De stem uit België

1896 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1917, 22 Juni. De stem uit België. Konsultiert 02 Mai 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/r785h7d60b/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Bureel: 21, RL'SSELL SQUARE, LONDON, W.C. Téléphoné: Muséum 267. De Stem VOOR GOD EN VADERLAND. uit Belgie Abonnement : 2sh. voor 3 maanden. Subscription : 2sh. for 3 months. Voor de Vereenigde Staten : 30 cts. Voor HoUand : 1 fi. Voor PrankWjk : 2.50 fr. Voor de soldaten : lsh. of 1.50 fr. 3de Jaargang Nr. 40. Blz. 1511-1518.) Oplage: 10,900. VRIJDAG, JUNI 22, 1917. Registered at G.P.O. as a Newspaper 8 blz. 1 %d. AAN ONZE LEZERS.—VVij verzoeken aile degenen die per trimester van uitgave betalen ons voor den vierden trimester (Nrs. 40-52) het bedrag van 2/ deze week te willen inzenden. Van een goed gehoor geven aan dezen oproep nangt het af of we toekomende week op 12 blz. verschijnen kunnen. Deze week hadden we talrijke klachten van wege onze geabonneerden in Londen omtrent het te laat toekomen van het blad. Aile nummers gingen zooals gewoonlijk weg, den Vrijdag voormiddag. Wij hebben klacht ingediend bij het General Post Office. 0 Zijne Hoogwaardigheid Monseigneur De Wachter roept de aandacht zijher priesters en van allen die met de Belgische scholen belast zijn, op het nemen van voorzorgen tegen gebeurlijke air-raids. Op voorhand moeten passende maatregelen worden overlegd en oefeningen door de kinderen gedaan op-dat bij eerste verwittiging ailes op ziji* wijst en voor-zlchtigst geschiede. O De moeilijke Vrede. Sedert eenigen tijd gaat de vredesbeweging haren gang. Te Londen is het de "Society of Friends," du Zwitiserland voornamelijk Eizberger en in Stockholm zijn het de sociaal-democraten die arbeiden iaan het herstelllen van den gewensohten vrede. Ook in Rolland schijnt de gedaohte veid te winnen en "De Tijd," het hoofdorgaan der HoUandsche katholieken, wekt onze geloof'Sgenooten op om eveneens een vredesactie op touw te zetten. Principieel kan m en tegen zulik een bewe-ging niets inbrengen. Wij moeten allen ijve-ren voor den vrede ; het is onze hooge plicht. De oorlog zelf zou geheel verwerpelijk zijn, zoo hij niet tôt doel ihad, d'oor den triomf der rechtvaardi'g'heid, de gestoorde orde te herstellen. En daar die vrede onder de vol-gelingen van Ghrisfcus' leer een noodzakelijke voarwaarde is vian den nationalen vredç, zoo kunnen wij zeggen, dat Zijne Emiinentie Kar-dinaal Mercier met de overige bisschoppen van België reed:s sedert long een vredesactie begonnen zîjn.. De brief, dien het vereenigd Belgisch episcopaat gezonden heeft aan de Kerkvoogden van Duitschland en Oostenrijk, kon, zooals we indertijd (16 Juni 1916), hebben aangertoond, geen andere strekking hebben dan den laster jegens het Belgisch volk, een der grootste hinderpalen voor den triomf der "hoogste liefdewet" en des vredes, weg te nemen. Zelfs de aanspraak Zijner Emi-nentie tôt de dekens en pastoors van zijn bisdom, alhoewel het recht van den oonlog mtroepend en waarsohuwen«l tegen een voor-barig aanknoopen van vçiendsohappelijke betrekkingen met de Duitsche katholieken, is no g in den grond een vredesactie, aangezden hier eveneens geijverd wordt voor het herste der gesahonden gerechtigheid, zonder het-welk de ware vrede niet mogelijk is. Het zal echter van de omstandigheden af-hangen, of, behalve deze voorbereidende vredesacties, eene andere vredesbeweging, die rechtstreeks op de oorlogvoerende Mogend-heden wil anwerken, irattig zij of niet ; en hieromtrent zullen wij ons eenige opmerkin-gen veroorloven, naar aanleidifig van het artikel in "De Tijd" (23 Mei), over "Een Katlholiek initiatief voor den Vrede," tevens aantoonend welke hinderpalen in deç weg staan om in de Ijuiddge omstandigheden van een vredesbeweging een goeden uitslag te kuenien verwachtera. Deze bedienkingen zullen zioh aansluiten bij diegene, welke wij reeds vroeger (27 October 1916) in denzelfden zin en over hetzelfde onderwerp hebben in het midden gebracht. * * # "De Tijd" betreurt dat de katholieken "den haat en het gewoel der internationale hartstochten niet flinlk tegemoet getreden " zijn. De ware haat, die het kwade toe-wenscht om het kwade zelve, is voorzeker een zondige gemoedsgesteMenis, die, ook volgens den wensch van Z. H. den Paus,.moet uitge-doofd worden. In hoeverre de verschil'lende vol'ken daaraan schuldig staan,, mogen zij zelf onderzoeken. Wij meenen niet, dat het Vlaa-msche volk, hetwelk van 'het begin vlan den oo-rlog tegen dit euvel gewaarschuwd werd, een er.nstig verwijt verdient. Wij wenschen niet—om de woorden van Kardi-naal Mercier te gebruiken—dat onze vijan<-den van het Paradija worden buitengesloten, maar dat zij weder waardig worden daar-binnen te treden." Wel bestaat onder ons een geest van, gerechte wraakneming over het ons aangedane onreaht, dien men niet moet 'erwarren met den zucht naar verwoestiing. Bovendien heerscht in de gemoederen een verbittering over de hemeltergende schelin-stukken van het Dnitsche legerbestiuur. Willen de katholieken der neutrale landen ook Aie verbittering tegemoet treden, dan kunnen z'j met nog meer ijver de menschonteerende euveldaden aanklagen; in hunne dagbladen niet uitsluitend het kwade vermelden, doch Meer nadrak leggen op het goede, dat in de oorlogvoerende landen te vinden is. Het was ons aangenaam te vesnemen, dat een maat-schappij van onderwijzers een brief heeft gericht aan den Paras', waarin beloofd werd dat aan de kinderen de liefde tôt de vijanden ZOU ingeprenit worden. Zoo zouden wij ooik 'erlangen dat de Draitschers en de centralen de ware gemoedsgesteltenis van Engeland kenden, Ondanks de meest onteerende gru-weldaden der bommenwerpers en h&t ge-schreenw van eenige moderne dagbl'adœhn]-vers, bleef nochtanlS' in dit land de ohristelijke eisch weerklinken, dat men zou volharden in de ridderlijkheid,, een kenmerk van het En-gelsche oorlogvoeren, en niet zou beproeven het Duitsche legerbastuur in barbaarschheid de loef af te steken. Wat trouwens eene onmogelijfcheid is en eene dwaasheid tevens : alsof de Diudtschers uit medelijden met hun eigen volk de aanvallen op Engelsche kinderen zouden staken ! Het volk telt daar niet mee, tenzij voorzooverre het een rad is in de oorlogsmachine. Maar na de laatste vlie-gersbedrijven wordt het Engelsch geduld op een harde proef gesteld ; nu wordt gevraagd dat de iiegeering den oorlog zou verklaren aan het Duitsche volk zelf, zoodat ook de Pruisische zuigelingen als weerbare vijanden zouden beschonwd worden en de weerwraak-maatregelen daardoor een glimp van gerech-tigherd erlangen. Zoo wordt, door Duitsch-land's schuld, de christelijke beschaving aan de deur gezet. Wij k'eeren terug tôt de dagen van Tigl'at-Pileser ! * * * De werkzame ijver van de belijderç zonder meer der humaniteitsidee noemt " De Tijd " Wie geeft hier den leiddraad, die ons door den doolhof der op te lossen vraagstukken zal voeren naar den gewenschten vrede? Het ontbreekt den kat!holieken minder aan goeden wil, minder aan bereidvaardigheid om hun plicht te doein, dan aan de kennis zelf van hetgeen hun plicht vereisoht. Men zal vredeawenschen uitdrukken, ver-toogen opzenden ; maar zoolang niet bepaald wordt, wat men verlanglt en wat men als recht beschooiwt, zullen het vrome wenschen blijven. Doch zoo dit gesohiedt, dan ont-mioet men dadelijk den tegenstand. Om eenige hoop op welslagen te hebben, is het niet voildoende dat de Regeeringen de bepaal-de wenschen fcennen en de billijkheid daarvan gestaafd worde ; ook het Volk, waarmee elk landsbestuur te rekenen heeft, moet de recht-vaardigheid der vredesvoorwaarden inzien en edelmoedig genoeg zijn om ze aan te nemen. Kan men zoo iets bereiken, wanneer de eenen als maatstaf bij hun eischen het christelijk recht gebruiken, terwijl de anderen, naar het voorbeeld van Niccolo Machiavelli, niet aar- OPVOERINC VAN CALLEWAERT'S : " HULDE VAN DE WERELD AAN BELGIE," TE ST. BONIFACE (MAN.), CANADA. Van links naar rechts : 1. Firmin Van Steenbrugge, Anseghem ; 2. Cyriel De Smet, Wyngene ; 3. Albert Bockstael, Schoorisse ; 4. René De Riviere, Aeltre ; 5. Cecile Rodts, St. Amandsberg ; 6. Emiel Elias, " Ertvelde ; 7. Madame M. Doigny, Gent ; 8. Madame O. Rodts, St. Amandsberg ; 9. Alice Janssens, Berlaer bij Lier ; 10. Cecile Rodts, St. Amandsberg ; 11. Th. De Craene, St. Boniface ; 12. Cyr. De Cuyper, Moorslede ; 13. Julien Rodts, St. Amandsberg ; 14. Marcel Doigny, Gent. beschamend voor de katholieken, die "brach-tens hun goddelij'ke gebodenileer nadrukke-liljke verplichtinigeni jegens de menischheid hebben." Het schijnt ons niet >toe, dat deze blaam volkomen gerechtviaardigd is. Wan.t ds die achterstand in initiatief bij de katholieken niet voor een groot deel uit te leggen door een zekere Vrees dat zij door voortvarendheid zich konden laten verleiden tôt bemoçidngen, welke alleen der regeeringen toekomen en zich alzoo1 bondgenooten zouden maken van de sociaal-deiraocraten, wier optreden al te dik-wijls eeni revollutionair karakter aanineemt? Zulk eene actie zou natuiurlijk ook "De Tijd " afkeuren en trouwens h'et zijn niet zu.lke bemoeiingen welke hij voorslaat. Hij kent zoogoed als wi'j de leer der christeldjke wijsbegeerte : gelijk alleen het Staatsbestuur het reoht heeft om oorlog te verklaren, zoo heeft qok uitahiitend het wettig gezag de bevoegdheid om te onderhandelen over den vrede. En dit is jiuist de geruststelling, welke in Engeland gegeven wordt aan de geloovi-gen, die meenen dat de Piaus hun verwijten toestuurt. "Zij vragen : waarom berispt ons de H. Vad'er, dat wij geen emde stellen aan den oorlog? Het antwoord is, dat wij in zijn vroegere of latere woorden niets kunnen , vinden, waaraan wdj zulk eene bedoeling mogen toeschrijven. Zijn beuoep is gerietht tôt al de oorlogvoerenden, opdat zij hun geweten zouden onderzoëken... Onzen re-geerders korait het toe (te onderhandelen over het eindigen van den oorlog, wanneer zij denken dit nuttig of ^venschelijk te zijn." ("The Moratlh," June, 1M. 545.) Doch er is meer. Men bedenke dat de volgelingen van den katholieken godsdienst, behalve aan bunne verplichtingen jegens de menschelijikiheid, ook gebonden zijn aan de wettao der Techtvaardighieid, welke Bossuet de koningin der dengden noemt ; en dat zij voorzeker beter dan de sociaal-democraten de bezwaren beseffen om humaniteit en recht hand aan hand te doen gaan in het beslech-ten der ootelbare conflicten, der Babyloni-sche verwarring waarvan Europa thans het scihouwspel levert : een mengeling van tegen-strijdige eischen, doeleinden, beweringen, overtuigingen, ovensohreeuwd hier door de noodfcreten der beroofden en verdmkten, dààr door 'het victoriegekraai der militaire hanen op een lijkenhoop. Tijdens de luttele oorlogsmaanden is de verdeeldheid tusschen de volken grooter geworden dan de chaos der protestantsche secten, die Leibnitz en anderen te vergeefs po&gden te verzoenen met elkaar en» met de Roomsch Katholieke Kerk. Wie ontsteekt hier licht in de duisternis? zelen de meest wed'errechtelijke inpalmingen als "frodi onorevoli " en "seelleratezze glo-riose" te huildigen? Nemen we slechts. één voorbeeld : dat van België tegenover Duitsch-land. Er is naar onze diepe overtuiging geen 9chaduwe van twijfel dat ons vaderland on-rechtvaardig werd aangevaEen en dat wij recht hebben op volkomen herstel en sohade-vergoeding. Maar zal men ooit van het Duitsche volk bekomen, dat het zulk onrecht erkenne, nadat men het gedurende bijna drie jaar met leugens en lastertaal bedrogen heeft? Is zelfs dit volk bekwaam om een onrecht ta erkennen? De Keulsche correspondent van "De Tijd" heeft er veiieden jaar (8 Maart), een allesbehalve vleiend oordeel over uitge-sproken : "Reeds zoo dikwijls, zegt hij, heb ik kunnen opmerken, dat de hoogmoed, die het goede Duitsche karakter bederft, wel nooit tôt deze verzoenende en verheffende vernedeTing zial kunnen komen ! " Dat geldt hier het zoo helder blijkend onrecht gepleegd jegens België ; welke uitkomst kan men dan verwachten van vredesvoorwaarden omtrent veel meer ingewikkelde geschilpunten in dezen oorlog? Wel sitrefet ons de Paus tôt voorbeeld. Hij laat zich niet afschrikken door de moeilijk-heden. Wij dienen hem dan ook den steun te verleenen om zijn vredesmissie vruchtbaar te maken. Wij zijn er echter toe gekomen om te vreezen, dat ook Zijne werking op teleurstelling zal uitloopen. Het schijnt zelfs —^naar een bericht van den Romeiraschen correspondent der "Tablet" (9 Juni)—dat de H. Vader, ziende dat Druitschland al zijne beloften breekt—^zich nog, alleen blijft verla-ten op Gods bijstand. En de schrijver voegt erbij : "Het moet waarheid zijn, dat Zijne Heiligheid begrijpt, zoowel als Tommy en Poilu,waarom deze oorlog tôt een bitter einde moet uitgevochten worden, zoo men een duur-zamen vrede, steunend op het recht en de gerechitigfheid wiaarvan hdj gesproken heeft, wil bereiken en in de toekomst de wereld sparen voor nog grootere onlheilen." En hoe kan het anders, wanneer wij ons vruchteloos hebben gevileid met de hoop, dat minstens zijne kinderen zijne smeekbede zouden aan-hooren. Want is het wel /oo uitgemaakt, wat "De Tijd" beweertt en wij wenschten waar te zijn, dlat "deze oorlog de kinderen van Rome als Roomisohe kinderen trouw heeft bevonden aan den Vader? " Ach, men ver-geve ons de pijnlij'ke opmerfking, dat de trouw minder bestaat in 't kussen van 's Pausen muilen, dan in 't luisteren naar zijn oordeel en zijn vaderiijke vermaningen. Ein kunnen wij de verdenking weren, dat de Duitsche katholieken, die wij vroeger als toonbeelden van christelijke gezindheid aanwezen, nu ge-trouwer blijken te zijn aan hun Luthersch "vaderland" dan aan hun Roomschen "Vader"? De oorlog is voorzeker een groot onheil. Evenalsi hi] enkel om herstel van een onrecht mag aangelegd worden, zoo mag men hem ook niet voortzettem wanneer dit herstel door andere middelen kan bereikt wordén. Doch het is een feit, dat de Centrale Mogêndheden nog niet de mimste genegenheid tôt een recht-vaardigen vrede get'oond hebben. Het zoo hoog opgevijzelde " Friedesangebot " kunnen wij toch niet anders opvatten dan als een huichelachtig middel om landgenooteni en neuitralen te verschalken. Zoolang men te Berlijn niet openlijk voor den dag komt met vredesdoeleinden, zooals de Entente-Mogend-hedeh gediaan hebben, moeten deze veronder-stellen, dat de Centralen een politiek van opportunisme volgen en de onderjukking van Europa in het schild voeren. Ook spreekt het vanz'elf da/t in dit geval de katholieken geen vredeswenschen kunnen uitdrukken : zij zouden medewerken tôt een Duitschen vrede, die even noodlottig zou zijn voor het welzijn der Kerk als voor de vrijheid der Europeesche Staten. Gelijk Mr. Balfour, in zijne gisteren te Londen gehouden redevoering betoogde, het voorbeeld' van Duitsohiland's optreden in België—waar een stelsel van puur barbarisme werkzaam is geweest, ook nadat er van z.g. militaire noodzaak geen sprake. meer kon zijn —leert ons welk een gedrochtelijke dwinge-landij de besohaafde wereld te verwachten heeft van Duitschland, zoo niet de geest zelf van hààr militarisme is verdwenen. Ziedaar hoe mannen van invloed oordeelen over de vredesbeweging. Intusschen zullen wij ons heden, met de soldaten der Entente-Mogendheden, toewijden aan het H. Hart en de smeekbede ten hemel zenden : " Schenk onzen aanvoerders wijislheid, maak elken krijgsman moedig in den strijd en edelmoedig m de zelfopoffering. Verleen dat 'de gerechtigheid die de naties veriheft ' moge heerschen onder ons en dat onze strijd tôt verdediging van het recht met de zegepraa.1 moge be-kroond worden." O Vwe Roeskaia ? Dees vefhaalde een Roode-Kruis-djame die op de bureelen van "De Steaa" niet vreemd ds : 't Was im September 1915. Itk was gelo-geerd op weliverdiende vakantie in het Hôtel Martin, niet verre van de statie te Trois>-PontB in de Ardeanen. Mijn zoonitje geraakte er de Brusselsc'ne bleeke kle<ur kwijt in de geu-rige luicfat der masiten en ik zelf kwam zoo wat. op mijn stel na de menigvuldige storingen dia de oorlog en de bezetting voor mij reeds mee-gebracht hadden. Ik kwam dus dien namiddag zoo tegen 't koffieuur van. een wandeling en vind in 't botel een .aantal Duitsche soldaten die hun bier of hun schnaps naar biinnen speelden. Nu Duitsche soldaten hebben We overal in België genoeg en te veel gezien, ook in Trois-Ponts, opdat het eenige betieekenis had, wai'e het niet geweest dat een ander logistgast van t' hôtel me in t verkapt weg gezegd had : —Ze hebben veentien Russiische gevangenea bij. Goed ! Daar beleven we een nieuwe oorlogs-episode op, zeg ik mezelve.Ik heb nog in Rusland gewoond en kan nog een klad Rus-sisCh. Komaani we spre!ken dezen man aan, aan den hoek der tafal. —Haben sde kriegsgefangeneta mit, vraag ik zoo in gebroken Duitsich. —Ta, Russische Moujiks, Madame. —îch will gaan sehen, zeg ik. —Waruimi? —Um dieze arme L,euite etwas zu geben ) De main wou niet onvriendeldjk zijn. Maar hij waa, ook geen baas. Over hem zat ds officier die nu ook toelluisterde. —Wollen sie komem mit mir; vlei ik. Bitte sehr... —Leider schwer, Fraulein ! —Kiriegsgefangenen willen nicht essen? Idi bringe boterhammen... M. Martin die in 't (hotell stond en 't spel volgde, bezag me en zei halfiuid : —Tu oublies que nous somim es rationnés. —J acques.. ! Mijn kleine komt afgeloopen. En alsof het met den Duitscih al geklonken was : —Vite ! Tu vias chercher ta couque de Ver-viers que je la coupe ; tu vas la distribuer aux Rus&esi Dat was maar den aard van mijn jongetje ! Ik liep nog gaïuw in de cooperatief naast de deur om drie pakkan wafels, haastig, haastïg opdat de stemming der Duitschen niet zou veranderd zijn. M. Martin van 't hôtel gaf me vier pakken cigaretten. Voor zooveel beslisttiheid was mijn Duit-sdher niet bestand. Hij volgt me werkelijk daar ik met mijn kleine naar de deur ga en nog een andere Diuitscher volgt, 't zij dlat hij gewenlkt was of uit nieuwsgierigheid mee-kwam.—Schbnes wetter, risikeerde de Duitscher onderweg. —Jawohl, zei ik. Ik verrtel dat ik van 't Rood Kruis geweest ben en ook vele Duitschers heb verzorgd en ja ben tôt in Keulen in 't groot gasthuis geweest. )

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De stem uit België gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Londen von 1914 bis 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume