Ons Vlaanderen

2761 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1916, 12 Novembre. Ons Vlaanderen. Accès à 19 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/p26pz52w2b/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Tweede Jaar. — N* 38 EDITION HEBDOMADAIRE Zondag 12 November 1946. ONS VLAANDEREN Door Eendracht Sierk; VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG ■—I ■llllil II IIMMWII IMI IIMIIWI W II I II ■— I II II II II laiHIMIIIIIIIIHI — Liever Dood dan Duitsch! Inschrij vingsprijs : Voor Frankrijk i per jaar 4.00 fr per zes maand 2.25 » Buiten Frankrijk : per jaar 6.00 » Bureelen der Redactie : te Gent : 24, Wellinckstraat. — te Parijs: 181, rue de Charonne — .1. ,i ; ■■ Aankondigingen : Tien frank per 4 Regels. Zielx wenden tôt Ons Vlaanderen. Soldaten en Vluchtelingen. Onder degenen die het meest door den oorlog lijden, behooren voorzeker wel onze soldaten en vluchtelingen. Het leed der eenen wordt hun door den plicht opgelegd, terwijl de anderen door de gevolgen van den oorlog ge-dwongen zijn geweest, al het wee van het bannelingsleven te aanvaarden. Eene groote gelijkenis bestaat in hun lot. Beiden hebben hunne dorpen en haard-steden moeten verlaten, zijn van fami-lieleden en kenn ssen gescheiden en hebben nagenoeg ^ezelfde ontberingen te verduren. 't Is daarom dat wij, soldaten, de vluchtelingen lief hebben, meer dan iemand anders kunnen wij al de grootheid van hun ongeluk beseffen, en om clic gemeenschap in het lijden is er tusschen hen en ons eene zekere genegenheid ontstaan, die gedurig ster-ker wordt naarmate den oorlog blijft duren. Ik herinner mij nog goed, de tooneelen waarvan wij gedurende de eerste oorlogsmaanden getuigen waren, toen gansche scharen mannen en ou-derlingen, vrouwen en kinderen, voor de komst van den vijand bevreesd, enkel met eenige pakjes beladen, langs onze rangen voorbijtrokken, niet we-tende waarheen zij hunne schreden zouden wenden. Ik zie ze nog vôôr mijnen geest zweven die akelige stoe-ten ; ik hoor nog het gejammer der moeders, het pijnlijk schreien. der kinders. Diep was de indruk die dit vertoog op ons soldatenhert maakte, het koudste en onverschilligste gemoed werd er door getroffen, zelfs soldaten die anders in de moeilijkste omstan-digheden en hevigste gevechten kalm bleven, konden dan hunne ontroering niet bedwingen en lieten den vrijen loop aan hunne tranen. Te samen met het medelijden dat wij voor u, vluchtelingen gevoelden, kwam eene zekere vrees onze ziel vervullen ; want wij 00k hadden familiëleden die ons dier-baar waren en angstig vroegen wij ons af welk lot hen zou treffen... De oorlog duurt nu reeds meer dan 2 jaren, gedurende dien tijd, zijt ge steeds ver-der en verder getrokken en wacht nu in den vreemde, hetzij in Frankrijk of Engeland, het uur der verlossing af. Ongetwijfeld rijst bij u somwijlen de vraag op : hoelang zullen wij hier nog moeten blijven, wanneer zal het ons maar eens toegelaten zijn naar ons huis terug te keeren ? Oogenblikken van moedeloosheid komen u somtijds overvallen die uw ongeluk nog grooter maken, dan laat ge het hoofd hangen en allerlei zwarte gedachten bestormen uwen geest, 't is alsof ge dan aile hoop verloren had. Alzoo niet, mijne Vrienden, voor ons 00k is het leven hard en bovenal gevaarlijk, vele pijnlijke dagen en nachten brengen wij door en staan ons nog te wachten, voor ons 00k duurt de oorlog lang en nochtans verliezen wij den moed niet. Van uit onze loop-graven roepen wij u toe, 00k geduld te hebben, de dag zal eens komen, misschien is hij zelfs niet ver meer verwijderd, waarop dit leven eindigen zal. Vooral laat u niet doer moedeloosheid overvallen,dit ware den naam van Belg en Vlaming onwaardig. In dezen strijd heeft ons leger eene taak volbracht die de gansche wereld ver-baasd heeft, door zijne eendracht en trouw aan het gegeven woord heeft het Belgisch volk zich in de oogen der andere naties beroemd gemaakt en nu eens dat de overwinning aanstaande en 't herstel van ons Vaderland ver-zekerd is, moeten wij meer dan ooit de faam waardig blijven die wij ver-worven hebben. Ja, de orerwinning behoort ons toe, zulks lijdt geen twij-fel ; ons verwoest België zal heropge-bouwd worden ; Vlaanderen zal uit zijnen doodslaap verrijzen, uit zijne puinen zal een nieuw Vlaanderen op-staan, nog schooner en bloeiender dan voorheen. Dit gedacht alleen wekt reeds onzen moed op en maakt ons bereid en sterk genoeg om aile leed te verdragen. Wij weten dat elken dag lijden die hier voorbijgaat uw balling-schap doet verkorten en ons nader brengt, tôt den zoo vurig verlangden vrede en het blijde wêerzien. Een wensch, een vraag enkel, sturen wij u van verre toe, te weten : blijft Belgen vooral, en Vlamingen en wil als zoodanig handelen, 't is te zeggen : blijft getrouw aan onzen Godsdienst, taal en zeden, opdat wij later eens in het vrijgevochten land terug, malkan-der de broederhand kunnen reiken en samenwerken, tôt herstelling onzer vernielde streken, tôt uitbreiding onzer taal en rechten, in een woord, tôt her-leving en opbloei van ons dierbaar Vlaanderen. Moed en geduld, vrienden, hopen wij in de toekomst, in afwachting van het blijde tijdstip die ons allen opnieuw vereenigen zal. Jerôme Vanthuyne. Socialisme su Democrails Dezer dagen hebben in onze omge-ving herhaalde gesprekken onder vorm van inkwest bij militairen en burgers, onze belangstellende aandacht opgetrokken. We meenen dan 00k omtrent de algemeene opvatting van het Socialisme te moeten inlichten en denken goed te doen aan deze docu-mentatie onze eigene 1 pmerkingen toe te voegen. Op één punt althans vallen het allen t' akkoord. We vatten het samen in dezen volzin : Een der doelen van het maatschappelijk vraagstuk is de ge-lijkheid van allen, gesteund op Menschlievendheid, Samenwerking en Rechtveerdigheid om te ontsnappen aan den nood en aan de kwalen die de nood baart voor zich zelven en voor de zijnen. Het grondbegin van aile kwaad in het menschdom op maatschappelijk oogpunt is de Ikzucht dergenen die door den naam, het ambt, de fortuin en het lot bevoordeeld, de ware grondbeginselen van de chris-tene naastenliefde over het hoofd ziende, zich meer schatten en hooger-geplaatst achten dan den gewonen mensch die zwoegt in het zweet zijns aanschijns om in zijne noodwendighe-den te voorzien. Volgens mijne diepe overtuiging zijn het met deze eenstem-mige verklaring aile rechtgeaarde De-mokraten ééns. En die ikzucht — naar aanleiding van mijn verder inkwest — kan min-der kwaaddoende gemaakt worden wanneer aile staatkundige, maatschap-pelijke en staathuishoudkundige instel- lingen ophouden haat en strijd en nood onder de menschen te ver-wekken. Er moet diensvolgens ge-streden tôt het verwezenlijken eener maatschappij waar er noch uitbuiting door kapitalisten, noch overweldiging door hoogere ambtenaars, noch fana-tieke vervolging door bestuurders be-staan zal ; eener maatschappij waar de krachtinspanning van allen vrij zal worden samengewrocht. Ten dien einde moesten de menschen van den staat van onderlinge tegenwerking en brutale bekamping overgaan tôt een staat van gave mededinging en gezonde verstandhouding. Daarom moet de massi zich van zijne ekonomische lijdzaamheid verheffen tôt eigen be-weging, aanvattingsgeest en verant-woordelijkheid ; daarom 00k moeten aile werkkrachten die zich althans uitputten in vruchtelooze verbeuring samenspannen tôt eene gemeenzame werkadigheid om de onrechtvaardige eu onzedelijke uitbuiting der onmee-doogende kapitalisten te keer te gaan. Een staat van welverstand en eendracht moet opvolgen aan den huidi-gen staat van strijden, vervolging en haat. De arbeid moet ophouden een strijd te zijn der eenlingen onder hen tôt het veroveren der meeste genietin-gen, en moet de mededinging worden van aile menschen te samen tegen de ongerechtigde overmacht, tegen het overweldigende kapitaal en tegen den nood van 's menschen leven. Een roes van bittere verontwaardi-ging, leidzaam zielewee en dwaze droe-fenis zweeft over deze verklaringen. Zoo zeer natuurlijk — sterk en onweer-staanbaar in zijn uiting ontsprong die wilde stroom van maatschappelijke heropbeuring en herboren volkeren-recht, dat in mijn innig wezen mijn herte aan 't leven ging van hoopvolle verwachting en drieste droomerij. Een licht van somber medelijden daalde in mijn kloppenden boezem ; mijn geest van lo9se immaterieele ideeën werd naar iets reeëls getrokken en 'k voelde in mij een dwaze dwarrel-stroom van veel gedachten die me kwelden. En toen ik vroeg al links en rechts aan allen die zich gewaagden socialis-ten te noemen en er zich over roem-den, wat ze dan dachten over kollek-tivisme et internationalisme, over afschaffen van persoonlijken eigendom en verdeeling der goederen, over den duurzamen vrede met den vijand van ons Vaderland en het afschaffen der nationale grenzen, dan klonk onveran-derlijk het schertsende antwoord in slechtverdoken woordgezwets en onder een vaag-bedenkelijke schuddebollen : « Dit nu, hoort toe aan den verleden tijd. Er moet althans niet meer ge-raaskald over misselijken kost, maar er dient een frissche kijk op de zalcen van hedendaagsche noodwendigheid geworpen en ernstig te werke gegaan in de toekomst. • «En wat dan over den godsdienst ?» ontwelde, me principifditer den meer en meer benieuwden boezem. En tel-kenmale zweefde een onwillekeurige glimlach om de lippen van mijne ge-duldzame patienten . « Mijnheer hoort toe aan de Katholieke partij » ant-woordden me de Belgische Iandgeno-ten. « « 't en kan niet anders, vermits ge staatkunde en godsdienst misselijk vergist of opzettelijk mengen wilt. Maar wat heeft dan toch Godsdienst uit te maken met staatkunde en staathuishoudkunde ? God sticht den Godsdienst ; de menschen hebben den Staat gesticht ».... Niet één per de~tig mijner onderhoorden, verklaarde zich stoutweg agnostieker of godloochenaar. Bij eene zeldzame uitzoïjdering na, waren allen * ware leerlingen van Kristus, den eersten Democraat, mijnheer ! s Velen beweerden goedschiks 1 den eersten socialist ! » Naar het algemeen gedacht is het godsdienstig gevoelen een der bijblijvende princie-pen der maatschappelijke ontvoogding. Morgen even als gisteren en vaadaag zal het ontvoogde menschdom véôr het geheim van zijn ontstaan, zijn lot en zijn roep, godsdienstige gevoe-lens koesteren en uiten, innig maar vrij, gewetensvol maar ze.'fbewust. Geen tegenstrijd, geen verzet, — beweerden de meest intellektueelen onder mijne geïntervieweerden, — bestaat er tusschen Socialisme en Kristendom ; in-tegendeel, tusschen beiden ligt eene grondige gemeenschap van ideaal en werkdadigheid. Was dan het Kristia-nisme bij zijn oorsprong niet eene vreedzame omwenteling die op maatschappelijk oogpunt het menschdom verloste van de slavernij der kapitalisten en de overweldiging der hooger-geplaatsten, die den oorlog voerde tegen ikzucht en heerschzucht, die streedt voor vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid ?... En toen ik hen stil-glimlachend deed opmerken dat ik zelf nooit schooner en kristelijker in mijn leven gesproken had — « Maar godsdienst is private zaak, Mijnheer, Mijnheer, een kwestie van geweten en geestelijk belang ; en de ministers van den Kulte hebben zich maar niet open-baarlijk te bemoeien met politiek en aardsche zaken... » — En wat ik nog zooal hooren moest ; ik kom er liever niet op terug. — Maar als jonge mensch die op den bloei van de moderne beschaving zijn lust en zinnen gesteld heeft en het maatschappelijk leed e/ n scherp gevoelt als zijne geteisterde evenmenschen, veel scher-per dan zijne gebeurlijke bedillers, gaf ik aan mijn weegevoel als democraat vrijelucht en vrije uiting, door een traan en door een glimlach. — « Door een traan » omdat ik al te wel onder-vond hoe geil-diep sommige misselijke princiepen over godsdienstige vervolging, klerikaal fanatisme en uitbuiting, > ellendig wortelen heeft geschoten in 4

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Ons Vlaanderen appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Parijs du 1915 au 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes