee lief-jes op nahoudt en een getrouwde vrouw het hof durft maken, maar een treurwilg, een huilebalk, (le type van een Hollandschen grijzer. Ik geloof waarachtig, dat die jeugdige acteur vast in de meening is, door zich stokstijf te houden, hij heel voornaam schijnt. Wat vreemd figuur maakte hij, loen hij uitriep: Papa! papa! dan den mond open liet en zijn oogjes sloot. N. In en omdeSchouwburgen KON. NED. SCHOUWBURG. — Zaterdag 16, Zondag 17 (dag- en avondvertooning), Maandag 18, en Dondei-dag 21, opvoering van «De kleine Lord», tooneelspel in drie bedrijven van Francès Hodgson Burnett. — Verdeeling : John Arthur Mollyneaux, graaf Donincourt, hr Ruysbroeck. : — Cedric Errol (de kleine Lord), Mej. M. Ber- ! trijn. — Havisham, zaakgelastigde van den graaf j heer E. Gorlé. — Higgins, pachter, hr Van de Putte. — Dick, schoenpoetser, heer W. Cauwenberg. — Mr Hobbs, kruidenier, heer P. Janssens. — Wilkins. heer A.ngenot. — Bediende van den graaf, heer Van Gool. —■ Thomas, heer Schmitz. — Mevrouw Errol, Mevr. Bertrijn. — Mina, ita-liaansche, Mevr. Dilis. — Mary, dienstbode van Mevrouw Errol, Mevr. Ruysbroeck. — Vooraf : «Ahasvérus», dramatische episode in een bedrijf van Heijermans. — Verdeeling : Ivaralyk, hr P. Janssens. — De Moeder, Mevr. Dilis. — Petrus- ! ka, heer L. Bertrijn. — De Grootmoeder, Mevr. Noterman — Kasja, de meid, Mej. J. Janssens. | — Petroffj een boer, heev Van de Putte. — Een | hoofdman, heer Gorlé. De handeling heeft plaats : in een klein gehucht van Nishni Novgoi'od, om- ; streeks 1890. BETREKKELIJK de opvoering van het be-kroond blijspel «Acta Bureaucratica» is nog altijd geen vast besluit genomen. Dat er dit seizoen nog iets van in huis komt betwijfelen wij sterk. HEER DILIS. — Alhoewel de toestand van hr Jan Dilis, min of meer verbeterde, toch blijft hij nog steeds gevaarlijk ziek. MEJ. BERTRIJN. — Met genoegen vernemen wij, dat de toestand van Mej. Marg. Bertrijn mer-kelijk verbeterd is. Talrijke lieve blijken van ge-negenheid wei'den de graaggeziene actrice in de-ze lijdensdagen betuigd. Geen dag verliep of be-wonderaars van haar jong en frisch talent lieten de zieke bloemen afgeven. NESTOR DE TIERE. — De gekende tooneel-schrijver heer Nestor de Tière, was in den laat-sten tijd tamelijk erg ziek. Naar men ons verze-kert'zou hij thans aan de beterhand wezen. • HIPPODROOM. — De heeren F. Condès en V. Neutgens sloten eene overeenkomst af met heer W. Pouillon, waardoor zij zich voor het komend Zomerseizoen het uitsluitend opvoeringsrecht ver-zekeren van de bijzonderste stukken van den g<e-kenden parodist. Na de revue wordt in het Hippodroompaleis eene allerliefste operette vertooncl : «De arme Milliouair», muziek van P. Ottenheimer. Verder zullen opgevoerd worden: -Paysan-roi», . stuk dat in Brussel zeer veel bijval verwierf, en twee parodies van W. Pouillon : «De dochter van den Ivruinoot» en «Rare Marus». HEER PIERRY. — Wegens betrekkelijk erge ongesteldheid werd heer Pierry door heer Frans Condès vervangen in de revue «Wat vraagt het volk?» Heer Condès verwierf in zijn verschillen-de rollen zeer veel bijval. «Het Tooneel» wenscht heer Pierry een spoedig herstel. MEJ. DIDIER en HEER A. DARDEN. — Ver-leden week was het alom in den mond dat Mej. Didier en heer Alfons Darden, na het sluiten van het Winterseizoen, het Hippodroompaleis zouden verlaten, en eene nieirwe verbintenis aan -een schouwburg te Brussel haclden onderteekend. Uit de beste bron vernamen wij dat dit gerucht voor-tario- was. De twee graaggeziene artisten hebben voor het komend seizoen met de heeren Fr. Condès en V. Neutgens bijgecontracteerd. — Onze talrijke lezers zullen dit nieuwsje stellig met genoegen vernemen. «WAT VRAAGT HET VOLK???» — Heden gaan dus de aangekondigde niéuwe tooneelen door. De heeren bestuurders verzekerden ons, dat zij zinnens zijn nog een geheel nieuw bedrijf op te voeren. «WACHT EEN BEETJE!...» — Ook in deze vermakelijke revue, die sedert drie weken zooveel volk haar de Palatinat lokt, worden heden avond nieuwe scènes vertoond. «GRI-GRI» IN EDEN. — De eerste vertooning van Gri-Gri», de beroemde operette van Paul Lincke,met vlaamsche bewerking van onzen stads-genoot Ant. De Graef, wordt met veel belangstel-ling verwacht en wij denken wel dat de bijval van v.Gri-Gri» nog dien van «Walsdroom» over-treffen zal. De rollen zijn in. de b' ..ce handen: Mej. Nini de Boël zal de titelrol vorvullen, heer de Raëve van de Scala van Brussel, de roi van Gaston Hartman, roi die hij meer dan vijftig maal gezongen heeft, terwijl heer J. Van Pelt, in den nëgerkoning^ een kolfje naar zijne hand zal hebben. Aan heei* Castel wordt de roi van Komkommer toevertrouwd. De overige rollen zullen worden vervuld door de dames Van Harne-veldt, Hoedemaeckers, Aelbrecht en de heeren Manaul, Julsan, enz. Men repeteert onverpoosd onder de leiding van heer L. De Backer. Het der-de bedrijf bevat een allerliefst ballet: De dans (1er- Cockail-Girls, dat door heer Marcel, dans-meester, wordt geregeld. Het huis Ducheyne en Smits zorgt voor nieuwe kostumen en koor en orkest, on.cler de leiding van den heer J. Coot-mans, zullen versterkt worden. / 2lc Tooneelprijskamp uitgeschreven door Gust Janssens, uitgever, onder patronaat van het weekblad " Het Tooneel „. Niet minder dan 67 tooneelstukken zijn toe-gekomen voor clen nieuwen prijskamp. De uitslag overtreft dus wel de verwachting. Hier volgen de titels : 1. «Het Edelweiçje», zangspel in drie bedrijven. 2. «Het verloren Kind», sprookje in drie bedr. 3. «Oomke komt», kluchtspel in één bedrijf, 4. «De boosheid gestraft», drama in één bedr. 5. «Hunne Roeping», tooneelspel in drie bedrijven.6. «Mensch worden», tooneelspel in verzen in vier bedrijven. 7. «Frans Ackerman»,' treurspel in vijf bedr. 8. «Zijn Recht , tooneelspel in vier bedrijven. 9. «De Wees», tooneelspel in drie bedrijven. 10. «Zielenadel», tooneelspel in drie bedrijven. 11. «Op de Huifkar», blijspel in één bedrijf. 12. «Geknakte Stengels», tooneelspel in drie bedrijven.13. «De Erfenis van Heer-Oom», tooneelspel in drie bedrijven. 14. «De Laatste Slag», tooneelspel in drie bedrijven.15. «Het Schoothondje», blijspel in één bedrijf, 16. «Juweelen», tooneelspel in drie bedrijven. 17. «Het Hoogste Offer», dramatisch tooneelspel in drie bedrijven. 18. «De Reddencle Engel», blijspel in één bedrijf.19. «De Beest», dramatische schets. 20. «Mevrouw Wijsgeéi's Tegenslag», dramatisch blijspel in een bedrijf. *21. «De Band», oorspronkelijke komedie in vier bedrijven. 22. «Fata Morgana», dramatisch tooneelspel in vier bedrijven. 23. «De Werelcl is Rond», bëredeneering in één tafereel. - 24. «De Woekeraar», tooneelspel in één bedrijf. 25. «Mieken Daels», tooneelspel in clrie bedr. 26. «Een Wedérzien», tooneelspel in één bedrijf.. . _ v . T-, 27. «Quo Vaclis?» treurspel in tien tafereelen. 28. In den Zwàrten Toren», drama in één be--%lrijf.29. Het Gevonden Kind», drama in één bedrijf. 30. «Louise», tooneelspel in vier bedrijven. 31. «Een Behoedzame Maagd», tooneelspel in drie bedrijven. 32. «De Boer der Wilgenhoeve», drama in vier bedrijven. 33. Vertrouwen»,. tooneelspel in drie bedrijven.34. «De Stroom , tooneelspel in drie bedrijven. 35. «Wrakken», tooneelspel in drie bedrijven. 36. «Mijnheer betaalt zijn Schulden», comedie in één bedrijf. 37. «Het Kindernummer», solstuk in drie bedrijven.38. «De Nieuwe Tijd», tooneelspel in twee bedrijven.39. «Moderne Don Juan's», blijspel in één bedrijf.40. «Een Knecht Gevraagd>, kluchtspel in één bedrijf. 41. 't Was maar om te lachen», kluchtspel m één bedrijf. 42. «Nieuwjaar», dramatische schets in een be-drijf.43. «Bertha», tooneelspel in clrie bedrijven. 44. «Een Les», blijspel in één beclrijf;> 45. «Offerande», een spel in drie bedrijven. 46. «Een Vreemde Vogel», tooneelspel in vier bedrijven. 47. «Ellen's Preli dium», spel in drie bedrijven. 48. «Een Goudvischje ten«Geschenke», tooneelspel in één bedrijf. 49. «Het Woorcl», kluchtspel in één bedrijf. 50. «De Drank», drama in één bedrijf. 51. «De Wig», tooneelspe] in clrie bedrijven. 52. «De Schurk», dramatische schets in één be-drijf.53. «Beetgenomen», blijspel in drie bedrijven. 54. «Gebroken Haiten», spel in drie bedrijven. 55. «Droomers», blijspel in vier bedrijven. 56. De Toi der Liefde», spel van passie in één bedrijf. 1 57. «De Kanker der Steden», lyrisch tooneelspoi in vier bedrijven. 58. «Koning Ambiorix», drama in drie bedr. .59. «Scherpe Doorn», een spel van geesten, — één voorspel en één bedrijf. 60. «Zonderlinge toevallen», comedie in één be- 61. «Zielestrijd», dramatische schets m een be-drijf.62 «Toch getrouwd», in één bedrijf. 63. «Een Goed Micldel», blijspel in twee bedr. 64. «Stoops fecit...» tooneelspel in drie bedrij-ven.65. «Vrouw», éénakte. 66. «Asmodee», een familiedrama in drie bedrijven.67. '-Het Onbereikbare:> spel in twee handelin-gen. De Idealisten DE KAMELEON. Hm... hm, die gelukkige menschen, wier geloof niet geschokt is... JONAS LIE. Petruske, de champetter, was den morgen van cle verkiezing vroeg op. Hij had zijn beste tuniek aan en zat smakelijk te ontbijten in cle keuken waar een walm hing van gebakken spek. De Veldwachter was een kortgestuikt man met blozend gelaat en zwarte, afhangende snor. Zijn donkere, sluwe oogjes haclden een heimelijken glans. Terwijl zijn vrouw haar kerkboek in een lade sloot, overwoog zij luiclop. — De Pastoor heeft nog gepreekt tegen cle li-beralen ! — Och! misprees Petruske en haalde cle schou-ders op. — Maar als zij nu toch eens wonnen ? — Och!... Petruske keek in clen tuin, maar gaf geen verder bescheid. Zijn bloeionde dahlia's en zijn bela-den frultboomen schenen zijn aandacht geheel in beslag te nemen. — Schoon weer, zei hij langzaam. — Ja, de zon schijnt... t is puur zomer.. — 't Is geuzemveer zal cle Burgemeester zeggen...Het hielp haar niet, Petruske bleef gesloten, stopte peinzencl zijn pijp en hulde zich in rook-wolken.— 'k Zou toch voorzichtig zijn,kon ze niet na-laten er nog bij te voegen. De Veldwachter heette een stille kiesdraver der liberalen en mocht zich in de bijzondera gunst van clen heer Burgemeester verheugen. Hij was nu reeds zestien jaar ordehandhaver in de gemeente, kende de menschen en hun zwakheden, woonde in een aardig huisje, hacl een rustig leventje en profijtjes van aile kanten. Zijn pintjes on borrel-tjes werden hem in overvloed geschonken, en cle boeren bedachten hem wanneer een varken ge-slacht wercl!... In zijn optreden was Petruske steeds bezadigd... Met kermis, met carnaval of loting kon hij schikken en sussen. Hij was zijn gewicht in goud waard, oordeelde cle Burgemeester. Maar liberaal was Petruske, hij diencle zijn bestuur trouw en vol toewijding. Buiten, in de Dorpstraat, liep hij zelfbewust door cle drukte van kiezers en kijkers. Op cle voetpaclen waren reusachtige blauwe reclames geschilderd: Kiezers, stemt onder Nr 2! Aan het Gemeentehuis hingen vechtplakkaten aan flarden gescheurcl. Voor deii ingang deelden cle jonge wachten nog strooibiljetten uit namens cle beide partijen -- De waarcl uit «De Roode Leeuw»,. uittredend raadslid, klampte Petruske aan. — Wat clenkt ge, Champetter? — Hm ! zei Petruske en pinkte zenuwachtig. — Ze krijgen een davering van belang! — Hm!... 't Is geuzenweer! — Ja, Champetter... Z'hebben anders in stilte gewerkt! In «De Witte Leeuw» zuipen ze al twee clagen kosteloos, voor niets... Er is gegeven met cle macht... Maar wij hebben ook gewerkt. wat zc-gt ge van die blauw letters ?" Goed gevonden, he?... Maar z'hebben clezen nacht onze plakkaten afgetrokken... 'k Ga nog wat propaganda maken ... saluut, Champetter... tôt straks... op u kunnen wij rekenen... en 't avond drinkt ge toch mee op d'overwinning... Petruske zag het Raadslid na, wou dan bin-nengaan om te kiezen, maar werd terzijde ge-trokken door een mager heerschap, cle klerk van den katholieken notaris. — Ze krijgen een buis, fluisterde hij, — wat clenkt gij er van, Champetter? — Hm! Hm! herhaalde Petruske pinkend en streek zijn snor op. — Ze liggen buiten... wij hebben geteld... al hun plakkaten helpen niks... — Hm!.,. 't is geuzenweer! — Ja, go kunt moeilijk spreken in uw positie. Ik vraag niks-.- maar we weten dat ge een zeer deftig man zijt en 'n goede Champetter... Petruske stoncl met zijn stok tusschen cle keien te wroeten, antwoordde niets maar knikte, ging dan op zijn zeven gemakken naar binnen. In de kieskamer groette hij met afgemeten be-leefdheid, nam zijn kiesbrief en trok zich eventjes terug in oen kieshokje. Zijn geplooid stem-briefje stak hij voor clen neus van clen voorzit-ter in cle stembus, keek naar cle getuigen, maak-to een grimas. De liberale getuige knikte vrien-delijk, de katholiek pinkte. Petruske ging daarna een pijpken rooken in zijn bureau onder het gemeentehuis. Hier kon hij heel de straatbeweging bespieden. Hij zag clen Onderpastoor dicht langs cle hui-zen wegsluipen, cle koster ging voorbij met een pak onder den arm. Het pakpapier was gescheurcl en Petruske meende de driekleur van een vlag te herkennen. Drie oude mannekens werden uit het rijtuig van clen Notaris gelost, en cle liberalen voerden kromme Pol op een hondenkar tôt onder zijn venster. De mannen der liberale Harmonie, die samen moesten eten in «Do Roode Leeuw». liepen met hoogroode gezichten over en weer en clroegen hun kenteeken reeds in het knoopsgat. De Burgemeester trad binnen, zette zich onge-geneerd op de lage schrijftafel, sloeg de panclen van zijn jas op cle papieren. — Dag, Burgemeester, groette Petruske met frmiliaren eerbied. —Dag. Champetter! Wat clenkt ge?••• — Hm! Hm! -. 't Is geuzenweer, Burgemeester!— Ja, grinnikte cle Burgemeester, en hebt ge gisteren nog die twee boeren bewerkt? — Ile doe altijd mijn plicht, Burgemeester. — Ja, op u kunnen we rekenen, Petruske, we zullen ook voor u zorgen... Kom, we gaan een pint drinken in «De Roode Leeuw». — Zouden we niet liever in «De Engel» gaan ? — Waarom ? — Ze nemen toch ook bier van uw brouwerij, Burgemeester. — Maar 't zijn kalotten! — Och, Burgemeester, ge kunt nooit weten waar het goed voor is... er zijn misschien nog twijfelaars te winnen... — Champetter, ge zijt 'n vos... ge zijt een stille maar goede steun voor cle partij... — De Burgemeester kent mij, zei Petruske ne-derig.Op cle straat juichten de mannen van do Harmonie hen toe. De Burgemeester knikte bescher-mend en de Champetter deed hem na. In <De Engel» zaten rustige boeren te kaarten. De Burgemeester praatte met cle waardin die op de ellebogen over den toog gebogen lag- en Petruske ging bedaard staan lcijken naar de spo-lers. Toen het twaalf ^loeg op den toren wercl het spel gestaakt. De Burgemeester trok af, maar cle Champetter aanvaarde nog een druppel van den winner. De zonnige straat lag verlaten toen hij naar huis ging. De kerkdeur was gesloten. In «De Iloo-de Leeu\v/> rumoerden do stemmen der feestvie-rende muzikanten. De kinderen zaten reeds aan tafel, twee jongens en drie meisjes. Hij rook het gebraacl en de roode kooltjes en was zeer verge-noegd.Na het eten deed hij kalmpjes zijn micldag-slaapje in zijn lounstoel, opende de oogen weer rond drie uur, dronk zijn koffie en stak een si-gaar op die hij van clen Burgemeester gckregen hacl. — Wanneer zullen wij den uitslag kennen?... vroeg cle vrouw. — Straks-•• — Ik ben toch ongei-ust, Petruske... — Och... het zal wel goed zijn... Ik ga nog een wandelingsken cloen. De Champeter nam zijn stok en trok cle velden in. Achter het dorp, nabij cle hoeve van een katholiek kandidaat, ontmoette hij weer den no-tàrisklerk.— Nu liggen zij buiten, Champetter! — Hm! zei Petruske. — Wij zijn zeker, Champetter, en dat ze nu nog maar eens probeeren boven water te komen... Vijftien ontslagbrieven aan de liberale Harmonie heb ik in mijn zak zitten-.- De Ontvanger krijgt zijn verplaatsing van 't Gouvernement-•• «De En-gel» neemt geen bier meer van clen Burgemeester...—: Zoo, zoo!--- — Wij hebben cle rente gekocht van «De Roode Leeuw», hij zal moeten zwijgen... Petruske, kunnen wij op u rekenen? — Ik doe altijd mijn plicht, antwoordde de Champetter loos ontwijkend. — 'k Heb het altijd gepeinsd, beweerde de man verteeclerd, kom, we gaan een borrel drinken bij clen nieuwen Schepen, hij trakteert... — Wel, Champetter, dat doet mij plezier, ont-haalde hem cle Boer. Zij dronken glaasjes Franschen en keuvelclen over ailes en niets. Rond vijf uur trok Petruske alleen naar het dorp. — Straks feesten wij in «De Witte Leeuw», wij rekenen op u, riep de Notarisklerk hom na. Met 'n onvertop-en gelaat kuierde de Veldwachter naar het Gemeentehuis. De smid, een reus van een vent, die vaandrig was der Harmonie, stond met een steenbakker te leuterOn. Beiden waren zichtbaar aangeschoten. Zij wenkten hem, maar hij gebaarde hen niet te zien. Achter zijn lessenaar zat hij weer te loeren in cle straat. De waard uit «De Roode Leeuw» stoncl op zijn drempel te kijken, de meid der pastorij slenterde naar clen kruidenierswinkel,— dronken boeren zongen: Wij hebben toch maar een jong leven En als wij dood zijn is 't gedaan!... De baas uit «De Engel» stelde zijn vlaggestok op. en kleine rekels stonclen te gapen naar zijn werk... Het scheen zoo vreemd en bracht ge-jaagdheicl onder cle menschen. Wat ging er go-beuren? «De Engel» hield zich anders buiten cle politiek, al waren het pijpekoppen. De opschud-ding deed de mannen der Harmonie de hoofden bijeensteken. Zou «De Engel» de overwinning mee willen vieren ? Petruske hacl het voorgevoel, dat groote gebeurtenissen in aantocht waren. Spoedig zouden do kiescijfers bekencl gemaakt worden en voor cle eerste maal voelde hij heden een beetje span-ning, maar bleef toch zitten tôt buiten een geju-bel opsteeg. Hij nam. zijn stok en trad op straat. De eerste berichten gaven de liberalen een verpletterende meerclerheid. — Wat heb ik voorspeld,schreeuwcle cle baas uit De Roode Leeuw». Petruske pinkte, zag cle waard wegsnellen om de vlag te gaan uitsteken. — Ze weten nog niks, fluisterde cle Notarisklerk en lachte onder zijn verweerdeh stroohoed. De vlag hing slap boven «De Roode Leeuw» en beneden probeerden cle mannen hun instrumen-ten. De schuiftrompet en cle piston hielden een deuntje aan. Dan ging plots de vlag omhoog in «De Engel» en in «De Witte Leeuw». De gapers keken ont-hutst. Leve de jap!... gilde een schraal stemme-tje.Op dat oogenblik kwam cle Secretaris van den trap en keek sip voor zich uit. — 't Is naar de vaantjes, dacht Petruske. — Awel, Secretaris? — Ja, Petruske! Meer zei cle Secretaris niet maar wees naar «De Roode Leeuw» waar men de slappe vlag weer neerliet. Het preludeeren hield op. — Awoert voor cle geuzen, riepen cle gapers, omclat cle geuzen verloren haclden. — Leven de katholieken, gilden cle mannen uit «De Witte Leeuw». Er kwam beweging onder cle menigte, — het kiakeel brak los en dreigende vuisten werden gebald. Nu voelde Petruske dat hij een daacl moest plegen. Hij stond in voor cle orde, want de Burgemeester hacl geen gezag meer en een opvol-ger was nog niet aangeduicl. Petruske begreop duidelijk dat hij de autoriteit diencle onder aile omstandigheclen. De liberalen lagen nu buiten •• Het volk drong samen voor «De Roode Leeuw» en wanneer cle waarcl zich vertoonde wercl hij uitgejouwd. Deze wenkte cle Champetter om bijstand. Achteloos trad cle Veldwachter VQoruit, pinkte tegen clen Notarisklerk, zwaaide woest met zijnen stok en trof,als toevallig,een ruit die rinkelend stuk viel. — Awoert voor de geuzen, riepen de betoogers en wierpen al de ruiten kapot. — Leve cle Champetter, huilde de Koster. Dan trokken zij zingend naar «De Engel» en «De Witte Leeuw». De vijftien ontslagnemers volgden hen. De smid en cle steenbakker raasden luidruchtig en trakteerden om te troosten... De Burgemeester vertoonde zich niet. Petruske was overal waar rumoer opsteeg. — 'k.Heb het altijcl wel gedacht dat Petruske een goeie was, zei een uit cle menigte. — Maar Petruske moest zwijgen... De brood-winning!Toen cle schemering viel ging cle Champetter verslag uitbrengen bij den Burgemeester! — 't Is erg, Burgemeester, maar wat wilt ge er aan doen... cle cens en cle pastoor... — Ja, Champetter. — Ik wou het volk wegjagen aan «De Roode Leeuw», 'k zwier met mijn stok en per ongeluk in een ruit... er was geen tegenhouden aan... in een oogenblik waren al do ruiten kapot-Mij, als Champetter zal het het meeste varen... — Ja, Petruske. •• nieuwe heeren, nieuwe wet-ten... daar, smoor nog een sigaar en trek het u maar niet te veel aan... Hooren, zien en zwijgen...Petruske kwam rookend buiten. In cle buurt kraaide een haan. die zeker tureluursch was en nu reeds op voorhand, voor cle eerste maal, zijn ochtendgroet liet schallen. De Champetter ging clan regelrecht naar De Witte Leeuw» om mee te smullen aan cle been-houwersvinken en clen rooden wijn. LODE BAEKELMANS. Gust Janssens, uitjîevcr, Kerkstraat, 13, Antwerpen i^i|V ELKE WEEK verschijnt bij mij minstens één |OpJ 1 vlaamsch boek. Zooeven kwam van de pers . Vgy OVER OPSTELONDERWI.JS door Lodewijk Verhulst, Gemeenteonderwijzer ^Uitgave Pedago'gisch Magazijn) Prijs : Fr. 0.5C Kon. Ned. Schouwburg Zaterdag 9, Zondag 10, (dag- en avondvertooning), Maandag 11 en Donderdag 14 Maart 1918, opvoering' van : «DE ANTICHRIST», drama in vier bedrijven, door Ernest W. Schmiclt. Insceneering en regie van L. Krinkels. Verdeeling : Bast van Assel, dokwerker Hr L. Bertrijn Marie, zijne vrouw Mevr. Dilis Mit, hunne dochter Mevr. H. Bertrijn Schoor, clokwerker ... Hr P. Janssens Joke, zijn vrouw Mevr. Ruysbroeck Louitje, een kuiperszoon ... Hr G. Cauwenberg Stouwer Roerd Hr E. Gorlé De Grootmoeder Mevr. L. Hens Liza, een buurvrouw Mej. J. Janssens Eene gasthuisnon Mej. M. Bertrijn De zuster-overste Mevr. Noterman Een zieke Hr Angenot Buurvrouwen, zieken, geneesheeren, gasthuis-knechten. — Eerste, tweede en vierde bedrijven Korte inhoud : In de huurcaserne, waar het gezin van den rustigen, geloovigen dokwerker Bart Van Assel woont, heeft een vreemdeling een mansarde betrokken. In zijn omgang met de an-dere bewoners van het huis, maakt hij propaganda voor zijne gedachten: hij is cle vrijgeest, die op onze clagen, ten huize van Van Assel, het der-do beclrijf in een ziekenhuis. clen opstancl predikt aan cle gelaten massa, die de berusting verafschuwt, en de bidclende handen der menigte tôt dreigende vuisten wil cloen ballon. De dokwerker Schoor en Mit, cle dochter van Van Assel, hebben zijn woorden met gretig oor aanhoord. Mit is zoover gegaan dat zij hem heeft lief gekregen en zij breekt daarom de betrekkin-gen af clie bestonden tusschen haar en Louitje, den deftigen kuiperszoon. Zij bekent vrijmoedig aan hare ouders wat er in haar omgaat. Bart Van Assel wordt woeclend, dreigt zijn dochter, gaat opgevyonclen naar zijn werk, en verongelukt: hij valt in het ruim van een schip en sterft. Zijno vrouw, cle even geloovige, brave, gelaten Marie, wijt de schuld daar.van aan hare dochter en wei-gert nog met haar te spreken. De vrouw van Schoor, een kortzichtige kommeer, boos over wat zo noemt de opstook van haar man cloor den Antichrist van boven, wreekt zich met een naamloo-zen brief te schrijven aan het gerecht. Onclertus-schen komt de Stouwer Roerd en poogt de arme weduwe met een handvol geld om te koopen, ten einde aan de onvermijdelijke schadeloosstelling te ontsnappen, want het is zijn schuld dat Van Assel viel. Als Marie weigert clat geld aan te nemen, schreeuwt hij haar toe clat Bart zelfmoord pleeg-de om het gedrag zijner dochter; nu zal hij geen cent betalen. Intusschen heeft de brief van Joke gewerkt; de politié komt de Antichrist aanhou-den, doch hij voorkomt het optreden van het gerecht en schiet zich een kogel cloor het hoofd. Mit is gebroken: zij is wanhopig omclat zij clen man hacl kunnen redclen; wanhopig ook omclat hare moedèr volhardt in hare stug-ge houding. Zij wil naar boven, bij den cloode; dan verteedert het Kart der moeder, en zij sluit hare dochter weer in cle armen. DAARNA : « ZIELEK ETEN S», tooneelspel in een beclrijf cloor Nestor de Tière. Verdeeling : Baas Coene Hr P. Janssens Anna, zijn vrouw Mev. Ruvsbroeck Pol Woutors H) G. Cauwenberg Martha, zijn vrouw ... ... Mej. J. Janssens Jantje, hun kind J. j. V. d. Baen Ivo, knecht Hr J. Schmiclt * * * Ter herdenking van den sterfdag van Meester Peter Benoit (8 Maart 1901), zal het orkest, onder de .leiding van toondichter Karel Candael uit-voeren:Voor het tooneelspel «Zieleketens» : «Vlaande-rens Kunstroem», marsch. Voor het eerste beclrijf van «De Antichrist» : «Rubenscantate», eerste deel, Peter Benoit. Voor het tweede bedrijf: «Weemoed», symfo-r.isch godicht voor fluit. Peter Benoit. Solist : heeren Valck - Deiterer. Voor het derde beclrijf : «Ave Maria», van Peter Benoit. Voor het vierde beclrijf: «Mijne Moederspraak» van Peter Benoit, — cello-solo Hr H. Everaerts. Nwe Operavereeniging ANVERS - PALACE. «CARMEN». Vrijdag aanstaande, 15 Maart, dercle opvoering van «Cai-men», het meestei-werk van Bizet. Er zal ongetwijfeld weer plaats te kort zijn. Rolvercleeling : Don José, H. P. Scapus. — Carmen, Mej. Dora Nordier. — Escamillo, H. Georges Villiër. — Micaëla, Mej. Krinkels. — Dancairë, H. G. Dils. — Remendaclo, H. Fabry. — Zuniga, H. J. Wera. — Fasuita, Mej. Matthoye — Merceclès, Mej. Troyard. — Morales, Marc ou. — Lillas Pastia, H. Smeyers. Korte inhoud : Carmen, eene sigarettenmaak-ster, heeft een harer gezellinnen met haar mes in het gelaat gesneden. Zij wordt aangehouden. — Doch Don José, het hoofd der wacht, laat ze ont-vluchten. De onder-officier wordt geclegradèerd en gekerkerd. Hij vindt Carmen terug bij Lillas Pastia, een hol waar dieven en smokkelaren zich vereenigen, en laat zich overhalen om in de ben-de, waarvan Carmen deel uitmaakt, te worden op-genomen. Terwijl Don José zijne stervende moeder "*aat bezoeken, knoopt Carmen betrekkingen aan met clen toréador Escamillo. Door waanzin gedreven stoekt Don José Carmen omver, voor cle Plaza del Toros, waar Escamillo zegevierend de stieren bevecht. Hippodroom «WAT VRAAGT HET VOLK???» Zaterdag 23 Februari 1918, en volgende dagen telkens om 8 uur T. U., Zondags in micldagvertoo-ning, om 3 Vi T. U. «Wat vraagt het volk», — groote Antwerpsche spektakelrevue, met een voorspel en twee bedrijven (16 tafereelen), cloor H. Senten. — Zes balletten geregeld door Mevr. Katicza. — Kostumen van de huizen Landolf (Parijs) en Ducheyne - Smits. — Pruiken van het huis F. Condès - Van Thillo. — Damenhoeden van het huis Van Migerode. — Heerenhoeden van het huis Van de Kerckhove. — Nieuwe schermen van Jos. Denis. VOORSPEL. — IN HET PATATTENLAND. — Tybaert cle Kater, compère, heer V. Theunens. — De Aardappel, commère, Mev. J. Didier. — De Zuute, heer A. Darden. — Krombek, heer Pierry. — Don Blauwe, heer Van Attenhoven. — Baas Ganzendonck, heer Van clen Branden. — Jef De Paus, heer A. Van Thillo. — Nie Carter, heer J. Bison. — Sherlock Holmes, heer Eeckhout. — Volksvrouw, Mevr. E. Haesen. — Eene zangster, Mej. M. Peenen. — Artist, heer Keyl. — Boeren-dachters, stadsvolk. — BALLET DER AARD-APPELS : eerste clanseres : Mevr. Katicza. — Tweede clanseres: Mej. Nelly. EERSTE BEDRIJF. — IN HET CENTRUM. — Houten zolen. — De klocl in 't leer (nieuw tooneel). — Stan, schoenmaker, heer Van Thillo. — Stansken, zijne dochter, Mej. Vervoort. — EER-LIJKE DIEVEN (nieuw tooneel) : Robert, heer Pierry. — Bertrand, heer Darden. — VAN EEN POPJE : Moedertje, Mej. Peenen. — Een kincl-je, Mej. X. — ONZE LYRISCHE KUNST. — Quinten Matsys, De bruicl der zee, Charlotte Cor-day, Herbergprinses. — Merlijn, Mej. M. Peenen. — Rita, Mej. 't Seyen. — BALLET'DER SANS-CULOTTEN. — EN TOCH SMOKKELEN : — Smoutenbol en Choux de Paris. — Smoutenbol, heer Darden. — Judith, Mej. Vervoort. — Sylvain, heer Bison. — ONZE DOKKERS : De dôk-ker, heer Van Thillo. — HET FEEST VAN DEN ARBEID. — De Fee, Mej. Peenen. — De Land-bouw, de Koolmijnen, cle Bouwnijverheid, de Ha-venarbeid. — APOTHEOSE : ARBEID ADELT! De Beienkorf. — BALLET DER BEIEN. TWEEDE BEDRIJF: IN HET DANSPALEIS. — HOP MET DE BEENTJES. — T SCHIPPER-KE. — HALFSOEKENS. — Chel Petrol: heer Van Thillo. — Flup, schipper, heer P. Pierry.— Filleken, Mej. 't Seyen. — Knol, heer Darden. — Palpita, Mej. Vervoort. — BALLET DER BAR-MEISJES EN DER SCHIPPERTJES. — IN DE VRIJE NATUUR : Liefdesideaal. — Compère en Commère. — TRAMBEPERKING : JUDASSE-RIJ (nieuw tooneel) : Mil heer Eeckhout. — Mina, Mevr. Haesen. MIDDEN NATUURSCHOON : Zoo sprak de wijze man : de Wijze man: heer A. Darden. — SPEL EN BALLET DER VOGEL-TJES EN DER BLOEMEN. — IN DE TROUW-ZAAL. — KEUKENPOLITIEK : Laroi, heer A. Van Thillo. — WEER STROOMEN SCHATTEN TOE! — Azië, Afrika, Oceanië,. Amerika, Europe _ APOTHEOSE : OPEN U! O SCHELDE! ♦ * * Gezien clen grooten toeloop voor cle revue «Wat vraagt het volk???» breng't het bestuur van het Hippodroompaleis zijne talrijke bezoe-kers ter kennis dat er een verhuringsbureel in het centrum is ingericht en wel Meirplaats, 43. Te beginnen van 15 dezer zal dit nochtans over-gebracht worden naar «Galeries des Parfums», hoek Leys- en Jezusstraten. Open van 10 tôt 6 tnvonniiv Palatinat «WACHT EEN BEETJE!...» De feestavoncl van het koor had Woensdag 11. eene stampvolle zaal gelokt. Geestdriftig werden al cle tooneelen toegejuicht. Aan de clames werden, aan den ingang, bloemtuiltjes overhandigd. Ook de damés artisten werden ruimschoots met bloemen bedacht. Het was éen schoon feest waarvan den geldelijken uitslag ver de stoutste verwachting overtrof. NIEUWE TOONEELEN. Van af heden, Zaterdag, worden er eene reeks nieuwe tooneelen in cle revue «Wacht een beetje!» aangebracht. Allen zijn actueel en zullen onge-twijféld, evenals cle vorige, in den smaak vallen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het tooneel appartenant à la catégorie Culturele bladen, parue à Antwerpen du 1915 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes