Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad

986 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1916, 09 Decembre. Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad. Accès à 06 mai 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/bc3st7fv1h/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

9 December 1916 Np 50 39e Jaargang HET VLAAMSCH HEELAL Vrij en Onafhankelijk Katholiek volksgezind weekblad voor Vlaamsche en Algemeene Belangen Yoor een jaar fr. 5.— Voor 6 maanden » 2.75 Voor 3 maanden » 1.50 Voor Nederland » 5.50 Voor 't Groot Hertogdom Luxemburg. . » 5.50 Voor andere landen * 7.00 Dit blad verschijnt den Zaturdag morgend.— Men teekent in bij den Uitgever en in aile postbureelen, alsooh bij de briefdragers. Hoofdopsteller : JOHAN LEEMANS Deo Juvante Vincam ! Aile artikelen en mededeelingen moeten vddr Donderdag avond ten bureele besteld zijn, alsook de aankondigingen. Afzonderlijke nummers van dit blad zijn te bekomen ten onzen bureele, Carnotplaats 65. — 1 O cenriemen het nummer. AAJVItOÏVDIGIIVGEW Den regel fr. 0.20 Kleine aankondiging » 0.50 Begrafenisbericht » 5.00 Groote aankondigingen bij overeankomst. Voor aankondigingen buiten de provincie, wende men zich tôt de Agencte HA.VA.S, Martelarenplaats 8, Brussel, en Beurs-plaats 8, te Parijs. Voor aile andere aankondigingen ten bure«le Carnotplaats (Laar) <îîi, Borgerhout-Antwerpen GOEDE GEVOELENS Goede gevoelens kunnen op aile gebied aangewend worden om de broederlijkheid en beschaving te bevor-deren. Goede gevoelens zijn immers niet uitsluitelijk waar te nemen op liefdadigheidsgebied. Zij komen daar echter beter vooruit en komen er duide-lijker in aanmerking. Die goede gevoelens verslappen niet, want er kan thans geen beroep gedaan worden op de lief-dadigheid, of dit wordt in ruime mate met den besten uitslag bekroond. * * Goede gevoelens kunnen ook opge-wekt worden in meer andere zaken, bijzonder daar waar zij niets kosten en enkel moeten bewezen worden door achting en toegenegenheid. Dit laat echter veel te wenschen, want vele menschen misprijzen personen, zaken en toestanden, waardoor zij juist geen bewijs geven van goede gevoelens. Integendeel, de misprijzing en minach-ting zijn soms zoo erg kwaadwillig of kleingeestig, dat zulks wel eens aan het ongelooflijke grenst. * * * Wij hebben vooreerst de minachting voor de Vlaamsche taal, die, omdat zij ook door geringe lieden gesproken wordt, gelijk zulks toch met aile talen gebeurt, een steen des aanstoots schijnt te zijn bij velen. Niet zelden verandert die minachting in vijandschap, zonder eenige reden. Op dit gebied zou een-ieder zijne goede gevoelens moeten toonen, door eene taal te waardeeren die voor geene andere moet onderdoen. * * ♦ Daar zijn er ook die deze minachting doen samen gaan met hunne misprijzing voor ailes wat op dit gebied beweegt. Niet enkel de taal, maar ook het volk willen zij minder schatten, zoodat zij het eene met het andere verwarren, om ten slotte enkel bewijzen te geven hunner slechte gevoelens. Wie goede gevoelens heeft, zal niemand of niets misprijzen voor zaken en hoe-danigheden die onafscheidbaar zijn van het natuurlijk bestaan. * * * Hetzelfde zien wij gebeuren tegen-over arbeid en beroepen. Sommige arbeid of beroep wordt minder geschat dan iets anders, zonder na te gaan dat aile arbeid, aile bezigheid edel is in zich zelven, vermits dit ailes samen-werkt tôt steun van 't leven en van de algemeene welvaart. Een stiel of een ambacht, hoe gemeen ook, sluit de achting voor den persoon niet uit, die door dien stiel of dit ambacht zijn brood moet verdienen. De goede gevoelens leggen hier weer op, dat men zoo iets moet eerbiedigen en achten. # * # Ten andere, het is niet uitsluitelijk in de geringe standen der Samenleving dat oogenschijnlijk gemeene zaken of minwaardige handel gedreven wordt. Vele lieden winnen fortuinen door iets dat anderen minachten, in strijd met de beoordeeling van hen, die zeggen dat « geld geenen reuk heeft. » Goud en diamant kan tegen geringe voorwerpen soms niet opwegen. * * Diezelfde minachting komt ook voor tegen denkwijzen en overtuigingen van anderen, zoowel in godsdienstzaken als in staatkundige aangelegenheden. Er zijn altijd menschen die meenen, dat hetgene zij niet aankleven of niet goed vinden, geene achting of geene waar-deering waard is. En van de zaak brengen zij aldra die minachting over op personen, waardoor zij bewijzen geene goede of menschiievende gevoelens te bezitten. M. * M. Die kleingeestige minachting wordt dikwijls beschaamd gemaakt door tegenspoed of verval. Het is een gekend feit, dat de fortuintoestand of de welvaart van velen slechts aan een zijden draadje hangt, dat met den minsten rukwind of met een enkelen kneep kan gebroken worden. Minister Beer-naert deed zulks destijds in de Bel-gische Kamer uitschijnen, waar hij het geschiedkundige feit aanhaalde : dat in eene tijdruimte van honderd jaren eene heele omwenteling der fortuinen plaats heeft, zoodat degenen die thans rijk zijn, veelal van arme ouders voort-komen, en degenen die nu arm zijn, rijke voorzaten hadden. * * * Die wisselvalligheden in het leven der menschen zouden, nu meer dan ooit, moeten overwogen worden. Zij zouden velen bewegen tôt goede gevoelens en tôt achting voor ailes en voor allen die door handenarbeid of anders-zins in hunne behoeften moeten voor-zien. Zij zouden die lieden, alsmede hunne taal en hunnen levensstrijd moeten eerbiedigen, want wat heden hun lot is, kan later het hunne zijn of van hunne kinderen. *- ♦ * Goede gevoelens, die eene-uiting zijn van beschaving en menschlievendheid, kunnen dus bij allen niet genoeg inge-prent worden. Dit kost niets en 't zal niet enkel verkwikkend zijn voor min-deren, maar ook later tôt eigen bescherming dienen. Wie anderen acht, zal ook door hen gewaardeerd worden en de noodige hulp ontvangen wanneer tegenspoed en ellende, welstand of rijkdom zou vervangen. J. L. DE T0ESTÂND HIER EN ELDERS NEDERLAND. — M. Van Gyn, Minister van Geldwezen, heeft zijn ontslag gegeven, omdat een zijner voorstellen tôt lasten-verhooging, — deze op de nalatenschaps-rechten, — door de Eerste Kamer verworpen is met 22 stemmen tegen 18. Aile pogingen aangewend om hem op zijn besluit te doenweer-komen, zijn mislukt. Dit is eene groote ver-zwakkiug voor 't Ministerie, want zijn voorganger, M. Teub, gaf insgelijks zijn ontslag omdat zijne voorstellen in de Kamer geenen bijval vonden. Deze verhooging van belastingen was nogtans niet overdreven, — het gold slechts acht miljoen gulden die de tegenstrevers op zes miljoon wilden brengen. Misschien zit er achter die oneenigheid meer politieke berekening dan verschil van ziens-wijze. De Eerste Kamer heeft immers eene andere meerderheid dan de Tweede Kamer, en deze meerderheden zullen meer dan eens in aanstoot komen, aangezien zij wederzijds belangen vertegenwoordigen, die nog al merkelijk verschilien. In aile geval is het, in dezen oogenblik vooral, een onaangenaam iets voor 't Ministerie, achtereenvolgens een zijner voornaamste leden en medewerkers te verliezen. N.-B. — Minister Van Gyn heeft zijn ontslag ingetrokken. x In Nederland worden dezelfde besparin-gen of bezuinigingen gedaan aïs in oorlog-voerende landen. Bij schaarschte aan kolen, wordt de gazverlicbting, zoowel de openbare als de bijzondere, overal verminderd ; de lokalen en winkels moeten vroeger sluiten en iedereen is er eveneens gerantsoeneerd. MEXICO. — De leden der Amerikaansch-Mexicaansche Commissie hebben hunne moeie-lijke conferencie besloten met eene overeen-komst betrekkelijk het verwyderen der Amerikaansche troepen. Indien veertig dagen na den dag van het sluiten der overeenkomst geene ongeregeldheden meer voorvallen, zal de Amerikaansche troepenmacht het grondgebied 4. j van Mexico ontruimen. Ook is eene schikking ; getroffen betrekkelijk het policietoezicht aan de ï grenzen. ï Intusschen rust generaal Villa niet, zoodat er erg gevreesd wordt dat hij de Amerikanen in Perseling zal aanvallen. Uit het birinenland komt insgelijks verontrustend uieuws. — o— RUSLAND. — Eeu aantal Russische steden hebben desiijds leeningen aangegaan, die meestal geplaatst of ingescbreven wierden in vreemde landen. Sinds het uitbreken van den oorlog hebben die steden niet meer aan hunne verplichtingen kunnen voldoen, 't zij bij gebrek aan geldmiddelen, of bij gémis aan gemeen-schap met het buitenland. Het Ministerie zal die zaak in handen nemen en in naam en voor rekening dier steden de achterstallige intresten regelen. —o— CHINA. — Er is eene oneenigheid ontstaan tusschen de Chineezen en de Fransche bezet-tingstroepen in Peking. Door tusschenkomstvan de gezanten van andere Mogendheden, is thans aile oneenigheid verdwenen. Het geschil met Japaa is insgelijks in der minne geschikt. ZWITSERLAND. — Het postverkeer voor krijgsgevangenen, door Zwitserland zoo menschlievend ingericht, wordt nog immer uitgebreid. Eerst bestond dit enkel voor Duitsche en Fransche krijgsgevangenen, maar nu zijn ook andere in oorlog zijnde landen die instelling bijgetreden. De dagelijkscbe arbeid der Zwitserscbe posterijen omvat 339,000 brie-ven en postkaarten, 58,000 postzendingen, 15,000 pakjes, 8,500 wissels voor nagenoeg 124,000 fraak. Het grootste deel van dit ailes betreft natuurlijk Duitsche en Fransche krijgsgevangenen. Deze uitgebreide dienst kost aan Zwitserland meer dan hij oplevert. Op hetzelfde gebied maken Nederland en Spanje zich insgelijks verdienstelijk, vooral Nederland voor hetgene de Belgische krijgsgevangenen betreft. Dit liefdewerk kan niet genoeg geprezen en gewaardeerd worden. Pax Uit de Gazettenwereld Er wordt nog al eens geklaagd over valsch of ongegrond nieuws betrekkelijk huidige gebeurtenissen. Dit komt veelal voort uit de onregelmatige samenstelling van dagbladen, en uit de onoplettendbeid der lezers. Vele dagbladen mengelen oud en versch nieuws onder-een, zoodat de lezer, indien hij niet op de dagteekening van artikels of telegrammen let, het eene met het andere verwart, en oud nieuws voor versch nieuws aanneemt. Dit gebeurt het meest met briefwisselingen of beschrijvingen over gebeurtenissen die reeds weken geleden zijn en die de lezer als nieuws van den dag aanneemt. Dit is de oorsprong van vele valsche nieuwsjes, die soms onver-draaglijk worden, omdat zij nog vergroot of uitgebreid worden door het voortvertellen. • Met een weinig meer aandacht en overweging, Izou dit ailes kunnen vermeden worden. Hildebrand Over Godsdienstige Opvoeding in Nederland v Een vierde factor, een heel gewichtige, waarmede rekening moet gehouden worden, is de school. En hier zijn we aan een zeer gevoe-lig vraagstuk gekomen, waarin rector van den Hengel aan onze Belgische godsdienstleeraars waarheden zegt, die, hoop ik, grondig door hen zullen overwogen worden, en waarvan ik, om me voor aile verkettering te vrijwaren — want ik weet bij ondervinding hoe gevaarlijk het is in België dit vraagstuk aan te roeren — de voornaamste punten letterlijk overneem : « Nu we de kinderen niet meer kunnen binden aan net godsdienstonderwijs door de eerste H. Communie, hebben we dringend behoefte aan een ander middel, om tôt het einde van den geheelen leergang onze Katechis-musklassen voltallig te houden. Het meest aangewezen middel is de school. De leerplicht-wet zorgt — zoo althans de onderwijzers, zoowel religieuze als niet-religieuze, in deze hun plicht niet verzuimen — dat de kinderen de school bezoeken. Door den Katechismus vast te koppelen aan de school bezitten we een pracbtig middel, om onze kinderen ook te houden aan ons godsdienstonderwijs. » De lezer beelde zich nu niet in dat de wel-eerwaarde schrijver door « de school » enkel s de « bijzondere », de « godsdienstige » school \ bedoelt. Neen, hoewel de openbare school in Nederland in veel, heel veel ongunsîiger voor-waarden verkeeri voor de godsdienstige opvoe- • ding dan de officieele Belgische school, toch ] omvat hij haar in zijn betoog. « Wanneer we de kunst verstaan, om samen te wecken met ' het hoofd der school, dan kunnen wij in deze J ook ons voordeel doen met de openbare school. I De wet biedt ons zelf de gelegenheid aan, om ons onderwijs te geven in een van de school- ! lokalen — iets, wat om meer dan een reden ons. hoogst welkom kan en moet wezen. Geloof me : een Roomsche onderwijzer viudt 1er zijn voldoening in, voor ziju kinderen te doen, wat hij kan en slechts zelden zal hij zicu tegenover de kinderen zoo verdienstelijk kunnen maken, als bij het betaartigen van het Katechismusbezoek. Daar voelen over 't alge-meen de onderwijzers zeer veel voor, als wij het hun maar willen vragen. » Eu in België behoeft men dit niet eenmaal te vragen, daar de wet het godsdienstonderwijs aan het hoofd der leervakken stelt. Nochtans... Wat nu echter het opmakea van het leerplan betreft, « de beste indeeling van onze Katectiis-musklassen is die, welke volledig aansluit bij de klasse-indeeling van de school, zoodat het kind, dat niet tôt een hoogere klas op school kan worden toegelaten, ook door ons niet verhoogd wordt. Hier moeten de pastoors met het hoofd der school in 't klein doen, wat Plus VII in 't groot deed met Napoléon : een concordaat sluiten ! Maar dat is pastoorswerk ! Evenals het concordaat het werk des Pausen is, zoo is dit concordaatje het werk des pastoors. » Verdienen deze woorden niet diep overwogen te worden ? Ik vraag het in gemoede aan aile godsdienstige leerkrachten der Belgische openbare school. Maar er zijn nog meer opmerkenswaardige wenken in dit gedeelte van rector van den Hengel's Gedachten. Eerst : « Wanneer de klassen zoo groot zijn, dat iedere klas de tegen-woordigheid van een onderwijzer vereischt, dan moeten wij ons niet iobeelden, dat wij vruchtbaar godsdienstonderwijs kunnen geven voor een dubbele of driedubbele hoeveelheid. Godsdienstonderwijs aan meer dan zestig kinderen tegelijk gegeven, is noodzakelijk met onvruchtbaarheid geslagen. Als het getal grooter wordt dan zestig, dan is splitsing onverbiddelijk noodzakelijk. Vijftig is al ruim veel. » Dus méér lesuren ? « Niet noodzakelijk », antwoordt rector van den Hengel. « Ik ken een plaats, waar men ook tôt splitsing over-gegaan is en waar het getal Katechismusuren hetzelfde gebleven is. De tachtig kinderen, die eerst in de onafzienbare ruimte van de parochie-kerk verdwenen en den Katecheet ieleren morgen een bezetting op de stembanden veroorzaakten, zitten nu rustig in twee afzonderlijke schoollokalen bijeen, en terwyl in het eene lokaal het eene half uur de kapelaan Katechismusles geeft, overhoort of leert de onderwijzer in het andere lokaal de lessen, en in het tweede half uur herhaalt zich het zelfde in omgekeerde orde. » En wanneer de klassen klein zijn, zoodat de onderwijzer twee klassen voor zijn rekening heeft ? " Dan kan ook de geestelijke twee klassen tegelijk onderrichten. Liefst zou ik u dan aanbevelen de praktijk, die in Duitschland op vele scholen'in zwang is, om het eerste half uur zich met de eene klas bezig te houden en in het tweede half uur met de andere, terwijl dan de kinderen, die geen onderwijs ontvangen, met schrijven of teekenen naar aanleiding van het gegeven godsdienstonder-richt worden bezig gehouden. » We weten nu allen wel bij ondervinding dat, zoo er in enkele scholen geen of onvoldoende godsdienstonderwijs gegeven wordt, dit hoofd-zakelijk hieraan te wij ten is, dat de godsdienst-leeraar « de kunst niet verstaat om samen te werken », en — deze beschuldiging neem ik voor mijne rekening — zijne plichten in dezen nogal dikwijls verwaarloost. Dat kan ik met zelf doorleefde feiten staven ! Ook meen ik te mogen drukken op de onvrucutbaarheid van een godsdienstonderwijs « aan meer dau zestig kinderen tegelijk » . .om er des te eerder mede gedaan te hebben ! Ingelljks, wanneer rector van den Hengel voor Holïand schrijft : « Algemeen is de klacnt, dat de Katechismus na het aannemen zoo spoedig verloopt. Aan wie de schuld ? Ik wil 90 0/0 van de schuld laden op de schouders van ouders en kinderen, als wij dan maar 10 0/0 van de schuld willen aan-vaarden, daar we het onderwijs niet aan-trekkelijk en belangwekkend genoeg weten te maken », durf ik, voor België, de verant-woordelijkheid op mij nemen — en desnoods mijne bewering met zelf doorleefde voorbeelden staven — de verhouding te veranderen, en slechts 10 OjO der schuld op de ouders en kinderen te laden. Reeds lange jaren is de godsdienst mijne voornaamste studie, in theorie en in praktijk. Ik meen dit hier nog eens te moeten herhalen na al hetgene ik hier kom aan te halen en neer te schrijven. Yours Vervolgt

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Borgerhout du 1878 au 1930.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes