De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1944 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 12 Fevrier. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/tx3513w65z/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Eerste Jaargang ! N®. 12! Vrijdag 12 Feoruarf 1915 5 Cents DE VLAAMSCHE STEM ALGEMEEM BELGISCH DAGBLAO Een volk zal niet ver gaan! Eendracht maakt macht! REOACTIEBUREEL ! PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. - TELEFOON No. 9922 Noord. Da Vlaamsche Stem verschijnt te Amsterdam elken dag des morgens op vier bladzljd en. Abonnementsprijs bij vooruitbetaling : Voor Holland eu België per jaar. / 12.50 ■— per kwartaal / 3.30 — per maand / 1.25. Voor Kngeland en Franfcryk Frs. 27.50 per jaar — i'rs. 7.50 per kwartaal — Frs. 2.75 per maand. _< i : . Hoofdopstellor : • Mr. ALBERIK OESWARTE Opstelraad s CYRIEL BUYSSE - RENÉ DE CLERCQ - Mr. LODEWIJK DOSFEL Mr. JAH ESGEN. - ANDRE DE RIDDER Voor ABONNEMKNTEN wende men zich tôt de Adminiatratie van liet blad : PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. Yoor AAXKOXDIGINGEN wendo men zich toi de Firma J. H DE BUSSY, ROKIN 60, AMSTERDAM. A DVERTENTIES : 25 Cents per regel Korte Inhoud. Je b I a d z ij d e : J)& Monsçh in oorlogstijd. — Bcnc de Clercq. Kleiue Kroniefc. Prof. Bédier en do Duitschers. — A. J 2e. b 1 a d z ij d e : lîifc het Vaderland. Onze militaire geneesheereu. Ûit do Kampeu. Laster over de inriclitirig der Karapen. De Woudernacht. (3). — G. van Bvggcn-haut.3e blad z ij de: De Europeesclie Oovlog. îelegrammen en berichten. Een Belgisch lioekje. 4e j) La d » ij;d e: Resiirgam. — L. van der Suuaelinen. Voor de Uitgewekenen. Eugen Kucken. — llics Kicvits, Kunst. Brievenbtis. Belgische vermiaten. Kouing Albert. — Emile Yerhaeren. Uit Ivoning Albert's Boek. Financiën. k Meusch in Oorlogsiijd. Eôn bceld cari België in Septcûiïbenndarid 191 lit oorlogsiijd, Avkar de gcniunraeidé 'soldait iri. de algehe.ele ' breede legcrsbeweging maar weiuig telt, wordt ook het nietvechten-de individu tôt ma-ssameusch. Yeel vexliest vcol krijgt zijn echtë gedaante. Vanàaar dat srrillige, koortsige, ' zenuwachti'gs, dat, nu es us langzaam giatend, dan weer met schokjken opkomend jagen en gejaagd zijn, waarvan ook de kalniste met mcei'te zijn cigen vrijhoudt. Wordt blijde tijdipg gê&eind, in straten en op marktpleinen is het al gewoel en ge-juich. Vlaggen wapperen, scharen zingen. Elke maii eischt een geweer ! Komt» triestig bieuwsj de menigte staafc siil, zwijgend, radeloos. Vlaggea verdwij-i:en, vrouwen schreien ; helden worden raar. Temet slaat augst over tôt woede, zak-kend weldra tôt ongeduld en achrik. 2oo vcortdurend is het beweeuenswaardige dichtbij, dat de akoligste aardigheid plotse-ling kan aanzetten tôt on\7eerstaajobareij, pijndoenden lach. lu dezelfde orde van het onwaarschijnlijk \oorkomend natuurlijke staat het feit dat dure tijd gewoouiijk aanvangt met een min- , der zuinig verfcruik van îevensmiddele», i zoodat namende schaafi'ôhhcid den schijn aanbiedt van overvloed. De schaarschte van het geld maakt allerlei weeldewaieu goedkoop ; de vrecs ze niet langer te kunnen voeden beweegt den landman veo en gevo-gclte in overgroote hoeveelheid ter markt te voeron ; en den indringenden vijand v;ordt cr waarachtig geen drop wijn, geen bicodkant gegund. Ook het geschrijf lijdt aan tei weinig en te veel. Hce schijnt de waarheid het dikke geweefsed der leugens door ? Allea ijlt in het onzekere. Landen en vol-keren, vreo'ndeling en gebuur, recht en be-schaving, plicht en cer, beikijken we sleclits van éenen kant, wat tôt nieuwe, soms heer-lijk eopvattingen leddt. Globaal schat men en prijst, oordeelt en veroordeelt. Op het besluit volgt de rasse daad. Met den kwade moet de goede het cntgelden. Ondanks aile doorzdcht en kraclitdadig optreden der bevoegde overheid wankt de menigte tusschen vertroawen en argwaan, afhankelijk al te zeer van wisselvallig voor-aeel ea verlies. In dergelijke omstandighe-den kan. geen maatregel zoo doeltreffend beeten of overspanning en overdrijving voe-ren tôt misbamik. Zelfs het heiligste gevoel der menschheid heeft, in de worstelstroomingen herwaarts en deewaarts, een zwaren kamp te door-staan. Tea*\vijl waarachtig edele godsdienst-zin daarnit gelouterd te voorschijn t-reedt, raakt de z\vakke meening verdwaald tus-achen twijfel en bijgeloof. Doch, troostelijk, boven al dat scheuren-de, dat heen- en weerslingerend ongewisse, boven uifc- en inwendigen rampspoed, zege-viert een alleshereenigend denken, een al-ovenvinnend opperste daad : de vrome va-derlandsliefde, nooit zoo krachtig als in dagen van nood en gevaar, de vaste over-tujging van gansch een volk ; dat aile per-soonlijke, erf en liave, geest en blœd, zon-der aarzelen in trotsohe trouw dient. opgeof-hrd voor lieb behoud en het welzijn der Mii*. $£$£ DE ÇLBRÇg. Kleine Kroniek. Prof. Mgr. Noël van Leuven over België's toekomst. J ii ,,'DœUy 1Vcîvs <b Leader" schrijft Prof, Noël een opstçl, dat we hier in 't kort op-ncpïen...Dat België's toekomst niet van haar zelf afhangt spreekt vel van zelf : deze zal onver-mijdelijk liet gevolg zijn van de tegonwoordige militaire operaties. Deze toekomst zal lang niet dezelfde zijn bij eeno overwinning der Duit-.schers als bij eene der Bondgenooten. Doch ■Nergeten wo niet dat deze toekomst ook zeer zal afhangen van de onmiddellijkc loop en ônt>vikkeling der operaties, die een zeer belangrijken in^•loed op haar znllen doen gelden. Inmiers iederen dag langer van Dnit-sche bezetting beteekent voor haar meer lij-den.Bovendien ve.et nie m and hoe een eventueel teragtrckken der Dnitschers zou verloopen en wat zij znllen achterlaten aân bevolking en aan bronnen van welvaart en onderhoud voor dit lund. IVÏaar naast de militaire en de diplomatiscbe t'actoren, de eene nog onbekender dan de an-dere, haast ook den oconomisehen factor, is or oeïi zeer belangrijke, n.l. de .psychologische factor. Kennen wo oenniiial de geestelijke en ver-standelijke kraehten van iemand, dan knnnen we daarnit. afleiden hoe hij de beproevingen ral' doorstaan, hoe hij zal slagen in. zijn plan-non, en ivelko taak men hem zal mogeu toe-vertrouwen.Een groot moreel succès mocht België door zijn lijden booken : het algomeen medelijden der "\yereld ! Niet dnkel kraçlit tçlt .heden ton dage mode! De dag van het recht zal eenmaal komen en dan zullcn ethifsche factoren ovor-wegen. Schrijft niet Generaal von Bernhardi <lat liet boter is vérslagen te Trorden dan niet te hebben ■weerstaan ? ^'lamingen >n AV'alen willen vrijHeid'. Vroc-ger was het bestaan van een Belgische zie! zeer tw jjf,ela<.'J\t.ig. 'Het neiitralitçitsverdrag van 1839 had voor haar voor- inaar oôk, éù zeer zekor, fcal van nadeelon. Dp Belgische gezichtseinder vierd er door verkleind tôt de cigen grenzen. België kon en mocht .zich niet vrij een plaats bepalen te inidden dor omringeride landen. Bovendien liet het deu Belgen verget'éii,. dat België's bestaan van hen en hnn vrijen wil afbing. En toch bestond deze .wil vol gens mannen als Pirenne door de een won heenî Alleen zou hij sinds 1830 een meer tastbare vorra aangenomen hebben. Het taal- en rasverschil heerschte ook vroe-ger, doch was geen bezwaar. Deze oorlog zal dergelijke verschilleii zeker verminderen. Bovendien zal België nu in Europa een roi te spelen krijgen. Het nentraliteitsverdrag is niet langer noo-dig : België is mondig gewordén. AVelke roi echter zal België moeten spelen? Dikwijls dacht men reeds aan een staat van overgang tusschen twee groote beschavingen. Prof. Xoël waarschuwt de Engelschen hier eerst de Belgen niet te oordeelen naar hen die in Engeiand vertoeven : deze zijn of zeer cos-mopoliet of geheel onbekwaam in vreemde taal, zeden en vollœren zich te bewegen. Bovendien, zegt hij, de meest onergieko Belgen vertoeven of in het leger of in België zelf! Dan herinnert hij er aan wat Vlamingen en "Walen al gepresteerrl hebben aan werk, nij-verheid, kunst, enz. En vooral moet de Vlaamsche kunst genoemd worden! Do Vlaming en de Waal hebben zeer veel ,,gôod senise", een logischen geest. een vrije denkwijze, dio hen in staat stellen zéér veel te wrochten. Prof. Noël zegt vooral deze goede trekken niet te vergejen, wanneer men den Belgen tuchleloosheid. matérialisme, gémis aan ver-fijnde beschaving verwijt (dit doen de Engelschen blijkbaar zéér sterk in ailes doorschij-nen!). Deze gebreken — zoo gaat Noël verder — zijn de viuchten van de tallooze verwoestiu-gen, waaraan het land in de geschiedenis bloot stond. Mgr. Noël noemt verder als bewij^ van de standvastigheid dor Vlamingen on "Walen bun aanhankelijkheid aan de Roomsch-Katholieke leer." Ons schijnt dit voorbeeld een beetje een-zijdig.' Schrijver had ook de groote aanhankelijkheid der Vlamingen, als volk, aan hun taal kunnen aanhalen ! Oe Ovenkoek op den Ouden Wal bij Thielt. Uit de Vlaamsche Folklore deze overlevering... Tusschen Thielt en Ruisselede in West-vlaanderen ligt een "gehucht de Oudc Wal genaamd, waar eertijds een prachtig slot, waarvan thans alleen nog eenige grondvesten over zijn, oprees. In de buurt gaan allerlei verhalen over het sloopen van den Ouden Wal. maar over wat daar jaarlijks op Goeden Vrijdag voorvalfc, zijn al deze verhalen het eens- Duidelijk hoort men daar op Goeden Vrijdag een gerucht opstijgen uit den grond, alsof een daarin verborgen trog gaschraapt werd. Ook ruikt het er, alsof er „oven-koeken" gebakken werden. Nu gebeurde het eens, dat daar een boer -voorbijging, wien het water zoo in den mond kwam, dat hij uitriep: ,,Vriendenlief, wie ge ook zijt, geef me een ovenkoek!" Nauwelijks waren deze woorden gesproken, of daar steeg uit den grond een ovenkoek naar omhoog, die recht in den boer zijn handen viel. De gulzigaard deed een gretigen hap, maar nauwelijks had hij zijn tanden in den koek gezet, of hij verdween in de donkere diepte. Wee hen, die op Goeden Vrijdag ovenkoek etenî Praatjes voor Turken, Onder bovenstaond vcrtoald opselirijt voi den wij in den ,,Figaron van S dezer liet vo gende artikel: ,,De Duitschers bediencn zich van de Tu ken, doch verachten ze. Zij verachten lie zelfs zoo sterk als wij niet konden vermoedei en beschouwen alleu (uitgezonderd liun b< ta aide handlangers, die het met lion eens zijn als domkoppen, in staat oni geloof te slaa aan de dwaastc. nialligheden. Wij hebben or de bewijzen van in de volgend uittreksels uit dagbladen. voornamelijk i Klein-Azië verspreid. doch t© Konstantmopi gere<ligeerd in cen Duitsch bureau, dat opg< vicht is om de Turken ,,iiv te lichten" ovç de krijgsgebeurtenissen. Ziehier een uittreksel uit de ,,Terdjinan-\ Afkin"' van 6 December : ,.Dc rede, verleden week uitgesproke door Zijn lslamietische Majesteit "Wilheli II, op den troon in de onde Kamer va bot b'ransche Parlement, is een onverget» lijk dokument van zijn groote daden. Oit nngd floor de overwonnonen, bood hij zij keizerlijke hand te kussen aan aile ouc afgevaardigden van de Fransclie Kamei \\ier harton ontroerd waren door d grootschheid van Zijn Islamictisclie Ms josteit." Zijt niet ook gij getroffen door het verlia; van dit verteoderend tooncel, waarin on? naast zijn intrede te Parijs, de geloof s veramh ring van den Keizer tôt het Islamisme word onthuld, geloofsverandoring, waar voor hij zic wel waciit die ter kennisse van zijn onderdano te brengen, voor wie hij voortgaat, den oude Duitsebcn God aan te roepen. Doch ^'ilhehn is niet sleclits bekeerd, bij bc keert. ^len leest in de ,,Djerideh-Y-Shai keych" van 8 December: ,,Volgens een radio-telegraphisch tek gram, aan het Duitsche bureau uit Belgi ontvangen, hecft de gansche bevolking va .. , ..het. nieuwe grondgebied, door de D.uit fchers «ver over d. den eed van trouw aai Zijne lslamietische .Majesteit gezworen De Bel^isclie bevolking van aile klassci wendt zich bij duizendtallen tôt de Duit sche beambten en I>ekeert zioh tôt het war lslamietische geloof. De Belgen vervor men volgaarne hun kerketi tôt 3[ahorae daansebe tempels. Dat hun goede voor beeldru çevolgd mogen worden door ander ongeloovigen. Eu. dan deze medodeeling, waaruit wij ver nemen, dat de bekeering van den Kaiser zic] heeft uitgestrekt, tôt eon onrustbarenfle] graad ; zij is van de ,,Hanumlar Ghazettaseh" ..De haro m van Zijne lslamietische Ma josteit il hel m JI en de harems van zij j stafofficieren zullen in het begin der lent te Constantinopel aankomen. Tien de grootste bemachtigdo Britsche dread nouglits zullen den keizerlijkèn harem uit geleide doen.'' Nu komt een militaire mededeeling. Di ,.Sabah ' van den 3den December publiceer het volgende drajidlooze telegram, op het Duit sche inlichtingsbureau ontvangen ; „Den lsten December zijn 25 Duitsclv ballons te Adrianopel aangekomen en heb ben het lste Ottomaanscho legerkorp naar zijn bestemming gebracht. Wij ge looven, <lat de soldaten van den Osmai den ongeloovigen een verpletterende nedor ^ laa<; ziîlleu toebrengen." En thans liet volgende, waaruit wij leeren waarom Duitschland zich meester maakt vai al liet gond, dat het bij zijn landgenooten ei bij de reizende vreemdelingen kan vinden — het is een telegram, den lOden December dooi het Duitsche bureau rail Constantinonel ver spreid : ,,Volgens eon radiotelegr'am uit Amster dam heeft de Britsche regoering aan Ziir lslamietische Majesteit 2000 ezels, mei goud beladen, aangeboden voor liet geva Jiij er van af zou zien, Haar machtig( vloot tegen Londen op te zenden." De redaktêur van het Duitsche communicnn vergeet zijn Turksche lezers het voornaamst< meclo te deelen : ..dat al do met goud beladei ez^-Is uit Constantinopel kwamen" Tôt zoorer „Le Figaro". Hadden wii ^eer gelijk met de Turken ,,les Allahmands5' te noe men ? Het Herbouwen van de Belgische Steden. Door toedoen v.an den heer Senator V i n ck, die zich speciaal bezig houdt met het vraagstuk van het herboiiwen der Belgische steden zal in Den Haag over eenige weken plaats hebben een vergadering van personen, die in deze quaestie belang stellen. De agenda vermeldt : 1. Verslag'van de Averkzaamheden in België. 2. Verslag van de Londensche Conferentie. 3. Verslag , van de werkzaamheden in Nederland. 4. liet aanknoopen van de noodige connecties. Helge Hostrup en het 3elglsch standpunt. De Deensche publicist Helge Hostrup, wiens geloof in een wereldvrede door den oorlog is verloren gegaan, heeft op ver-zoek van de redactie van het iadicale ,,Nordsjaellaudske Venstreblad" zich nader daarover uitgesprokeu. ,,Velen onder ons" aeide Hostrup," hadden het vast geloof, dat traktaten bmdend waren als het woord van een eerlijk man. Wij-geloof den dat, als wij onszelf maar in aclit namen en niet de minste aanleiding gaven om over ens te vallen, wij ustig <îe toekomst konden tegemoct zien» Nu ethter i?î ons geblekeji, dat niet govraagd worclt -naar de politiek van een land, miar naaï * zijn ligging. Ligt het in den weg, dan gaat - de oorlog er-oyer Locn, zonder t° letten op Kultuur, vredelievendheid, vlijt. bekwaam-heid. Velen onder ons zijn thans ongetwij- j j" feld gaan inzien, dat het verzekercle be- | staan van een land kan gaan afhangen van j . de achting die het zich in Europa verwerft u bij het handliaven van zijn onafhankelijk-t, heid. Volkomen ben ik het eens met den Zweedschen sociaal-democraat Br anting ) in zijn bewondering voor den strijd van Beî-u gië. Ik ben geneigd te gelooven, dat, "hacl België, tôt groote schade van de geallieer-' den de Duitschers zonder strijd doorgela-,j ten, het gevolg daarvan zou zijn geweest, dat het ten flotte ofwel door Frankrijk, of-r wel door Duitschland zou zijn geannexeèrd. Thans echter bestaat de hoop, dat het'op- - nieuw zal herstelc.1 worden. u n ii De Noderlandsche neutraliteit en de ,,Temps". ii De Temps, wel zoo ongeveer het meeet - gezaghebbende Fransche blad, heeft een hoofdartikel over de neutraliteit van Ne- ô derland. Men weet, hoeveel onwaarheclen over onze houding in den oorlog de Fran-I sche pers heeft meegedeeld, in het bijzon-der over het doorlaten van Duitsche troe-. pen die naar België trokken. Hoe taai clie t legende ondanks aile tegenspraak nog is, li blijkt niet alleen uit een bericlit dat vrij 1 onlangs la zen, dat in het zuiden van Frank- * rijk deze leugen, hoe dikwijls ook, zelfs offi-cieel. tegengesproken, nog altijd geloof d i wordt, het blijkt zelfs uit dit overigens wel- * willende artikel van de Tèmps, die nog - schrijft, dat ,,al6, in het begin van den a oorlog, twijfel (aan onze neutraliteit) tu i recht of ten onrcchte heeft. kunnen rijzen", - Holland aedert zoo' duidelijke bewijzen heèft 1 gegeven, dat het neutraal wil blijven, dat ' men de loyaliteit van zijn houding niet meer kan verdenken'5. Tôt een erkenning 3 dat men die houding ten onrechte lieeft . verdacht, heeft dus ook do Tenrps zich nog - niet kunnen opwerken ! Maar overigens kunnen wij met dit arti-? kel vrij wel tevreden zijn. Het blad vertaalt een deel vau de rede, die minister Cort van ~ der Linden onlangs in de Tweede Kamer j hield, eindigende met de woorden : Wij moe-; ten geveed zijn onze rechten met daden - te verdedigen, en concludeert. dan: i ,,Dat is duidelijke taal. Zij bewijst, dat - het heldhaftige voorbeeld van België voor Holland niet verloren is, (tusschen liaakjes : wij hadden daar'toe anders geen voorbeeld noodig !) dat de regeering in Den Haag 3 een opvatting heeft van neutraliteit, die 5 geenerlei schuldige toegefelijkheid, geen - moreel abdiceeren voor brutale bedreigingen toelaat". Maar verder wijzen wij op dèze v oorden : .,Men mag van neutrale sta-ten niet anders eischen, dan dat zij hun nationale belangen op loyale wijze in over-eenstemming zullen brengen met hun internationale verplichtingen". In het licht van die woorden willen wij ook den slotzin zien van deze periode in liet artikel van den Temps, den zin waarin het blad zegt, dat de woorden van minister Cort van der Linden een bij -zonçlere beteekenis krijgen op het oogenblik dat Duitschland dreigt door zijn onder-zeeërs neutrale koopvaarders in den grond i te boren in zeeën, die het tôt ,,oorlogsge- * biecl" heeft verklaard. ' Maar in elk geval, aan onze neutrale liou- ! ding op dit oogenblik twijfelt het Fransche ; blad niet. Mogen zijn woorden in heel , Frankrijk gehoord en geloofd worden ! • Nog over Altruisme, In het nummer van 4 Februari 1.1. van de ..Vlaamsche Stenv!; zoug uw medewerker G. Kaal den zeer verdiendeu lof van den hecr Si-mons de Iluyter, llijks-politiecommissaris te Amsterdam, zoo zeer aau de Belgische zaak verknocht. In een der laatste algemeene vergaderingen van de Union Belge" heb ik zelf verslag uit-gebraeht over de onbaatzuchtigo toewijding van dezen uitstekenden magistraat, maar heden ben ik zoo gelukkig eens te meer het pu-bliek in te lichten over een nieuwcn en belangrijken dienst, door den heer Simons de Iluyter aan de talrijke en ongelukkige Belgen die naar het vaderland terugkecren. bewezen. De Duitsche Regeering had liet kostelooze vervoer van vluchtclingen op de lijn Esschen— Antwerpen en Esschen—Brussel opgeheven, iets wat onze ongelukkige landgenooten verplic^hte tôt een gedwongen uitgave van 3.20 fr., die voor velen onder hen meer dan onwelkom was. Mijnheer De Ruyter, als altijd even medelij-dend, wendde bij de bevoegde Duitsche over-hoden bescheiden stappen aan, en het was met de grootste vreugde dat hij ons hedenmorgen om halfacht, terwijl hij als naar gewoonto een groot aantal naar België vertrekkende vluchte-lingen begeleidde, aankondigde dat hij er in gelukt was den bezwarenden maatregel voor al onze arme Belgische vrienden, te doen intrek-ken ; iets waarvoor zij hem zeker zeer dank-baar zullen zijn. Zulke .toewijding is. waard vermeld te worden,£UY. .VOMBERG, Prof. Bédier en bel Duitsche leger. Les crimes allemands d'après des tcrn.oigtiagcs allemands — Parijs, Librairie Armand Collin, 1905. * Prof. K r. Xyrop. de ibekendc Deensche Hoog!»>eraar in de Bomaansche Philologie, schrijft naar aanleiding van de bovenstaande brochure van prof. Bédier in liet Deensche blad ..Politiken"' het -volgende: „Gisteren gewerd mij uit Parijs een wei'kje, dat niettegenstaando zijn geringeu oiuvang, ougetwijfeld groote belangstolling zal wekkon *?7i gelezcn zal woidou in de gefheele beschaafde woreld. Het is geschreven door prof. Bédier en lieet: ,,Les crimes allemands d'après c»?s témoignages allemands" (Duitsche misdaden •in het licht van Duitsche getuigenissen"') ; mot illustraties en tekst b?«slaat het sleclits 39 kleine bladzijden. Volcloende is in den titel de bedoeling van den schrijver weergegeven n.l. om met behulp van anthentieke Duitsche doku-menten de Duitédhers zelf te laten bewijzen, dat zij zich werkelijk hebben schuldig gemaakt aan de gewolddaden_ die hun worden i»m las te gclegd on die zij eerst hebben ontkend. •Joseph Bédier is Hoogleeraar in de Middoleeuwscîbe Fransche Littcratiuir aan het ,,collège de France". Hij is een der fijnzinnig-ste on A-oornaaniste ^"e r tegen woo rd i gei's van liet. moderne Fransche geestesSî-ven, en ganiet groot aanzien als geleercle, zoo^el in Europa als in Amerika. In de oerste plaats is hij een leerling van Gaston Paris, wiens M«>ten-schappolijken arbeid en praetisch onderwijs hij voortzet. Maar hij heeft ook in Duitschland gostudeerd onder prof. H e r m a n n S u-c'hier in Halle; trots zijn sterk uitgesprok»3n Fransch temperament. vertoont zijn work dan ook in velerlei opzicht verwantschap met de Duitsche wetenschap. zooals ook zijn *>legante woning t<a Parijs steeds open stond voor Duitsche coRegS's. Ma? r Bédier i> luiet alleen cen geleerde, or zit in hem ook iets vaïl »?en dichter, en zijn mooie bewerking van het oude liefdeverhaal ..Tristan en I^elde" heeft hem in en buiten Frankrijk duizenden en nogmaals duizenden lezers verschaft. Thans heeft de oorlog ook op hem een- beroep gedaan in ziju hoedanigheid van historicus en hand'schriftkundige. De .Re-jeeriug heeft al de dagboeken, waarop zij bij Duitsche soldaten bosla.g heeft gclegd, tôt zijn besohikking gesteld. Een kleine keuze daaruit h^eft Bé>dier critisch onderzoclit en thans ligt li.'t résultait van zijn studie in dit werkje xôôv on.s. De dagboeken werden door hem af-igesclireven, vertaald en gecommentecrd, geheel zooals met oudo_ historiseh»?. dokumonten goschiedt. Ter zelfder tijd publiceert hij.- op-dat ieder in staat zou wozen zijn arbeid te icontroleeren, facsimilo's van de door hem be-nuttigde dokumonten. Bij voorbaat. is hier, dus aile twijfel uitge«loten ten opziehto van de benuttigde getuigenissen ; looehenen is onmo-gelijk. Ooçgetuigen zijn hier aan liet woord, en de«e ooggetuigen zijn Duitschers. Zij ver-tellen wat zij zHf of hun kameraden hebben gedaan en Bédier voorziet hun verhaal van een doorloopenden conunentaar, waarin hij aantoont, dat niet alleen voortdurend inbreuk "u ordt gemaakt op het volkenwcht en de Raag-sche conventios, maar ook gezondigd wordt tegen de allerelementairste menschelijke veftten. Als in een wetenschappelijke verhaudeling, wordt ailes kort en nauwkeurig vastgesteld. Zoowol het materiaal als de interpretatie zijn evén onaantastbaar. De bijzonderheden die de Duitsdhe soldaten meedeelen omtrent hun eigen gewelddaden zijn ijzingwokkend. Nader zal ik er hier niet*over uitwijden. daar het, | naar ik meon te weten in de bedoeling van de : Fransche nitgeefster ligt, in de. verachdllendo landen vertalingen in het licht te zonden ; het plan mc»?t dan ook bestaan, een Deensclio ver-taling te bozorgon. Om den lezer eon denkbeekl te geven van den rustigen weto<nschappelijken toon waarin do brochure geschrevon is. geef ik hier, eenigs-zins verkort, de inleiding van don schrijver weer : ..Ik wil bewijaen dat de Duitsrhe légers niet gelieel ontkomeii kunnen aan de bescliuldiging, dat zij soms het volkenrecht hebben gesclionden, en ik wil dit- doen op de goede. oiîde. Franseho wijze, met behulp va7i degelijke dokumenten. Ik zal alleen gebruik maken van betrouw-bai»3 teksten, die nauwkeurig door mij zijn. ge-oontroloeitl en tôt in kleinigheden kritisch on-derzocht, even ge weten svol en grondig als ik vroeger, in rrediger dagen, de bvtrouwbaar-heid van een oude kroniek op de echtheid van een dokument behandelde. volgende bladzijden zijn gesohreven voor iedoroen : 'zoowol voor den toevalligen, onver-schilligen lezer als voor de vijanden van mijn land. Mijn wensch is, dat de eerste de l:»>stc die dit boekjo opent, sleclits dokumonten daarin zal aantreffen. waarvan hij onmiddellijk de < echtheid iri^f eigen oogen constateeren kan, voor zoover hij oogen heeft om te zien, — zooals ook hun sohandelijk karakter onmiddellijik zijn hart , zal treffen voor zoover liij altlians een hart liezit. Mijn wensch is geweest, n:» t alleen dat mijn dokumenten echt zouden wezen, maar ook dat zij komen zouden uit de boste bron. Het i-s zoo gemakkelijk aan te k lapon ; 7,00 moeilijk ecliter, te bewijzen. Voqr de oorlogvoerende macliten is liet niet î^oedlijk tegen den vijand een groot aantal getuigenissen te verzamelen, waaraclitige of liedriegelijk»-'. Echter, zelfs waar deze bijeen zijn gebracht door de lioogsto anibtcnaren, en onder de scheipste contrôle, blijvten zij in zekeren zin ondoeltreffeud. zoo-lang de tegenpartij geen gelegenheid heeft ge-had er tegimsprekelijik op in te gaan, en het dus ieder vrij staat ze voor oirvaar te houdefn of altlians voor gedeeltelijk aantastbaar. Vandaar dat ik mij wel wachten zal hier gebruik te maken van Fransche en Belgische ge tuigenissen, hoezeer ik er ook van weet dat zij waar zijn. Ik lieb gewild dat de getuigenissen waarop ik mij beroep, van Kulk*?n aard zouden zijn, dat geen enkel mensch, ook niet in Duitschland, zelfs maar zal kunnen beproeven ze to verwerpen. De Duitsche misdaden wil ik bewijzen met Duitsche dokumenten. Hoofdzakelijk zijn deze dokumenten ontleend aan de oorlogBdagboeken, d'e paragraaf 7-3 van lier. Duitsche Dienstreglemeiit in Oorlogstijd, de soldaten aanzet in het vold te houden, on die wij, in verbàjnd met de vierde paragraaf in de Haagsdlie Conventie van 1907, bij krijgsge-vangenen in beslag hebben genomen. Het aantal van deze dagboeken stijgt voortduiencl, en ik hoop dat zij eenmaal, toi sticliting van liet algeaneen, aan de Nationale Bibliotheek zullen worden geschonken om te worden bewaard in, <.'•> afdeeling voor Duitsche handschriften. Voorloopig heb ik slechts een vijftigtal er van onderzocht. Voor mijn doel volstond dit aantal. Het bijeengebraclite materiaal ^ ordt Mar-kies de Dam pierre, een oud-leerling van de ,,Ecole cles Chartres" ter hand gesteld, die van regeeringswege al deze dokumenten zal onderzoeken, copiëeren en uitgeven". I11 aansluiting met de aankondiging van prof. N y r o p, latrn wij ten slotte het vierde lioofd-stuk yolgen uit deze merkwaardige brochure : ,,Dikwijls kwam het voor dat een Duitsche iroep< die een stolling wilde vermeesteren, burgers, manr»3n, vrouwen on kinderen, voor z.ich uitdreef en op die wijze Kich l>eschutte aehter een Jevend schild. De geheele krijgslist '>eetaat in het speculeeion op de groothartig-hei.d van den tegensta,nder eu komt feitelijk lieej" op te zeggeii : ,.Ik weet dat gij op deze ongolukkigen niet schieten zult ; ik lieb u dus in mijn macht; gij zijt ontwapend, omdat gij xuinder laf aij.t dan ik". Een dergelijke go-dachtengang behelst een hulde aau den vijand, maar is tovons zoo vernederend voor wie hem volgen, dat het nauwelijks denkbaar is dat soldaten or naar zouden handelen. In do lange reeks 00it door menscb»3u gepleegde laag-lieden is een dergelijke krijglist dan ook een nieuw verschijusel ; zelfs het afschiiwelijkste ritueel van de JMiddoIeeuwsehe penitenties maakt va.n zoo iets geen •meldriing. Vandaar ook dat ik. boon ik de Fransche, Belgische en En-gelfeelie verhalen las, waarin don dergelijk*} praktijken worden toegeschrevoti, lang lieb getwijfeld — ik moet het bekennen — zoo niet aan de waarachtigheid, dan toch aan de beteekenis A-an die getuigenissen. Het kwam mij voor, dat hier sleclits sprako kon zijn van misdaden door laagstaan.de offieieren gopleegd, • individiieele -wanbodrijven d:*> de natie als zoo-danig niet ontee.ren, daar de natie, indien zij er kennis van kreeg, ze veroordeelen 'zou. Maar hoo kan ik eraan twijfelen, dat de Duitsche natie i*tegendeel deze ploertige daden a-ls daden harer waaixlig aanvaardt, dat zi.j er zich in erkent, dat zij er l>ehage-n in schept, als in een der lx>roemdste bladen uit Duitschland. in do ,, Miinohener Ncuesten Nachrich-ton" van Wcensdag 7 Octolier 1914 (Nr. 513. A'oraibendblatt, blz. 2), het volgende verhaal prijkt, van de hand van Oberleutenant A. E b e r 1 e i n? *) Imitenant E'berleiu verliaalt de l>ez»>tting van „Sant-Dié", eindo Augustus. Nadat hij aan het hoofd van een afdeoling de stad was binnengereden, ^ord liij genoodzaakt, in afwachting dat versterking opdaagde, zicli. ' in een huis op te stellen. ..Wij hadden" schrijft hij, ,,drie burgers ge-yangien genomen. Toen kreèg ik een-prachtig idée. Zij werden op stoelen gezet en hun worcl te verstaan-gogeven dat zij moeston gaan zit-ten in 't midden van de "straat. Haudenwrin-gen on smeeken aan deu eenen. een paar kolf-slagen aan den anderen kant. Langzamerhand wordt mon vreesolijk hard. Daar zitten ze nu buiten op de straat. Hœveel schietgebeden zij hebben gedaan weet ik niet, maar gelieel den tijd vouwden ze kra.mpachtig de handen. ,.Ik bcklaag ze, maa.r het middel helpt da-dedijk.,,Hot scliioten in de flank uit de huizen ver-flauwde onmiddellijk. Ook Biet huis aan de overziide konden wij nu bezetten : zoo l>e-lieerschten wij de . geheele hoofdstraat. Wat zioli van toon aan nog op straat. vertoonde, werd neergovsohoten. Ook do artillerie deed intusschen flink haar werk, on toen tegen ?•>-ven uur 's avonds de vijand tôt den stortû aanrukte 0111 ons te bevrijdon. kon mijn rapport luiden : ,,Geon vijand meer te Saint-Dié". ..Zooals ik* later vernam, heeft het... Reserve-Regiment, dat noordelijk van ons Saint-Dié binnenrukto, gelieel dozolfde eiTaringen ge-liad als wij. De vier burgers, die ook door hen in hot midden van de straat werden geplaatst, werden echter door de Franscllien doodgesolio-ten. Ik bob hen zelf aan liet ziekonhuis te midden van de straat zien liggen". A. J, 1) In de serie .,Etudes et document^ sur Ta guerre", uitgegeven door een spéciale comniis-sie waarvan leden zijn do ge'eorden : Ernest L a v i s s e, Henri Bergson, Gustave L a 11 s o n. Charles Seignobos, Joseph B édie r, Emile D u r k h e i m, J acques H a d a m -a r d. A n d r é W © i s s, E r 31 e s t Denis, Charles Andler en Emile B o u t r o u x. 2) De brochure behelst het fac-similé in den tekst van het knipsel uit de ..Munchener .N e uesten N a chrich ten ' '. isreeg Zie onze telegra^^- <>p order van cht naar **ot- en iaatste legerberichten op de derde ^ladzîjde.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Amsterdam du 1900 au 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes