Ik ben Roeland: mijn ziel erkent het oude Gent: kosteloos oorlogsblad voor de soldaten van Gent

812 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1917, 01 Dezember. Ik ben Roeland: mijn ziel erkent het oude Gent: kosteloos oorlogsblad voor de soldaten van Gent. Konsultiert 09 Mai 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/r785h7cm21/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Nummer 3 Verschijnt met toelating der Krijgsoverheid DECEMBER1917 1 Mn il EL EQKEÎIT 8 KO/TELOO/ OORLOG/BLAD vôôr « DE yOLDATEh VAN GEMT. $30 R0CLAT1D nCT OUDC G DIT qp^tellêr: GEORGE/ GOCTGCBUCR j l.AvtliuE du Ur/uume/.-LE rtAYRC& Ons Kerstfeest « Ik ben Roeland » is tlians geeschre-ven en gedrukt geworden in de « donkere dagen voor Kerstmis » ! In de dagen dus, denker en grauw, voclitig en guur, terwijl de natuur als dood schijnt en de naa kte boomen en de verdorde akkers toch zoo armeliik klagen. Maar, zooals ook de winterzon nog baar best doet om een goudglans te leggen over stad en iand, als om ons te herin-neren dat wij niet mogen twijfelen en dat de tijd zal voortgaan naar herleving en lentetijd, zoo ook wil « 1k ben Roeland » met dit nummer een zonnestraaltje zijn, een Kerstmis-lichtstraal, herinnerend aan 't Kerstfeest van weleer, in vredestijd, en opwekkend de lioop naar 't nieuwe Kerstfeest, dat Klokke Roeland zal inlui-den met zijn scboonste vreugdeklanken. Zij zullen dit jaar wederom stom bùj-ven de l'eestklanken. Wel zullen ook in Vlaanderen de klokken oproepen tôt de nacbtmis. Maar bet zullen geen feestgan-gers zijn, die zicb vereenigen voor de Kribbe in onze kerken. Het zullen zwaar getroftenen zijn, menscben met den zwa-ren last van den wreeden oorlogstijd op de scbouders, die vurig komen bidden of tocb een vredeslichtstraaltje komen mag in deze langdurige, afschuw.eujke dui-_ sterriis. U ! Onze oude Kerstfeesten ! Met fi. un scboone plecbtigbeden. Met de goudlicb-tende Iverstboomen ! Met de gelukkige kinderen en de blijde mensebenscbaren ! De oude Kerstfeesten, die bonderden en bonderden Gentenaren zoo vreugdevol samenbrachten in hunne maatscbappijen om het Vredesfeest te vieren vooral door bet aanschouwen van de vreugde liunner kinderen, die tôt stil wordens toe verrukt waren bij al dat liclit van de rijk beladen kerstboomen. De oude Kerstfeesten, die de verspreide familieleden van wijd en zijd w.eer bijeenbracbt tôt een zalig fami-l'et'eest.O! Onze oude Kerstfeesten! Hoe besef-fen wij tlians bunne waarde. Thans, nu 110g steeds de familiën zijn uiteengerukt en de ouders zicb beangst afvragen bce de zonen bet zuLlen stellen.., de zonen, die ginder in den oorlog zijn. Tlians, nu de zonen, die de IJzerwacbt bouden, zicb met zorg in 't liarte afvragen, « boe zal 't met ben gaan ? met ben die daar ginder, thuis, zuchten onder bet juk van den overweldiger en geslagen zijn met de vreeselijke plagerijen van den vredes-verstoorder, die geen grens scbijnt te kennen voor bet beulswerk. Kerstfeesten met uw « Vrede op Aarde ! » wanneer keert ge weer ? Mogen wij reeds jubelen als voorbeen : Het daghet in den Oosten, liet lightet overal ! Ilelaas, we voelen nog te veel de beklem-ming en bet is nog zoo donker alom dat bet moeite kost te hopen. Neen, de ge-zichtseinder dcht nog niet op. Wij we-ten, dat er nog veel van ons gevergd zal worden, ontberingen, ofEers, gémis van zooveel waarnaar wij verlangen. En tocb is er iets voor onze oogen dat ons nooit verlaten zal en dat 011s doet vertrouwen in zorg en nood : bet groen van den Kerstboom. Hoe donker bet ook is, toch zien wij een liclit en dat licbt belooft ons weer kerstfeesten in de toekomst, kerstfeesten nog .scliooner dai| die van weleer, omdat wij bunne waarde nog be-ter bebben leeren kennen. Of is liet geen licbtstraal, geen gouden licbtstraal, dat heerlijk liesef dat de on-zen moed bouden, ginder in Gent, den vijand ten spijt. Dat ze moed bouden en ons moed toeroepen. Welk een troost ! We„k een kracht ! Het voedsel is scbaarscli, maar de veer-kraclit blijft groot. De vijand plaagt, maar bij kan (le boop en bet vertrouwen niet breken. Ali wat een vreugdestraaltje gelijkt, tracht de dwingeland te dooven, maar de eendracbtszin en vaderlandslief de laaien steeds feller en hooger op. 0, Herodes, die op bet licbt van Bethlehem een domperken wou zetten... boe nietig is uw misdoen !... 0, andere Herodes, die d'andere on- 1918 ! J^aar oud gebrUik; ep oude Gept^cbe geWoopte, toepçcfyep We aap al opze iezer? eep Zalig ep Geluk;i<;ig ^ieUWjaar. /Woe^tep We ip 1918 de oVerWippipg befyalep ep ip Vrede ep gezopdfyeid opzep tbtiis ep opze geiiefdep WederVtpdep. DE REDACTIE. Het standbeeld van VAN ARTEVELDE scbuldige, bet kleine, vreedzame en zoo gelukkige BeLgië wildet vermoorden... met al uw staal en uw ijzer, met al uwe vernielmacht, wat zijt ge tocb zwak in ons oog. Neen, onze vrijlieidszin, onze liefde voor land en koning, ons bewustzijn van ons goed recbt, dat ailes is sterker dan uw ijzer en staal. IJzer en staal zullen verdelgd worden door ijzer en staal, maar onze boop en ons vertrouwen, onze vrijlieidszin en onze liefde voor den vrijen geboortegrond zijn van beter metaal, zijn onverdelgbaar. Ja, vaders ! moeders ! broeders ! zus-ters ! Ja, aJen die wij liefbebben, wij weten, dat gij op uw Kerstfeest aan ons denkt. Dat gij ons aanmoedigt, ons spreekt van boop! Wij kennen uw moed en vertrouwen. Vertrouw op ons ! Wij zullen terugkeeren om, na opnieuw den vrede bersteld te bebben, wederom aan ei-gen Vlaamscken baard bet Kerstfeest met U te vieren. Dan zullen wij U vertellen, wat er noodig w.as om weer Vredesklokken te doen luiden en gij zult ons recbt in de oogen kunnen zien. 0, Kerstlicht, wanneer zendt gij ons weer TTw stralen als ba^sem voor ben, die geleden bebben, als eerelicbt voor hen, die bebben gestreden ! Met is ons recbt en daarom mogen wij op u hopen, want het Kerstlicht is voor ben, die van goeden wille zijn ! Gentsche vrienden ! de natuur schijnt dood, maar kijk goed toe : daar zitten botten en knoppen aan de dorre takken! De nacht vordert lagzaam, maar bij vor- dert en kan niet stilstaan. Weldra komt bet liclit. Dit voelt gij allen evengoed als wij. Wij zijn aken met hetzelfde betrou-wen bezield. Welaan dan, durf uw Kerst-zangen aanhegen. Durf het « Vrede- op-Aarde » zingen, wij strijden er immers voor. Brief van Jlelntje Mijne goeie Fliepe 'K hê gisteren euwen brief gekrege. -'K zie dade gij uuk snakt noar euwen 't huis. Zie jongene ge zij" gij gelijk al d'an-dere. Iedereen wensclit diene schunen tijd weer re ten dame tocb zu gelikkig woare. Gij mee Fietje en hilder Sieske, ik mee mijn goeie slure van mij nioedere 'nen andere mee "t een of 't'anrer Mietje... Moar ove wij piten in d'erde kloagè of nie 't en zal jij doar toch nie mee verkorte. Oas ekik al 'ne keer te vele mijn misere gevoele, thons go kik bij Jelle die in de-zetfde companie es om een beetje van den êwen tijd te spreke, oase me van diene stijven triepel dronke, noar den boetenied trokke, e smewske slege, we vertellen van Tjok en zijn duive, van de drij torekens van 't Rabot, waor da'k mij zister de scheute gaf, van de Donkersteke, waor da me mossels en friete gingen etcn, Yan 't Patijntje en 't Snepke waar ik mee mijn malsch liefeke ging wandelen van Dulle Griete woar da nen 42 nie en mag tege rieke... en diekkvriege mee een grûnte val- linge jal ligge mee en jûu m regen en wind altijd mêe heure mond open te moete blijve goapen. En in ons verbeeldînge, zieme Artevelde stoan, die zijnen oarm uitsteekt, persies gelijk of dat bij wildege zegge : Zie Duitsch ! langs doar zijn mijn strokes, goat er bii oas ge durft... Moar J elle pretendeert dat Artevelde 't anders op hêe en dat liij ons stoat te wenken en toeroept : Zeg -ne kier, « Hedder lioast mee gedoan, jonges ? Trek het een beetje kort zulle : ze ver-wachten hulder 't huis zille!... » En oas nie doar ezuu al van spreke, en op peinze thons es onze caffaar noar de Censure... Uwe Koze, Heintje. Onze Weldoeners E. H. Stteyaert, hoofdaaïmoeze'nier, fr. 10 ; luitenant C. Kimpe, fr. 10 ; Bolle, Germain, en vijftien Gentsche makkers van het lanciers, fr. 10; E. H. Yan Acker, aalmoezenier; lui-tenant Bovijn; luitenant Sagasse; dokter Goubeau; onder-luitenant Gorijn; hulp-dokter De Buck; adjudant Prosper lioe-giers ; wachtmeester Gustaaf Huysmans ; Omer De Bosscher; Léo De Caluwe ; Edward De Clercq ; Karel Everaert; J. B. Yan Elders; Georges Yanheecke; Yan Benterghem ; J. Steenliaute ; Van Oote-gbem, ieder, fr. 5. Victor Le Buf; Léon Van Maercke, it-Jer, fr. 2.50. Sergeant Antoine De Grave : sergeant B. Horckmans ; R. Lenoir; Pirmin Van Waerebeke, ieder, fr. 2. Karel Van de Genachte, korporaal, fr. 1.50. Karef Turf; Remi Schoone; D. Nicaise; G. Van Acker; Struye: Van Aelbroeck, wachtmeester; Frans De Planter; Alphonse Govaert, ieder, fr. 1. Adolpli Everaert; J. B. Jacobs, ieder, 0.50. Maurice Yan de Vijver, fr. 0.25. De laatst ingekonien bijdragen verschij-nen in 't volgend nummer. Dank aan de medewerkers der eerste uur ! Ze tonen, dat ze betrouwen stellen in ons werk en zulks is ons uiterst aange-naam.Eene bijzondere melding voor de in-schrijvingslijst van het Lanciers en escadron. Brigadier Bolle en zijn makkers liœ.en er eer van. De flinke stropkens wenschen vele navolgers te vinden. We hopen het met hen ! Zoo niet zou Roeland weldra moeten alarm kleppen. 't Ware spijtig. We zijn nu bepaald ingericht en verzekerd aan onze talrij ke vrienden volledige voldoening te kunnen sckenken. We hopen dus, rekenende op milde bijdragen van al onze lezres, in ons toeko-mend nummer triomphanteijk te kunnen meedeelen, dat voortaan het bestaan van RoeLand verzekerd is. De Reclactie. GESNEUVELD Op 16 November j. 1. is te Merckem gesneuveld Paul Verbeke, advocaat te Gent en adjudant in het veldleger. Zijn dood was dien van een echt va-derlander en van een vurig christen. Hij werd te West Vleteren begraven en aan zijn graf herinnerde zijn kapitein in tref-fende bewoordingen aan zijn laatste ston-den.Verbeke, met afgeslagen arm en ver-brijzelde knie, zegde tôt hem met de voile kalmte die aLeen grootsche zielen bezit-ten : « Ik zou gaarne hier in het gezicht van den vijand gesneuveld zijn, nu ben ik echter voor mijn leven gewond, dat is tweemaal sterven. Ik offer mijn leven op voor de vergift'enis mijner zonuen. » Aan lien, die hem ter hulp snelden, toen hij onder betonblokken bedolven lag, riep hij toe met kracht : « Ik wil niet dat gij U bloot stelle om mijnentwille Waclit tôt de beschieting gedaan is. » Verbeke was een groot karakter, dat steeds zijn stalen wilskracht en aï zijn be-drijvigheid ten dienste stelde ter verdedi-ging van de rechtvaardigheid. Van den eersten orlogsdag af deed hij zich bij het leger inlijven en steeds bleef hij zijn land met denzelfden ijver clienen. Hij ruste in Gods vrede. L,

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel Ik ben Roeland: mijn ziel erkent het oude Gent: kosteloos oorlogsblad voor de soldaten van Gent gehört zu der Kategorie Frontbladen, veröffentlicht in Le Havre von 1917 bis 1921.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume