DE GENTENAAR - DE LANDWACHT 39e faar* Mum®4 G.DeGraeve,Ketelvest,2<5 DE KLEINE PATRIOT Vrljdag 5 Januari 1917. Pr'js 3 centiemaïf OfficiSele Duitsche berichten ^74. VERORDENING. De verordening van 1? October 1916 betrff-Jende de bepaling van hoogste prijzen (Nr oa $arç 't Verordeningsblad voor het Etapponge-pied van het 4e leger) volgnummer 2 wordt met Ûitwerk.ng van af 20 December 1916 gewijzigd ftls volgt : ■ 2. Melk, de liter (in 't k!ein) 0,25 fr. ; metlc, de liter voor Gent 0.30 fr. 'A. H. Q., den 13 December 1916. Der Oberbefehlshaber, Herzog Albrecht von Wurttemberg. 275. — VERORDENING., Art.1.—De door verordening van 18 September 1916 (Verordeningsblad voor het Etappengebied van het 4© loger N° 228 blz. 415) tôt 31 December 1916 verlecgde termijn voor protestopmakcn en andere tôt vrij waring van vernaal noodige rechts-bandelingen wordt tôt 31 Maart 1917 verlengd. Art. 2. — De verordening van den Koning der Belgen van 3 Augustus 1914 bstreffende het terugtrekken van banktego d blijft met de beper-iking, welke zij door de verordening van den Konirg der Belgen van 6 Augustus 1914, en met de uitbreiding-, welke zij do «r de verordening van 8 November 1915 (Verordeningsblad voor het Etappengebied van het 4e leger N° blz. 96) Verkregen heeft, tôt 31 Maart 1917 van kracht. A. H. Q., den 15 December 1916. Der Oberbefehlshaber, Herzog Atbrecht van Wurttemberg. 876. — Wijziging der verordening van 3 Augustus 1916. (Verordeningsblad van het Etappengebied van 't 4e leger. Nr 45, blz. 346.) De bestemmingen der cijfers 2 en 4 der verordening van 3 Augustus 1913. (Verordeningsblad van het Etappengebied van het 4e leger, ïir 45, blz. 346) worden, voor zoover zij lijnzaad betreffen, gewrjzigd al» volgt: 2. — Wie lijnzaad in bewaring heeft, moet de voorh inden voorraden met opgave van den eigenaar en de bewaarpiaats san de bevoegde Orts- of Etappenkommaadantur tôt 31 Dec. 1916 ■Hangevtn. Tôt hetzelfde tijdpunt moeten die gemeenten de namen dergenen die Russisch lijnzaad voor het zaaien binnen den gemeenteomtrek verkre- Îen hebben en de aan hen uitgedeeldeendedoor en geoogste hoeveelheden lijnzaad opgeven. De Orts- en Etappenkommaudanturen zenden deze aangiften tôt 10 Januari 1917 door, aan de Vlasbureelen te Kortrijk en Lokeren. Geheel het lijnzaad moet tôt 10 Januari 1917 door bemiddeling der bevoegde Orts- of Etap-jpenkommandsnturen aan de vlasbureelen te Kortrijk en Lokeren afgeleverd worden. 4. — Met ten hoogste 3 jaar gevangenis en met geldboete tôt 30,000 mark of met eene dezer ïtraften wordt gestraft : 1.) Wie zijne voorraden lijnzaad niet, niet stipt op tijd of onjuist aan geeft of ze niet tôt den 10 Januari 1917 aflevert. 2.) Wie als bes'uurder eener gemeente de opgave,tôt welke deze volgens cijfer 2 lid 2 ver-plicht is, niet stipt op tijd of onjuist doet. De voorraden tôt welke de overtreding betrek-Icing heeft, zullen verbeurd verklaard worden. Zijn bevoegd de Duitsche militaire rechtban-•ken en militaire besturen. A. H. X., den 16 December 1916. Der Oberbefehlshaber. v Herzog Albrecht von Wurttemberg. 277. VERORDENING betreffende den buitengewonen zittijd van den provincieraad der provincie West-Vlaanderen. *; Artikel 1. — De provincieraad der provincie Jvest-Vlaanderen is hierbij, op Woensdag, den 10 Januari 1917, 's voormiddags 11 uur, te Brugge, hoofdplaats der provincie, tet eea buitenge wonea zittijd opgeroepen. Art. 8. — De afkondiging dezer oproeping ge schiedt aile en in de Wet- en Verordeningsbiac v.oor de bezette streken van België en in he Verordeningsblad voor het Etappengebied vai het IVe leger. Art. 3. — De uitnoodiging der leden van dei provincieraad geschiedt door de bestendig< afvaardiging. De opening en sluiting geschiedt namens cet Opperbevelhebber van het IV» leger door dei Voorzitter van het burgerlijk bestuur (Prassi deat der Zivilverwaltung) of, op zijn bevel, dooi het medelid der b.stendige afvaardiging da door deze iaatste is aangewezen. Art. 4. — De ziiting duurt niet langer dan twe« dsgen en wordt bij gesloten deuren gehouden, Op de dagorde s'aan slechts de twee volgendc puuten, waaro ver alleen mag worden beraad-slaagd : Vaststelling van de rekeningen over ontvang-sten en uitgaven voor het afgeloopen rekenings-jaar 1916 en vaststelling van de provinciebe-grooting voor het rekeningsjaar 1917. Art. 5. —De provincieraad neemt in dezen zittijd, welke ook het aantal aanwezige ledes zij, geidige besluiten. À, H. Q., den 21 December 1916. Der Oberbefehhhîber der IVe Armse, Der Generalgouverneur in Be'gien, In Vertretung, Freiherr von HUENE, General der Infanterie. VERORDENING waarbij de wetgeving in zake rechtstreekschs belastingen wordt gewijzigd. De wetgeving in zake rechtstreeksche belastingen wordt aangevuld of gewijzigd als volgt: I. Grondbelasting. — Artikel 1, 8 1. De bepa-lingen der §§ 1 en 2 van artikel één van he( besluit van 21 Mei 1916. (Verordening nr 165 Verordeningsblad voor het Etappengebied van het 4e leger, b'z. 257 v.) ; betrelfende hut aan-slaan van de veranderde gronden, zijn toepasse-lijk op al de ongebouwde eigendommen welke, alhoewel niet van aard veranderd zijnde, w-iar-devermeerderingen of verminderingen hebben ondergaan waardoor eene nieuwe raugschikking wordt gewettigd. §2. Voor het jaar 1917 worden aanvullende aanslagen van ambtswege gevestigd of vermin-deringen van grondbelasting verleend, naar verhouding van de vermeerdering of de v, rla-giug van het kadastraal inkomea der eigendommen welker waarde voor 1 Januari 1916 heeft toe- of afgenomen. II. Patentrecht. — Artikel 2. De hengst en stierhouders zijn met ingang van het jaar 1917 aan het patentrecht onderworpen. Artikel 3, § 1. Met wijziging î& artikel 3 van voormeld besluit van 21 Mei 1916, worden de boscheexploitanten aan het patentrecht onderworpen, op voet van één ten honderd der zuivere opbrengst van hunne exploitatie gedvirende het jaar voorafgaande aan dat van den aanslag, zelfs wanneer zij gedurende^laatstbedoeld jaar niet exploitee en. Door bêlas'bare zuivere opbrengst wordt ver-staan de met een vijfde verminderde opbrengst van de verkoopingen, kapp'.ngea, snoeiïngen of andere verrichtingen. § 2. De belasting is verschuldigd in elke der gemeenten waaronder de geexploiteerde bosschen gelegen zijn. § 3. Bedoelde patentplichtigen zijn gehouden, jaarlijks, per gemeente, aangifte te doen van de verschillende exploitatieverrichtingen welke zij gedurende het vorige jaar hebben gedaan, als-mede van hare ruwe opbrengst per soort. Wat betreft den aanslag over het jaar 1916 sn : over het jaar 1917, behoeft deze aangifte vooï 1 Maart 1917 te worden gedaan. III. Taxe op de werkelijke inkoaasten en win-L sten. — Art. 4. — § 1. Met tijdelijke afwijking t van de wet van 1 September 1913, waarbij eene i taxe op de werkelijke inkomsten en winsten wordt gevestigd, worden de vennootschappîn i op aandeelen wier winsten over het in 1915 alge-s sîoten maatschappelijk boekjaar niet voor dit boekjaar, het voorwerp uitmaakten van eeniger-l lei verdeeling onder de aandeelhouders, bij wijze i van uitzondering aan gemelde taxe onderworpen over het dienstjaar 1916, op grond van de helft der bedoelde winsten voor zooveel deze ten : nnnste lu.000 frank bfreiken. Worden u^meiiik als winsten beschouwd de i reserv-es of vooizieningsfondsen hoe ook çe-naimd, de overdracht en aile soortgelijke be-i steenmingen. § 2. Vennootschappen op aandeîlen welke dividende» hebben uitgekeerd tôt een minder be lrag dan de helft hunuer winsten over gemeld boekjaar, zijn insgehjks hoogerbedoelde taxe verschuldigd, doen alieen op voet van het ver-schil tu^schen deze twee soaimen. § 3. De bij § 1 voorziene taxe is insgelijks van teepassing op de vennootschappen op aandeelen w ise over het in 1915 afgeslotcn maatschappelijk boekjaar hunne balans niet hebben opge-maakt ; zij zijn bslastbaar volgèns'het vermoed bedrag harer wmsien over dit boekjaar. § 4. Onder overesnstemmende toepassing v,aa art. 10 der genoemde wet dient, op straf Vetn de bij ait. 13 van deze wet voorziene boete, de aangifte benoodigd tôt uitvoering van bovenstaande bepalingen voor 1 Maart 1917 le worden gedaan. Desvoorkomend wordt de taks, overeeuk jm-st^g art. 12 derzelfde wet, vaa ambtswege vast-gesteld.g 5. Bij toepassing van § 2 van artikel 3 van gemelde wet, worden de vennootschapp -n vrij-geste'd van de taks wegans de inkomsten, uitçe-deeld door middal van de winsten, welke te hunnen laste krachtens dit artikel in de faks werden aangeslag^n. Artiïél 5. De taxeop de intresten. premiën en loten van obligatiëa is op aangifte te betalen binnen de twee maanden na den vervaldag dezer inkomsten, op straf van dea wettelijken intrest berekend n ar verhouding van het verwijl. Aangaand ; gemelde inkomsten welke vôôr 1 November 1916 zijn vervallen, wordt de taxe vôôr 1 Januari 1917 voldaan. Artikel 6. De bepalingen van artikel 7 van het besluit van 21 Mei 1916, betreffende het bedrag der provincie- en gemeenteôpcentiemen op de taxe op do werkelijke inkomsten en winstea over de dienstjaren 1915 en Î916, worden toe-pasïelijk gemaaktteaaanziea van dienstjaar 1917. IV. Bijzondere bepalingen. — A. Prouincie-opeeniiemsn op het patenlreeht. — Art. 7. § 1. In vervangiàjg van de op 4 en 5 Januari 1916 aangenomen maar niet goedgekeurde provincie-taxes wordt het bedrag van de provincie-opcen-tiemen op het patentrecht over 1916, op de hiernavermelde cijfers gebracht wat betreft de verschillende landbouwexploitanten (met inbe-giip van de boschexploitanten) ea dexenen die het klimmend patentrecht verschuldigd zijn: Brabant 30 ; Oostvlaanderen 45 ; Heuegouw 200; Luik 100 (met inbegrip van de taks voor maat-schappelijke bijstand en voorziening) ; Limburg 35 ; Luxembur»; 40 ; Namen 85. § 2. Indien de opbrengst dezer opeentiemen en degene der provincieopcentieraen op de taxe op de werke ijke inkomsten en winsten voort-vioeiende fuit artikel 4 van dit besluit, onvol-doende zijn om in gemelde provincietaxes te voorzien, worden bij wijze vanomslag onder de in § 1 van dit artikel bedoelde patentplichtigen, tôt het vereischte beloop aanvullende belastingen gevestigd; d« provinciale Bestuurderder belastiagen stelt het percent van dezen omslatf vas t. B. Fiskale oeriarin^stermijnen. — ArtikeT 8. Worden met één jaar verlengd de verjarfngs-teunijnen voor de invorderbaarheid van de ^esloken rechten en voor de vervolgingen tôt inniner van de rechtstreeksche belastingen en daarmede gelijkgestelde taxles. C Aangiften der landbouwexploitanten voor '17. — Artikel 9. — De aangiften voor het patentrecht van 1916, onderschreven door d« landbouwexploitanten die in 1917 nog belastbiaî zijn naar de huurwaarde van de onroerende goederen welke zij exploiteeren, zijn geldig voor dat jaar, indien pemelde huurwaarde ju'-st werd aange^even en in 1916 geene vermeerde-ring van minit^ns een tiende heeft ondergaan. D. Afschaffingen. — Artikel 10. — Worden afgeschafc : 1. Litt. A van artikel 4 der wet vaa 6 April 1823 ; 2. § 3 van artikel 11 van de Verordening vaa 21 Mei 1916. A. H. Q., den 21 December 1916. Der Oberbefehlshaber, Herzog Albrecht von Wurttemberg, VERORDENING. De grond van § 18 ;;er Keizerïijke Verordening b-treffende de b^itengewone miiitair gerechto-lijke rechtsgedingen tegen buitealanders en de uitoefening der strafrechtt r'ijke rechtsmacht tegen krijgsgevan^enen van 28 December 189S wordt bevolen als vol^t : In elk geval van overtreding van een invoer-, uitvoer- of vervoerverbod, met inbegrip van het ongeoorlootde vervoer van brieven, drukwerlc, dagbladen, enz,,kan het vervoermiddel (b. v. paard en rijtuig) verbeurd verklaard worden. De verbeurdverkiaring is ook veroorloofd, indien, de eigenaar van 't vervoermiddel aan d« overtreding niet medewerkt. A. H. Q., den 21 December 1916. Der Oberbefehlshaber, Herzog Albrecht von Wurttemberg. Bultsche bericMen heî Grooi ffa»fdk\vrarll®î- Ttvssâs Diîltsoh bsrloht van 2 Jatiuari. BERLIJN, 2 Januari. — In het Westen en het Oosten niets bijzonders. Barsta Bultaseh barioat. BERLIJN, 3 Januari. Wostil |k krlfostoimcei. Legarfront oan den Duitschen kroonprins. Bij klaarder weer, ontwikkelJe .zich 's na-middags in het Ma sgebied een lev-endige ge-scliutbedrij vi^neid. In het Priesterbosch droa-gen patroeljes van het landweer-infanteria-reiimeat nr 93 tôt in de derda Frauscae Ioopgraeht vooruit ; na vernieiing van de verdedigings-inrichtingen ke^rden zij met 27gevangenan terug. Oostelijk krlsgstoosîeel. BERLIJN, 3 Januari. ' Legerfront oan generaal veldmaarschnlk prins Leopold van Beieren : Bezuidea het Drysviaty-meer verdreven wij Russische verkenningskommandos. Ten Oosten van Zloczov, nabij ivlanajov, ha^lden aanvals-afdee!ingsn van de lijfhuzarsnbrigade, samen met Oostenrijksch-Hongaarsche infanterie, drij oSSciaren en 27 man uit de Russische linies. Legerfront van çeneraal-ouerste aartshertog Josef. Krachtige aanvallen van den vijand op den Mt. Faltoecanoe brachten hem alleen zwara verliezen op. Tusschen het Soezita- en het Poetna-dal, werden verscheidene hoosrten stor- » menderhand veroverd, tegenaanvallen van

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.