ONS VADERLAND &ïiCBïEss: i. i.uk.i»«i suLimpm 4* Belgisch dagfalad verschijnendô op *1 de dagen der week 4* 3?etei $a Btfeaer : I.] BAECXEUu J1 91, rag §S«ov«, CALAIS INSCHHUTINfeM I PwBiaMdBelslel<ÎK Fraukrljk î-35 En^Isnd-Holbutd SAC fer trl*se«ster » iiOI » S.Effi » 1®»®8 REÇUT DOOR, VRIJ EN VRANK mm m en volk ew lais KmaTHSTUICiMN, XIKUWS TK KHON RU1 NIBVI, SI £H RUS SMâHTIUf, »| ». '"*î I xmgcHRiJViivssnr VOOR SOLOATEN || 3P®e* wseïr C't daeen) ©=3S »»» iH«anmj»n«MN bienbm mut uinotkh*>'«s |fl ï" S 4 ttft <• «""•«««« 'NHSNl MHUVMAU UN BAOKkl'!■ «"•®F JaMwïM * «»w un mrai.n» inn uzaNmH n wmh« •— ■ ^ «g-1 ■ HET LIED VAN DEN VLAAMSCHEN SOLDAAT Ied«re vogel zingt zooals bij gebekt is ; Ieder volk zingt zooals het lseft. En ieder volk zingt omdat het leeft. ; 't Was er onze ViaamscheOorlogs-folkîore steeds om te doen : objec-tieve waarheid, gegrepen uit de voile werkelijkheid van het oorlogsleven 1 onzer Vlaamsche j*ssen,te schetsen. Wat is nu het lieci' van dit leven : hoe galmen de Vlaamsche oorlogsman-nen hunce mien uit in zang en klatik? Rodenbach dichtte : «Zoo beheersche fcet lied de weikzaam-heid uws levens I » Hoe beheezscht . het lied de werkzaamheid, — den heldsnmoed, het lij ien en den dood — onzer vlaamséhe jassen ? Wat zingen ze, dag in dag uit, in rust-plaa'sen, in herbergan, bij feesten, op marsch, op het slagveld, in de scharjsen ? Eigeuaardige volksliede-ren, keurige turstsangen uit zelf-standig-eigen kultuur opwellend als helder water uit een diepe bron? Wij meenen twae stroomingen te onderscheiden, zoowel als 2 soorten liederen, met beide stroomingen overeenstemmend. A) We weten dat de « Vlaamsche Leeuw •» gedreuiid heeft bij de ear-ste veldslagen van den ooriog. In de scfcitierende zeg praal op de duit-sche ruiterij, te Haeleo, haii de « Vlaamsche Leeuw j> een onbetwist-baar ruim aandeel. De « Leeuwen-dans » van Jef Van Hoof, • S rija-kreet» van Peter Benoit, « Naar wij i enzijdï van Gevaertwaren de msest gezongen zieleliederîn in die eerste aagen van opbruisende vaderlands-liefde. Meer en meer zongen orsze joegens, vooral in bepaalde omstan-digheden, enkele vacierlandscàe liederen, — evenals hoogsrgenosmde, in vredestijd getoondicht— naar ge-lang de vlaamsche soldaat zijue viaamschheid méér bawust werd. Da woorden van sommige liederen werden gewijzigd en herdicM in o ver-eeEstencmiog met de huidjgelevens-en lijdsomstandigheden. «Omdatik vlaming bec » verdient hier eene besondere maldieg. Andere volks-'liederen, — minneliederen, sprook-jts, romancen — insgelijks voor den ooriog getoonzet, werden hier en daar door liefhebbers en gezonde volkfjongens bij gezellige a/ond-stonden in looàsen, herbergen en cok wel in feestzalen voorgedrsg^n. De liederen van E. Hullebroeck, — alsof Hullebroeck alléén schoone volksliederen toondichtte — traden hierbij op 't voorplan. Overal wordx Hullebroeck door de soldaten ge-smaakt, en 't is daarom juist dat de gevierde toondic'nter-zanger zoo or-geduldig op ons front verwacbt wordt, er zoo geestdriftig zou ont haald wezen. HelaasI... waarom mag de bard niet komen? Het vlaamsche volkslied uit vredestijd is dus verre van de werk-zaamheid des levons, het oorlogsleven onzer jassec^ te beheerschen! Sta&t het grondig verschil tusschen vredts- en oorlogsleven misschien in den weg?Iader volk immers ziegt zooals het leeft. Dan rcosten we op ïosknaar volksliedtren, geboren uit den draog naar eigen kuituuruiîing in verband met degroote vaderland-sebe en wederiandsche gebeu^te-nis : den ooriog. fi) Als een vo'ik lijdt en bloedt, al» hat strijdt voor zijoe vrijheid en dat zijn heldenmoai het groot maakt tan aanzien van al de Toikeren der aarde, dan moet dit volk toch zeker wel xijû zialetocstanden in diepge-voelde volksliederen uitzinget! Hoor de Franschen : « On les aura l Flotte, petit drapeau I Rosalie I Madelon ! » Hoor de Engelscben : « Whe think y ou ont to r/o-! Keep the home fires burningIhe only girl in the world !» Eigan-Frar;sche,eigen-Engelschemù: ziek op eigen-Fransche, eigen-En-gelsche woorden ! Hoe diepgevoeld, hoe heerlijk-schoon 1 Ware volks- ( liederen. : Eq onze Vlaamsche jassen? Pater Gallewaert schreef : « Ik heb mijn handen over mijn aangezîcht gelegd • en gezucht : Arm Vlaaaderen !... dat i rijk is, maar niet weet ! » i Op de wijze van een ziekelijk-weemoedig « Ferme tes jolis y ux .. ' l'amour n'est qu'an songe...» ziijgen 1 ze, als dat zingen heet : Voorwaar, oudérs en vrouw, Kicrfc'rs en al mijn vrlendcD, Want ik verliîk met moed En nlemand kan mij hioderén ! Maar wacht tôt later, dan Zuilen wlj weer herltvén, [)au becinneii we een nleuw Itvén : Houit allea kloeAeVi moed ! Hit zoo volksgestemde « Tippera-ry » wordt geweld asmgeiaan : Aan den Yzer kv/am de kaizer Mat 2ijn groote macht... 't Is 'o schande voor Duitschland Van zoo te strijden Tegen ons klein Belgcnîand ! Ea 't is van 't a beste » I Ik wil geen nieuw'a staaltjes opiisschen (P. C illewaert zouzs in'tvuur gooien!) van aiemlooze zielsverbasterde sol-dateiUiederen zooals Léo Da Nayar er ocs eenige te bsweenen gaf in zijn « Vivisaktie van den jas in ooriog ». Dekkan wij liever die ellende met eenen p3lder waarop wij in bondige woorden, de waarheid, de naakte w arheid duryen neerschrij-ven.De studie van ons Vlaamsch sol-datenlied zou elfenaf ontstêllend en cntncosdigend op hart en geest in-werken wisten we niet dat de ^ees-telijke armoede van ons Volk aan a'gemeene kultuuronzelfstandigheid te wijten is . We hfebben letterkundigen dis de gelijke, pas^enda woorden kunnen dlchten, genoegzaam bezield op zic'n zelf om de hoogere bazle-ling van eigenaardiga toondichters te ontvangen. Weg dan met ver-wrorgen, uitheemscbe melodijen, die ia da ooren k!ick?n als muzi-kàle vloeken ! 't 13 mijn taak niet, als ooilofes-folklorist, de vele verre oorzaken van de onpopulariteit en de achter-lijkheid van het vlaamsche volkslied te doorgronden. Esn enkeie be-schouwing echter en dan. om dit ovemeht te sluitsn, een meer be-paald woord over het oorlogslied. Da muzi k is sis de kroon op de kultuur van een volk. Ik heb het o!/er i nationale » cauziek, wel te verstaan, Welnu, aile volkeren bouwden hunne nationale muziek op het volkslied. Hierbij gingen de toondichters met hunnen tijd mee of lichtten hem voor. Waarom was zulks bij ons 't gevsl nist ? Waarom bleef oo39 muziek in de moderne tijden tenachter ? Waarom missen we schoone kamermuziek en sym-phonische stukksn ? Waarom had-dan we voor den ooriog nog gsen Vlaamsch orkest ? E«nerz;jds : het modem vlaamsch volkslied was nog in wording, niet-tegenstaande poglngen van kunste-naars als Bsnoit en Blokx. Lem-mens hoort thui» in de Franschei school ; Tinel toondichtte oeder den S iavloed der Duitsche klassieken ; i Gilson vertoont Russischo neigin- ! gen. Jef Van lloof, Arthur De Meu-i lemeester en anderen waran op weg I naar de zuiver vlaamsche school. | Anderzijds : oize hoogere standen in Vlaanderen voelden noch ieefden allerminst vlaamsch in 't belang van 't Volk, en we mogen niet ver-geten dat de muziek in faooge mate den steun eischt van weelde en rijk-dom en van algemeene volksont-wikkeling.Het vlaamsche vraagstuk was ver van opgelost toan de ooriog ons ver-raste.. Een specifiek vlaamsch oorlogsleven bestaat slechts voor zooveel onzs jongens — — Vlaamschs volkskinderen bleven met eigen taal en eigîn geaardh8id. Onder het tweetaligbieidsstelsel werd ook het opbloeien van het vlaamsch ooïlogslied verhinderd. Ons algemeen streven naar zelfbe-wustheid kon bier alleen den toe-stand verhelpen. Maar het tweetaligheidsstelsel stond niet alleen als hinderpaal in den weg. De beproefde redders uit da algemeene onzelfstandigheid van on s volkslied konden of mochten niet opdagen. Hst geval Hullebroeck is daar om dit gezegde te staven. In het viij gçbleven ho&kje van 't Land woonda ook geen enkel volkstoon-dichter. Wat bleef er te doen ? De jonge kunstenaars-soldaten zelf moasten in dan nood voorzien ; hier gelijk schhr in ailes, moasten de frontenaren zich zeif behelpsn. Orner Tuerlinkx schonk ons d m zijn dieproerand « Oorl^gskiodeken ». Robrecht De L'-ye gaf ons zijn « Op-tocht naar de loopgrachten », « Lied der Cyelisten » en nu laatst, ~ eene wara gebeurlenis en esn groote, blijde balofie voor de toekooist ! -zijn eerste frische reaks « Oorlogs-llederen ». « Hoort gij den horen? » « Het Liedeken van den Ruiter », echt-Vlaamscha muziek 1 — André Da Vaere, de veelbsgaafde, sneuvel-de heel in 't bogin van den ooriog ; Robrecht Schampaert last ons na a?n eerste proeve, — zijn jolig-op-gswekt marschlied « Op rust ! » — moat ons wellicht zeer ongeduldig laten wachten. Quousquetandem?.. Esn psar hog niet vernoemia, amper vermoede krachten gelijken nog zwelknde botten in komenden Lenletijd. Moge het vlaamsche oorlogslied nu eindelijk da werkzaamheid — den heldanmoad, het lijden en den dood — onzer Vlaamsche jassen gaan beheîrschen. , en dat beteekant « leven ». Eh ieder volk zingt ofhdat het leeft en zooals het leeft. H-il dan het lied Ydii den Vlaamschsn soldaat ! Fr. Evermar VAN MOERE. NA.SCHRIFT. — 't Valt heelemaal bnife"! het varat^k van dit objektief ver-slag de middelen te bspreken die dien den aaagewend om den bloei van het Vlaamsch soîdateniied iu do huldige « werkzaamheid des levens « te bevor* deren. Daarovar werd in « Ons Vader^ land » en « Bslgischa Standaard » reeds geschreveç. Ebd paar boschouwinpen echter ter aanvulllng a) We hebben nu onder de hoog-edele buschermitg van onze Koningin ean Vlaamsch tooDeelgezelschap ia volia werking zien optreden. Een trioref ! Nu xno ten wa nog eeceri Da Gruyter hebben vojr het Vlaamsche lied, ea wel boofd-zakeiijk voor ons volss- en oorlossîied. Konden we daar eecs mee beginnen : een Vlaamsch zangeîsgezelrchtip ! Ware een Robrecht Ds L?ye b. v. hier de man niet ? Do frontsnaren moeten imniars in ailes zich zeif behelpen ! b) EaS apostel voor "t goede en t schoone, een begaafde mutikale natuur ten andere, mochtoolangs aan zijn vriend de blijde mare aankondigen : « Wa zingen op ors feest « Mijn Moederspr&ak », ver- ; schcddene liederen van Bullebrocck, ; alleenzang en koer met begeleiding^ van ons regimentsmuziek. Ik deod 300 ilbret-, to's drnkken met de woorden dfr uit ts voeren liederen. Wacht wat, we zùlier ! onze joogens wel leeren zingen ! » ! Dààr komt het op aan : onze joegeni \ * leeren ziageii » ! Fr. Ë. V. M. Kosifig Alberl huldigt onderluitesanî COPPENS HET PUiK DER BELGISCHE VLIEGERS «s. Wat roerende plechtigheld ! Loodsen en verkenners schaarden zich op 2 rljen op ean vliegpleln ; rondom hen onze kleine eskaders vliegtuîgen in slagorde : Daarneven een balaljon voetvolk met muziek ; Buîten het plein werktuigkundigen en werklieden in kleine schilderachtige groepjes. Opeans schetterea de klaroenen ; het Nationaal Belgisch Lied weerklinkt. Het is Koûing Albert met Prins Lsopold. Onze Konlngkomt aan den onderlieu-tenant Coppans ; den held van zooveel oorlogsfeiten, den flinken « drachen » jager tweé groote eareteekens overhan-digen : hst Officierskruls in de Kroon-orJe en het Rldderskriib in da Leo-poldsorde.Na de troapen in oogenschouw geno-rnea te hebben, richt de Koniog zich tôt Coppens die eenige stappan voor zijoe viienden staat en spraekt met klare en krachtige stem, volgende rede uit: « Wij zijn hier vereenigd om eene rechtzinnige hulde te brengen aan uwe behendigheid, aan uw stouten durf en uwen geest van opoffering. Daarboven, aan den hemel hebt gij getoond wat de Belgen vermogen. « Tîjdens dezen langen ooriog heeft de Bïlgische Vliegeolsrsdienst over-groote diensten aan ons léger bewezen. Het weet dat hat tellen kan op onze uit-muntende loodsen en verkennars die noch voor moeilijkhaden zwichten. « Wij vereeren nu eenen held, onder-iuitenant Willy Coppens, die ia den be« giûiia van den ooriog voetganger was, daarna onze auto kanonnen bediende en den weg tôt de beroemdheid vond bij de vliegeniers. * « Sedert 25 April jongstleden telt hij 21 oyerwlnningen. Het léger en deheele natie sijn fier over hem. In name van Belgle, overhandig ik hem deze eeretee-kens als bewijsvan erkentelijkheid voor zijne prachtige wapenfelten. » De Konlng hecht alsdan detwee krui-sen op de borst van onzen jongen held, wenscht hem ln roerende woorden nog-maals geluk, doen opmerkande dat het de lste maal is dat hlj twee eereteekens ter zelfder tijde uitreikt. Daarna wordt Coppens warm geluk» gewenscht door Frins Leopold,de Lui-tenant Generaal Gillain,algemaene staf» oïerste, zijne oversteu en gczaîlen. Nu steken oaze vllegtuigen op en vlie-gen om het plein, da vliegeniers waaien met hun zakdoeken ; een hunner laat een valscherm met prachtigen ruiker naar beneden, den held van den dsg be-stemd.Na het vertrek van Konlng ea Prlns wordt Coppens omrlngd door die schaar van nederige helpers, die hem op hunne beurt éa hunne bewondering én hunne verkleefdheid uitdrukken. * Wanneer men aan Coppens vroeg welke de sterkste indrukken waren in zijne veelbewogen loopbaan, antwoordde hij : « Deze van daar stra'a en die welke ik ondervond wanneer ik over Brussel vloog en bijna de dakan rakenda mijnen vader a&n een opan vens^er herkande. ROND DE KRIJQSVERRICHTiNGEN — iû; Onze overwinning breidt zich uit I ^ De overwinning bïeidt zich meer eu meer uit. Tôt nu toe vlelcn 24.000 krijgsgevaagenen in onze handen. Da Franschen die den uitsprong van Montdidier langs het Z. aangevalien hebbea zija in het bezlt van Fresnoy zoodat de steenweg Montdidier-Boya afgesneden is Diardoor is de toe-stand der Duitschers In Montdidier onhoudbaar. Het lager vao Von Hutisr is daardoor in zeer gevaarlijken toestand. De Duitsche staf zal natuurlijk trach-ten zich ïoo goed mogelijk uit den slag te trakken, zoodat wij de tegenwoordige krljgsverrichtingen met een mengsel vanboop en vrets volgen. Eenlga bij«onderheden over onzen buitengewoiien buit zullea zeker welkom zijn. 300 kaRdnnen van aile afoietingen vielen ons ten deel zonder een groote hoeveelàeid machieagewercn, loopgravenmortiers enz. mede te rekenen. Wij hebben reeds medegedeeld dat die i Vooruitgung die 18 Km. bedraagt , ' op de sterkstvooruitgeschovon plaatsen, te danken is aan het bersdeneerd ge ! | bruik vaa stormwagens, groote en kleine [ tanks on vliegmachienen. i Het schijnt dat het record van voor ultgang op ééa dag overtroffea is, voor , wat de verbondenen batreft wel te ver-. staan. Wij kemen echter de records der , Duitsche offansie^en dicht nabij. De medewerking der vliegeniers was , zoo stoutaioedig, dat wij i t 50 vliegeniers verloren P • hebben, bijna allen van den grond af geschoten. De Duitsche verliezen zijn in i dat opslcht niet minder. » 5 > 69 vijandelijke vliegers kwamen neer» r » 1 van 48 weat men dat za vernleld zijn. 5 Eindelijk moetan wij tog vermsldan, t dat een i trein met 500 soldaten door onze ruiterij werd stilgehouden. Natuurlijk is hij een heel andere rich ting ingegaan dan in zijn badoeling was. Daarenboven werd nog veel spoor- wegmateriaal buitgemaakt. * * * Ook op Italiaansch front komt gistlng. Zoowel Engelschen, Franschen als Ita-Ilanen z!ja ln de vijandelijke loopgraven gedrongen en-hebben 700 Oostenrijkers gevangen genomen D* toestand is dus uitstekend. A!s wlj het zoo nog een tijdje kunnen ulthouden zulien wij er fllnk voor staan, om met de 3.000.000 Âmerikanen die men ons tegan den Lenteaanval be-looft, ean beslissendan slag te wagen, als da diplomatie ons niet vroeger den vurig gpwenschten vrede aacbrengt. Nog om den vooruitgaog De officleele berichten van 10 Oogs^ lulden als voîgt : Parijs. Wlj zijn dezen morgen Monididle; voorbljgetrokken op een afstand var 10 km. naar het Oosten op een fron Audechy-la Bo'sière-Fescamps. Links en rechts van den weg van Boy«& naar St Just en Chaussés hebben wij deito vijand aangevalien en zijn voorultgegaar op een front van 20 km. op sommlgi plaatsan van 10 km. ;a Rollot, Orvillers Sorel, Blesson sugtf' Matz, Couchy les Pots, La Neuville suy(. Ressons en Elincourt werden Ingenomen' Na drie dagen gevecht zija wij op dei^ weer Amians Roya 20 km. vooruitgegaaf en hebben 2000 gavangenen genomen eij, 200 kanonnen buit gemaakt. tfj Looden. |(j De Engelsche troapen verhaastan derj achterultgang dar Duitschers en hebbe den waerstand tan Z. van Lihons gebre ken. e; ûuifsche bekentenis Zurich, 10 Oogst. [ Het Duitscha legerbericht van deze namiddag erkent dat de Verbondenc11^ voorultgegaan zijn en deelt het verlif'j'I van Montdidier mede. ^jj, « In het centrum van het gevecht hee;* de vijand grond gewonnen voorbij Rozl. " res en Hangcs. * « Onze troepen die op de Avre en Cj j| beek Doms vechten, hebben hunne 11;' j! achteruitgebricht ten O. van MontdieJ, ; | Belges Daar Siberië i Londen, 10 Oogst. Men meldt uit ernstige bron dat et !j 1 Balgische troepanmscht, bestaande h [ Yrijwllligers naar Siberië zal gezondt worden om er de Duitschers en huni | 1 Russische s5a?en te bastrijden. Seedszijn eenl^e Belgische artillerl j • ofïïcieren op de Moîrmaansche kust. [ i Italie Luchfrâid naar Weenea Acht Italiaansche vliegeniers zijn na | Weenen strooibrlefjes gaan werpen o der bevel van Annundo. Zij hebben 1 000 Km. af^elegd 12 u 40 micutan. Een huaneris bjj d( L vijand geland, tengavolgo van een m Ij torbreuk. De vliegeniers werden ni )1 ' aangevalien. Ziahier den tekst der strooibriefje « Leertde Itilianen kennen. Wij vit i] geno^er Wesnen. Wij zouden dulze ] den kgr. bommen op uw stad kunn I ' werpan, maar wij brengen u den gre I onzer driekleur. Wij oorlogan niet teg ' ' kladerau, grfjsaards en vrouwen, ma tegaa uw regeerlrg, vijand der nation» . | vrijhedea, blinde, knppîge en wree regaerl ng, dia u noch vrijheid noch bro ; j geeft en u voeit met haat en herst f schimtnen. « Gij hebt de vermaardheid verstani . . te zijn, waarom laat gij u het Prulssis j j uaif irm aaat rekken. ! J Gij ziet het, de heele wereld keert z! '! tegen u! : j WHt ge den ooriog voortzetten ? f ; il zal uw zelfmoord zijn. ,| )f De btsllssande overwinning door Mi Duitsche generaals beloofd Is als :! |3 î brood uit Ukranie : Men sterft tervj (| a men er op wacht. | i c Bavolking van Weeoen denk wati; ; met u gebsuren zal. Ontwaak. Leve' 'j Vrijheid, leve Italie, leve de Entente J? ««« .. J] ggg» ||' n Vlsmingen, schrifft in < ;j) | • Ô89 » Vierde jaargang — Hummir ii64 l-Elli ; ÎO CEntlEHEH Dinsda| 13 191K ,11,11111, | ■■.■■II — —u mmil—-H-ÉrîT* " II' IIM*I II l—=*— m.—i » W I I ■■'it'il ■ >1— 11'.1) WICT» I II» ■ IWHI II WIIIWI——I I II III MBHK ^8—MMMWf" ' ^ »"J .IL1. 1» Il llWllllli ■ MIIIMMI «| 1 | , - ■ „ ■ -■ ■■■liai -

Er is geen OCR tekst voor deze krant.