Ons Vlaanderen

2879 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 28 Janvrier. Ons Vlaanderen. Accès à 29 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/416sx6594t/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Tweede Jaar. — Nr 49. Prijs : 10 Centiemen per Nummer. Zondag, 28 Januari 1917. ONS VLAANDEREN VEHSCHIJNT ELKEN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS : Voor België en Frankrijk : Voor een jaar. fr/' ^ ^ Voor zes maand » Voor drij maand .... » 1.^5 Buittn Frankrijk : Voor een jaar ■ I • • • » DOOR EENDRACHT STERK BUREELEN : TE GENT : 24, Wellinckstraat. TE PARUS : 181, Ruede Charonne. Aan dezen die binnen gaan. Binnen enkele dagen gaan de ongehuw-den tôt 40 jaar, de gehuwden tôt 30 jaar' binnen. Honderden, wellicht duizenden, mochten zich verkwikken bij het lezen van « Ons Vlaanderen » dat hun elken zondag wat nieuws en vertroosting bracht. Ons blad zal voortgaan met bij hen dien roi te vervullen. Hebben zij soms te klagen. dat zij zich tôt ons wenden ; tOns Vlaanderen », dat van niemard afhangt is vrij, en zegt wat hembelieft en goed is ; het laat niet los wanneer een wantoestand bestaat zoolang deze niet verbeterd is. Ook wil uw blad, bij deze groote gelegen-heid u eenige wenken geven. Voor velen onder u, voornamelijk voor de gehuwden is dit binnengaan bijzonder smartelijk. Wij vervloekten den duitscher omdat hij ons zoo schandelijk behandelde, maar de haat dien wij voor onze vijanden hebben, is grooter en levendiger geworden, wanneer wij al 't onheil zagen door den nieuwen oproep in de huisgezinnen teweeg-gebracht, als wij dachten dat de duitschers de schuld zijn ran dit nieuwe ongeluk . Nochtans wij zullen niet weenen als wij vertrekken en ons vrouwen zullen wij kalm aanzien, omdat wij nen duurbaren plicht vervullen wanneer wij ze verlaten : Ons Vaderland vrij mnken. Ons Vaderland, dit land wààr wij door ons ouders groot gebracht werden, wààr wij onze bruid tôt het altaar brachten, wààr ons kinderen geboren werden, wààr wij door harden arbeid een gelukkig bestaan, mis-schien welstand rerkregen Ons Vaderland, dit geheele waar wij als vrij burger in een vrij land ademen mochten. Ons Vaderland, het verleden ons door onze vaderen geschonken, die manier ran denken en ran zijn en ran bidden en Tan stervt». Ons Vaderlani, 't is het ruwe Noordzee-strand, en de Halletore* van Brugge, en het Belfort van Gent, en de Lieve Vrouwtoren van Antwerpen, en St. Rombouts ran Me-chelen, en het stadhuis van Brussel en het Perron van Luik en de bosschen der Arden-nen.Ons Vaderland, 't is het land waar wij willen leven en voortleven in onze kinderen. Ons Vaderland, 't is schoonste, het vrijste, het edelste, het gelukkigste land ter wereld. Om het vrij te maken, verlaten wîj u, vrouw en kinderkens. In het leger, zullen wij Iastige dagen be-leven, later op het front gevaren trotsee-ren, misschien de dood voor ons zien. Maar in ons nieuwe leven zullen wij zijn Vlamingen en Belgen. Vlamingen en Belgen. Een voornaam en een familienaam 1 Adel edelt. Vrouwen, moeders of zusters, vreest niet : eerlijk tegenover ons en tegenover u zullen wij blijven ; ailes, de droevige dagen zullen wij opofferen aan ons édel zijn, aan °ns land ; zooals wij u verlieten zult gij uw mannen, uwe zonen, uwe broeders terugzien °P den heugelijken zegedag, als de vijand achteruittrekkend ons steden zal moeten ontruimen. Zooals wij u verlieten zult gij ons terugzien, en het droeve scheiden zal en e nog een gelukkige gedenkenis na zich rT : u Van volbrachten plicht en aan o en et land opgeofferde droefheid. Wij zu en u dan nog meer beminnen, vronwen n in eren en s avonds rond den haard aan de zonen vertellen van den grooten oor og waar wij ook bij waren en meege-vochten hebben. ONS VLAANDEREN. Het Nieuwe Hoofd van den Generalen Legerstaf Lieutenant-generaal RUQUOY De Koning heeft luitenant-generaal Louis-Hubert Ruquoy, commandant van eene legerdivisie, aangeduid om den betreurden luitenant-generaal Wielemans op te volgen al6 hoofd van den generalen legerstaf. * * * Het nieuwe hoofd van den Generalen Staf is geboren op 3 November 1861. Hij is dus 55 jaar oud. Hij heeft zijne militaire loop-baan op 11 jàrigen leeftijd begonnen als soldatenkind. Na opeenvolgentlijk langs de verschillende graden van het lager kader te zijn gegaan, deed de toekomstige generaal op schitterende wijze zijn onderluitenantsexa-men en verkreeg zoo de ppauletten op 15 Oktober 1881, nog geen 20 jaar oud. Luitenant in 1887, trad hij in 1890 in de Krijgischool en verliet deze in 1893 met het brevet van stafadjunkt. Kapitein in 1895, kapitein-kommandant in 1899, deed Ruquoy geheel zijnen dienst > bij den troep. Majoor op 25 September 1906 enluitenant-kolonel op 26 Maart 1914, werd hij korten tijd vôor de corlogsverkla-ring, op 26 Juli 1914, tôt den graad van kolonel bevorderd. Het is in deze hoedanigheid dat kolonel Ruquoy, aan het hoofd van het 3e régiment jagers te voet, den veldtocht aan de Geete meemaakte, onder Antwerpen en aan den Yser en herhaaldemalen gewond werd Vanaf het begin bleek hij eenkrachtig aanvoerder, behendig en ondernemend. Zijn regiment is een van degenen die zich het meest onder-scheidden gedurende het harde maar roem-volle tijdperk in het begin van den oorlog. Na het berel over een brigade te hebben gevoerd, werd kolonel Ruquoy op 11 Juni 1915 tôt generaal-majoor benoemd en aan het hoofd van eene legerdivisie gesteld. De graad Tan luitenant-generaal werd hem op 30 Maart i9i8 toeTertrouwd. Het feit alleen dat de Koning hem gekozen heeft om dezen zoo hoogen post, zoo vol verantwoordelijkheid te vervullen, getuigt genoegvan de hooge waarde ran luitenant-generaal Ruquoy, die overigens ook nog blijkt uit de groote diensten die hij aan leger en land bewezen heeft. Laat ons ook nog herinneren dat de luitenant-generaal onlangs de smart heeft gehad zijn eenigen zoon te verliezen, onderluitenant Ruquoy, roemrijk gevallen op het veld van eer. * * * Sedert het begin van den oorlog werd het nieuwe hoofd van den generalen staf opeenvolgentlijk officier van de Leopolds-orde, kommandeur van het Eerelegioen en kommandeur van de Orde de Kroon benoemd. Hij is drager van het Fransch en van het Belgisch Oorlogskruis. [Leger boie). Aan onze Lezers Vriendelijk verzoeken wij onze Lezers wier abonnement in de maand Januari of Februari vervalt, ons den inschrijvingsprijs : 2.25 fr. voor zes maand of 4.25 fr. voor een geheel jaar — te willen opsturen in post-mandaat.Sommige lezers zenden ons Bons der verschillige Departementen ; maar die kunnen wij niet aanveerden, daar deze Bons îiier te Parijs geenkoers hebben. Wij verzoeken ook onze abonnenten geen post-zegels te zenden, daar de Post deze niet in verwisseling terugneemt. Daarbij is het gevaarlijk papieren waarden in niet-aanbevolen brief te verzenden ; men stelt zich bloot aan vervolginjen van wege het Postbestuur ; daarenboven gebeurt het meer dan eens dat dergelijke brieven... op den dompel geraken. Dus, men zen de een-v»udig een p»st-mandaat. MKJX. UiiO Ll WV.** VViJ yj UCiKs neerden verwittigen dat wij voortaan geene postkwittanciën meer zullen aanbieden bij de vernieuwing der abonnementen ; de onkosten beloopen te hoog ; voor iedere kwittancie welke onbetaald terugkeert, hebben wij ongeveer vijftig ctn. onkost ; het stelsel der postkwittanciën is zeker ge-makkelijk voor onze lezers, maar ifdercen zal begrijpen dat, in deze omstandigheden, de onkosten te zwaar vallen. — Per post doen wij dus nog enkel de jaarlijksche abonnementen ontvangen, op uitdrukkelijk verlangen onzer lezers. Hieruit moeten onze lezers niet besluiten dat vrij denken dat de o< rlog nog een jaar of meer, duren zal. Neen ; maar, gelijk « Ons VLAANDEREN » vôôr den oorlog te Gent verscheen onder den naam van « Het Volk van Vlaanderen » zoo zal het, met Gods hulp, na den oorlog ook voort blijven bestaan, en lijk nu, bijzonder gewijd zijn aan de verdediging der belangen onzer vluchtelingen, Vriendelijk verzoeken wij onze lezers bij adresveranderingen ons een posttimber van 15 ctn. te willen medezenden voor den onkost ; voor iedereen is het een kleintjen, en voor ons m«tken de adresverandei ingen iedere week eene ronde soin bijgevoegde onkosten. — Men vergete ook niet zijn oud adres mede te sturen. Ongcfrankserde brieven worden gewei-gerd.Op Sinte Niklaai s avond Ni g vroeg zij de kinderkens s-lapen gegaan, En droomen n* droomekeas zaehte, Gednffeld zoo warm, wijl engelkens staan, Bij 't beddeke* stille te» wachte. Zij droomc-n Tarn Siate Niklaii, o:j zijn paird Gezeten, met goudene kleeren ; Van poppen en speel goedgebracht aan den [harrd Der kiuderkens die kex* verreren. Vaa jolige Trcwgde, van whoentjes gelaan, Zij morgen gaa« vindeu aan d'haardstede [staan, Met al wat de Heilige brachte. Ja lang reeds, de iiefkens zijn slapen gegaan En drooinen nm droomekess zaehte, Van al wat er morgen wel omme zal gaan. II Hue lief staat de Moeder die engelkens bij Ten wachte ; haar harte Toi liefde, Zij staart op die krullige koppek ns vrij, Wier hartjes geen smart nog en griefde. En droomen , zij denkt aan haar wegzijnde [rnan, Aan oorlog, aan droevige tijden, Aan morgen die vreugde niet geven meer kan Noch troost, in ha r eenzame lijden. En biddende uigt zij yoor 't kruise : 't Is 1HIJ, Ons Heere, 't is HIJ haar te troosten en HIJ, Te waken op al wat zij liefde. En lange staat Moeder haar liefkens dicht bij, Al droomen, haar harte vol liefde, Van blijdere dagen, nu allen voorbij. III Te midden den scherp-kouden vriezigen nacht, Staat Vader te denken op murgtn ; Naast dood en vernieling, den oorlog hem jbracht, In nattige grachten geborgen. Aan krullige kopkens, aan 't vrouwken zoo zoet, Nu denkt hij, bij eenzam^n nachte. O ! denken aan kroost en aan vrouwe, gij doet Hem weenen, wel stille, wel zaehte. 't Zijn tranen van liefde — geen bittere klacht Die troosten, die zalven, die sterken met kracht, Slechts trouwheid en liefde voor zorgen. En lang, bij dien scherp-kouden vriezigen nacht, * Stond Vader te denken op morgen, Op 't grievende wee dat den oorlog hem bracht ! { A. St M. ) December 1916. | HET STAATSBLAD (Van 15 tôt 20 Januari). Besluit wet van 15 Januari 1917. Artikel 1. De militianen der bijzondere contingenten van 19i 5 et I9I6 (mannen geboren gedurende de jaren 1890 tôt en met i897)die, vôô 1 Juli 1916,door de wervings-of beroepseommissies enkel voor de hulo-dionsten aangewezen zijn, zullen bij de ge-wapende diensten mogen ingedeeld worden krachtens nieuwe beslissingen der wervings-commissies genomen op verzoek van den Minister Oorlog Art. 2. Tegen deze beslissingen zal mogen in hooger beroep gegaan worden volgens de voorwaarden voorzien bij artikel i5 van het besluit-wet van 21 Juli 1919. Nota : Deze die het boek « De algemeene oproep tôt 's Lands dienst en de Militie-vergoedingen « bezitten, zullen dit besluit-wet uit knippen en het plaatsen op bl. 12 van het boek. — Voorwaarden van het beroep vindt men op bl. 55 van dit boek. Bestendige Wervingscommissies (Koninklijk besluit van 30 December iy 16). Artike' 1. De vier en twintig wervingscommissies, ingesteld bij Ons besluit van 29 Augustus 1916, zullen ontbonden worden op den datum welke voor ieder vast-gesteld wordt door Onzen Minister van Binnenlandsche Zaken. Art. 2. Er worden acht bestendige wervingscommissies ingesteld waarvan de zetel en de territoriale bevoegdheid bepaald zijn in de tabel gevoegd bij dit besluit. Zij zullen hun werk aanvangen op den datum welke voor ieder vastgesteld wordt door Onzen Minister van Binnenlandsche Zaken. Art. 3. De artikelen x (§ 3), 2 (§ 2), S en 4 van Ons besluit van 29Augustus 1619, zijn toepasselijk op de bestendige wervingscommissies.TABEL DER BESTENDIGE WERVINGCOMMISSIES Zetel Territoriale beroegdheid Die welk» bij koninklijk besluit van29 Augustus 1916 toegekend wordt aan de narol-gende ■wervjngscommissieg : Belgié : De Panne 1 en 2 (De Panne en Watou). Frankrijk : Parijs, 1, 2, 3, 4, 9, 10 en 11 (Parijs, Gaen, Rennes en Tours). Kales, 5 en 6 ,(Kales). Rouen 7 en 8 (Rouen(. Bordeaux, 12 (Bordeaux-Dax). Lyon 13 (Lyon-Marseille). Vereenigd Koninkrijk : Londen, 1 tôt en met 8 (Londen, Bristol, Birmingham, Manchester, Glasgow, Dublin). Folkestone, 9 (Folkestone). (Nota: het besluit van 30 december moet op bladzijde 43 van het boek « De Algemeene Oproep enz.» geplaatst worden.) Een ministerieel besluit van 17 jannari 1917 ontbindt al de bestaande wervingscommissies die vervangen worden door de ^bestendige commissies ingesteld bij koninklijk besluit van 30 december 1916 . Blijven nochtans voorloopig in functie de vroegere :ommissies Nr. 2 te Watou Nr. 2, 3 en 4 te Parijs Nr. 7 te Manchester. ( bl. 43 in «De Algemeene Oproepen ). Wijziging àan het frankeeringstarief der brieven jewisseld tusschen België en Frankrijk in de jrensstreek van 30 kilometers. Te beginnen van 1 Februari aanstaande wordt het rankeeringstarief der brieven, gewisseld tusschen België en Frankrijk in de grensstreek van 30 kilo-neters, op 15 centiemen per 20 grammen gebracht. In çeval van niet-frankeering of ontoereikende frankee-•ing zullen de brieven getakseerd worden op het lubbel van de geheele of gedeeltelijke ostoereikend-îeid. Het trietje vaq den Belg. De eerste wederwraak van België. Bij 't uitbreken van den oorlog, wanneer de meineedige duitscher ons grondgebied betrad, op d'akeligste uren, heeft menigeen wellicht stonden beleefd die duister waren van vertwij/eling. Wij Belgen, wat hadden wij dan misdaan om dergelijke folteringen, om zulke gruwelijke martelie te moeten onder-staan ? Bestond er dan geen rechtveerdigheid meer, en ging de macht en de boosheid over recht en eerlijkheid regeeren ? Dit kon niet. Er bestaat immers eene bijblijvende recht-vaardigheid, en de wijsheid onzer voorvaderen had deze waarheid in een luimig spreekwoord gekenschetst, wanneer zij zegden : « Loontje komt om zijn boontje» en van aloude dagen hebben onze kinderlipjes gepreveld : « Dat God is de looner van het goed en de straffer van het kwaad. » En nochtans, soms was onze vertwijfeling bi]na gegrond wanneer wij de vijand imtner en overal zegevierend en brutaal zagen vooruitrukken. Sinds dien is er zeker verandering gekomen en moet de « boche » van zijn eerste droomen afzien ; doch 't is maar in de laatsie dagen dat wij de bijblijvende rechtvaardigheid, waarvan ik sprak, zich zien veropenbaren, juist in de zaken van België. Duitschland heeft van vrede gesproken zon-der de voorwaarden ervan te doen kennen. Wij hebben geantwoord : Zoo treden wij niet in onderhandeling. Aan Wil son die de vre-desvoorwaarden vroeg heeft Duitschland vaag, te vaag geantwoord : wij hebben onze voorwaarden doen kennen. Nochtans moeten de duitschers hunvredesvoorwaarden doen kennen. Zij krijgen maar drij pond patatten onder de tanden per week. Dit is eene gegronde reden om over vrede te spreken ! ^ En hier stuiten zij tegen het moeilijkste problema dat ooit door hun harde koppen moest opgelost worden : het problema van België. Bijna dertig maand bezetten zij het land en nog weten zij niet wat zij er moeten mede doen. Zeggen zij : geen vrede zonder dat België aan ons is, dan worden zij afgesloten van gansch den beschaafden wereld ; zeggen zij : wij verlaten puur en simpel België en ver zaken aan gelijk welken invloed in dit land, dan is het voor Duitschland de ongena-delijke klopping. Zij moeten van vrede spreken, en kunnen er niet van spreken uit reden van België. Het is de bijblijvende rechtvaardigheid. In de middeleeuwen werden de booswichten beroofd van het lid dat de misdaad ten uitvoer bracht ; door wat men gezondigd had moes men boeten . De groote zonde van Duitschland was zijn schandelijk gedrag tegenover ons land; het begint het reeds uit te boeten. « Kost wat kost, zegt M. Jean Herbette in l'Echo de Paris, zullen de duitschers het vraagstuk van België zonder omwegen moeten behandelen. Dit vraagstuk heeft het begin van den oorlog beheerscht, ivie weet of het niet het einde ervan zal beheerschen ? De duitschers zijn er doode-lijk om geplaagd. Zeerwel : « het is de eerste wederwraak van België. » BELG.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Ons Vlaanderen appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Parijs du 1915 au 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes