Vooruit: socialistisch dagblad

1087 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1914, 25 Juillet. Vooruit: socialistisch dagblad. Accès à 03 mai 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/599z03065d/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Drukster-U itgeefate* Sam: Maatschappij H ET LICHT . beituorder s P. DE VIS CH. LcdebeifOenr . . REDACTIE .. ADMINISTRATIE HOOGPOORT, 29. GENT Orgaan der Belgische Werkliedenpartif. — Verschijnende aile dagen. ABONNEMENTSPRIJS BELGIE Drie maanden. . . , , tr. 3.2S Zes maanden . . « , . fr. 6 50 Een jaar. ? fr. 12.5(1 Men abonncert zich op aile postt>ureel«t DEN VREEMDE t)rie maanden (dagelijk# N verzonden). . . . . . fr, (L73 / ze zitten in nesten ! De klerikale pers tracht eene uitleg-?ing te geven omtrent het decreet van Pius X over de syndikaten of vakver-eenigingen, dat wij in « Vooniit > mede-deelden.« Le Journal de Bruxelles » schrijft dat dit dekreet van geene toepassing is in den vreemde buiten Italië. En « Le Bien Public », een ander heilig orgaan, vertelt ons het groote nieuws dat er syndikaten en syndikaten zijn. Tiens, tiens, de italiaansche syndikaten, hier bedoeld, waren en zijn nog christene syndikaten, geboren en stil-lekens aan toegenomen sedert de ver-schijning der encycliek Remm Novarum van Léo XIII, later verduidelijkt door het Motu Proprio van Pius X. De belgische syndikaten hebben de-zelfde christelijke, pauselijke en onfeil-bare bazis. Waarom zijn die syndikaten in Italië slecht en in België goed? Ofwel de italiaansche syndikaten zijn van den waren weg afgeweken, hen door het onfeilbaar pausdom voorge-schreven.Maar dan moet men de {eiten, de daden aanhalen die aantoonen waarin de christene syndikaten te ver afgeweken ziîn van de christelijke baan. Nu, men doet dat wel, maar in zulke bedekte termen, op zulke kreupele wijze, dat het voor vele werklieden te wenschen ïverlaat als duidelijkheid. Het laatste decreet van Pius X zegt": s dat de christene vakbeweging veel schade berokkent aan de stadswerklie-den en aan deze van den buiten, c*mdat ?.ij, zonder van de rest te spreken, In Feite vetandert in een socialen strijd. Is dat geheel hunne misdaad? Maar mag en moet de vakvereeniging ian geen socialen strijd voeren? En wij vragen ons af hoe zij het Inders kan doen?. Als zij opkomt voor tfooger loonen, voor mindèr werkuren, voor wettelijke arbeidsregeling in 't algemeen, voert zij dan geenen socialen strijd?. En als zij aldus logiek gedreven wordt om positie te kiezen in zake van vak-onderwijs, van douanetarieven, van vverkerswoningen, van geheel de econo-,mische politiek van een gouvernement dat kan optreden voor de inkomende rechten, voor den vrijhandel of tusschen de twee waters kan zwemmen, treedt de vakvereeniging dan niet volop in de sociale kwestie? Zulks wordt erger naarmate meer stielen gptroffen worden door dezelfde iconomische ramp, door de schuld der burgerlijke methode van regeeren. De syndikaten worden op die wijze gedreven niet alleen naar samenwerking, maar zij worden gestuwd op het politiek terrein, waar men ten slotte niet aan ontsnaptr gelijk de sociaal-demokraten het steeds voorhielden. Dit verbod om de syndikaten te be-letten van in de sociale of maatschap-peîijke beweging te treden is, ailes goed t ingezien, belachelijk. Wij zijn in de eeuw getreden, niet alleen van de naamlooze maatschap-pijen, maar van de trusts, die eene echte kapitalistische feodaliteit daar-stellen.Zij bedreigen niet alleen de werkende klasse, den kleinhandel en -nijverheid, maar zelfs de middelbare bourgeoisie. Ehwel, mag de syndikale beweging onverschillig blijven voor dit reusachtig sociaal verschijnsel? Moeten de vakbon-den hun oogen en ooren stoppen? Dat is hen niet alleen zedelijk vermin-deren, de georganiseerde werkende klaese honen en smaden, maar 't is de syndikale beweging ontmannen haar te treffen in ailes wat haar grootheid, haar leven en hare toekdmst is. En zegt het decreet van Pius X en zijne kardinalen dat het aldus moet zijn in Italie, dan treft dit nieuw gebod ook de belgische vakbonden'van het anti-socialisme, want het kapitalisme is één over de wereld, de vakbonden moeten internationaal zijn en de pauselijke be-velen zijn het ook, nog daargelaten dat zij onfeilbaar zijn op den hoop toe. Maar als de vakbeweging alhier dien weg opgaat en zorgt dat zij niet ont-aardt in eene sociale beweging (wat onzin! wat ketterij!) dan is zij machte-loos en dat zal al spoedig blijken. Schelden op 't socialisme is een al te dwaas en te ledig programma om daar iets op te vestigen en de werkers, vooral de gentsche, er mede kontent te stellen. De pauzen van Rome hebben zelven het sociaal terrein betreden ; Léo XIII in zijne encycliek Reruni Novarum en Pius X in zijn NJotu proprlo. Zij hebben zich met de maatschappe-Iîjke kwestie bezig gehouden en er zelfs radikaal positie in gekozen. Pius X werd gewaar zelfs dat zijn voorganger Léo XIII te ver was gegaan en hij heeft water op het vuur willen gieten, door de Christene werklieden er op te wijzen dat er armen en rijken, ge-leerden en onwetenden enz. moesten zijn. Het is te laat, althans in Italië blijkt Het. De Christene werkers zijn ontwaakt, hebben het hoofd opgestoken en hunne vakbeweging heeft trots ailes dit karak-ter van maatschappelijken strijd âange-nomen die de kardinalen en hunnen paus, zoo erg vreezen als de duivels der hel. Zal het anders gaan in België? Neen zeggen wij, de logiek van de ontwikke-ling der kapitalistische maatschappij is onweerstaanbaar en onverbiddellijk. Zij voert naar het samenbezit der ar-beidsmiddelen, gelijk naar de regeering door gansch het volk. Maar hoe beter de werkers zich buiten — daarom niet tegen — aile gods-diensten en aile nationaliteiten vereeni-gen, hoe vroeger en hoe zekerder de triomf der sociaal-demokraten, die aller redding is, zal aanbreken. F. H. Flink gezegd! Onder deze hoofding lezen wij volgend artikel in het blad tDe Spoorwegi. i Op haar jaarlijksch Kongres onlangs te Luik gehouden, heeft de «Algeffleene Veree-niging der Ordeklerken van het, Telegraaf-sn Telefoonwezenj onder geestdriftig ge-juich volgende motie gestemd. « De Vereeniging neemt in aeht dat het bestuurlijk règlement /van 10 «Maart 1910 in grondbeginsel aan het personeel, het recht toekent zich op beroepsgrond te ver-eenigen ; « Doch zij stelt vast: « 1° Dat dit recht, zooals het geregeld is, ontoereikend is; i 2° Dat het slechts dan eene wezenlijk-heid worden zal, als de inkortingen die het verlammen zullen verdwijnen; » 3° Dat de belemmeringen welke zijne uitoefening in den weg staan, van aard zijn om een eng kastegevoel te bevor-deren, en om onder het personeel kra-keel en oneenigheid te zaaien; » 4° Dat het bedoeld règlement, in weer-wil van het art. 6 der Grondwet, eene niet te rechtvaardigen ongelijkheid daarstelt tusschen de bezoldigden van den Staat en de overige burgers; k 5° Dat het bedoeld règlement het s»-menspaningsrecht schendt zooals het aan aile Belgen 0oor het art. 20 der Grondwet gewaarborgd is; » Derhalve drukt de vergadering den wensch uifc, te dien opzichte onder toepassing van het jsemieenscb&ppelijk recht te staan.. a Dat is ja kranig gesproken streng doch juist, en niettemin... eerbiedig. Zai de Administratie, wier daden en be-sluiten niet mogen aangevallen worden, het potje maar stillekeng gedekt latent Dat mogen wij ervan verwachten. » Het Internatiûnaal Kongres bedreigd ? Wij meldden reeds dat de «Wiener Arbei-ter-Zeitung» in beslag was genomeh wegens een versfag van de zitting van het Parijsche kongres, waarin de vraag werkstaking bij oorlogsverklaring was behandeld. De korrespondenten voegen e« bij dat dit optreden van de policie twijfelachtig maak-te of het Weener kongres zou kunnen door-gaan. Een zeker niet overbodige vraag — want als men in Oostenrijk niet lezen mag wat de Franschen over die zaak denken, dan zal het zeker niet geoorloofd zijn er in Oostenrijk zelf over te spreken. Bij het bericht uit de «Frankfurter» over-genomen, schrijft de «Leipzi^er Yolkszei-tung» ; «het in beslag nemen van de «Ar-beiterzeitung» moet beschouwd worden als een teeken van de voornemens bij de Oos-tenrijksche regeering. Of zij inderdaad tôt een verbod van het kongres zal overgaan, moet intusschen nog worden afgewacht.s Er is echter, meenen wij, ook nog deze kwestie : zal men onzerzijds het kongres kunnen houden als mocht blijken dat de regeering het schrappen van het bedoelde saut va» da aeenda tôt j.oorwaarda stelt ? In den Provineialen Raad van Oost-VIsanderen De zittijd voor 1914 is gedaan ! De werkzaamheden zijn afgeloopen in een dozijn zittingen. Men weet dat deze raad bestaat uit 93 leden, waarvan 78 katholiekcn, 10 liberalen> 4 socialisten en 1 radikaal-socialist. De 4 socialisten zijn werklieden en de ra^ dikaal-socialist is 1 burger (advokaat). Bij de 10 liberalen is er 1 geneesheer ; 4 advokaten ; 2 bloemistbazen ; 1 hoogleeraar ; 1 nijveraar ; 1 pleitbezorger en 0 werklieden.De kolossale katholiekc meerderheid bestaat uit 8 nijveraars, 141 nota.rissen, 15 ad-vokaten, 9 geneesheeren, 1 handelaar, 22 eigenaars, 2 ingénieurs, 5 brouwers, 1 aan-nemer, 1 bloemist en 0000 werklieden. In den Baad zitten 23 burgetneesters en 9 schepenen. De katholieken tellen niet min dan 9 edel-mans.Ziedaar dus een weinig uiteengezet wat onze provinciale Baad is, en hoe de 4 werk-lieden-socialisten en den progressist daar geheuld zitten. Onnoodig te zeggen, dat er voor de werklieden niet veel te bekomen is en vooral voor de nijverheidswerklieden niets. Wat nog het meest tegen de borst stuit is de afkeurenswaardige houding welke die katholieke meerderheid van fijn ! ! ontwik-kelde 11 mensçhen aanneemt telkenmale een socialist spreekt. Hunne houding is zoo uit-dagend-dom en hatelijk, dat zij er dikwiijls zelf beschaamd in waren. Een werkman in hunne « hoogé vergadering » hooren spreken... dat is wa-arlijk te compromitteerend voor hunnen stand. Dit is zo6 erg, dat enkele katholieken blijkbaar beschaamd zaten over de onge-hoorde brute houding vanwege hunne par-tijgenooten.Het is nu den derden zittijd dat wij met die heerkens doorbrachten. Welnu zij zijn geen zier verbeterd ! In dezen zittijd hebben zij zelfs getoopd geen burger te kunnen hooren, wanneer hij voor de onterfden in de bres springt. Evenals gezel Anseele zich in de Kamer moeten «stellen» heeft als hij 't miljoen vroeg voor eene telloor soep voor het volks-kind, heeft M. Wiirth, progressist, in onzen raad veel moeite gehad, wanneer hij de 25.000 fr. verdedigde voor schoolvoeding, kleeding en schoolkoloniën. Het ging zoover Sat M. Wiirth S maal moest ophouden van spreken, tôt wanneer het die deftige, geleerde en verdraagzame kristenen beliefde wat te kalmeeren. Die rijke vlegels zijn niet in staat eer-bied te toonen wknneer er over het arme, hongerige volkskind gesproken wordt. Roepen, schimpen en spotten was hun antwoord. Waarom? Omdat M. Wiirth zegde dat er werkerskinderen zijn die zonder eten naar sehool gaan. en ook omdat hij zegde dat er op onze buitens hongerloonen betaald worden. Ja, dat zoucten al de katholieke werk-menschen-kiozers eens moeten hooren en zien hebben ! Voorzeker zouden zij nooit hunne stem meer aan zulke verstokte klas-sevijanden geven. t Nog iets anders is het herinneren wàard : die heerkens houden namelijk zitting als het hun past. Alzoo was het den dinsdag morgend van de gentsche kermis om 10 ure zitting. Denkt nu niet, lezers, dat do gentsche afvaardiging op haren post niet was. Neen ! Verre van daar, en nog veel beter dan de katholieken van den buiten. Denkt ook niet dat de katholieke meerderheid dan goed zitting hield. Ook niet waar, en het volgenda zal het bewijzen. Den dinsdag der gentsche kermis, rond 12 ure, vroeg M. Verwilghen om de kwestie der Federatie van Socialistische Bibliothe-ken te verschuiven tôt den dag nadien. Verscheidcne katholieken wai^n reeds heengegaan en elkeen meende dat de zitting een ëinde zou nemen. 't Viel anders uit! M. Pussemier ving de bcspreking aan van liet voorstel der socialisten over den 10 urigen arbeidsdag voor stokers en machinisten. Het is dan dat gezel Verschraegen zijne i;edevoering gaf. Welnu, de raad was zeker hoogstens de helft bezet. En om die heeren in de gelegenheid te stellen den donderdag der Gentsche Ke»r-mis naar de paardekoersen te gaan, was het 's morgends zitting, alhoewel het op andere dagen 's namiddags zitting was ! In 't begin van den zittijd wordt er waar-lijk te weinig afgedaan, en op het einde moet ailes dan afgehapseld worden op een draafken, zoodanig dat de laatste zitting 4 uren duurde. Aldus zijn er kwestie's die onvoldoende besproken werden. Dit zijn in 't kort, beste lezers, onze in-drukken over onzen Provineialen Baad, en gij kunt er nu ook zelf over oordeelen. Er kan daaraan eerst verbetering komen, als er wat meer werklieden zetelen ; anders niet. X „V._ , Het proces Caillaux-Calmette te Parijs ii Om half twaalf was gister de zaal stamp-vol, ofschoon de zitting eerst over twaall n uur begint. Er heersôht een verstikkende at-mosfeer. Even voôr 12 uur komt de heer )3 Caillaux aan, evenals de vorige dagen tôt aan de deur van de zaal. Het schijnt dat de heer Caillaux voortdu-rend dreigbrieven ontvangt, waarin hij met den dood bedreigd wordt. Aan het bureel 4 van den politiedienst komen bovendien ook brieven in, waarin mevrouw Caillaux met ,1 den dood hedreigd wordt, ingeval van vrij-spraak. Om vijf minuten over twaalf wordt s_ de zitting geopend. M. CECCALDI VEBDEDIGT M. OAIL-LAUXMevrouw Caillaux ziet er zeer vermoeid n uit. Het publiek, dat waarschijnlijk zoo zeer talrijk is, omdat het meende, dat het inci-t- dent omtrent de intieme brieven nog voort-gezet, of opnieuw geopend zou worden, is t eenigszins teleurgesteld, wanneer als eerste getuige opgeroepen wordt het kamerlid Cax>-r caldi, een intieme vriend van Caillaux. Ceccaldi b^feint met te verklaren, dat de - heer en mevrouw Caillaux een zeer goed ,1 overeenstemmend gezin vormden. Hij zegt, dat mevrouw Caillaux groote belangstelling t toonde in de politiek van haar man en hem B steeds aanmoedigde in de democratische politiek.! De getuige begint dan te spreken over de veldtocht van de «Figaro». Hij schrijft de s heftige persoonlijke aanvallen tegen Caillaux toe aan diens democratische politiek. Ceccaldi spreekt ook over het fortuin van M. Calmette en vraagt aan Mr. Chenu of het ja dan neen waar is dat Calmette 13 mil-lioen naliet. 1 Mr. Chenu verwondert zich dat een getuige de burgerlijke partij ondervraagt. M. Ceccaldi, ten prooi eener hevige woed©, zegt dat men hem niet eerbiedigt. t Ten slotte vraagt Mr. Chenu dat men de 1 burgerlijke partij en de bank der getuigen zou eerbiedigen. (Beweging van goedkeu-| ring). J BARTHOU, CAILLAUX EN CECCALDI r HEBBEN EENE KWIKKELING i Als M. Ceccaldi aangekomen is bij de , kwestie van het doeument-Fabre heeft er een s kort incident plaats. Ceccaldi verklaart 'n.l. dat bij de groote kamerzitting, die den dag na den moord 1 plaats had en waar Barthou met het docu- - ment Fabre voor den dag kwam, Barthou 5 aan hem, Ceccaldi, in de wandelgangen Van de Kamer gevraagd had om piet op de tribune te komen spreken ten gunste van Caillaux. Als de heer Barthou hier was, zou hij ' het niet tegen kunnen spreken. Dan gaat plolseling achter uit het publiek een stem 1 op: « Ik ben hier. » ^ Het is de heer Barthou, die onder het pu-' bliek aanwezig is en die verder voortgaat: ; « Ik hoop, dat de vrijheid van aanval ook de vrijheid van'verdediging mede zal bren-gen. » Dit kleine incident kondigt waarschijnlijk een confrontatie tusschen Barthou en. Ceccaldi aan. Ceccaldi gaat dan voort en houdt een waar pleidooi ten gunste van den heer en mevrouw Caillaux. ' Nadat namelijk Ceccaldi zijn zeer pathe-tisch betoog ten gunste van de politiek en van de personen van Caillaux en Mevrouw Caillaux geëindigd had, kwa.m Barthou een aantal punten van het getuigenis van Ceccaldi bestrijden. Caillaux mengde zich ook in dat politiek débat. Gedurende éen kwar-tier had een heftige politieke woordenwis-seling plaats tusschen Ceccaldi en Caillaux eenerzijds en Barthou anderzijds. M. Barthou zegt dat indien hij de nota Fabre bewaarcJ heeft, hij ze niet aan de dagbladen mededeelde. Hij heeft ze tegen niemand gebruikt. M. Ceccaldi heeft willen doen uitschij^en dat ik geen woord over had voor mad.Caillaux, en zich naar de beschuldigde keeren-de, vervolgt Barthou : « Ik heb voor u, madame, den meesten eerbied, maar gij zijt beschuldigd en hebt uwe natuurlijke verdedigers. Wat meer is, gij hebt een vriend van over 25 jaar ge-dood, den vader der kinderen die de vrien-den zijn der mijneu. » In deze voorwaarden, zegt M. Barthou, moet gij verstaan dat mijn medelijden en mijne toegeving gaan naar dien man dien gij dooddet, naar de kinderen die weenen om hunnen vader. » (Toej.) M. Caillaux, aan de getuigenis terugko-mend, brengt hulde aan de houding van M. Barthou ten opzichte der beschuldigde, maar hij voegt er aan toe : « Wat te zeggen van de schandelijke be-schuldigingen die teçen mij door uwen vriend van de « Figaro » werden uitge-bracht? » Een ware vloed van sprekerstalent heeft nu plaats tusschen MM. Barthou en Caillaux omtrent het verslag Fabre en over de omstandigheden van de openbaarmaking. De voorzitter oordeelt dat het noodig is tôt het procès terug te keeren. M. Barthou verlaat de zaal, door farai-lierou^^geroepen., , ' , Mr LABORI WIL DRIE INTIEME BRIE YEN LEZEN VAN M. CAILLAUX., MAD. GUEYDAN EISCHT DAT OOK DEZE VAN MAD. CAILLAUX GELEZEN WORDEN. Daarna werd Mevrouw Gueydan opge-J roepen en Mr Labori kreeg he„t woord om mededéelingen te doen over den uitslag van zijn onderzoek der bijzondere brieven., Gisteren namelijk, zooals men zich herin-nert, waren die brieven aan Mr Labori ter; hand gesteld en er was besloten dat Labori er kennis van nemen zou en er daa mededeelingen over zou komen doen. Mr Labori zegde dat er onderscheid g©-< maakt moest worden tusschen de wwrschilJ lede brieven; ze moesten in twee groepea verdeeld. Eene groep va-n brieven, geteekend Caillaux, werd door Mr Labori overgegeveu om bij de debatten te dienen; een ander gedeelte werd door hem ter hand gesteld' aan Mr Chenu, advokaat der burgerlijks partij. Maar aile partijen schijnen het «r eigeen-lijk wel over eens, dat deze brievw» vooral een zeer persoonlijk karakter hebben en' niet van heel groote beteekenis zijn voor da zaak. Het1 zijn brieven, die vooral zeer smartelijk zijn voor mevrouw Gueydan, uifi den iijd van voor hare echtscheiding met* Caillaux. Men krijgt dan een oogenblik den indruJtf dat noch de président van het hof, noch ds procureur-generaal, noch de advokaien eigenlijk goed weten wat men met de briô. ven zou doen. Mr Labori biedt ze aan mevromr Guey-i dan aan. < Gij hebt ze mij toevertrouwcT, zegt bij, ik geef ze u terug. » • Mevrouw Gueydan antwoordt, dat zij g»* heel de beslissing overlaat aan Mr Labori., Deze richt zich nu " tôt mevrouw Caillaux en vraagt haar, of zij erin toestemt dat een gedeelte van de brieven aan Mr Chena worden toevertrouwd. Mevrouw Caillai» Stemt hierin toe, s Het gaat een oogenblik nogal zeer ver-ward toe en men ziet Mr Labori de brievera weder aan mevr. Gueydan aanbieden. Mevrouw Gueydan zegt dan met duide* lijke stem: « Ik neem ze aan, maar ik verzoekdat ze voorgelezen zullen worden en ik verzoek Mr Labori z• voor te lezen. » Mr Labori zegt : < Ik wil ze niet voorl©-' zen, daar alleen deze drie brieven tôt het débat behooren. Indien mad. Gueydan van een ander gevoelen is, dan geef ik ze haar allen terug. » Mr Labori vraagt aan mad. Caillaux of zij er - geen letsel in vindt dat de brieveit aan de burgerlijke partij teruggegeven' worden. Mr. Chenu zegt de brieven slechts te aan-< vaarden, wanneer hij er mede mag doen wat; hij wil. Anders, dat Mr. Labori ze terugna» me. Mr. Labori raadpleegt nu mad. Gueydaaj die zegt dat voor de waarheid, voor de ha&* derheid, allen moeten gelezen worden. Mr. Labori weigert opnieuw de ver«(|É^ woordelijkheid ze allen te lezen. Genoeg «5» gevoelen is verbrast geworden, zegt hij. , Ma<l. Gueydan, door Mr. Chenu geraad4 pleegd,' verklaart de mededeeling der brie-' ven aan de burgerlijke partij en aan heb openbaar ministerie; maar Mr. Labori ver* klaart dat de brieven hem nu toebehooren eir hij ermede zal doen wat hij wil. + Mr. Chenu antwoordt : Mr. Labori, gij zijt advokaat, ik ben het ook, binnen 5 minute#, zal ik de brieven hebben. De zitting wordt om 2 u. 20 m. te middent de grootste levendigheid geschorst. LABOBI WEIGERT DE BRIEVEN VAN; MeGUEYDAN De zitting herneemt om 3 uur. Mt. Chenu zegt dat M. Labori, van wie« hij hoopte de brieven te krijgen, ze hem no§ niet heeft gegeven. Mr. Labori zegt dat hij die brieven ter to< schikking van Mad. Gueydan houdt. Deze weigert. Dan komt men overeen dat de brieven il» handen zullen blijven van M. Chenu en Labori.ANDERE GETUIGEN M. Charles Fol heeft in het cabinet vaj den « Figaro »-den naam van Mad. Caillauï niet hooren roepen. M. Gros-Claude verklaart dat hij meent dat M. Calmette nooit de andere brieven zou bekend gemaakt hebben. M. Rrantz-Reichel zegt dat Calmette toen hij den brief «Ton Jo» te zetten gaf erbij voegde: «Ik heb niets anders meer, ik mag het dokument Fabre niet publiceeren». M. Bonancour zegt dat de politieke vrien« den van M. Çaillaux zoo gerust niet waren als hij over het mededeelen van dit dokument.M. Quittard verklaart dat al de papierea op M'. Caillaux gevonden door hem volledig zijn bijeengegaard. ■ Dr Calmette, broeder van het slachtoffer, heeft aan den voorzitter der Republiek twe« 4- i i i 1 ». mi i i»■!) i )i —nw __30jaar_™_IU_205 Pr^pgr^nmm^ vo^elgië 3_centiemen, voorden freemde 5 centiemen « Telefoon s Bedactie 247 - fldmënestratSe 2845 . Zaterdag 25 Juli 1914

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Vooruit: socialistisch dagblad appartenant à la catégorie Socialistische pers, parue à Gent du 1884 au 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes