De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk

1096 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 09 Februar. De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk. Konsultiert 21 Juni 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/833mw29w80/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Derde Jaargang, Nr 6. — g Februari 1918. Psijs : 10 centiemen. Derde Jaargang, NF 6. — 9 Februari i§sS. DE EENDRACHT ; rijs per Jaargang ■ fr. 5.20 » » drie maanden » i.3o Weekbiad voor. het Vlaamsche Volk Redaktie en Bureel : Prinsesstraat, 16, ANTWERPEN. t/j, Priester ¥au der SMesifoiitls. INSCHRIJVING door de zorgen van het weekbiad „De Eendracht". CSe X_,IJ"ST — 9-2-18 Overdracht fr. 92.90 Et.11 tolonderbi igadier 020 Opdat zij, die ne Viaamsche Beweging nier begrepe , het noodige veVsiand zouden krijg _i. om ze te bestiuieeren (A er over te zwijgen 2.5o Van een Vlaamsche vdu ve, moeder van een priester, die bij onderv ding w et hoe vrouwe Van der Meulen rhoet geîe-den hebben do'i* de Vtrbanning van haren zoon,omdat hij zij-i volk iief heeft. 2.5o . i£en rechtgeaard Kempisch pa toor 5. Uit Achel (Limburg). 10. fr. 113.10 De inschrijvers worden vriendelijk verzocht korte bondige motto's te bezigen en wanneer immeK mogelijk hunnen naam te laten mede-âfkondigen voor het goede voorbeeld. N. B. De giften zijn dus voortaan enkel te storten op de # Postchekrekening van het weekblad « Ue Eerdracht », met drmgend verzoeV echtur er per brief of postka ni onmiddel ijk kennis van te geven aan hei bureel van dit blad, voor kontrool en ten einde misverstand of verwairing te voorkomen, I)e Plechtige Uitroeping- van Viaanderen's ZGifstandigheid Opvolgentlijk in de drie groote steden van Vlaanderen, Brussel, Gent en Ant-werpen werd onze pojitieke zelfstandig-heid plechtig uitgeroepen. Eersl was het de beurt aan Brussel op 20 Januari. De plechtigheid had plaats in de Alhambra-schouwburg. Alhoewel de vergadering slecbts daags te voren aan-gekondigd was, vulden 3ooo Vlaamsch-gezinden de ruime zaal. Wie had vôor de oorlog ooit zulk aantal Brus-selaars op eene Vlaamsche vergadering bijeen gekregen ! Ddarmede zeggen wij natuurlijk niet dat Brussel in zijn ge-heel voor Vlaanderen gewonnen is. Zoo de Brusselsche Franskiljons en Walen de vergadering met schijnbare onver-schilligheid laten voorbijgaan, bewijst dit nog niet dat zij zich overwonnen geven : de niet-uitvoering der taalver-ordening bewijst juist het tegendeel. Maar wat tôt hiertoe door de aktivisten bereikt werd, getuigt van een opgewekt / stambewustzijn bij de vervlaamsche be-volking in onze Jioofdstad. Hier vooral had de geknechte Vlaming te lijden onder het juk der verfransching en het moet ons dan ook niet verwonderen dat, eens dat de Brusselsche Vlamingen zich geheel bevrijd zullen voelen uit de klui-sters van het Franschdom, zij op de eerste plaats zullen staan van de ver-dedigersvan onzeverworven volksrechten. De volgende Zondag 27 Januari vierde Gent op indrukwekkende wijze Vlaan-deren's hoogtij. Gent, de stad van de grootsche volksbewegingen, de stad die beter dan welke andere haar vroeger volkskarakter bewaard heeft. Naar de verslagen ons melden was de bijval er onbeschrijfelijk prachtig. De NieuweCir-kus, het grootste soortgelijk gebouw van België, was proppensvoi en na de vergadering doorliep een stoet van 10.000 nian de straten der oude vrijheidsgezinde Stad. Nu Zondag" 3 Februari gebeurde het te Antwerpen. Het wijde gebouw der Beurs, was beneden en boven volgeloopen met eene dicht opeengepakte menigtegeestdrif-tig gestemdeVlaamschgezinden. Hetaantal aanwezigen bedroeg meer dan 10.000. De uitroeping van Vlaanderen's zelfstan-digheid, de aanspraak van den grooten volksredenaar Borms en de voorstelling vân de afgevaardigden in den Raad van Vlaanderen en in den gouwraad werden eenparig toegejuichd. Geen enkel verzet in de zaal, tenzij men het gooien van een pak peper — het franskiljonseh vat geeft uit wat het in heeft—als dusdanig moet beschouwen. Was de vergadering in de Beurs buiten verwachting geslaagd, niet hetzelfde mag gezegd worden van de optocht op de Mendie bij gebrek aan inrichting, tusschen de overgroote menigte volk in de war liep. Reeds voôr de vergadering hadden betaalde schuimers (zoo was hun 5oo fr. beloofd wanneer zij eene vlag zouden buit maken) getracht wanordelijkheden .te stichten. Eveneens tijdens de optocht zetten eenige tientallen tegenbetoogers zich duchtig te weer om door hun fluiten de grootsche indruk weg te nemen. OZ Al die tegenmanifestaties hadden echter weinig succès en hielpen ten sloite er aan mede om de beteekenis van de geschiedkundige plechtigheid te verhoo-gen.Dat onze Vlaamsche strijd op tegen stand stuit weten wij maar al te wel; onder de tegenbetoogers waren er be-nevens het uitgekochte galgenaas, ook wel die floten uit overtuiging en een enkel zag ik wiens gelaat het paroxisme van den haat tegen al wat Vlaamsch is uitdrukte, terwijl hij ons het woord a Verraders n toeschreeuwde f't was een woekeraar !), Maar wat ons teif-zeerste verheugt is dat tegenover de tienduizend betoogers in de Beurs en de minstens evenveel goedgezinde maar zich nog niet uitspreken durvende toeschouwers op de Meir, slechts een bespottdijk klein getal tegenstrevers kon opgetrommeld worden En dit niettegenstaande de Antwerpsche franskiljons, n. m. de bazen van het Comité National, geen moeite noch geld gespaard hadden om bij deze gelegenheid het aktivisme den ge-nadeslag toe te brengen. Slecht is het hun bekomen. * * * Brussel, Gent en Antwerpen, onze drie hoofdsteden, hebben dus Vlaanderen's zelfstandigheid plechtig uitgeroepen en laten bezegelen door het stambewuste en gezonddenkende deel van hetVlaamsche volk, het deel dat alléén berechtigd is mede te spreken waar het de belangen en de toekomst geldt van ons volk. Bij deze gelegenheid is voor de eer £ maal sedert den oorlog het aktivisme als breede omwentelende volksbeweging in het openbaar gelreden. OnzeVlaamsche beweging, die vroeger zoo vaak te pletter liep tegen den ijzeren muur der on-verschilligheid, heeft nu de toets der openbare meening van aile lagen en standen van ons volk doorstaan. De uitslag is in zulke mate bevredigend dat ons vertrouwen in de eindzege er danig door versterkt werd. De voormannen en baanbrekers van het aktivisme, die ailes op het spel hebben gezet voor het heil van hun volk, weten nu dat hun offer niet nutteloos is geweest en dat zij gevolgd worden door breede scharen zelfbewuste Vlamingen die op het ge-geven oogenblik allen tegenstand zullen overwinnen en Vlaanderen's vrijmaking verzekeren. Qe jenple SptappiBg van Qol Havtfseï jUlnisleiie. Over de jongste krisis in het kabinet de Broqueville schrijft Frans Van Cauwelaert in « Vrij Betgië » ; Nabetrachtingen van een crisis. De mail van -/érige week hij iiet lang op zich wachten — bracht ons eindelijk aanvullen-de en officieëele mededeeiingen omtrent de jongste wijzigingen in het Ministerie. Zij leve-ren stof tôt eenige nabetrachtingen. Laten we even een overzicht geven van de veranderingen die plaats vonden. Minister Hymans verliet het Ministerie van Ekonomische Zaken dat pas op 12 Oktobei j. 1. voor hem gesticht was — voor buitenlandsche Zaken Om het ongenoegen van een ee>-!Voud:g r-uiltje met Minister Hymans te vermijden, schiep Minister de Broqueville voor zich zelf het Ministerie van « Nati nale Herinnchtmg » haalde meteen naar zich toe het hoofdgedeelte van de werkzaam-heden van het nog ongeorganiseerde Département van Staathuishoudkundige Zaken. Om echter den schijn te redden werd het uithang-bord van dit laatste gehecht aan dat van Kun-sten en Wetenschappen, in afwachtmg misschien dat Minister Frunet, die voorloop g zonder portefeu lie in den Kroonraad zitting heeft, zich aan de atmosfeer zal hebben gewend en de ekonomische zaken voor zich zal opeischen. Het Ministerie van Nationale Herinrichting, zal zich overigens met het werk van herstel slechts in ondergeschikte orde bezighouden. Als we het verslag van Minister de Broqueville aan den Koning moeten gelooven, dan zal de nieuwe taak van het Kubinetshoofd vooral bestaan in de zorg voor de onmiddelijke levensmiddelen-vooiziening van het bezet gedeelte van België. D; bevoorrading van het onbezet gedeel'e daar-entegen, ook voor de burgeilijke lievoiking, wordt opgcdragen aan dert Minister van Inten dantie, den heer Vandervelde, wiens département voortaan den naam dragen zal van . Ministerie van Burgerlijke en Militaire Intendance». Dit'is niet ailes. Het bijzonder « Komiteit van ooriog en van 's lands wederinrichting », dat 4 Augustus bij Kon. Besluit werd in het leven geroe^ien en dat (ipor Minister de Broqueville, op 3 Augustus in een versiag aan den Koning .werd aangekondigd als « de kroon op het werk», ligt reeds aan itukken, Het werd vervangen door drie versehiilende komiteiten, welke ieder uit een zeker anntal ministers bestaan zu'len, maar allen zul en worden voorgezeten door Minister de Hroquevil-e. Het eerste komiteit zal zich onledig houden met de vraagstukkon \ 53 .aangnande het leger en de !>uitenlandiche be-trekk nL'en ; het tweede kon iteit zal zich bezig houden met het ekonom s 1, herstel van Beigie en de v rgoed ng van oo" logs chade ; aan het derde zijn opgedragen de verzorging van de belange-. der uitgewekeneri «11 de voorbereiding van .le wetgevende en bestuiirlijke maatregelen, j welke v. rei cht worden doqr den oorlog of welke in den ovt rgangstij,' na den oorlog noodzake;.]jk zullen zijn: Aan het « Ministerie van Nationale Herinrichting » i een algemeen se-kretariaat gehecht van de Oo. ogs-en H rinrich-tingikomiteiten.Dit gehee van nieuwigheden wordt —- als naar gewoonte - bij Zijne Majes^it jngele d met een ver^ag van Min s'er de Brq'qtreville en dit verslag is — ook weer naar gewobnte —zwaar van... gevocl. Het n euwe voorstel is natuurlijk weer eene vrr i chte v.sn 's lands hougste belang en — zoo heet het - het zal « dt banden die met « 00g op het. gemeenschappelijk doel, de leden « van 's Konings Regeering vereenigen, nog « vaster toesnoeren, en hun; toelaten/in eene « akijd e-gere v^rstandhouding, in een volledig « en wederzijdsch vertrouwen, de dadsn voor « te bereïden, die het land.van hunne vader-« landshefde verwacht ». . De voorstellen hebben « —zoo heet het \ erder . bij ze'dzaam toeval, « de bijtreding van aile uiei-jjingen verwirven ; « men heeft er een onbetvv'ifelbaar vo irteeken « (de F'ransche tekst zegt : gage) in gegeven van ■ « die vereen ging der gëdac,hten met de ver-« lichte eenh .d van dedaaû»eiiein Le Havre regel is. Deze laatste z nsnele snappen we niet goed,- n aar wat zij bedoelt zal wel heel mooi en heel waar zijn. Het iijkt ons eene versterkte varia !te van d" « bedachtz;nre begripseenheid », welke wij uit h.-t versla» v ,n 12 Oktober, om 't nu v rongel-ukt Minister.e van Staatliuishoud-kundige Zaken reeds hebben leeren kennen. Aan het tinde van het verslag wordt ten over-vloede be\est.gd dat « In cj diepste gedachte (dans la pensée profonde) ' an de leden van 's Konings Regeering vormfen deze voorsteîlen een geheel, dat de karaktertrekken van harmonie en van duur vertooni » dat ,vij hier te doen hebben met « een nie':we en scliitterende bevestiging van de sterke sendracht » die in den schoot der regeering hi-erscht en dat onze mini ters hunnen tijd doorb'engen in « waken en zvvoegen voor de bevoll tng van Beigië. » Door deze ontroerende taid heen, weet Minister de Broqueville eenige eenige bescheidene mededeeiingen te vlechten over zijn eigen lots-bestemnvng. De vereenig ng van aile diensten, welke zich bez'ghouden met de bevoorrading van het bezette gebied, in een département zou, volgens onzen premier, op herhaalden wensoh van Z. M. den Koning zijn gebeurd en Z. M. zou het zelf hoogst wenschelijk hebben gevonden, dat deze diensten zouden worden geplaatst onder de leiding van het hoofd zijner regeering. Op het huidige oogenblik wordt de taak v orzeker meer en nieer 011-dankbaar ; zij schijnt echter (bedoeld is: slechts) zeer wemig voldoening voor te beschik-kert (réserver^ aan dengene, die de opdracht aanvaardt Maar de plicht van een leider staat hoog boven aile dergelijke bespiegelingen. Het volstaat ten andere de stem van zijn hart te aanhooren, om geen oogenblik te aarzelen ai de moeilijkheden te keer te staan (affronter), hoe hard zij ook mogen wezen, om zulk doel-wit met de hoogste verwezentlijking do^n ge-paard te gaan.. » Wij kunnen het bij deze aanhalingen laten. Wij zul en overigens de wreedheid met begaan om deze ontboezemingen van Minister de Broqueville te begeieiden met stemmen achter de schermen. en wij wenschen den leider van onze regeering, die zoo hoog boven aile per-soonlijke bckommernissen naar de stem van zijn hart staat te luisteren, niet de beproeving toe, dat een zijner tegenstanders een verzameling van zijn oorlogsliteratuur met kommentaren" zou uitgeven. Maar'wij vragen in gemoede en met den ernst, welken de tijdsoinstandigheden mee-brengen, wat heeft het landsbelang gemeen met al deze melodramatische phrasenmakerij ? En wat heeft het landsbelang gemeen met al de nieuwigheden, verwikkehngen çn ministe-rieele wijzigingen welke elkander in Le Havre met versneld tempo opvolgen. Men plaatse eenvoudig de versehiilende krisissen, welke wij reeds hebben doorgemaakt, met hun respeklieve oplossingen op een rijtje en men zal onmidde-lijk de lijn erkennen, die er doorheen loopt. Daarmee iff geenszins gezegd, dat de samen-' stell ng der regeering na c'rie jaar oorlog on-veranderd blijven moet wat zij was op 4 Augustus. Wij laten laten dit punt hier buiten bespreking. Maar Indien ministerieele wijzigingen noodzakelijk worden geacht, dan worde in de eerste plaats rekening gehouden met de werkelijke behoeften van het land, ' iet met de bevrediging van persooniijke ambities. Wanneer veranderingen doelmatig zijn, dan zal dit ook wel blijken uit de verbeterde uitslagen, maar -het eenig zichtbaar resultaat van al de oplos-singen, welke wij tôt nu toe hebben beleefd, is, dat de regeeringseenheid en de eendracht van het land zelf er meer worden door opgelost. Met gevoelzwangere phrase > kan ook Minister de Broqueville ons over deze werkelijkheid niet weg helpen en het is niet altijd behend'g om aan den nood van het land voorwendsels te ontleenen voor het weg werken van minder mooie motieven. Geheel het betoog van de Broquevlle draait ditmaal rond de noodzake-lijkheid om de bevoorrading van het bezet ge-biçd te verb-teren door v;reeniging in eene hand van al de daarbij betrokken diensten. Men kan gewis voor de * oedselvoorziening van het land nooit te veel doen. Maar moeten wij dan werkelijk gelooven, d..t de \oeding van België tôt nu 10e geleden heeft on 1er. het gebre.k aan organisatie en samenwerkng te Le Havre? Eerlijk gesproken, wij gelooven h;t niet. Isr zijn hier andere machten in 't spel. Maar indien h t zoo ware geweëst, dan zou de regeering verdienen met stokken te worden geslagen, en onze premier doet dus niet verstandig met de voedingskwestie er bij halen om mindere soort van dingen verborgen te houden. Het is wel jarnmer, dat wij op dit oogenblik niet over een parlement besch'kkcn, om aan de waarheid haar recht en aan het land 54 zijn medezeggenschap te verleenen. Maar dat weze voor onze regeering geen aanleiding om hare sfeer van zorgen te beperken tôt St-Adresse en zijne onmiddelijke omgcving en zich te ver-diepen in de toch onontwa; bare problemen van persooniijke betwistingen en machtslusten. Het land'wil geregeerd worden zooals zijn werkelijk heil en zijn toekomst het vereischen. Het land wil daden zien. want daden vertroosten het volk beter dan woorden tf.n»r».v »v- ■■■vt/. nii a*r ir iiimiri < Nuchtere Besshouwingen. Zonderling. Het heeft mij d'kwijls zonderling aangedaan dat tegenwoordig twee woorden vooral verat-schuwd worden, n m. : het woord ■< Vrede » door sommige Kristenen; het woord « Vlamingen » door sommige Vlamingen.Wie legt dit uit ? Eene eenvoudige vraag.. Voor de oorlog was haast niemand over de Vlaamsche beweging te spreken, rr.en had er geen tijd voor over en men zwetg- ze dood. « Men lâchée en haalde de schouderen op », zooals A. Rodenbach destijds dichtte. Op dit oogenblik is iedereen, zelfs de vroegere franskiljons, overtuigd van het goede recht der Vlamingen. Alléén....'t is nu de tijjniet, en... de aktivisten zijn verraders. Wat zal het lot der Vlamingen zijn na de oorlog: i° als de aktivisten het winnen; 2° als zij het onderspit delven ? ... en eene eenvoudige opmerking. Wat er ook van zij, het aktivisme heeft het Vlaamsche vraagstuk bekeud gjmaakt en op het voorplan gei^racht, zoo bin-ien als buiten 't lands. Hetgeen vroeger in breede kringen moedwillig geregeerd werd, heeft nu aller aan-dacht gaande gemaakt. Onze tegenstaanders, d'e zich vroeger met een hooghartig scheldwoorel van de Vlaamsche « derviches hurleurs » afmaak-ten, zijn nu tôt wanhoop gedrevan. Moest, wat God verhoede, het aktivisme verslagen worden en onze voormannen als slacht-ofters hunner vaderlandsliefde vallen, dan nog ware het aktivisme de rechte weg om rot de heropbeuring van ons volk te komen. Het is de groote verdienstc van het aktivisme dat het de schrijnende wonde, waaraan het Vlaamsche volk doodbloedt, bloot gelegd heeft voor het eigen volk zoowel als voor de buitenwereld. Dank zij het aktivisme kan de oplossing der Vlaamsclie kwestie niet langer meer op de lange baan geschoven worden. De passieven daarentegen, op sleeptouw ge-nomen door de uitgesproken vijanden van het Vlaamsche volk, heeft ailes gedaan om de Vlaamsche beweging in den doofpot te houiten en haar voor eeuwig de genadeslag toe te brengen, zoodat het Fransche wach'.woord «après la guerre il n'y aura plus de flamand », werke-lijkheid zou geworden zijn. NIEUWE BOEKEN. TAMAR. Een Bijbelsch verhaàl in vereen, door RENE DE CLKRCQ. Vlamingen durven in hun kunst heel wat stouter dingen aan dan Hollanders. Een natio-naal temperamentsverschil, dat tôt een zeer diepgaande antiihese tusschen de kunstproduktie in beide landen d<5(5sgroeide. Maar ook in tijden van niet allerhoogsten bloei, bij kunstenaars van niet oergemale kracht de inferioriteit van de Vlaamsche kunst in menig opzicht verklaart. [n de letterkunde even goed als de plastiek. Vondel, wiens kunst meer tôt een internationale kul'.uurstrooming dan tôt de engere sfeer van zijn volk behoort en den onhollandsch-uitbundi-gen semiet Querido buiten beschouwing gelaten. Waar een Noord-Nederlandsch moderne een klein mytologisch episch essay nog a!s stippel-lijnig fragment laat verschijntn, gooien de Vlamingen maar Bijbelsche dramas op de Boeken-markt, die zoo maar doodkalm Kristusfiguren ten tooneele voeren. Wat Wagner toch nooit aandurfde. Het is een heele gebeurtenis als een Hollandsch toondichter een liedje durft publiceeren en het dan ook^vel eens uitgevoerd krijgt. Maar in Vlaanderen moest nu toch elk liederdichter ook een oorspronkelijk opéra voor het voetlicht brengen. De gemeenschappeiijke Barokbeweging ver-leidt Rubens tôt een praiend-heroïsche gebaren-kunst ; doch verdiept Rembrandt's streven naar levendiger, pakkender, prangender zielsuitdruk-king. Na de Barok de Romantiek Tusschen de lawaa-erige parade van Wappers en de vérrukte wijding van Bosboom's stille kerkinterieurs, welk verschil ! Bij de Hollanders ontaarden de prachtige kwant iten van degelijkheid en zelfkritiek wel eens tôt nuchtere huisbakkenheid en pietluttige peuterigheid. Maar zoolang in Vlaanderen het kunnen zoodeerlijkbeneden het willen-en-durven blijft, verdienen onze naïeve zelfoversch 'ttina, onze uitbundige pathos, onze pronklievende bouw'ust, onze zwakke grootdoenerij, volstrekt niet de bewondering waar dweepers met « het grootsche » in Vlaanderen zoo mild mee zijn. * * * Met meer angst dan blijde verwachting hadden wij de aangekondigde verschijning van De Clercq's epos «Tamara tegemoet gezien. De Clercq is een zeer groot dichter. Maar wel eens erg ongelijk, als hij zich tôt stoute schep-pingen laat verleiden, die nu eenmaal buiten zijn kracht liggen, of er boven. * * * Het is mooi dat hij ook andere genres is gaan beproeven dan het volksliedje, waardoor hij zoo vlug een hartelijk-verdienden roem verwierf. Waar zij niet simpel van de schamele 55 weelde van het innige volksfamilieleven zongen, doch een snijdender toon-van-verzet tegen onrecht en ongelijkheid lieten doorscheuren, kondigden zij den socialen bundel « Toortsen » reeds aan. Opstandige verzen, door den proleta-riërsnood der moderne fabr.ekstad geinspireerd. Zij maakt.-n opgang in Vlaanderen. Gedeeltelijk omdat sederi Vuylnek-'s nog zwakke, maar veel te weinig gewaardeerde pogingen, geen sociale poëzie meer gehoord werd, ondanks de vluggen groei van de Sociaal-Demokratie. Dank, in de eerste plaats aan de zeer kloeke waar de van vele gedichten, waarm rets van de brand-nde bezieling' van Maerlant: Van den lande van Over^ee, en Anna Bijns refreinen smeult. Het was een sympaihieke poging om onze poëzie, die in de zoetelijke, werelctvreemde erotiek der Tachtigers-epigonen, verkwijr.de, weer in de straffe bres van het moderne leven terug te voeren. Maar daar trommelden ook heel wat rythmen in « Toortsen , die dreigend oproerig en onizaglijk profetisch wouden doen. Inderdaad leeg maakwerk bleven. Als geheel blijft « Toortsen » beneden de kunst van Gorter en Henriette Ro'.and-Holst. De Clercq miste hun sterke-va te levensbeschouwing, hun vroom geloof, hun kosmisch toèkomst-voorvoelen. Het is niet noodzake.ijk socialist te zijn om goede sociale kunst voort te brengen. Maar zijn verzen biiezen zich te luidruchtig tôt aanvalsklaroenen op om zuiver-menschelijke stemmen van deernis te laten zingen. Doch als men eenmaal de toorts van den sociaal-revolutionnair grijpt volstaat een beetje letterkundige demagogie, nu eens vaag humanitaristisch, dan socialistisch, dan weer kristen-demokratisch of pantheistisch-ari-stokrati,1#! getint, niet om op den groot-mensche-lijken, aUer sehnen vertolkenden, aller lijden troost-verheerlijkenden klank van geloof en hoop en liefde de donkere massa's door den harden strijd naar het blozende be oofde land te voeren. Vandaar dat naast innig menschelijke belij-denissen als u Moedert en hartstochtelijk-rake strijdverzen als « Arm Dietsch », heel wat revolutionnair pathos dat den gemoedelijken, fris-schen, oprechten dichter der volksliederen en natuurverzen zeer deed betreuren. Na een paar romanproeven waagde De Clercq zijn kracht aan de groote epiek. Daar staan zeer grootsch-aandoende dingen in « Van Hemel en Aarde » Fragmenten. Want geen enkel der vier stukken mocht volledig slagen. In het zwakste dat aan vreemde en dwaze verbeel-dingen van Wiertz doet denken, treft men dan plots een Michel Angeliek vers ' aan als deze oer-sterke God-de-Vader-visie : « de hand, ten schriklijk sterken scheppingstijd [geivoon » de werelden de ronde ruimten door te slingeren » perste de ruige ivitte baardlok voor de [vingeren. Vooral in « Doemsdag » komt het zwakke van zijn epiek aan den dag : zijn kortademigheid, zijn gémis aan kompositiebeheersching. Naast plots opschitterende verzen, spontaan en sterk, veel ondoorvoeld aanvulsel, verzen die maar voortbollen op het rythmendrafje. Doemsdag is heelemaal geen' kompositie. Een altijd maar geweldiger en geweldiger willen doen, zonder zuinig berekend crescendo. Verder nog het geestelijk onklare dat ook de « Appel », ondanks de kracht der landschap- en figurenschildering, als wtjsgeerig gedicht deed mislukken. * * Tamar staat als episch geheel hoog boven deze vier proeven. Er zit gang in dit verhaal. Een rustige gelijkmatigheid verraadt hoogere zelfbeheersching. Men kan er niet zoo mooie. noch zoo diepe, noch zoo feH,e verzen uithchten, maar. (al kon er nog heel wat dor hout weg g-- snoeid worden), ook hinderlijke buitenissig-hedeii en schreeuw-leelijke onsmakelijkheden koinen ons ook niet meer hinderen. Men kent de geschiedenis : Juda, de zoon van Jacob, heeft driezonen. De oudste trouwde met Tamar, de mooie vreemde. Doch, den Heer onwelgevallig, stierf weldra kinderloos. De Jood-sche wet verplicht zijn broeder de weduwe onder zijn te~t te nemen. Ook deze wordt weldra door den Heer getroflen wegens zijn zondig gedrag. Sjela, de derde zoon, weigert Tamar. Hij vreest hare schoonheid als een verderfbrengende. Verliefd daatenboven op een 'verlokkende, bradde meid. Juda met een donker hart, waTin de liefde voor Tamar, de vrees voor de heilige, dwingende huwelijkswet en tevens. de angst ook zijn laatsten zoon weldra door die vreemde vrouw in het verderf te zien storten en zoo zijn mannelijke nakomelingschap uitgeroeid te zien, strijden, zendt Tamar met eervolle geschenken naar haar vader terug, voorwendend dat Sjela nog te jong is om te trouwen en lasterpraatjes net raadzaam maken haar te verwijdiren tôt Sjela mannelijk-rijp zal zijn. Tamar, de vrome, de duldende, ondergaat ailes in lijdende berusting. De oorzaak van den dood der beide broeders verzwijgt zij, al drukt nog zoo pijnlijke verdenking op haar. Zij weet dat Sjela boeleerde, maar verzet zich met hart en ziel tegen den oorlog, dien haar maagschap tegen Juda wil voeren, om den smaad haar aangedaan. Thans het tragische hoogtepunt. Zij verneemt dfct Juda met een vriend zich op reis begeeft om zijn schapen te scheren. Zij hoort de vreeslijk gebiedende stem van Jehova, die haar de diepste zelfvernedering oplegt. Zij legt haar weduwkleederen af, bedekt zich met een sluier en gaat Juda afwachten aan de Twee Fonteinen. Deze denkt een meisje-van-p'ezier voor zich te hebhen en gaat tôt haar in na haar als pand zijn zegelring en snoer en staf gelaten te hebben. Snikkend zijgt Tamar neder onder de zwaarte van haar kruis. Later verneemt Juda Tamar's zwanger-zijn en eischt wraak voor de schande. Een bode komt Tamar halen voor het oordeei en de straf. In de tent belijdt zij aan haar vader hoe zij onschuldig, schuldig is, Voor Juda getracht wordt zij tôt den brandstapel veroordeeld. Dan laat zij Juda's pand brengen. Juda erkent zijn schuld en neemt haar tôt vrouw. Uit hun geslacht fal de Verlosser geboren worden. Vooraan in het boek wordt den nuchteren Bijbeltekst afgedrukt, die Wahrheit van Dichtung tJNlVtfr KITCit^

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1916 bis 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume