Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen

1023 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 22 Septembre. Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen. Accès à 27 juin 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/7h1dj59g5d/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

ONZE TAAL Nr. 117. ' 1 ' * Weekbladje voor de vlaamschsprekende krijgsgevangenen. 22? September 1917 Vlaanderen's Economische Zelfstandigheid door L,lEDEJttI.K.. De lezing van dit onlangs in Vlaanderen versclienen boek is aangrijpend als die van een ibseniaansch drama. Aangrijpender ! Voor den vlaamschvoelenden lezer is het hier, gelokaliseerd op het huishoudkundig gebied, de oude worsteling van zijn eigen wil naar Vlaamsche Wording tegen het overmachtige Fransch-Belgische Zijnde. Nu verstaan we beter waarom er zoo veel eer-lijke passivisten zijn : het zijn ja de zwakken die het niet konden volhouden tôt het einde : want de (nood-zakelijke !) radikale omwerping van het oude Zijnde in het kultuurwezen, in den staatsvorm en in de volks-huishouding vergt een buitengewone zielskrachtontvou-wing, een onsplijtbare éénheid in den wil. En bij de velen is deze eenheid niet daar : het fransch-vlaamsch dualismus in opvoeding en levensmidden heeft die eenheid onmogelijk gemaakt, en de arme zielen gedoemd tôt beweeglooslieid. De innerlijke worsteling heeft de schrijver zegevierend doorleefd. Daarom is zijn boek zoo geweldig aangrijpend. De ebbe-en-vloedbeweging van den gedachtengang geeft hier aan de stijlvormen als 't ware de gedaante van aanvallende of wijkende replieken. Op elke bladzijde een scherp-ondèrlijnde of onrustige vraag, die de illusie geeft van teen tweespraak met een onzichtbaren tegenstander, ofwel een sterk beklemtoonde bevestiging, waarna men een stilzwijgen van den andere voelt Hier en daar een driftige aanspreking, en verder een woord dat kalmer klinkt, maar dieper dringt of wijder draagt. Zoo bijv. : — In welke richting gaan morgen de _ontwiklcelingsmo-gelijlcheden voor de wereld — voor Vlaanderen ? Ziedaar de vraag, de eenige vraag. Al het andere is ijdel qezwets. — Het wegschenken der Kempische kolenschatten aan onze Waalsche nijverheidsmagnaten heeft het kostelijkste Vlaamsche erfqoed aan deze ons onderdrukkende ekonomische kaste uitgeleverd. — De Engelsche vrijheidsgedachte is uitvoerfabrikaat. — Het taalmanchesterdom moet verdwijnen. — Verbrijzel de kluisters van versteende gr ondwetten en schep naar uw oppersten levensdrang uw nieuwe rechtsorde ! — De ijzeren noodzakelijkheid van den oppersten plicht verheft uw taal in ailes tôt een dwingend triomphantelijk gebod. — Waar staat gij dan, Vlaanderen, met uw aan u zelf vervreemde, si aapwandelende nijverheidsheeren en uw fabriekkoeliep ? — Ekonomisch samengaan met Engeland kan slechts gebeuren in den vorm van een bondgenootschap dat ons portugaliseert. Wij moeten weten wat dat beteekent. — Vlaanderen mag met gedeemoedigd worden. — Wij mogen geen Duitsche ekonomische provincie worden. — Zoo ontmoeten Vlaanderen en Duitschland elkaar nadat de oude gemeenschapsbanden lang verbroken zijn en staan tegenover elkaar, vervreemd en beladen met het noodlot van hun historische zonden ; Vlaanderen met de tares_ van zijn armoede en Duitschland met dit gémis aan politieke voorbereiding, waaruit zulke noodlottige gevolgen voorgekomen zijn. — In de wonderbeurs van Fortunatus stak niets anders dan Kant's hategorische Imperatief. — Onze tijd is in aantocht. — Nu moeten wij in het opbouiven van onze politieke zelfstandùjheid onze ontwikkelingsmogelijkheden vastleggen voor de eerstvolgende eeuw. * * Deze kleine bloemlezing van citaten laat reeds ver-moeden dat de steller ervan een sterke pereoonlijkheid is, die de som van het denken zijner 'voorgangers zelf-standig heeft omgewerkt tôt nieuwere gegevens, en het ditmaal durft de uiterste gevolgtrekkingen in een dui-delijke taal voor te leggen. Een doorslaand bewijs hiervan zijn wel de talrijke synthesen die de schrijver hier en daar tôt verpoozmg van zijn lezers heeft voor-behouden in deze geduldige analyse van de wissel-werkingen van staatkunde, kultuurwezen en ekonomie onder elkaar. Als voorbeeld .kunnen we aanhalen : het overzicht van de belgische huishouding, de kritiek van het vrijheidsbegrip, het tafereel van Vlaanderen's ekonomische verhouding tôt Engeland (in den loop der geschiedenis), het paralleel van de ontwikkeling van Vlaanderen en van Duitschland. Elk hoofdstuk van dit machtig boek is op zichzelf een merkwaardige brok frisch, rijk, kernachtig proza, — zakelijk proza, bij uitnemendheid. Elk der zinnen werkt hamerend : slaat te gruizel of maakt stevig : dat men de hand herkennen kan van een Meester. Een eerste, vluchtige lezing volstaat niet om den gedachtengang te omlijnen. Nagenoeg is de inhoud van het boek de volgende : "Vlaanderens toekomst wordt geregeerd door de macht van ekonomische reuzenor-ganen en het komt er op aan daar te gebieden". De

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Göttingen du 1915 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes