De legerbode

858 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 01 Janvrier. De legerbode. Accès à 26 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/jw86h4dg5q/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende i " " ' ' " ■ Dit blad is VOOR DE BELGISGHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvangt tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. SCKBTSBN VAN HET BELGISCH FRONT Oude Jaar's Einde Ginder, in de ridhting van de stellingen die er |n Oktober werden aangelegd, gaat er een géra a s op. Granaten klappen, machinegeweren ratelen, ontploffingen doen zich hooren. Zeker jweer een aanslag, een vijandelijke groep die al ^ruipend tôt hier is geraakt. "Vuurpijlen stijgen in de lucht en het spervuur knettert. Allerlei kalibers zenden hun schroot in de ronde. —'tlsweer de zooveelste divisie die'tlastig heeft, doet iemand opmerken. — Zij zullen dit oude jaar's einde gedenken, de jassen van die divisie. Men zwijgt. Er wordt wat fermer aan de pijpen retrokken. Men kijkt naar de veelkleurige lich-'ten. die door den hemel zwermen, aïs zooveel insekten die door de duisternis zweven, de glim-worpjes van deze verschrikkelijke nachten. Vroeger was het oude jaar's einde een dag Tan rost. Doch sedert den dag waarop de vre-deszon in een bloedigen nevel onderging, is dat llles veranderd. De wisseling van het jaar ge-: lehiedt bij hel geraas van het kanon, en het schouwspel: het roode schouwspel, wordt voort-jezet.Onwillekeurig gaan de oogen naar de ledige ïUatsen die zooveel wezens, door den oorlog m t hart getrofTen, hebben moeten verlaten. De baar komt steeds op, spat uiteen en ieder oogen-!b]ik wordt er een nieuwe naam op de lange lijstTan verdwenen bijgevoegd. — Dat zal nu de vierde oudejaars avond ziju ledert we vertrokken. — Laat ons hopen dat het de laatste van den eorlog is. — lïerinnert gij u dien van '14, te Dixmuîde ? En de mannen roeren weer in het asch van de berâneringen. Zij bemerken dat hun geheugen ttaar slecht de wederwaardighedeu van hun oor-logsleven bewaard heeft. Niet zonder moeite her-ûmeren zij zich weer de ontroeringendiehentoen deden trillen. De sçons des tijds heeft ze reeds balf uitgewischt. Zij slagen er niet meer in, daar | ia het verleden, de juiste plaats aan te wijzen van de gebeurtenissen die nochtans belangrijk waren. — In drie jaar tijd hebben wij zooveel gezienî testait een piot terwijl hij de asch uit zijn pijp tfopt. ~ Ja, drie jaar dat wij hier nu al zijn. En îeggen dat wij in het begin meenden dat de oorlog maar van korten duur zou zijn. j , — Men strijdt tegenwoordig om loopgraven fa te nemen of te verdedigen. Deze mannen hebben gansche kilometers loop-paven aangelegd, en hun liniën gelijken heden ®P «en mollen-nest, waarvan de gangen elkander traisen zooais eene stad, die in den loop der «euwen zou zijn opgebouwd. Sedert veertig toaanden leven zij daar. De voortdurende moed nie hen noodig was om dag en nacht aan weer te wind, aan aile gevaren te weerstaan, zal door Jiiemand ooit kunnen verhaald worden, met al «e kracht die er noodig is, om er de grenzelooza Jrootheid van te gevoelen. Nimmer kwam een oorlog in de maeht van Kjn afgrijzen gelijk aan dezen welke door de tosdaad van het Pruisisch imperialism ontke-j®d werd. Nimmer had men van de mensche-W)ke natuur eene zoo bovenmenschelijke en zoo ^usachtige inspanning gevergd. Heden vraagt [ aan deze mannen eene zelfverlooehening, j opofferingsvermogen, en tevens een wils-fcracht en ©en denkvermogen, die men vroeger wrawelijks van een keurbende helden had dur- verwachten. Hoe al de vermoeienissen *fhalen, al de ontberingen, den heldenmoed fonder praal noeh grootspraak, en die nu eens F» l'jdzaamheid en dan weer uit daadvaardig-We bestaat, van deze mannen die daar in do fccader zitten weggescholen. De moed, de kalmte jr yoortdurend gevaar, de gaven van zelf-»poîîeriiîsf op het uur van het hoogste offer, jfcbben den ridderlijken praal, noch de groot. le insceneering die aan de vroegere veldslagen VaQ 11v00r ^ vaderland i fa — 't Doet niets. Wij hebben het wel deze drie Jaar volgehouden, zoo hervat de piot die luidop den draad zijner gedachten voortzet. 't ls waar, vriend. En niemand zal durven zeggen dat wij de maat van een onzer plichten karig gemeten hebben. Het weze het bloed of het weze de rijkdom, men mag ons aandeel met scherpe weegschaal meten. En wij zullen vol» houden tôt het einde toe. Wij zijn nu in 1918 waarvan de dagen<- nog nieuw zijn, en dat ons nog on-opgeloste raadsels brengt. Dingen die nog in den schoot der tijden bedolven liggen gaan, uur na uur, oprijzen en hun onbekend aangezicht vertoonen. Men zal ze moeten aanvaarden zooais ze zijn, met al de wijsgeerigheid die men deze laatste jaren, zoo Stuk voor stuk heeft samengeweven. 1917 verdwijnt reeds in zijn bloedig purper. Onder al de dagen die er gaan oprijzen, is er een enkele die het teeken der bevrijding zal dragen ? Het is gevaarlijk voorspellingen te doen ; het is de toevlucht van zwakke geesten zich van de werkelijkheid af te wenden. Laten wij ons dus vergenoegen met te wenschen dat het nieuwe jaar meedoogend voor onze hoop zal zijn. Stazkt. OP HET BELGISCH FRONT Roning Albert ont^angt Gsneraal Pepshing (Van eenen ooggetaige.) Belgisch front, 29 Decembar. De opperbevelhebber van het Amerikaansch expeditiekorps in Frankrijk heeft vandaag een bezoek bij Koning Albert gebracht. Generaal Pershing kwam in eene statie van het front toe, waar hij werd ontvangen door den Koning, vergezeld van generaal Ruquoy, hoofd van den algemeenen staf, kolonel Tilkens en officieren van zijn militair huis. Eene compagnie infanterie met vaandel heeft de militaire honneurs bewezen, terwijl de maziek het Amerikaansch volkslied speelde. De Koning heeft generaal Pershing naar de koninklijke verblijfplaats geleid, waar hij dezen ten ontbijt heeft weerhouden. Generaal Pershing heeft vandaag het Belgisch front verlaten. *** frpansche itizoeliers op het Belgisch F ont Belgisch front, 29 December. Kolonel Oinoema, Japansche militaire attaché te Rome, en commandant Hirosé hebben het Belgisch front bezocht. Zij hebben eenen belang-rijken sektor doorkruist, de loopgraven afge-keken.Aan de Belgisehe officieren, die hun totgidsen dienden, hebben zij met veel lof gesproken over het Belgisch leger, en gezegd welken diepen indruk dit bezoek hun had gemaakt. DE FRANSCHE LEENING Tien miljard 276 miljoen Zooais hij het beloofd had, heeft de heer Klotz, de Fransche minister van geldwezen, ter Kamer de uitslagen medegedeeld van de derde Fransche oorlogsleening. De regeering had 10 miljard tôt 's lands verde-diging gevraagd. De Franschen hebben 10 mil» iard 276 miljoen 522,000 frank samengebracht. Dan nog kent men het bedrag der inschrijvingen niet van het buitenland. Nagenoeg de helft der inschrijving bestaat uit klinkende munt. De uitslagen overtreffen dus die der tweede leeniog. a Het is een heerlijk bewijs », verklaarde de minister, « van het zelfvertrouwen dat Frankrijk koestert, na 40 maand stroeve inspanningen, terwijl van de rijkste Fransche departementea er nog steeds door den vijand bezet zijn, » TYPEN VAN HET BELGISCH FRONT De Yoetbalspeler Aan makker F. Halbart, bestaarder van het blad Les Sports. Het is geen Engelsehman. Hij was, in 1914, een belangrijk jjersonaàge bij de Belgisehe jeugd. Het groot sport, dat de oorlog is, deed hem zijn vroeger sport-stukken vergeten, Hij werd een simpele oorlogsvrijwilliger. Yan den soldaat bezat hij de edelste hoedanig-heden : Uithoudingsvermogen, koelbloedigheid, scherpte van blik, vastberadenheid, wilskracht, moed. Hij bewees het in menig gevecht. In den Winter van 14-15, verzorgde de voet-balspeler zijn wonden en kreeg hij nieuwen vorm. Met de Lente vond hij zijn jeugd weer, was hij weer vol vuur en vol kracht. Daar de wil de natuurlijke uitdrukking van zijn temperament is, begon hij opnieuw rond te loopen en met den voet tegen een bal te sehop-pen. Men bekeek hem verwonderd. Hij ging voort. Met weergevonden makkers, vormde hij elf-tallen ; richtte met behulp van een paar sleehte staken goals op, en met zijn schop teekende hij een klein terrein af. In zijn eenheid kreeg hij volgelingen. Gedaan met de klachten der bevreesde moeders die jam-merden om hun kroost, voor builen, schrammen en kneuzingen. De voetbal was overigens bet ware spel voor allen die iederen dag de granaten, de bommen en de torpédos mogen verwachten. De oversten begrepen het, en de deviezen van den voetbalspeler prijkten overal : Mens sana in Corpore sano en Ludus pro Patria. Hij werd opnieuw een man. Aanzienlijke personen gaven ballons en schalen ten geschenke. Een marraine gaf kousen, een trui met sehit» terende kleuren. Hij trok koninklijke sportsehoenen aan. Aile Donderdag en en Zondagen is hij dengenft die een match gaat spelen. Hij trekt een korte broek aan, doet zieh de beenen masseeren ; schiet zijn trui aan die *ijn borstspieren uit doet komen, en met de kapot op den schouder, door zijn makkers gevolgd, ba-geeft hij zich naar het terrein. De piotten bewonderen hem ; als goed speler, als li<fvan den een of anderen club, heeft hij laten begrijpen dat hij er een van de eerste afdeeling was. De makkers hadden er gau,w een internatio* naal van gemaakt. Wat de taal betreft, dat is waar : De voetbalspeler spreekt Vlaamsch, Fransch, Italiaansch, Engelsch en zelfs, als hij in de weer is met zijn spel, uit hij klanken die geen mensch kan ver. staan. Hij stemt erin toe dat, tijdens de rastpees, een zijner bewonderaars hem met zijne kapot . bedekt ; hij wil ook wel de veldflesch met war-men koffie aannemen, die den traditionneelen eitroen vervangt. Overwinnaar of overwonnen, steeds wenseht men hem geluk. Hij verontschuldigt zijn foutes met sport-uitdruklungen : De « halfs » onder-steunaen hem niet ; zijn ratés worden passes en. arrière ; het terrein was te zwaar, enz. De profa-nen luisteren en geven hun instemming. Laat ons niet lachen. De oorlog is voôr ailes een kwestie van lichamelijken weerstand en de voetbalspeler is een zaaier van wilskracht op het front. In den vreemde bevestigt hij de zede-lijke en lichamelijke waarde van ons ras. In zijn club, voor den oorlog, legde hij veel bedrijvig-heid aan den dag ; heden, om de kleuren van zîjji groote club, « België », te doen zegepralen, wil bij ailes op offereo. Ctonm. L» £ 1 Januari 1918 Nummer 520 'J1 1

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De legerbode appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1914 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes