Het tooneel

1222 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 06 Janvrier. Het tooneel. Accès à 27 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/c53dz03z46/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Het Tooneel 2e Jaargang Nr 17 — 6 Januari 1^1^ Beheer en Redactie : Kerkstraat, 13, Antwerpen i i 10 Gentiem Koninklijke JSederlandsche Schouwburg■ DE HINDERLAAG r- Mej Marg. Bertrijn Een titel die doet denken aan een oor-logsfeit,maar die hier slechts een symboli-sche beteekenis heeft. De hinderlaag — zoo laat Henry Kiste-maeckers zelf, door een zijner personnages zeggen —• is het bruske voorval, dat zich in het leven voordoet, waaraan men zich onmogelijk onttrekken kan, en ons, op 't onverwaehts, stelt voor een besluit, dat het diepste diep van ons karakter ontsluie-ren zal. Trots al de gebreken, die men hem toe-schrijven mag, onderscheidt Henry Kiste-maeckers zich nochtans door de diversiteit zijner onderwerpen. Nooit zal hij, een twee-de maal, een zelfde suject behandelen of denzelfden vorm behouden voor een zijner stukken. Zijn uitvindingsvermogen laat hem nooit in den steek, en van deze be-gaafdheid geeft hij vooral blijk in De Hinderlaag. Men heeft hem, — en ditmaal met veel reden — verweten soms in melodramatiek te vervallen, met oud versleten onderwerpen op te rakelen, en ze in een modem kleedje te steken. Zoo ook in «L'Embuscade»; de zoon die nevens zijne moeder leeft, aonder het te weten, en die dit nieuws slechts verneemt op 't oogenblik dat zijn patroon — die tevens de man zijner moeder is — hem wurgen wil. Maar Kistemaeckers is een handig man, hij kent zijn publiek, hij weet ook met welke middelen hij de toeschouwers boeien moet, en het succès blijft dan ook zelden achterwege. «De Hinderlaag» munt vooral uit door de stevigheid van bouw, de logische ontwik-keling der actie, het immer stijgend belang der toestanden, die geleidelijk naar 't hoog-tepunt worden gevoerd. — Onwillekeurig wordt men medegesleept, de nieuwsgierig- heid geprikkeld tôt aan de slotscène. * * * De eerste akt brengt ons in kennis — tusschen het bont gekakel van een cosmo-polisch ftiengelmoes van invités, snobs en vreemdsoortige dametjes van diverse plui-mage — met de hoofdpersonen van het drama. Jean Guéret, de «self made man», de groote automobiel fabrikant, heeft door zijn stouten durf, zijn noeste vlijt en zijn helder doorzicht, eene machtige industrie tôt stand gebracht, die honderden van menschen het dagelijksch brood verschaft. Die man, vol wilskracht, wordt op een wenk van het noodlot, in vertwijfeling neêrgesmakt; hij staat besluiteloos voor de hinderlaag... Naast hem, als c„ontrast, de sympathieke figuur van Sergine Guéret, de vrouw in haar voile pracht, de gefolterde moeder, die gesteid wordt voor de keus : — haar man of haar kind... En tusschen deze beide personnages, Robert Marcel, de jonge ingenieur, — waar-van het karakter verbitterd is door de ver-latenheid zijner jeugd — en die bij de eerste gelegenheid zijn patroon, die hem nochtans heel vaderlijk behandelt, en aan wie hij zooveel te danken heeft, verloochent en hem ruineert... Dan, als een lichtstraal in den donkeren hemel, de lieve beminnelijke verschijning van Anne-Marie, het dochtertje, de onwil-lekeurige oorzaak van al het wee. De overige personen, als Christiane de Servais, — de Russische avonturierster, die Guéret tracht te verleiden om haar eigen belang te dienen, — Gontran de Limeuil, — de vriend, die als «Deus ex machina» moet dienen, om ailes weer goed te maken — de Russische graaf Tscherkoff, — een dronkaard, die zich amuseert met champa-gneroomers stuk te slaan, en onaangename dingen aan de menschen vertelt, — Vader Brosse, — het symbool der gelaten-heid, — Paget, de chauffeur, — een soort apache, die zijn makkers verklikt om met zijn baas goed te staan, en nog eenige an-dere «comparses», zijn slechts van episo-disch belang. * * * «De Hinderlaag» werd in de Comédie Française gecreeërd, op 10 Februari 1913, met de volgende bezetting: Jean Guéret, Maurice de Féraudy ; Gontran de Limeuil, Henri Meyer ; Graaf Tscherkoff, Ravet Vader Brosse, Croué ; Robert Marcel, I Roy ; Paget, Grandval ; Sergine Guère Mme Berthe Cerny; Christiane de Servai, Mme Gabrielle Robinne ; Anne-Marie, Mm Berthe Bovy. Het werd door een deel der critiek goe onthaald. Maar sommige critici echter vor dan dat het stuk geenszins op zijn plaat was op de «première scène française». Z brachten daarbij in het midden: «C'est d théâtre assurément, mais ce théâtre est-bien dans le ton qui convient à la Comédi Française?...» René Doumic, van de «Revue des Deu Mondes», is, naar ons oordeel het dichts bij de waarheid, waar hij zegt: — «Il (I « Kistemaeckers) a le plus louable soui « de la pièce bien faite. Il sait ajuster le « scènes, équilibrer les développements, m( « nager l'intérêt de surprise. Il a ce goî « du romanesque qui lui est commun ave « la plus grande partie du public. Il pens « qu'il faut du dramatique dans un dram « et le mélodramatique n'est pas pour h « faire peur. Il est d'avis qu'il faut au théî « tre des coups de théâtre et qu'on n'e « saurait trop mettre. Il affectionne le « grandes catastrophes, les grands sent « ments et les grands mots. Il secoue, il r< « mue. Et on arrive au bout de ces quati « actes, où on a passé par tant d'impre: « sions diverses et de sentiments excessif « non pas ennuyé, ni lassé, ni déçu, ma: « un peu fatigué, brisé, rompu, fourbu < « demandant grâce. » * * * Te Antwerpen werd «L'Embuscade» voc 't eerst in het Fransch opgevoerd, in h< «Théâtre des Variétés», op 18 Novembe 1913, (het jaar der creatie te Parijs), doc de Tournée Baret, met Maurice de Féraud olo Tpfln (Znpypf' Van 20 tôt 25 Maart 1914 werd het in dei zelfden schouwburg viermaal gespeeld,doc het gewoon gezelschap. Toen was de ro verdeeling als volgE : Robert Marcel, Geo: ges Colin ; Jean Guéret, Paul Daubry Gontran de Limeuil, Maurice Lepers; V: der Brosse, Martin de Vloët ; Paget, A bert Lévy; Graaf Tscherkoff, L. Gheleym Sergine Guéret, Mme Dhayrmond; Chrii tiane de Servais, Mme Isa Linska ; Anm Marie, Mme Alice Daurey. * * * Bij de eerste vertooning — en bij c tweede ook — scheen het ons of sommij rollen onvoldoende gekencl waren, althai was dit met heer Piet Janssens het geva die op sommige oogenblikken glad va streek was. Hij had ons dit jaar aan he wat beters gewoon gemaakt, en wij hope dat hij spoedig «revanche» zal nemen. Als «Jean Guéret» heeft heer Bertri. zeer bevallen, vooral in het slottooneel va III leverde hij — met Mevr. Dilis en he< Cauwenberg — prachtig werk. Mevr. Dilis heeft in de zware roi va «Sergine Guéret», de maat gegeven va haar schitterend talent. Ook heer Cauwenberg heeft eene ove: schoone creatie gemaakt van den jonge ingenieur «Robert Marcel». Het karakter der insinuante avonturie ster «Christiane de Servais» werd zeer n; tuurlijk weergegeven door Mevr. Bertrij en aan de roi van «Anne-Marie» gaf Me Bertrijn het gewenschte relief. Heer Gorlé, heel flink getypeerd, was et zeer goede «vader Brosse». «Paget» wei met veel losheid gespeeld door heer Vi Thillo, die wij telkens met genoegen teruj zien. De potsierlijke «graaf Tscherkoff» vor in heer Ruysbroeck een goed vertolker. De juffers Janssens, Vervoort en Vî den Eynde, en de heeren Van de Putt Van Roy, W. Cauwenberg, Angenot, Ro: byns, Schmitz, Van Gool, zorgden voor e< degelijke vertolking der kleinere rollen. Het nieuw décor van 't laatste bedrijf -de ontplofte fabriek — was prachtig, < heer Proost haalt eer van zijn werk. «De Hinderlaag» werd door het public goed onthaald. Na de drie laatste akt< werd tôt driemaal toe gehaald. In en om de Schouwburge\ GEZIEN 'T GROOT SUCCES heeft < directie van onzen Kon. Ned. Schouwbui besloten, nog een vijftal vertooningen geven van «De Hinderlaag». DE VOLGENDE WEEK gaat «Op Hoc van Zegen» van Herrnan Heijermans. DAARNA zal waarschijnlijk «Mevrou Warrens bedrijf» van Bernard Shaw wo den gegeven. OVER HET GEVAL «Kuische Suzann; ontvangen wij volgend schrijven : Antwerpen, 1 Januari 1917. Aan den Heer Hoofdredacteur van het weekblad «Het Tooneel», T. S. Waarde heer Hoofdredacteur, Laat me toe u eenige ophelderingen geven nopens de operet «De Kuische S zanna», die wij bij de eenige uitgevers - e genaars, voor onzen schouwburg hadd< doen voorbehouden. Zooals gij weet werd deze operet —- s dert Sentember 1.1. — op ons speelpr gramma voor dezen winter aangekondigd Onze kontrakten werden gesloten — geli, wij het hierboven zegden — met de eenij uitgevers - eigenaars, die het recht hebbc de vertooningen ervan in de Vlaamscl taal, toe te laten of te verbieden. iiiuieii tien cuiLLiauer nu uiu upvucn moet men er logischer wijze uit afleiden dat hij het speelt zonder geldige toelating en zoo er kontrakten niet in orde zijn, i£ het niet langs onzen kant dat men die zoe ken moet. Het geschil is, overigens, aan de recht-bank onderworpen, en de oplossing dezei zaak zal haren wettigen loop volgen, tenzi, er een minzame schikking getroffen werd Wij verzoeken u dus, waarde heer Hoofd-; redacteur, dit schrijven in uw komend num-te mer op te nemen, ten einde de ware toe-t, dracht der zaak te doen kennen. 3, Aanvaard, waarde heer, met onzen voor-e afgaandelijken dank, de uitdrukking onzer beste gsvoelens. d PALATINAT. ij DE GESCHEIDENE VROUW zal Zater- u dag a.s. 13 Januari in «Palatinat» voor 't il eerst worden opgevoerd, met de volgende e : olverdeeling : Karel van Lysseweghe : hr Robert Van x Aert; Jana van Lysseweghe: Mej. Nini de it Boël ; Goiida des Glycines: Mevr. Rezy Ve- [ nus Scrop: hr Eug. Devos ; Lucas van .{ Plotteldam, hr Théo van Pelt ; Pieter, hi ;s Eug. Van Haelewijck ; Martha, Mej. Ry- L lant ; Van den Peereboom, hr Fr. Condès; a- De advokaat: hr Castel ; de slotmaker: hi !c Bizon. e De dansen werden geregeld door hr Me- 3j riadec. J JSaaki Model '.e Tooneelspel in 3 bedrijven door C.S Ademc ;- van Scbeltema. 3, _ _ . s De «Toorieelvereeniging» onder leiding van Heijermans en Musch, richt sedert ee-nigen_ tijd te Amsterdam, littéraire matinées in en voert dan meestal oorspronke-,r lijk werk op, nieuw of reeds gezien. Ditmaal was een nieuw werk, het eerste ,r van den gekenden dichter Adema van Schel-,r tema, den bestrijder van de tachtigers,aar y de beurt. Een zeer kunstminnend publiek, waartus-x- schen vele gekende letterkundigen en too-,r neelartisten woonde die première bij. 1_ Niettegenstaande den luidruchtigen bij-r. val van belangstellende socialistische vrien-; den, die de lange tirades vooral toejuich-jl ten, is de kritiek toch niet goed te sprekei 1_ zoomin over den vorm als over den inhoud 5; Scheltema die in zijn boek tegen de •[ tachtigers beloofd had door een werk aai te tooneh, wat eigenlijk een tooneelstuk we-zen moet, hoe het ineengezet en opgebouwc moet worden, heeft, volgens de bevoegdc [e kritiek althans, niet beantwoorcl aan de ■e verwachting. is Want al heeft zijn eersteling succès ge-1, had bij artisten en bijzonderlijk bij geest ii verwanten, die altijd gereed zijn te klop-pen wanneer er maar van leer gegever n wordt op andersdenkenden en in eerste plaats op de «bourgeois» en wat daarmede n in verband staat, onverschillig of dat ir -;1 het stuk te pas komt of met de kunst iï !r overeenstemming te brengen is, — toc! schijnt de strenge menheer die Adema vai n Scheltema is, niet bijzonder gelukkig ge n weest te zijn. Zijn werk moet zelfs niet vai duisterheid vrij te pleiten zijn, wat voora P. een érg kwaad is voor een tooxeelwerk.. j. Immers, waar er voor den lezer van eer roman tijd gelaten wordt om na te den-ken en te herlezen, moet den toeschouwei van een tooneelstuk de zaak zoo duidelijl rl) gemaakt worden, dat hij in staat is de j' handeling en het gesproken gedeelte ge makkelijk te volgen zonder zich derwijze te :n moeten inspannen dat een gedeelte hem on .d vermijdelijk ontsnapt, wanneer de intrigue n zoo ingewikkeld is en de taal zoodanig ge r. rokken e* getrokken dat men er bijwijlen zelfs met den besten wil van de wereld, dei lcj draad bij verliest. Klaarheid en bondigheic zijn twee hoofdvereischten van een tooneel n werk en waar die niet aanwezig zijn, ver e> lamt de actie en bijgevolg de belangstel 3- ling. ,n Ziehier wat wij verder over den inhouc lezen: _ «In «Naakt Model» ■— de titel schijn ,n eerst een andere geweest te zijn — heef Carel Adema van Scheltema ons, als wi ■k zijn bedoeling wel begrepen hebben, willei ,n ïtellen voor het probleem van het dualis me in den schilder, den strijd in hem tus schen den man en den kunstenaar in ziji ~ Verhouding tôt de vrouw. Wij maken het voorbehoud : als wij d bedoeling van den auteur wel begrepei hebben. Want Scheltema, de dichter, die i: m zijn verzen zoo klaar, zoo eenvoudig zij: kan, heeft in zijn eerste voor het voetlich gebrachte tooneelwerk, wat hij ons te zeg >e gen had, in al te veel redeneering gehuld ei 'g vaak bijna verstopt. te En de eischen van het tooneel heeft d auteur niet voldoende in het oog gehouden Henri van Bergen, een jong en enthou •P siast schilder, die geheel leeft voor en iï zijn werk, heeft een triptiek op den ezel waarvan de twee uiterste paneelen een ge w heel naakte vrouwenfiguur vertoonen. Voo: r- éen dezer heeft Nellie,zijn model,en mee dan zijn model, ook zijn vriendinnetje, ge poseerd. Zij is een beroepsmodel, kind ui i» het volk, zonder veel beschaving, en te vo ren het vriendinnetje van een ander schil der, Henri's vriend, Herman, geweest. Zij inspireert Henri niet meer. Zij heef hem ailes gegeven, wat zij te • geven had Maar dit voldeed den kunstenaar in hen te niet meer. Hij zoekt voor zijn werk, spe i- ciaal nu voor de andere naaktfiguur, di i- ideale vrouw, die meer zal geven dan di -n schoonheid van haar lichaam,ook haar ziel die zijn werk zal bezielen. e- Nellie bemerkt, dat zij niet meer voo: 3- Henri is, wat zij voor hem was. Maar be grijpen wat hij buiten haar nog zoekt, kai ik zij, het eerivoudige kind, niet. Zij voelt al fe leen dat hij niet meer van haar houdt, ei in haar jaloerschheid wordt gewekt door d ie komst, weldra het dagelijks bezoek vai Helene, een jonge vrouw, die les bij Henr ; komt nemen, en dichter bij de «bohèmes dan bij het conventionneel maatschappelijl' leyen staat. Zij bewondert Henri's werk er i hij meent in haar gevonden te hebben wai hij zocht. Ten slotte stemt zij er in toe te poseeren voor de onvoltooide vrouwenfiguur. En Henri werkt weer met overtui-ging. Is de kunstenaar dus geheel dooi haar bevredigd, nu doet de man in herr zijn eischen gelden. Hij heeft Helene lie! en vraagt hem zijne vrouw — al of niel voor de wet — te worden. Zij vraagt be-denktijd en als hij haar onsturmig dwinger wil niet van hem weg te gaan, begrijpt zij dat de verwezenlijking van wat hij var haar verlangt, de vernietiging zou beteeke-nen van wat zij voor hem geweest is. En Henri blijft alleen. Herman is zoe juist komen halen, wat Nellie, die weer bi; hem is teruggekomen, op het atelier hac achtergelaten. » Het gegeven is dus niet nieuw. Het heeft overeenkomst met «De Naakte Vrouw» var Bataille en «Monna Lisa» van den Fransch-Belgischen schrijver De Vos. Moet het spel voor het groote publiek komen, dan zal machtig veel dienen ge-snoeid te worden. De vertolking was goed. Vooral onder-scheidden zich Mev. Van der Horst in de roi van Helene, van wier spel echter wal meer vurigheid verlangd werd, en Frits Bouwmeester, in de roi van een rijken nietsdoenden artist. Ook de roi van Nellie door Juffrouw Jur gens werd niet onaardig gespeeld. Voge ding als Henri, de kunstenaar, liet te wen schen. J. LVB Van den Zuid - Afrikaanschen ver-telle: J. Lub zijn ons vier bundels schetsen be kead: «Eenvoudige mense» (1908), «Don ker Johannesburg» (1910), dat ook in he Engelsch vertaald werd, «In en om d< Goudstad» (1912) en «Het Zwarte Gevaar; (1913). i Dr G. Besselaar in zijn boek «Zuid-Afri ka in de Letterkunde» (1914), schrijft naa aanleiding van zijn werk : « Geen wonder, dat Johannesburg «e: ontvankelijk gemoed inspireert. Zooals di schrijnende tegenstellingen van het groote stadsleven van de woorden Londen, Parij: en New-York titels hebben gerijHakl vai t klaagliederen over menschelik wee, kai ook Johannesburg ze opleveren. De goud : stad is niet van Zuid-Afrika; dit kosmopo i litisch nest is niet gegroeid, maar gemaakt Johannesburg is een zee vol wrakken, eei l «Titanic»-tooneel. Voorgoed gaan daar te: ' onder maatschappelijke schipbreukelingei : uit oudere landen en zedelijk zwakke Afri kaners, gevallen als slachtoffers van ee: maatschappelijke evolutie, die zij niet kon den bijhouden. Stof voor tragedieën ligt e opgetast en Lub heeft daar met handei i vol van geschept. Nu eens in het Neder - landsch, dan in het Afrikaansch, beschrijf hij menig levendig tafereel of somber voor i val. Op enkele punten nadert hij bedenke ^ lijk dicht het melodramatische, b. v. in i «Happy Christmas». i Ernst en luim wisselen elkander af ; — maar diep medelijden is de grondtoon il i deze klaagzang der gedegenereerden. El 1 wat te leven valt: met iedere bundel win de schrijver in vaardigheid van zien e: i zeggen. » J. Lub is een geboren Hollander die al onderwijzer naar Zuid - Afrika gin g, maa : wiens werk zoozeer verschilt van de litera '■ tuur in Nederland, dat de exotische krach zuiver van den Afrikaanschen bodem is. : Met de boeken van Reitz en Melt Brin] is zijn werk het meest gelezen in Zuid i Afrika. In het Zuid - Afrikanummer van «Neer , landia» (1913, blz. 217) vestigtle prof. J i Kamp, voor ele eerste maal, de aandach 1 op dezen talentvollen, maar hier onbeken den stamgenoot. Een scherp oog heeft Lub, schreef Kami voor al wat typies is in menschen en toc standen, 't zij in 't eentonige voortzeuler l de leven op een boereplaats, t zij in 't bor gewoel van de Johannesburgsche centra, t zij in de donkere sluipstegen van de gouc t stad, waar armoe en armoe - misdaad i j wegduiken. — Altijd heeft Lub's portrel r tuur, van menschen en toestanden die be hagelijke rustigheid in zich, welke allee de sobere taalkunstenaar bereiken kan. r «Het Tooneel» wenscht decr het ovei drukken vau «Donker Johannesburg» ois 3 te helpen om den Vlaamschen lezer hc werk van een Nederlandsche schrijver u Zuid - Afrika te doen kennen. Nooit werd iets van Lub hier gedrukt e t *ijn boeken zullen wel in weinige bibliothe ken te vinden zijn. r Het is dus nieuw en belangwekkend. ■} ————————————————— ; Donker Johannesburg t 't Was 'n donkere avond. 'n Scherp luidwind dreef 'n grijze mist over de toj: pen van de onregelmatig gebouwde huize en wierp stof in de oogen der menscher t Op 't Marktplein was 't licht genoeg. : Hôtel «Move-on» dat nu stil staat, rookt en verspreidde lauwzoete geuren, en 't he le schijnsel van de koperen reflektors, ach ter de petroleum lampen, deed de koeketer de oogen gemoedelijk toeknijpen, als kat jes, die 't naar hun zin hebben. De lantaarns van de cabbies lichtte droomerig-, doch vormden een lichtstreej die de flanken van de slaperige paarden be scheen. Midden op 't plein stonden de kar retjes van de hotsausage verkoopers, me kleine walmende koorsteentjes en blinken koperwerk, verlicht door 'n reusachtig lantaarn. Uit de winkels scheen ook nog lich doch, dat telkens verminderde, als de ver-moeide bediende, na 'n laatste blik op zijn uitstalling geworpen te hebben, de gelei-dingen een voor een afsloot. Dan werd 't gordijn langzaam neergetrokken en 'n be-scheiden opening gelaten, voor hen, die ook op Zondag niet aile aardsche begeerten op zij kunnen zetten. De groote schijf van de klok op 't post-kantoor scheen matgeel en de wijzers we-zen een kwartier over negen. Midden op 't plein stonden 'n paar vrienden afscheid te nemen, die de band der vriendschap diep schenen te voelen. Ze hielden elkander vast en toen de eerste regel hoog uit de lucht dreunde, zongen ze geroerd samen «Don't say good bye!» en 'n nieuwe omhelzing volgde. Op de plek waar men overdag de schoen-poetsers bezig ziet, stond een man met ver-vaarlijke stem te schreeuwen en te gesti-kuleeren, doch niemand nam notietie van hem; 'n paar Kaffers stonden zijn volhar-ding te bewonderen en zijn geschreeuw werd tôt diep in de rechte straten verno-men. Die man arbeidde voor de zending onder Israël, doch 't scheen hem te gaan als «Heemskerk en de zijnen». Hij rekende de uitslag niet, en telde 't doel alleen. Want op Zaterdagavond zit 't Johannesburgsche ; Israël meestal in 't theater. ; 't Eentoonig getjingel van trems ging nog steeds door. Kebs ratelden bij tus-schenpoozen af en aan en de voetgangers begonnen zich te haasten. De groote drom, die gewoonlijk op dien avond in Prichard-straat verzamelt, en elkander voorbijschuift verminderde langzaam en in de bars werd het levendiger. Men praatte, lachtte of zong mee, als 't gewone Zaterdagavondconcert een van de «catches» van de week gaf.Tus-schen die drukke menschen zweefden dan de vrouwelijke heilsoldaten, die met 'n on-verstoorbare glimlach hun « War Cry » ventten. Ze letten niet op de ruwe of fijne opmerkingen hier en daar gemaakt, en werden niet boos als 'n half aangeschotene t «a kiss in the bargain for next time» be-; sprak. 'n Bescheiden «dank u», was 't ee-> nige dat over de lippen kwam, en 'n ze-kere soort van niet te verklaren eerbied behoedde hen tegen ruwe bejegening. 't V/erd buiten stiller. Verweg hoorde men 't onafgebroken geraas der stampers en 't plotseling schel geluid van 'n politie-fluitje, dat 'n oogenblik beweging in de straat bracht. Behalve op het Marktplein heerschte er duisternis rondom. Wel scheen er licht in de donkere straten, doch 't was onzeker, daar het stof van den dag de ba-lonnen der lampjes grijs gemaakt had.De nauwe Foxstraat geleek op een wijde steQg, donker en eenzaam, 'n plek waar menschen u te gemoet komen met de hand aan den greep van hun revolver of zwaaiend met hun wandelstok. Het eenige deel van die straat, dat des avonds licht is, is de wijde ruimte om de «charge-office», het voorloo-pig tehuis voor hen, die werkelijk of ver-meend zich hebben vergrepen tegen de wet en die daar gebracht worden door «bobby» en zijn gekleurde trawanten. t De groote wijde deur van dat gebouw staat altijd open, en evenals in het beken-de Sankey-lieclje, komt er ten minste _'s : avonds steeds 'n licht stralen, doch het is niet 'n teeken van vreugde en gejubel. De breede trap voert u naar de eigen-1 lijke kamer van beschuldiging, die ook al-î tijd open is. Daar ligt op de toonbank het t boek der beschuldigingen, dat met 'n on-r verstoorbare kalmte gevuld wordt. Daar staat de gevreesde sergeant, die de klach-3 ten aanhoort en soms beslist, of de beschul-r digde daar nachtlogies zal verleend worden dan of hij op losse gronden die hooge trap-t pen is opgesleurd. Daar ziet ge de beschon-kene staan in de greep van 'n paar forsche c Zoeloes, die onbeweeglijk hun klacht uit-brengen in streng militairen vorm. Stijf rechtop, het kepje tegen hun oor geplakt, en de witte broek om hun dijen alsof die er op geplakt was, houden ze t hun prooi in twee sterke vuisten. De sergeant, gewoon aan die dingen, — j draait aan zijn puntigen knevel en vraagt i, J onverschillig: — What's the charge? — Drunk, Sir. t — Disorderly ? t —• No, Sir, he lay in the street, Sir. — Did he come with you ? n — No, Sir, we pull him. ;- Een kaartje wordt in den zak van den i- ongelukkige gestoken waarop zijn naam, n of daar die vaak niet uit te vinden is, zijn nummer geschreven staat, en 't bedrag geld dat hij bij zich draagt. Dat wordt hij p. weggebracht door een groot ijzeren hek, :t toegang geeft tôt 'n wenteltrap die it voert naar eL «ailen. Het is misschien kin-derachtig, doch ik kon r.iflt helpen dat ik, n toen ik voor 't eerst die trap onder geleide van 'n vriend afdaalde, 'n kippevellig ge-voel kreeg. En menigeen heeft al een nacht in dat gebouw doorgebracht terwijl men de volgende dag uitvond dat 't eenvouclig «'n " vergissing» was. Een korpulente policeman, misschien om zijn omvang wel voor lichte arbeid ge-bruikt, strekte zich terstond in positie en ging ons voor in de lange gang, tusschen de dikke muren. waarvan de eentonigheicl slechts wordt afgebroken door dikke ijze-1 ren deuren op regelmatige afstanden. Kleine elektrische lampjes verlichtten hier en e daar de rechte streep voor ons. — En nu, zei mijn geleider, zal ik je a eenige typen laten zien, die je misschien i. belang kunnen inboezemen, en om maar t vla% bij huis te beginnen, zal ik je een e landsman voorstellen... Voor ik nog iets in 't midden kon brengen, werd de deur van Nummer 38 geopend en glansde plotseling s een lampje tegen de zolder van eîe cel, Op - ; den grond zat Jan, 'n eerzaam burger, die | al voor twintig jaar Transvaal tôt zijn n i woonplaat^ had gemaakt, en al reeds tien >, Jaar het eerbaar werk van timmerman had uitgeoefend. De omgang met Britsche ar-beidera had op zijn Amsterdamsch dialect t nog maar weinig invloed uitgeoefend, daar d hij nog .steeds de oude veste tôt eer zou e strekken w.at de zuiverheid van zijn taai. betrof. Die zelfde middag had hij, na wat ;, geld gebeurd te liebben, eens 'n beetje «zich

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het tooneel appartenant à la catégorie Culturele bladen, parue à Antwerpen du 1915 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes