Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad

946 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1917, 08 Dezember. Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad. Konsultiert 26 April 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/bv79s1mm1t/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

BORGERHOUT, 8 DECEMBER 1917 ÎO Centiemen Nr 49, 40e Jaar HET VLAAMSCH HEELAL Yl'eekblad voor Wlaamsche en Algemeene Belangen GEWETEN EN WINST In verschillende omstandigheden zijr er reeds goede opwekkingen en raad gevingen gericht geweest aan de landbouwers, die, gedreven door hebzucht zich een te groote winst toeeigenen ter nadeele van het algemeen, maar in '1 bijzonder in 't nadeel der noodlijdenden M. Maenhout, voorzitter van der Boerenbond van Oost-Vlaanderen, en ni onlangs de eerwaarde heer Kanunnil Luytgaerens, algemeen schrijver var den Belgischen Boerenbond, hebber dienaangaande de waarheid met gespaard * * * De eerw. heer Kanunnik zegde ondei andere het volgende : Wat moeten we dan doen om zoowel rechtvaardig heid als naastenliefde te onderhouden, om on; geweten niet te bezwaren ? Gij zult geene overdrever prijzen vragen, maar prijzen die, gezien aile omstan digheden, door een eerlijk mencch moeten goedgekeurc worden. Gij zult uw geweten raadplegen en nie zoeken rijk te worden onder den oorlog. * * » Deze raadgeving is alleszins gepast maar zonder bepaling van wat overdrever prijzen zijn, zullen velen hun geweter afmeten naar hunne eigen opvatting. Hel zal zoo een soort onafhankelijke zedenleei zijn, rekbaar en uitlegbaar volgens de omstandigheden. Ik- en hebzucht zal ir die zaken het hooge woord blijven houder en van geweten kan er nog weinig oi geene spraak zijn. * * * In den geldhandel is de intrest bepaald vastgesteld. Wie meer eischt, maakt zich plichtig aan woeker. In de gewonï nijverheids- en handelszaken zijn thanï insgelijks hoogste prijzen vastgesteld ; wie meer vraagt oi door andere middelen eene hoogere winst tracht te bekomen, maakt zich eveneens plichtig aan woeker oi diefstal. * * » In deze tijden dat iedereen het zoo druk heeft, zouden degenen die nog zaken kunnen doen, zich moeten te vreden stellen met een goed bestaan en eenige voorzorg voor de toekomende tijden. Zij die handel doen, moeten thans ook ailes duurder betalen, en het is slechts niet meer dan billijk dat zij hunne prijzen naar hunne eigen behoeften rekenen. Maar overdreven prijzen vragen, fortuinen winnen op de ellende des volks, dit is niet toegelaten. * * » Dit is vooral niet toegelaten voor de landbouwers, wier arbeid en voortbren-sten weinig of niets meerder kosten dan vroeger, en bovendien omdat die voort-brengsten uitsluitelijk dienen voor de volksvoeding en niet kunnen gemist worden. In andere nijverheden is dit het geval niet ; de overdreven prijzen trefïen daar de algemeenheid niet, maar enkel hen die deze prijzen doorgaans kunnen betalen of de voortbrengsten dier nijverheden desnoods kunnen missen. ♦ * * Niettemin is de prijsopjaging dââr eveneens af te keuren, aangezien zij aile grenzen van een eerlijken handel te buiten gaat. Zij die geen geweten hebben, moesten ten minste gezond verstand en eergevoel genoeg toonen, om zich boven laaghartig winstbejag te stellen, want hunne verantwoordelijkheid is groot in den algemeenen nood. lit » * Tôt het bepalen van redeliike prijzen hebben de verschillende overheden hunnen plicht gedaan. Maar de toepassing is moeielijk omdat zij die door den woeker lijden, dezen onbedachtzaam in de hand werken door eene misplaatste ikzucht of eene voortvarendheid tôt zelibehoud, die meermaals geene reden van bestaan heeft. De beste voorschriften lijden aldus schip-breuk door de weinige wilskracht en het gebrek aan eensgezindheid bij de ver-bruikers.* * * Dit ailes kon echter grootendeels ver-holpen worden, indien eenige voorname landbouwers ' en mjveraars een goed en ingrijpend voorbeeld gaven, door enkel prijzen te vragen die hun in geweten toekomen. Deze prijzen zouden nog hoog genoeg zijn, daar zij van aile nadeelige toestanden moeten rekening houden en vele grondstoffen duur moeten betalen. De voortbrengende krachten laten tevens te wenschen. Maar dit is voorzien in de prijzen door de overheden vastgesteld, voor zooveel zulks mogelijk is tegenover den algemeenen toestand der zaken. * * * De zucht om rijk te worden dooft thans bij velen het geweten uit, en bijzonder bij landbouwers, die nogtans in lief en leed door de openbare besturen feholpen wierden, dat is door de belasting-etalers, door Jan en alleman. Wanneer | eene natuurramp hen trof, wanneer hun oogst vernietigd wierd, wanneer veeziekte of al ander nadeel hen trefïen kwam, wierden zij immer op Staatskosten, uit i de algemeene kas geholpen. Het is niet schoon dit ailes te vergeten en door woeker de dankbaarheid of erkentenis te vervangen die zij aan 't volk in 't alge- t meen verschuldigd zijn. * * * [ Laat ons hopen dat de opwekking van de heeren Maenhout en Luytgaerens eenige verbetering kan brengen in de verhouding tusschen landbouwers i en volk. Want de toekomst is niet roos-kleurig voor de nieuwe rijken, wier handelwijze aanleiding kan geven tôt ont-eigening van het landelijk bezit. Landbouw | en volksvoeding hangen zoodanig aaneen, dat zij een geheel vormen, waarvan het ( eene het andere niet mag onderdrukken. s De huidige woeker zou wel eens een 1 ; einde kunnen maken aan 't vrije bedrijf van den landbouw. T. L. D ET 0 ES T AND HiE R EH £ L 0 E RS NEDERLAND. — Tusschen M. Treub, Minister I ran Geldwezen, en M. Posthuma, Minister van Landbouw, is een gescliil ontstaan betrekkelijk den uitvoer van eetwaren naar vreemde landen. De koop-waren door toedoen van het Landbouwministerie ; verzonden, worden door het Ministerie van Geld-! wesen aan de grenzen tegengehouden. Aan onder-vragers heeft Minister Treub verklaard : dat hier geen vraagstuk betreffende de onzijdigheid van Nederland in 't spel is, maar enkel een geldelyk belang voor Nederland. — De kiesrechtstrijd duurt voort. De liefhebbers van vrou wenstamrecht bewegen zich fel om tôt hun doel te geraken. Intusschen heeft de koningin de nieuwe grondwet bekrachtigd. De uitslag der kiezin-gen met de evenredige vertegenwoordigiog zal uitwijzen, of Nederland met al die nieuwigheden gediend is. In aile geval zal dit veel verandering brengen in de machtsverhouding der partijen ; de eene zal er bij winnen, de andere verliezen, rnaar de samenstelling der Kamer in haar geheel zal aile vaste en doortastende meerderheid uitsluiten. Sinds een twintigtal jaren reeds moet de Kamer schipperen tusschen rechts en links, met eenige Socialistische toespijs. DUITSCHLAND. — De nieuwe Rijkskanselier M. von Hertling, vroeger eerste Minister van Beieren, heeft zijne eerste rede in den Ri.iksdag uitgesproken. Hij staat nagenoeg op hetzelfde stand-punt als zijne voorgangers Bethman-Holl\»eg en Michaëlis, wat betreft den oorlog, den vrede en het kiesrecht Het kiesrecht is in Duitschland, maar vooral in Pruisen zeer ingewikkeld, en velen ■wenschen dat daarin verandering zou komen, om aan het volk en zekere klas van burgers, meer Ipolitieke rechten toe te kennen of meer invloed in staatszaken. FRANKRIJK. — De Kamer heeft bjj groot# S meerderheid M. Malvy, onlangs nog Minister, voor het Hooger Gerechtshof verzonden, beschuldigd van landverraad. M. Malvy beweert onschuldig te zijn en heeft mede zijne verzending voor 't Hooger Gerechtshof gevraagd. Zijne beschuldigers in deze zaak zijn geweast de heeren Daudkt en Clemenceau. —o— ENGELAND. — Even als in andero landen, gaan er hier nu en dan stemmen op ten gunste van den vrede of voor 't beëindigen van den oorlog. Nu is het Lord Landsdowne, gewezen Minister, die in een openbaren brief eene lans breekt ten voordeele van den vrede, omdat de oorlog, gelyk hij nu gaat en staat, niet anders dan de uitputting van aile landen !kan te weeg brengen. Deze opvatting wordt natuur-lijk bestreden of bijgetreden, volgens de verschillende richtingen io de Staatspolitiek. Pax ( «ojanjOMrnm immmm ai ■■■■■■«•■m " AbonderliJUe nummera van het « Vlaamich Heelal » zijn te bekomen ten ouzen bureele, Carnotplaata 6B, Borgerhout OVER B0EKH0UDEN Er wordt nu veel over het boekhouden gesproken, niet enkel omdat het boekbouden slecht schjjnt gehouden te zijn in Komiteiten, maar ook bij kleine bandelaars en nijveraars. Sinds vele jaren reeds wordt er op aaoge-drongen, dat de kleine handalaars en nijveraars zich beter zouden inrichten onder dit opzicht, niet enkel om aile moeielijkheden te vermijden in geval van betwisting, maar ook om altijd op de boogte te zijn hunner zaken. Het is een gekend feit dat vele lieden die hunnen handel staakten om zoogezegd op hunne renten te gaan leven. algauw gewaar wierden dat zij geen voldoende ickomsten hadden. Zij treurden er over, hèrbegonnen hunvorig bedrijf of kwijnden weg naar de eeuwige rust. Die miscijfering kwam voort uit hun onbe-zorgd leven, zonder eenige aanteekeningen te houden of zonder te weten hoeveel hunne huis-houding kostte. Hadden zij boek gehouden niet enkel van hunne bedryfszaken, maar ook van hunne huishouding, zij zouden zich wel gewach hebben te gaan rentenieren wanneer hu inkomen daartoe niet voldoende kon zijn. Vele rentenierkens die voorzichtiger ware gsweest en genoeg hadden om te leven, maa : niets meer dan noodzakelijk, hebben dez t laatste tijden ondervonJen dat er wel iets mee t moest zijn om tegen een kwaden slag t I' kunnen. Honderden, misscbien duizenden ren teniers zijn bij het uitbreken van den oorloi dadelijk uit hun lood geslagen geweest en ii behoeftige toestanden gekomen. > Het is dus noodig boek te houden om t' | weten welk dejuiste toestand is zijner zaken « Het woord « boekhouden » klinkt bij velei Ials een groot woord, onoverkomelijk in zijn» strekkingen, terwijl het slechts eene eenvou dige orde is, een juist begrip en puntige rang ! schikking van inkomsteu en uitgaven. Kan mei ; dit p#rsoonlijk niet uitvoeren, voor eem kleinigheid zijn er bekwame lieden te vinden die zulks in vertrouwen zullen doen. Er bestaan tevens allerhande leergangen ii syndikaten en avondscholen, waar aile personer van goeden wil de noodige kennissen kunnei opdoen die het boekkouden beheeren. 't Is eene kennis die aile kleine handelaars ei ! nijveraars noodig hebben om hun fortuin oj vaste gronden te vestigen. ' Zonder dat, werken zy in het wilde, en tei laatste komen zy groote teleurstellingan tegei of loopen zij naar het onbekende, zelfs meermaals naar hunnen ondergang. Hildebrani Voor Denkende Menschen VII. — Het Openbaar Onderwijs in den Belgischen Congo Vervolg Reeds van af het bestaan van den Onafhan-kelijken Congostaat had deze een aantal opvoe-dingsgestichten opgericht, waar de zed«lijk« outwikkeling bij ailes ten grondslag lag : \ schoolkoloniën, een school voor kandidaat-l klerken, beroepsscholen, scholen voor militaire î rekenplicluigen,wapenmakersenziekendieners. I Buitsn deze staatsinricbtingen bestonden et talrijke scholen door de zendelingen zell gesticht. jj Toen eindelijk de Onafhankelijke Congostaat ■ een Belgische kolonie werd — zijn eerste en j eenige kolonie — was het staatsbestuur onmid- dellijk bezorgd voor de uitbreiding dezer stich- ■ tingen. Volgens de inlichtingen mij in 1910 zeer bereidwillig door den Minister van Koloniën medegedeeld, bestonden er op dit oogenblik van staatswege in Belgisch-Afrika : 1°. De schoolkolonie van Borna, met een î bevolking van ongeveer twee honderd leerlin-| gen, en waarvan het bestuur toevertrouwd is ! aan vijf Broeders der Kris-e'ijke Leering. 2°. De schoolkolonie van Nieuw-Antwer-î pen, met ongeveer honderd leerlingen, opge-| leid door de zendelingen der Congregatie van [ Scheut. Het onderwijsprogramma dezer twee inrich-1 tingen omvat : De studie der Fransche taal, : — de Vlamingen eischten er ook het Vlaamsch,-! schrijven, rekenen, een weinig aardrijkskunde en geschiedenis. Daarenboven worden de kin-deren in de krijgsoefeningen onderwezen door een beambte der Openbare Macht. 3°. De school der handidaat-hlerken te Borna, gesiicDt met het inzicht de jonge lieden te bekwamen om deel te nemen aan de ver-sctiillende bestuurljjke diensten der kolonie, de magazijrien en de vervoeren te beheeren, de rekeningen der standplaatsen te houden. Men aanvaardt er slechts diegerien welke met goedea uitslag het lager onderwijs gevolgd hebben. Deze school bevat nog slechts vijf-en-twintig leerlingen, het onderwijs wordt er gegeven door blanken en een zwarte. De leergangen zijn verdeeld over twee jaren : het eerste jaar wordt besteed aan het grondiger leeren van spelkunst, lezen, schrijven, rekenen, wettig sielsel van maten en gewichten, daarenboven de grondregels der boekhouding en steloefenin-gen. In het tweede jaar worden deze verschillende vakken uitgebreid, en aangevuld door begrippen van gezondheidsleer en het opstellen der rekenplichtige stukken eener standplaats en der stukken bij den vervoerdienst vereischt. Ailes wordt zoo aanschouwelyk mogelijk voor-gebracht en reeds talrijke inboorlingen zijn, bij het verlaten dezer school, in den dienst van het bestuur der kolonie getreden. 4° De school voor lager onderwijs te Borna, een externaat dat bezocht wordt door de te Borna verblijvende mannelijke inboorlingen, die nog van het lager onderwys wlllen en kunnen genieten. Het onderricht wordt er door zwarte onderwijzers, onJer het bestuur van een blanken leeraar, gegeven. 5°. De school van Leopoldsstad. Pas gesticht, heeft deze school nog niet kunnen werken. Zij wordt eerlang geopend en het bestuur is er van toevertrouwd aan drie Broeders der Kristelijke scholen : drie hunner zijn gelast er het onderwijs te geven, t 6°. De meisjes kolonie van Nieuw-Ant-a < werpen, door de zusters Pranciscanersen bediend, en een honderdtal leerlingen tellende. 7° De meisj es kolonie le Moanda, met ongeveer honderdvijttig leerlingen onder het bestuur der œissiouarissen van de Congregatie van Scheut. Het onderwijs dat in deze twee inrichtingen verstrekt wordt, hoewel ook lezen, schrijven en rekenen omvattend, heeft vooral voor doel goede buisvrouwen te vormen die de noodzake-lijke orde, spaarzaamheid en reinheid bezitten om later èen inlandsch huisgezin te kunnen besturen. 8°. De beroepsschool van Borna, met ongeveer dertig leerlingen. 9°. De beroepsschool van Leopoldsstad, met een gelijke bevolking. 10°. De beroepsschool van Stanleystad, met een twintigtal leerlingen. Deze drie sctiolen zijn bestemd om ambachts-lieden te vormen, voorzien van de onœisbaarste kennis. Zij omvatten een theoretisch onderwijs nopens de ambachten van den metselaar, den timmerman, den smid, den wicnttgmaker (ajusteur), den ketelinaker, den elektriekwer-ker, enz. Daarenboven worden de leerlingen in de praktische beoefening ingeleid in de werk-huizen van den Staat en van enkele bijzondere inrichtingen. De leergangen omvatten twee jaren. 11®. De beroepsschool voor landbouw te Eala, door vijt-en-twiniig leerlingen bezocht. Haar doel is aan de jongelieden de theoretische en praktische kennis te verschaffen betrekkelijk den landbouw, om later als opzichters en landbouwmeesters te kunnen optreden. 12°. De school voor militaire rekenplich-tigen, waartoe enkel diegeuen toegelaten worden die de schoolkoloniën bezocht hebben en zich voor de militaire loopbaan voorberei-den. De leergangen beslaan twee jaar, waarna een uitgangs-examen plaats grijpt : wie dit met bijval doorstaat, wordt in de Openbare Macht opgenomen met den rang van onderofficier. Daarenboven bestaat er een muziekschool, een wapenmakersschool voor de Openbare Macht, een school voor ziekendieners en een bewaarschcol te Borna. Enkele dezer instellin-gen zijn door het Belgisch Staatsbestuur in het leven geroepen, andere zijn grondig herin-! gericht. Yours (Slot volgt). OVKKZ1CHT ^Wlnter Er wordt nu veel geschreven en gewreven over slechte daden van prijsopjagers en oneer-lijke bedienden, maar weinig of niets wordt er gezegd over goede en edele daden die in 't verborgen gebeuren. Nooit is er zooveel liefdadigheid gepleegd als thans, zoowel door rijken als door min bemid-delden. Het valt enkel te betreuren dat hun geld niet meer waarde heeft door de schuld van den woeker en andere mistoestanden, die de noodigste voorwerpen bijna onbereikbaar maken. Buiten die goede lieden die persoonlijk hunne medemensclien helpen, zijn er ook vele maat-schappijen en komiteiten die ailes in 't werk stellen om schamole armen en lijdenden bij te staan. Zij ook doen dit zoo bescheiden mogelijk en weinig of niets wordt er over die goede daden gezegd. Deze zijn er des te verdienstvoller om. Een woord van lof mag hun toegestuurd worden, wanneer er nu zooveel woorden gebruikt worden om alleen het kwaad te gispen. Het invallen van sneeuw en vorst zal vele goedliartigen doen denken op arme lieden met weinig dekking, kleeding en voedsel, en zij zullen andermaal bijspringen om hulp te ver-leenen in de maat van hun vermogen. Want die arme lieden zijn niet uitsluitelijk. gewone armen ; er zijn daar ook vele kleine burgers bij die het voorheen redelijk goed hadden en voor wie hun huidige benepen toestand des te pynlijker is. Modle Nu er in vele kleedingstukken een, te kort is of vele lieden den gevraagden prijs niet kunnen betalen, nu zullen ook vele oude gebruiken of moden uit den hoek komen. Blokken hebben de schoeuen reeds vervangen. kapmantels zullen de plaats terug innemen der vrouwen-frakken, de hooge hoeden zullen wellicht ook van den zolder komen en Democraten of volksmannen zullen er niet mogen op schimpen. In zake van hooge hoeden, — vroeger eene schoone en profijtelijke dracht, — zou er iets of wat te leeren zijn. Zij bijzonder deden meê in de mode : dan eens lager of hooger, dan weer met smalle of breede kanten, ailes gere-geld naar het tijdvak. Die van den tyd van Napoléon waren bijna koolbakken; die van 't jaar dertig kanonbuizen, en zoo vervolgens. Wij beleven droevige dagen, maar de klucht zal er wel bij komen, om ons gemoed ietwat op te wekken in tiet oude en in het nieuwe. Vele oude gebruiken zullen ten andere niet zoo slecht blijken te zijn ; het zal eerder velen verwonderen dat zij afgeschaft wierden en vervangen door drachten en gebruiken die min deugdelijk zijn geweest, niet alleen onder opzicht van kleederdracht en fijne snit, van smaak en voornaamheid, maar ook onder opzicht van gezondheid en zedelijkheid.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad gehört zu der Kategorie Katholieke pers, veröffentlicht in Borgerhout von 1878 bis 1930.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume