Gazette van Gent

3157 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1914, 17 Juillet. Gazette van Gent. Accès à 26 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/2b8v982s1c/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

JAAB. — N' 164. — B. 5 OENTIEMÇN VRIJDAGK 17 JULI 1914 GAZETTE VAN GENT OSCHRIJVIHGSPBIJS : VOOR GENT : VOOR GEHEEL BELGIE : Een jaar fr. «f-Og Een jaar fr. 15-00 6 maanden > 6-50 6 maanden » 7-75 3 inwnden, . . • • * 3-50 3 maanden • • . • • & 4*00 Voor Rolland : S frank per 3 maanden. Voor de andere landen : fr. 7-50 per 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gestlohf In 1667 [BCURZEN-COURANT). BjeSSTUUR ES BEDACTI1 VELDSTRAAT, 60, GENT De burbcîcn eyn open van 7 ure 's morgends tôt 5 ure '< avonds, TKLBFOON nr 710 De inschrijvers buiten de stad Gent moeten hun abonnement nemen ten Postkantoore hunner woonplaats. BU1TENLAND. nederland. Tramstakiflg in Den Haag. De tram-staking duurt nog altijd voort m Den Haag. . , De stakers ontvangen ruimen steun van aile kanten ; men voorziet dan ook dat zi.j het minsteiis een maand zullen kunnen uithouden. Daar er in Den Haag een sterke stroo-ming is om de tram als gemeientebedrijf uit te baten, is men benieuwd te zien of de gemeente van deze gdlegenheid zal gebruik maken zoo de staking voort-duurt.frankrijk. De moord op den heer Calmette. — Een Parijzer blad deelt, beknopt, den akt van beschuldiging mede die maan-dag, na de opening der detoatten, in de zaak Caillaux zai voorgelezen worden door den procureur generaal. Na de feiten der zaak uiteengezet te hebben, legt de procureur generaal _er aich op toe aan te toonen, dat mevr. Caillaux met voorbedachten raad hand'elde. De beschuldigingsakt gewaagt verder van den persoonlijken veldtocht door den heer Calmette tegen den heer Caillaux gevoerd, veldtocht die tôt in het intiem leven doordrong. Zij zet verder den gee&testoestand uiteen van mevr. Caillaux, die haar echtgenoot bemint en die angstig was dat er nog meer brieven eouden openibaar gemaakt worden ; te-vçns wijst zij er op dat het moordplan zich zeer gemakkelijk in haar geest vast-zette, haalt de wijze aan waarop zij hare misdaad voorbereidde en de koelbloedig-lieid, waarmede deze werd uitgevoerd. Bij gevolg wordt Rainouard, Geneviève-Joséphine-Henriette, echtgenoote Caillaux, beschuldigd, op 16 maart 1914, te Parijs. een vrijwilligen manslag, met voorbedachten rade, gepleegd te hebben op Gaston Calmette. Steeds inzakkingen. — Gisteren deden er'zich te Parijs andermaal drie inzakkin-gen op den openbaren weg voor : op den ïioek van den boulevard Malesherbes en va;) rien boulevard Hauss-mann, in de rue Belliard en in de rue Eugène Carrière. Persoonlijke ongelukken hadden niet plaats. Onmiddellijk werden de noo-dige maatregelen getroffen. |j|De> zaak Deperdussin. — Gisteren avond zou de Parijzer onderzoeksrech-ter de heer Hirsch, Deperdussin onder-lfcoren. Do advocaten waren reeds aan-■fezig, doch Deperdussin wilde het ge-vang niet verlaten : hij was ziek, zegde hij j Daar do onderzoeksrechter nu in ver-lof gegaan is, zal de aangehoudene maar eerst op 3 september aanstaande onder-hoord worden. vji Viif moorden In drie maanden. — De onderzoeksrechter Pamard heeft, naar luid uit Parijs, naar de assisen verzon-den : Devleeschouwer, thans ergens1 ifr Belgie verblijvend, Dubré, Milan en Car-zon, beschuldigd van vijf moorden gepleegd te hebben, vanaf 5 januari tôt 5 april, te Saint-Ouen, te Genevilliers, te Nanterre en te Vannes. Zelfmoord. — De 18-jarige Thei-esia Masoni, deelmakend van een troep acro-baten, in een çirk te Amiens werkzaam, gisteren aldaar zelfmoord gepleegd door uit het venster der kamer, die zij betrok, te springen. onSelukkige pleegdei die wanhopige daad na het ontvangen van een brief waarin haar gemeld werd dat haar ver- loofdei, die in Italie gebleven was, haar bedroog. De bewapeningen. — Van 1875 tôt 1895 hebben Frankrijk en Duitschland de som van 14 1/2 milliards verteerd voor de be-wapening en voor het leger. Van 1896 tôt 1912 heeft Duitschland 16 milliards 875 millioen uitgegeven en Frankrijk slechts 11 milliards. Eene halsrechting. — Heden vrijdag morgend had te Tours de halsrechting plaats van zekeren Maurice Doucet, oud 24 jaar, een notarisklerk, die een jonge-ling vermoord heeft om hem 6000 frank te ont&telen. De président der republiek heeft het genadeverzoek van den moor-denaar verworpen. Doucet, een echt ver-dorven kerel, gaf zijn verlangen te ken-nen voor het huis zijner ouders, zeer def-tige lieden, gehalsrecht te worden. ENGELAND De kieswet. — De Lordskamer heeft met 119 stemmen tegen 49 de wet ver-(worpe» welke een «indie stelt aan het voorrecht dat zekere kiezers genieten, van, tijdens een en deizelfde kiezing, meermaals te stemmen. Deze wet was, krachtens den Parlia-ment Atc, voor de tweede maal in de Lordskamer neergelegd. Een erg feit. — Generaal sir Arthur Paget, opperbevelhebber der troepen in Ierland, zou zijn ontslag gegeven en rechtstreeks aan den koning gezonden hebben, aldus zijn rechtstreekschen over-ste, den heer Asquith, minister van oor-log, miskennend, met wien hij in ge-schil is. 250.000 patronen voor den Ulster. — Op 2501.000 patronen, bestemd voor Ulster, werd gisteren door de policie te Stockton-on-Tess beslag gelegd. Mobilisatie. — De Engelsche regeering heeft onverwachts eene proefmobilisatïe van de thuisvloot gelast.Woensdag moest ieder man op de 600 daarbij bctrokken schepen op zijn post zijn. Moeilijkheden. ■— Het bestuur van de Merseyhaven te Liverpool is bij zijne weigering om. de vakvereeniging te er-kennen, gebleven. Het zegt in eene schriftelijke verklaring, dat het doel, waairoof de staking is afgekondigd, het weren van niet-vereenigde werklieden is. Het bestuur is daartoe niet bereid, om-dat het de vrijheid wenscht te handha-ven.De bond van transportarbeiders dreigt thans met eene algemeene staking. Ondsrzeeër en slagschip. — Lord Sy-denham geeft beschouwingen naar aan-leiding van Sir Percy Scott's repliek. Hij wijst er daarin onder anderen op, dat de ondervinding bij de manœuvers opgedaan met het gebruik van onderzeeërs geen maatstaf kan zijn voor de praktijk van den oorlog. Bij manœuvers wordt toch, in het bijzonder ten aan zien van de onderzeeërs, ailes vermeden wat aanleiding zou kunnen geven tôt eenig ongeva!, waaraan voor die soort van schepen veelal hoogst noodlottige gevolgen zijn venbonden. In den oorlog gaat het iet-wat anders toe. Eene lichte botsing kan den onderzeeër reeds doen zinken, ter-wijl door het treffen van een enkele klei-ne granaat — een torpedojager kan hon-derd en meer van die kleine projectielen in de minuut afvuren — het vaartuig hul-peloos kan worden gemaakt. De onderzeeër zal, wil hij werkelijk goede dien-sten kunnen bewijzen, dikwijls aan de oppervlakte moeten komen en kan dan blootgesteld zijn aan een regen van projectielen, waardoor bijvoorbeeld ook de periscope zou kunnen verloren gaan. Dan is in zulke oogenblikken ook een aanval, van aeroplarien uit, te duchten. Men be-grijpt dat al deze mogelijkheden niet zullen nalaten invloed te oefenen op het moreel van de bemanningen, terwijl het ook van zelf spreekt, dat die invloed zich zal doen gevoelen in de praktische Ibruliikibaarheid vani fden, onderzeeër in oorlogstijd. iSydenham's beschouwingen leiden hem tôt een aantal besluitselen, waarvan de strekking is, dat het dwaasheid zou we-zen, om geen gebruik te maken van de vindingen op het ge'bied der vliegkunst, en van de onderzeeërs. Maar nog steeds folijft de waarheid gelden, dat oorlogen niet door een offensief optreden werden gewonnen. De huidige brooze samen-stelling der onderzeeërs is echter oorzaak dat zij, alvorens hun slag te kunnen slaan, eerst een taktiek van ontwijken volgen, waardoor zoowel ter zee als te lande nooit iets anders dan plaatselijke en gedeeltelijke overwinningen werden verkregen. Ten slotte wijst Lord Sydenham op het feit, dat de kosten van de toepassing van sir Percy's denkbeelden, gelijk deze zelf erkende, ontzettend hoog zullen zijn. _"Ware dit van den aanvang duidelijk op den voorgrond gesteld, de steun, dien zijne denkbeelden vonden, zou dan zeker in sommige kringen achterwege zijn gebleven."DUITSCHLAND: Opzienbarende uiting van den kroon= prins. — De kroonprins heeft aan den gepensioeneerden luitenant-kolonel H. Frobenius, die eene ibrochuur geschreven heeft onder den titel : "Des Deutschen Reiches Schicksalsstunde", het volgende telegram gezonden : " Ik heb uw voortref-felijke brochuur met de grootste belang-stelling gelezen en wensch haar in ons Dmtsche volk de grootst mogelijke ver-spreiding toe." Dit telegram zal zeer de aandacht trek-ken, daar de brochuur tôt het volgende besluit komt: "De geprikkelde wraak-zucht van Frankrijk tegen het Duitsche rijk, de ontvlamde haat van Rusland tegen Oostenrijk-Hongarie, dat zijn stre-ven in den weg st.aat, liebhen in beide landen een geweldige o-pdrijving van oorlogsuitrustingen veroorzaaJtt, die slechts een korten tijd gehandhaafd kan worden. Feitelijk is deze voorbereiding niet meer te onderscheiden van gereed-heid voor den oorlog, en in het voor jaar van 1915 zal deze zoo volledig zijn, dat men iederen dag het binnenrukken kan verwachten van zoo geweldige legers als in Europa, ja op de geheele aarde, nog nooit aanschouwd zijn. Dan zal voor het Duitsche rijk en voor zijne bondgenooten de Schicksalsstunde slaan." OOSTF-SMmJK-HONGARI E Oostenrijk en Servie. — Ook uit Wee-nen komen berichfcen over moblisatie. Het schijnt dat twee legerkorpsen worden gemobiliseerd, om den te verwachten diplomatieken stap te Belgrado een bij-zonderen nadruk te geven. Het met veel ophef door de gehe&le wereld geseinde bericht, dat de minister van oorlog met verlof is gegaan, schijnt met die mobilisatie-geruchten in strijd. Dit is echter zeker : er worden ernsti-ge stappen overwogen tegenover Servie, voorloopig echter slechts van diplomatieken aard. De uitslagen van het te Se-rajevo ingestelde onderzoek zijn welis-waar nog slechts gedeeltelijk bekend ; maar het is niet de juridieke zijde van het onderzoek, waarin de regeering het meest belang stelt, doch de politieke. Er die politieke zijde staat vast, evenals d< groot-Servische ophitsing voor niemanc een geheim is. NOORWEGEN Werkstaking. — Er dreigt te Christia nia eene staking aan den tram. Met de tèntoonstelling is het verkeer en daar-mede het werk van het personeel aan merkelijk toegenomen. Dit verlangt daai voor opslag van loon en aanvulling. He1 ibestuur houdt het personeel echter aan het arbeidscontract, dat tôt 1917 geldt, Naar wij lezen, zal nu de staking waar-schijnlijk heden beginnen. ITALIE De moordenaar van Bianco De moordenaar is nog niet gevat. Hij heeft blijkbaar in vervolgingswaanzin gehandeld. Met zijn zeven slachtoffers, had hij niet anders dan een onbeduiden-den twist. De bevolking is bang dat hij naar het dorp zal terugkeeren om een nieuw bloedbad aan te richten. De moordenaar Pianetti heeft in dei afg!ek>open nacht verschieidene schoten gelost op de gendarmen, die zijn scliuil hoek ontdekt hadden Niemand werd ge t.roffen, maar men gelukte er niet in hen aa^i te houden. In het huis van den moordenaar heeft men papieren gevonden, die klaar bewij zen dat Pianetta sedert 1905 de moorden beraamde. Te dien tijde werd de kerel. die een electrischen molen bezat, door de gemeenteoverheden nogal lastig geval len. De burgemeester van CarmarSa wiens dood ook door Pianetta gezworen werd, heeft zich in zijn huis verschanst. Geheel het dorp verkeert nog altijd in de grootste verslagenheid en onrust. De werkstaking. — De werklieden eener Venetiaansche SpoorwegmaatS-schappij zijn sedert eenige dagen in werkstaking. Er kwamen 8000 tôt 10,000 werklieden van de omstreken en bezetten de spoorweglijn van Budrio, ten einde te be-letten dat een trein zou doorrijden, dien tk-Vi.&ai&chappij wilde laten vertrekken. BULGARIE. Eene rumoerige zitting in de Sobranje. — In de Sobranje begon de behandeling van het ontwerp nopens de in Duitschland gesloten Staatsleening. Tsanof, de leider der radicalen, namens de geheele oppositie, las eene lange verklaring voor, waarin de nadeelen der leening werden uiteengezet en die sloot met de woorden : de oppositie acht de leening onteerend, en heilloos voor het land. De regeeringsmeerderheid onderbrak de lezing der verklaring herhaaldelijk door stormachtig protestgeroep. Passoehof, de leider der reformistische socialisten, las vervolgens eene verklaring voor, waarin hij de regeering be-schuldigde van plannen, om door het ver-leenen van vergunningen voor de spoor-lijn Haskowo-Port Lagos, voor haven-aanleg te Port Lagos en voor uitbating van kolenmijnen, buitenlanders naar Bulgarie te laten komen. Tijdens de voor-lezing werd het rumoer steeds luider en toen Blagoff, de leider der orthodoxe socialisten, eene verklaring in denzelfden geest voorlas, moest de vergadering we-gens het helsche kabaal worden ge-schorst.Na heropening deelde een der leiders mede, dat de oppositie de behandeling van het leeningsontwerp met aile haar i ten dienste staande middelen zou belet-s ten en de dwarsdrijverij niet zou staken, [ tenzij de regeering het ontwerp introk. De verslaggever las toen onder een ge-weldig ' rumoer de toelichting tôt het ontwerp voor en vervolgens bracht de voorzitter het in stemming. ; De geheele meerderheid stak de han-den op, waarop de voorzitter het ontwerp voor aangenomen verklaarde en dadelijk de vergadering sloot. De oppositie protesteerde heftig en luidruchtig tegen het optreden van den voorzitter. ALBANIE Een vierde Balkanoorlog? In wezenlijkheid, schrijft een blad, is de vierde Balkanoorlog reeds lang be-gonnen. In het zioht van Durazzo zijn het geene Albaneesche boeren, maar wel Turksche soldaten, die de verschansingen opgeworpen hebben. In het Zuiden van Albanie zijn het geen opstandelingen die vooruitrukken, maar wel Grieksche soldaten.De vrijwilligers, door Rumenie gezon-( den, komen met uniform en wapens te Durazzo aan. Bijgevolg staan Turkije, Rumenie en . Griekenland tegenover elkaar in Albanie. , Alleen Servie schijnt nog te ontbreken, alhoewel reeds over een Servischen inval gewag gemaakt wordt, namelijk een op-tocht va«iv (Servische troepen naar Eb-Bassan.Vraag om geld. De Duitsche daghladen spreken van eene nieuwe vraag om geld door den prins van Albanie aan de mogendheden gedaan. RUSLAND. De monnik Rasputin. — Volgens een telegram uit St-Petersburg, leeft Rasputin nog. Hij is tweemaal geopereerd en er schijnt kans, dat hij het leven er af-brengt. De vrouw, die den aanslag op hem heeft gepleegd, heet Chionia Goes-sewa, is afkomstig uit Tsaritsin en een ieverige volgelinge van den gezondbidder Iliodor, den mededinger van Ras;putin. Te Tsaritsin is huiszoeking gehouden iri de woningen van de voornaamste a^an hangers van Iliodor. Te Pokrofskoje hebben de boeren twee maal het gebouw, waar de moordenares is opgesloten, bestormd om haar te lyn-chen. Zij zelve moet na haar gevangen-neming eene poging tôt zelfmoord hebben gedaan. AFRIKA. In Marokko. — Men bericht uit Rabat, dat de kolonel Odry op 13 juli, na een nogal hevige botsing, een talrijke bende inboorlingen afgeslagen heeft, die het kamp van Khenifra had aangevallen. De vijand liet vijf dooden op het slag-veld.Bij een tweeden aanval werden de Zaians in het gebergte teruggedreven. Van Fransche zijde werden er 7 soldaten, waaronder 3 Europeanen, vermoord.AMERIKA. Zeven menschen verbrand Te Milford, Staat Massachussetts, brak er brand uit in een logementhuis. Daar de trappen in laaie vlam stonden, kon-den de kostgangers niet meer ontkomen, tenzij met door de ramen te springen. Twintig hunner waagden den sprong, maar werden erg gekwetst. Zeven anderen, die in hunne kamer door het vuar verrast waren, verbrandden levend. Vier meisjes vermoord De< policie heeft in de Rock Creek, na-bij Sapulpa, Staat Cklahama, de lijken gevonden van vier meisjes. De slachtoffers zijn Bessie Reynolds, 18 jaar, en de drie gezusters Marei, Beulah en Vina Sanders, 9, 11 en 14 jaar oud. De vier ongelukkigen zijn vermoord door tôt hier-toe onbekend gebleven schurken. De "Empress of Ireland". — Nu de besluitselen van de onderzoekscommissie in zake de ramp van de " Empress of Ireland" bekend zijn gemaakt, zal de Cana-dian Pacific Railway Company tegen de vroegere reeders van de " Storstad" — die thans in andere handen is overgegaan — een procès instellen ter verkrijging van eene schadeloosstelling van 400,000 pond sterling voor het verlies ,van de " Empress". Het is zeker niet waarschijnlijk dat (la Canadian Pacific, ook al wordt deze eisch haar toegewezen, ooit een zoo groofc bedrag van deze Noorsche reederi,j zat krijgen. Het zal hier zeker ook meer gaan om het rècht van het spel, dan om de knikkers. Revolutie in Venezuela. — Tijdingen van de grenzen van Bogota melden dat de revolutie uitbreiding neemt in Venezuela.Kinderroovers aangehouden. — Te NeW-York heeft de policie eene heela Oende Italianen aangehouden. Die kerel» hadden er een stieltje van gemaakt de kinderen van rijke landgenooten te ste-len, om vervolgens een losgeld te kunae i eischen, verschillend van 2500 tôt 75 X) fr. De dieven "handelden" uitsluitend met uitgeweken Italianen, en stelden het bedrag van het losgeld vast volgens hot vermogen der familiën. Onlangs nog was een bakker genoodzaakt 5000 fr. te stor-ten om zijn zoontje terug te krijgea, Na deze laatste aftroggelarij werden de ko-rels door de policie ontdekt en aangehouden. De hoofdman der bende is p»;ii it o-lenaar, met name Antonio Siragusa. MEXICO Het ontslag van generaal Huerta Het ontslag van generaal Huerta werd door het Congres aangenomen met 131 stemmen tegen 17. In zijn brief herinnert generaal Huerta de pogingen die hij aangewend heeft om den vrede te herstellen. Hij doet uit-schijnen hoe moeilijk voor hem het lands-bestuur was, daar er geen geld in kas is, en ook omdat eene groote mogendheid klaarblijkend hare hulp aan de oproer-lingen verleende. Tijdens de lezing van den brief werd er door verscheidene volksvertegenwoor-digers en ook door een deel der aanwe-zigen in de openbare tribunen " Leve Huerta !" geroepen. De heer Carbajal heeft den eed als voorloopigen président den- Mexikaan-sche Republiek, voor de volksvertegen-woordigers en de senators, afgelegd. Hij bereikte het preeidentieel paleis, bege-leid door eene afdeeling ruiterij, onder de toejuichingen van het volk. Het Mecxikaansch gouvernement heeft zijn ontslag gegeven. Tôt laat in den nacht was de beweging groot in de straten van Mexico, doch de rust werd niet gestoord. De generaals Huerta en Blanquet hebben donderdag in den vroegen morgend de hoofdstad verlaten ; zij namen den trein op eenige mijlan afstand van de 2 Feuilleton der Gazette van Gent. Verzegelde Lippen Roman van R. ORTMAN. ( Zijn vriend ging echter op dien schert Benden toon niet in, maar antwoorddf dfoog ; gfcel u, gerust, vripnd. De raadple Sing was reeds afgeloopen. Werkelijk? — En dat zegt gij zoc eonder eene spier te vertrekken 1 — H m°et u toch verklaren dat ik u om zoc eeiifs cliente als dez.e benijd I s daartoe bestaat, voor zoover il weet geen reden... Maar hoei is het, Ru d°n? Bi'engt gij iets nieuws? IferTi '^a' ^ 8a overmorgen naar Zwitser lapd; en het doel van mijne komst is u tôt raeegaan te bewegen. Spaar u die moeite, beste vriend Ci,i weet — _ , ia, ik weet dat gij een onverbe ' l . khiizenaar zijt. Maar dat kai 0 , DIet eeuwig zoo bli,jven. Een ge n? î ,ra.ensch van dertig jaar deugt nie ■-dri' lzenaar- En men kan ailes over îjven —- ook de genegenheid voor een> dierbare doode. Zouden wij niet Iiever over iets an I! Ë-raten' Rudolf 1 een-, Met uw welnemen zullen wi rimn*00® , ^ij dit punt stilstaan. I] long vkiri 6n dat ik u no§ veel 1 waarnm i' °m ree(^s te hebben vergetei «lnnhf "JMscheu van tw,eeërlei ge ènkelp nf/S°^apei1 zijn' Een Seluk val duwnaar ^"den met een levenslang we tuurliik P befcalen- dat is noch na I Loit bt» nCi verstan.dig. Hebt gij dai I ■ «Is medeJijden gevoeld voo de ontelbare lieve jonkvrouwen, die zoi gaarne bereid zouden zijn u te troosten Een vluchtige glimlach gleed over Her bert zijn gelaat. — Och, zegde hij — hare bereidwillig heid zou misschien tôt onder het nulpun dalen, als zij vernamen met welke te leurstelling een vervulling van Ihatrei wensch gepaard zou gaan. — Eene teleurstelling 1 — Gij spreek 1 in raadselen, mijn waarde. — Nu dan — waarom zou ik voor ' een geheim er van maken?... Op den da ' van mijn hertrouwen zou ik een arm drommel geworden zijn — tenminste naa ' de begrippen van zekere jonge damet die gedroomd hadden de echtgenoote t ^ worden van een millionair. — Dat begrijp ik niet. Zijt gij dan nie de wettige erfgenaam van uw vrouw. — Volstrekt niet. Het testament, da , zii onder de zekerheid van haren nad« renden dood opmaakte, laat mij enk( ! het vruchtgebruik van haar vermoge: maar niet de beschikking over het kap: taal, dat na mijn overlijden aan vei i schillende, door haar aangewezene 1 ief dadigheidsinstellingen komt te vervaller t Nu — met zestig- of zventigduizen mark jaarlijksche rente is iemand zelf 3 naar de opvatting van de verstandigst jonkvrouwen en de meest praktisch sehoonmoeders nog altoos geen arm drommel. — Jawel! Maar die rente verbeur i op denzelfden dag, waarop ik ten twe< den maal in het huwelijk treed. Zoo heel Elfriede in haren laatsten wil bepaald. Rinckleben verheelde zijne verbazin niet. — Gij zijt dus door het testament va uw vrouw tôt een levenslang w-eduwnaa; i sohap veroordeeld? r Dat niet. Mocht ik ooit wenschen t > hertrouwen, dan kan niemand mij dit ver 1 hinderen. Alleen zou dan op dit oogen-blik de eenige nog levende bloedver-want van Elfriede in het vruchtgebruik van haar vermogen treden. t — Neem mij niet kwalijk — maar deze soort van liefde tôt over het graf lijkt mij i toch schromelijk egoïstisch. — Ik heb geen recht, de beschikking t der overledene te critiseeren. De gedach-te dat ooit eene andere hare plaats zou 1 kunnen innemen, was haar kortweg, on-? dragelijk. Maar hare testamentaire be-B schikking was wel overbodig ; want ik r izou bij een tweede huwelijk natuurlijk i vrijwillig afstand gedaan hebben van e een rijkdom, dien ik aan mijne' eerste vrouw te danken had. t — Nu — over zulke gevoelskwesties valt niet te twistsn. Maar ik begrijp nu t ten minste uw afkeer van <elke toenade-ring tôt het vrouwelijke geslacht. Het il zou waarlijk wel een heel buitengewone a hartstocht moeten zijn, die zulk een of-fer waard is ! En de zaak is niet zonder een liumoristisch bijsmaakje. De arme slokker van een bloedverwant toch, die hunkerend zit te wachten tôt hij weer in i de netten eener verleidelijke Circe ver-s ward geraakt, is namelijk een tragi-ko-e mische figuur. De stumper ziet met elken e dag zijn kans een stukje slinken. Want e hoe ouder en koeler gij wordt, des te slechter worden natuurlijk zijne vooruit-k zichten. i- — Och ik vermoed dat hij van de be- I t wuste testamentaire beschikking heel geen kennis draagt. Wel is hij Elfriede's g eigen oom ; maar zij hebben nooit met elkaar omgegaan en ik zelf heb den man n nog nooit ontmoet. Hij leidt sinds jaren •- een zwervend leven, en ik heb rede.n tôt het vermoeden dat zijne zedelijkheid niet e juist van de bovenste plank is. Ten min ste, Elfriede werd enkel nog door drin-gende bedelbrieven aan zijn bestaan herinnerd ; en ik heb moeite gehad om. zijme woonplaats te ontdekken, toen ik hem in haar testament bedacht had, moest overmaken. Hij schreeft mij des-tijds een brief vol ongeschroefd rouwbe-klag, en sedert heb ik geen taal of tee-ken meer van hem' vernomen. —• Eene wonderlijke geschiedenis. Maar ik ben eigenlijk blij, dat gij mij er van gesproken hebt ; want ik zal mij nu wel wachten, u in verzoeking te helpen brengen. De verantwoordelijkheid is toch wat al te groot... En het' blijft er dus bij ? Gij gaat niet mede naar Zwitserland 1 — Neen. Ik heb een paar verdedigin-gen op mij genomen, die mij veel te doen geven. Dus blijf ik nu liever thuis. — Zooals gij wilt. Tôt weerziens dan, binnen eenige weken !. — Tôt weerziens, Rudolf ! En veel ge-noegen ! Toen Richleben tien minuten la-Mr door de Friedrichstrasse slenterde, zag hij voor zich aan de zijde van een sierlijk gekleed heer eene jonge dame, wier figuur hem levendig de ontmoeting in Vollmar zijn bureel herinnerde .Hij ver-haastte zijn stap, om zich zekerheid te verschaffen ; maar nog voor hij het paar had ingehaald, waren zij in een restaurant verdwenen. Heel vluchtig nog had hij het profiel van den heer te zien ge-kregen : een fijn besneden gezicht, met een arendsneus en een puntig gespitsten baard. — Drommels, dacht hij — dit aange-zicht is mij niet onbekend. Waar kan ik die man al vroeger eens gezien hebben 1 Hij bezon zich even er over, maar het wildel hem niet te binnen schieten. Het was veertien dagen Iater, om- streeks het middaguur van een regem-achtigen augustidag. Herbert Vollmar was toch voor de verzoeking bezweken en had zich opge-maakt naar dezelfde Noordzee badplaats waarheen Dagmar Holnstein zich met haren vader had begeven. En nu keek hij uit naar een witte vrouwelijke figuur, die aan het uiterste einde van het steenen havenhoofd het wilde spel der opstui-vende branding gadesloeg. Hoewel de afstand tamelijk groot was, meende hij m deze eenzame verschijning toch reeds zijne sehoone cliente te hebben herkend. Hij trachtte zijne schreden te ver-haasten ; maar het mulle zand maakte een sneller vooruitkomen onmogelijk ; en dus had hij bij het voortstappen tijd ge-noeg om zich in den aanblik van het meisje te verlustigen. Terwijl de bekoor-Ujke gestalte zich zoo tegen den lichtgrij-zen hemel afteekende, leek zij hem nog ranker en rijziger dan voorheen De scher pe zeewind, die hare rokken en den lan-gen regenmantel fladderen deed,onthulde verraderlijk haren slanken bouw en de fiere schoonheid harer houding. Herbert Vollmar had bijna reeds het steenen havenhoofd beriekt, toen Dagmar eindelijk zijn nadering bespeurde. Met een vriendelijken wenk harer hand beantwoordde zij zijn hoffelijken groet. Het kostte hem eenige moeite, haar te beredken ; want de steenblokken van het bol werk lagen tamelijk wijd uit elkanr der en waren glibberig van nat en zee-wier. Maar hij was vlug genoeg ter been en met een laatsten sprong vatte hij voet op de uiterste bazaltspits, op welke Dagmar stond. — Goeden morgend, juffer Holnstein ! Ik hoop dat mijn onverwachte opdoemen u niet in uwe poëtische overpeinzingen l heeft gestoord 1 Met een minzaam glimlach schudds Dagmar het hoofd. — O neen ! — Om u de waarheid te zeg-gen — de zee vergeldt mij mjjme v«r-< eering telkens met ondank. Want zoodra ik met haar alleen ben, maakt zij mij me-lankoliek. Ik krijg dan altoos he,t gevoel, dat het sterven eigenlijk gemakkelijker is dan het voortleven, en ik verwonder mij, dat er onder de menschen die aan d« zee wonen niet veel meer zelfmoorda naars zijn. Verrast keek Herbert haar aan. — Weet gij wel dat ik diezelfde woorden reeds vroeger eens uit den mond fiener vrouw heb gehoord? zegde hij. Ik heb ze nooit vergeten, want het was een» doodzieke, .bijna eene stervenda die ze sprak. Dagmar, die na de eerste begroeting weder over dtf zee had gestaard, kwk naar hem op. — Het was uwe- vrouw? vroeg zij. Herbert knikte en toen zwegen zij bei den. — Boven de schrijftafel in uw bureel zag ik een portret, zegde eindelijk Dagmar. Is dat van uwe vrouw 1 — Ja, Een portret uit haren meisjes-tijd, voor die gevaarlijke ziekte haar had aangetast. 1k zelf heb haar nooit zoo gezien. — Wat? Zij was dus reeds lijdend* toen gij — — —- Ja. De dokters zegden mij dat zij hoogstens nog een jaar zou te leven hebben. En niet eens dit korte jaar is haar gegund geweest. Na een samenzijn van nog geen acht maanden moest ik haar begraven. (Wordt voortgezet.)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Gazette van Gent appartenant à la catégorie Culturele bladen, parue à Gent du 1814 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes