De legerbode

1249 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1916, 15 Juin. De legerbode. Accès à 26 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/bg2h708k8w/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

DE t LEGERBODE den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOR DE BELGISGHE SOLiDATEN beslemd ; iedere compagnie, escadron, of batterij ontvang-t tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. Se Doodstrijd van Dixmuiden VAgonie de Dixmude (1) — De Doodstrijd van Dixmuiden, is d« titei van een Fransche bundel, in samenwerking geschreven door de heeren Léon Bocquet en Ernest Hosten ; de eerste een bekend Fransch dichter van wien er verscheidene bundels ver/en en kritieken verschenen ; de tweede een ge-leerd schrijyer, gemeente-archivaris van Dixmuiden, die verscheidene verhandelinren in het Fransch en in het Vlaamsch ov«r de plaatselijke geschiedenis uit-gaf en die de iaatste uren van zijne stad mede ge-maakt heeft. Uit dczer beiden medewerking is een boek ontstaan dat men wel bij de m*est belangwek-kende littéraire werken raag tellen die deze oorlog heeft verwekt. Kerst .wordt heel het verleden van Dixmuiden door de schrijvers voor onzen geest geroepen, dan het bcscheiden, kalme leven van voor deu oorlog ; het zijn de eerste indrukken die deze wereldramp, die heel Europa treil'en iou, op ,het stille rustige stadje maakt ; naarmate de slag zijne muren nadert, maakt de onrust zich langzamerhand meestor van de kleine gemeente, die in den loop der geschiedenis reeds zoo dikwijls een tragisch lot heel't gekend ; dan is het de intoeht te ûixmuiden van 4® ver-moeide troepen na den val van Antwerpen en het innig warme onthaal dat de inwoners onze soldaten gaven. Dan is het plots de tragedia in ai hare Yer-schrikking : de slag aan den Yser, do vlucht van de bevolking, de verselirikkelijke gevechten die te Dixmuiden geleverd vrorden tusschen de vsrwoede Duitschers en de h.eldhaftige Belgische troepen, die zij aan zij strijden met do bewonderanswaardige marinefasiliers van admiraal Ronarc'li, de verschrik-kelijke brand van de kleine stad, die slochta zieltoogt ®m onsterfelijk te werden. Dat allés wordt hier verhaaldin eenereeks hoofd-stukken, die trillen van ontroering, doortwee schrijvers die hun talent en hunne documentatie hebben samea gebracht om een waar, eerlijk en uiterst belangwekkend werk te leveren. De heer Charles Le Gollic heeft het werk aan het publiek voorgesteld in een praehtige voorrede, die er het doel en de ■waarde van doet uitsehijnen : reprodueties van schil-dorijen van Léon Cassel, de schilder die Dixmuiden zoo 'gevoelvol heeft afgebeeld, voltooien op zeer keurige wijze dit merkwaardige boek. In de hoofdstukken van dit boek, die bijzonder ■ ©ver den slag aan den Yser handelen, hebben de «chrijvers weten aan te toonen hoe Belgische soldaten en marinefusiliers, met gelijken hetdenmoed, hun leven ollerden om Dixmuiden le verdedigen en daarbij denzelfden roem oogstten. Het is ons een genoegen hieronder de vertaling te laten volgen van een der mooiste brokken, die dezen 1 heldenstrijd afschilderen. Men heeft het ailes overweldigeheldenfeit van de Franschen aan de Marne een mirakel ge-ïioemd. De verdediging van Dixmuiden en van den Yser was er een ander : een mirakel van hardnekkigheid, van volharding en een tnaand lang dagelijks weer vernieuwden heldenmoed, Tan af den eenvoudigsten soldaat tôt aan den .opperbevelhebber. En de Belgische heldenmoed evenaarde,in deze omstandigheid, de ongehoorde en bewonderenswaardige Fransche.dapperljeid. De 4,000 soldaten uit Vlaanderen en V/allonië, die behoorden tôt de l5t», i ldo en 12d0 liuieregi-inenten, het jagers te voet, de dappere compagnie hulpwielrijdet's en de ontembare artille-X'iegroepen toonderi zich, voor wat dapperheid en volharding en zelfverloochening betreft, de gelijken van de 6,000 mariniers. Het is slechts rechtvaardig die, welke de groote broederschap der wapenen saam vôôr de moeite, dikwijlsvôor den dood, en steeds voor den roem heeft gesteld, niet te scheiden van de eer die hun in gelijke mate toekomt. Het wachtwoord was liet plan van Duitsche wereldheerschappij te vernietigen : Zoowel ten Noorden als ten Zuiden van Dixmuiden, bij de eenen zoowel als bij de anderen, doorstond men, om dezen uitslag te bekomen, zonder ééne klacht of zonder eéne zwakheid, de meest doodelijke aanvallen. En vermits het moest, stierf men ook zonder spijt. Het prachtigste in dezen gedenkwaardigen . ■weerstand bestaat inderdaad in dezeovertuiging, die bijna bij iedereen heerschte, dat de dood het einde van zooveel opofferingen moest zijn. Zij •aanvaardden den zwarenplicht, zonder aarzeling en zonder zwakheid, met koele en fatalistische berusting bij de Belgen, met eene glimlachende goede luim bij de Franschen. Men zou aanteeke-* — - (1) Bij Talla^dier, 75, rue Oareau. ta Parijs ; eea bundel van blftdz., met talrijke glateu; 3 ir. oO, ning moeten houden Tan al de treffende woorJen die daar te Dixmuiden, gedurende het he'etste v4an het gevecht werden uitgesproken, van al de beldendaden die er wardcn bedreven, van al de daden en woorden van de belden uit dit wondere avontuur. Daar zou men een niet te vergeîijken voorbeeld kunnen vinden van de deugd van beide rassen, die nochtans psychologisch zoo zeer verschillen. Het is kolonel Jacques die, als hem uit het hoofd-kwartier bevel komt om vol te houden tôt ter dood, zonder aanslelienj, doch vol overtuiging antwoordt : « Natuurlijk. » Het is die officier van de marinefusiliers, een prachtig man, hoog van gestalte en aristocratisch van uitzicht die, te mid-den van het bombardement, gewasschen, ge-kamd, verscli geschoren en opgezet uit een in puin géschoten huis komt en zegt tôt eene dame uit Dixmuiden, van wie hij den nlik vol bewon-derend medelijden heeft opgemerkt. « Niet waar, Mevrouw, dat ik strak# wel 0011 mooie doode zal zijn » En dien andere, wien men doet opmerken dat 2ijn mannen, waarvan er veel mécaniciens sijn op de vloot, onbekwaam zijn om met een geweer om te gaan en antwoordt • a 't Kan wel zijn dat we in 't schieten niet heel sterk zijn; rnaar wij zullen toch onze bajonnet wel weten te gebrui-ken ! » En, inderdaad, zij chargeerden op bewon-derenswaardige wijze. Eens, gedurende eene verrassing in de richting van de Noordbr g, zag men, bij het bevel. « Al-leman recht. en vooruit! » d« mariniers, met onweerstaanbare onstuimigheid vooruit stormen uit hnnne dekkingen, al roeponde : cc Wij zijn er aan! maar ze zullen het duur bekoopenl » Onver-saagd stormden aij op den vijand los en al zin-gende sneuvelden zij. De schoonste voorbeelden van heldenmoed uit de oudheid vinden een evenbeeld of werden zelfs overlroffen geduren,de dit epos. Aan het meest verlievene, grenst de daad van een Belgisch aal-moezenier, die eerst door de vuurstrook kruipt, en dan de straten van het brandend Dixmuiden doortrçkt, om naar de ambulancie opdenlinlcer-oever van den Yser, een Fransch gewonde te dragen, die hij schrijiings op zijn rug heeft gezet. En een Brusselsche vrijwilliger, bernieuwt eene beldendaad, die nlen met die van Marathon zou kunnen vergeîijken. Belast met eene verkenning te doen in de omstreken van het kasteel van YVoumen, waagt een soldaat van het 1* linieregi-ment zich in vollen dag tôt midden in de vijan-delijke liniën. Door zijne makkers heeft hij zich in een bundel riet doen wikkelen en zoo, éénmet de kleur van het gras, kruipt hij stoutmoedig en geduldig door de beemden naar het gevaar-volle doel. H)j vervult zijne opdracht, komt zelfs terug bij de bewonderende blikken van ?ojne makkers, niet zonder het verschrikkelijke vuur van de Duitschers te hebben doorstaan die zijne list hebben ontdekt, en sterft als hij aan de Belgische loopgraven komt, terwijl hij aan zijn commandant rekenschap geeft van zijne waar-nemingen. Gelukkiglijk heeft men voor de toe-komst den naam van dien lield onthouden : hij hiet Ranson. Bekend of onbekend, er waren duizenden van die dapperen. In verschillende uitdrukkingen, met meer lyrisme en kranigheid bij de eenen, met meer koelbloediglieid en filosofie bij de anderen, schittert bij allen eenzelfden zielen-adel.©I? het Selgiscfi Froast (De week van 3-g Juni.) In den loop van de week van 3-9 Juni, was het artilleriegevecht vrij vinnig op verscheidene punten van het front van het Belgische leger. Er liad geene enkele infanterie-actie plaats. In den sector bezuiden Nieuwpoort, heeft de bedrij-vigheid aan weerskanten toegenomen. De Belgische artillerie heeft de Duitsche inrichtingen in die streek, op de boorden van den Yser, onder haar vuur genomen. In de omstreken van Dixmuiden is het kanonvuur minder fel geworden. Naar Steenstraete heeu,hadden er bonigevechten plaats. In dit gewest is de artillerie zeer bedrijvig geweest. " La Libre Belgique " bij von Bissing Het dapper vaderlandsch bladje dat thans regel-matig aile weken verschijnt, is rceds aan zijn nr 74, dat tintelt van gloed en biitenden spot. Ziehier hoa een zijner medewerkers, Ego, daar — leukweg eu geestig — een zoogezegd bezoek op de Brusselsche kominandantur « op bijzondera uitnoodiging van. heerschap von Bissing » vertelt : « Meneer Ego gelieve binnentekomen, »zegde pleclitstatig de planton, terwijl hij het hoofd boog. Ik trad het vertrek binnen... Als door eene geheiine veer bewogen sprong heer von Bissing uit ziji. zetel op, liep mij te geinoet, en drukte mil ■de hand. — Maar, groole God ! welke klauw I « Daar hebben wij u eindelijk ! Vv'ekert lang verwachten wij u reeds ! Dat is lief van u, u die moeite te hebben gegeven... VoJgaarne had ik u die moeite willen sparen, en u zelf thuis komen yinden, maar uwe tegenwoordige woning vinden... daar zat de knoop... Wairaear men denkt u te hebben ontdekt, dan... is de vogel gaan ■ vliegen. Wat zwerversleven !... Maar neem toch plaats, waarde Ego .. » Nooit, werd ik minzamer onthaald ; ik won in holîelijkheid dan ook niet achterblijven, maar ik slaagde er met moeite in enkele gepaste woorden in te brengen... De goeverneur drukte op eenen schelknop. . « ïwee flesschen Chambertin », beval hij aan den knecht, die zich aanbood. « Eene sigaar. Ego ? Proef me dat Bourgogner-wijntje eens ! Iîeerïijk, niet waar ? En zeggen dat men dat fijn goedje in de kelders der verlaten kasteelen vi^dt. Wat domkoppen, die kasteel-heeren, om de plaat naar Engeland te poetsen, en dien lekkeren godendrank achter te laten ! Een geluk nog, dat onze soldaten ten gepasten tijde zijn gekomen om dien kostelijken drank te redden, en den î^ollust van het gepeupel in te korten. Dit wijntje hier, komt uit den kelder van het kasteel- van graaf X. ., waar hij werd gevonden door onze ollicieren, die me met enkele honderden flesschen liùlde hebben willen bewij-,zen.. Nog een glaasje? Puik ! Overheerlijk ! En zeggen dat die nectar ons geen duit kost... » 's Barons spraaklust was onuitputtelijk, maar de flesch niet, welke hij als een echte fijnproever ledigde. € Guarne had ik n aan de barones voorgesteld, maar ik ben verplicht zelf de honneurs van mijn home waar te nemen. Verbeeld u dat Frau von Bissing zich niet heeft willen vestigen op de Koinmandantur, onder voorwendsel dat men daar niet in veiligheid is, zoo min overigens dan in mijn schloss van Drie-Fonteinen, uit hoofdo der bommen van de vliegeniers..-. Maar drink dan toch, .waarde Ego ! En hoe vindt ge mijne huisinrichting ?» Ge moet weten dat ik, voor dezen oorlog, meer dan eens op de bureelen van de ministeries kwam, en ik bemerkte dan ook ras dat op de schouw geen spoor van het daar vroeger staande schou.w-garnituur overbleef en dat, aan de muren, geene schildei'ijen van vroeger meer hingen. De baron ving mijnen blik op en begreep * c Gij zoekt naar de penduul, de schildei'ijen î Wij Duitschers, wij spelen steeds den roi van . voorzienigheid. Een brand, eene aardbeving, een misdadige aanslag, zou ailes kunnen vernielen ; weln.ii, ik ben zedelijk verantwoo'rdelijk voor de kunststukken waarmede deze zalen versierd waren en daar zij hier niet veilig waren — mistrouw u steeds van uwe beste vrienden ! — heb ik ze naâr mijn landgoed, in Pruisen verzonden, waar zij niets te vreezen zullen hebben, en waar zij overigens zullen kennis maken met de kpstelijka draperijen en de sckilderijen van beroemde mees-ters, welke ik in 18.0 uit den brand van Saint-Gloud heb kunnen r«dden. Daar zijn zij minstens in veiligheid en beschermd tegen elke verrassing; trouwens — en hier rees zijne stem — wat wij itt handeri hebben, houden wij stevig in handen !.." Wist ge, waarde Ego, hoeveel voorwerpen van waarde wij aldus gered hebben sinds het begin van den oorlog, met ze naar Duitschland te zen-den !... De beschaving en de kunst zullen ona eene eeuwige erlcentenis veschuldigd zijn... » De tweede flesch was ledig... De stem van de gouverneur scheen er lichtjes door beïiivloed... Ik achlte dat het tijd was het onderhoud t® 15 Jii-ïii 1916 Nommer 278

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De legerbode appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1914 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes