Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit

520 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 05 Janvrier. Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit. Accès à 17 mai 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/610vq2tp9v/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

ZONDGSBLAD ZONÛAG 5 JANUARI 1918 BQblarî van - VOORUIT „ Derde Jaargang — N1 37 Prijs : S eenîiemen Stekelbaggatjes Schetsea uil iset Oost-Vlaanderscha Muitenleves door Mozes STEKELBAÇH. Het noenmaal in 't « Hôtel Suisse » was uitgelezen fijn en lekker. Meneer Léon had in zijne hoedanigheid van reis-papaatje de spijskaart sainengesteld. Hij was èen lekkerbek, een echte smulbroer en had dé fijnste gerech-ten uitgekozen, die de keuken van het Hôtel dien dag kon ' voorzetten. Zijne vrienden feliciteerden hern hartelijk ora zijn kieschen smaak. Klipsteen at en dronk maar matig en betuigde naief-openhartig zijn voorkeur voor pataten met een stuk zwijnsvleesch boven al die sterk gekruide vreemde prullen. Onder het nagerecht, rijkelijk besproeid met schuimen-den Champagne wijn — gracieuse gift van den rijken jonkman — ondergmgen onze \ier dorpshanen hunne tweede gedaanteverwisseling. Klipsteen daarentegen be-hield zijn gewoon voorkomen van stijf-gehalsboorde, zwij-gende en luisterende heer-boer. Die nieuwe gedaanteverwisseling gebeurde eventwel niet bruusk ; ze openbaarde zich in geleidelijke opklim-ming met het aantal glazen gedronken Champagne. Een tijd lang gluurden de oogen der honorabelen naar den overkant dir zaal, waar een drietal jonge meisjes zich prettig vermaakten om de gezegdens van een paar jonge heeren ; van lieverlede begonnen de oogen der champagne-drmkers wild te schitteren, de lachspieren kwamen in werking en meneer Léon loste zijne eerste \ ette mop — in verband met zijn gluren naar de mooie Evas-kmderen — aan het oor van zijn tafelbuur, meneer Odilon. De dikke brouwer lachte^het water uit zijne kleme oogjes. Jantje-Pauw, zijne havana tusschen duim en wijsvinger houdende, zoodat zijne diamanten ringen goed in 't licht kwamen, uitte eene tweede mop aan het oor van meneer Profijt, die ook vroolijk was geworden, nu hij zich gratis zat kon zuipen aan den geoffreerden schuiin-wijn.Het eene woord bracht het andere bij en vveldra warew onze dorpshanen in opgewekt onderhoud gewikkeld over... de liefde. Neen, met over de liefde, 't woord is te mooi-dichterlijk om de platte boertigheden te betitelen, waar-mede onze deftige heeren elkander vergastten. 't Was over Klipsteen had het juiste woord op de lippen, terwijl hij in stomme verbazing zat te luisteren en in-tusschen zijne aangroeiende menschenkennis verrijkte met het idee : « dat de wereld zwanger ging aan schijn-heilige braafheid. » Hij zelf was ook wel geen heilige en had meer dan een jongelingszond-eke op 't geweten, maar de viezigheden, (eilieve, nu is 't woord er toch uit) die zijne lieve vrienden uitkraamden, had hij uit een menschen-mond nog niet gehoord. 1 oen de driften-streelende redekaveling tôt haar hoog-ste stadiuin was gerezen, stelde de reispapa voor, geza-mentlijk een bez«ek te brengen aan 't verblijf Wer Venus-diertjes. Nieuwe verbazing voor Klipsteen. Bestond er binnen Antwerpen nng een tweede dierengaarde met vreemd-soortige beestjes bevolkt?... Venusdiertjes! De herinne-ririg aan de leugen-moppen, die hij had moeten slikken over eierleggende olifanten. enz., weerhield den heer-boer meneer Leon's zoologische kennis m te roepen over die aardig genoemde diersoort... maar hij uam de uitnoodi-ging tôt het bezoeken er van gereedelijk aan. Klipsteen had altijd eene bijzondere voorhefde gehad voor 't naspeu-ren van 't wonderbaar organisme en de levenswijze der dieren zijner streek ; het spreekt dus van zelf, dat zijne nieuwsgierigheid voor 't onbekv-nde op dit gebied — vooral 11a 't bezoek aan den dierentuin — in hooge mate werd geprikkeld. A'Iaar hij zou ditmaal goed uit zijn oogen zien en zich geen foffen meer laten wijsmaken De Raad der cilinder-hoeden slingerde dus naar het verblijf der Venusdiertjes. Ik zeg slingerde, want de waggelgang der beschonken dorpshanen deed denken aan 't slingeren op de golven van onttakelde scheepswrakken : de hooge hoeden stonden op een oor, de glacee-hand-schoenen hingen verfrommeld aan de vmgeren en de zwarte frakken fladderden nu vrij open. Klipsteen alleen had zijn fatsoen behpuden : plankstijf, den wandelstok onder d.en arm, \olgde hij de zwierende bende.Jiat hoofd vervuld' met gissende gedachten over de nieuwe zoologische wonderen, die hij weldra zou te zien krijgen. * * * Neen lezer, hoezeer gij er ook naar hunkert, om te ver-nemen wat onze honorabele dorpsheeren naar de Venusdiertjes dreef... ik mag het u met zeggen. Er zijn dm-gen, die 'n fatsoenhjk schrijver niet aan 't groote klok-zeel mag hangen, wil hij zijn goeden naam niet verhezen bij het deftig publiek van het gehalte van meneer Léon en C1". En Mozes Stekelbac^i is 'n fatsoenhjk schrijver; hij ontsticht u niet door chroniques scandaleuses, wat hem met bedekte woorden wel cens door wijsgeerende dagblad-redacteurkens en zoekers naar maanlicht in den donkeren-nacht werd aangewreven. Onze dorps-notabelen gingen dus * * * Madame Klipsteen zat bij de kermistafel, in de mooiste kamer \an haar huis, omrmgd van hare wettige en aan-gehuwde kinderen. Voor bijzichtige lieden had zij - op afstand gezien -schijnbaar het voorkomen van een nog-niet-zeer-bejaard mode-dametje, dank aan 't kokette zomerkleed en de krachtig aangewende pharmaceutische masker-middeltjes op 't gelaat. « Madame Klipsteen blijft immer jong » — was 't aan-genaamste kompliment, dat hare ooren kon streelen. Bedelaars en aalmoes-ophalers wisten het ook behendig te gebruiken om haar geld'beugel te doen opengaan. Wie boud en stout de waarheid had durven zeggen — « madame Klipsteen, ge wordt stillekens aan oud » — ware voor altijd uit hare gratie verbannen geweest. Die waarheid zei dan ook niemand. Iedereen loog : de eenen uit laffr vleierij, de anderen uit baatzucht en nog anderen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit appartenant à la catégorie Culturele bladen, parue à Gent du 1915 au 1928.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes