■^ywpi^YTiTirrriaaTnmjfiiiiii m m uni ■——a hoofdredactie : vrouwensecretariaa' MET MEDEWERKING VAN HE' algem. secret aria at EN HET WERK DER volks bibliotheken "de straal,, ALLERLEI beheer : peperstraat, 17. — «O» — abonnementen : per jaar : fr. 3,25 zes maanden: » 1,60 drij maanden: » 1,00 Weekblati v©op ©ras ¥issaraiseiï© ¥©ik INriUUD : De Levenskring in de Natuur. — Een Zeldzaam Tweegevecht. — Geen Werklooze Berusting. — Het Stadhuis van Gent. (vervolg) — Ondersteuningswezen. —'Aan de Kantwerksters. — Lachen is gezond. — Voordrachten en Lessen. — Trouw tôt het einde (5e vervolg.) De Levenskring in de Natuur m Wanneer wij ons op eenen helderen zomermorgen in het vrije veld begeven, hoe verrukt blikt dan het oog niet op al die uitgestalde pracht ! i Hier geuren aan onze voeten lieve bloemekens, pas ont-loken en aan wier blaadjes nog dauwdroppeltjes hangen als schitterende diamanten in den zonnegloed ; daar rijzen statige boomen, weidra met sappige vruchten beladen en wier dicht Ioover den eenzamen wandelaar eene schuilplaats biedt tegen de reeds blakende zonnestralen ; verder nog wiegelen, ge-dreven door een zacht zomerwindeken, het rijpende koren, de haver, de garst, het vlas, en het geheel vormt met zijne afwisseling van kleur en schikking het prachtigste tooneel dat de natuur alleen aanbieden kan ! O ja ! dit tafereel is den Schepper waardig en onwillekeu-rig stemmen wij in met het gezang der vogelen en heffen wij een kreet van bewondering aan voor Hem die al dit schoone deed ontstaan. Hier te midden der vrije natuur gevoelen wij ons even vrij als de vogel in de blauwe lucht ; ver van het gewoel der steden waar ailes schijn, waar het goud klatergoud en de diamant glas is, zijn wij gelukkig ; midden der eerbiedige stilte die er heerscht, voelen wij den vrede in de ziel dalen en herkrijgen wij die lust tôt leven, welke de dagelijksche beslommeringen, de teleurstellingen en gebroken illusiën uit het hart gebannen hebben !... Maar hoe schoon dit ailes ook weze, toch is dit louter poëzij. Het is het lied der natuur. . het is het lied van het leven !... Een andere, meer stoffelijke band vereenigt ons aan de bewonderenswaardige plantenwereld, een band, ons bestaan zoo innig insluitend, dat zijn aanzijn als eene onverbidde-lijke vereischte aangeteekend staat. Zonder planten, noch menschen- noch dierenleven, zoo luidt de wet der natuur. En te midden van het prachtige tooneel dat zich voor uwe opgetogene oogen ontrolt, hebt gij u, waarde lezers, wel eens afgevraagd welke roi de planten in de algemeene harmonie der natuur spelen, welke die geheimzinnige band is die ons bestaan zoo innig met het hunne vereenigt, door welke geheimzinnige handelingen de gedurige omloop van het lever op aarde onderhouden wordt ? — Zoo neen, laat mij het t dan vertellen. Levensdrukklng of levenskracht bij menschen en dieren en stoomdrukking of beweegkracht bij het stoomtuig, zijn de uitdrukking eener zelfde werking. Stelt het stoomtuig ziel in beweging onder den invloed der warmte, ontwikkeld dooi de verbranding der kolen, de mensch, het dier erlanger hunne beweegkracht uit de verbranding hunner epijzen. Er wat is eene verbranding ? Eenvoudig eene verbinding var de zuurstof der lucht met het brandend lichaam en waarbi de scheikundige kracht, die de verbinding bewerkstelligt, to warmte overgaat. Kool die zich met zqurstof tôt koolzuui verbonden heeft, is verbrande kool ; waterstof die zich dooi verbranding tôt water omgezet heeft, is verbrande waterstof Beide lichamen hebben hunne krachten uitgeput, zij zijr verzadigd, zegt m«n, en kool en waterstof zullen in dier toestand onwerkzaam blijven tôt wanneer een andere krach het gevormde koolzuur of de waterdamp ontbindt in hunne vroegere bestanddeelen. Het menschelijk en dierlijk leven is, hoe wonder het oot schijne, niets andere dan eene verbranding, maar geene zoc hevige verbranding als deze der kolen in den vuurhaard er waarbij de warmtegraad zoo zeer verhoogt dat het verschijn' sel met lichtontwikkeling gepaard gaat. Het is een stille ver branding en alhoewel bij gelijk gewicht brandstof de totale hoeveelheid ontwikkelde warmte onveranderd blijft, toch is de verhooging van den warmtegraad weinig merkbaar, dod het verschijnsel houdt zooveel te langer aan. Het stoffelijk leven van menschen en dieren is niets dar eene langzame verbranding en wat zij verbranden zijn hunne spijzen ; de kool en waterstof waaruit zij bestaan, gaau onder den invloed der ingeademde zuurstof over tôt kpolzuui en waterdamp evenals zulks het geval is bij 't verbrander der kolen in den vuurhaard. De door deze langzame verbranding ontwikkelde warmte wordt in het lichaam tôt levenskracht overgezet ; het is danli aan die warmte dat het hart klopt, dat het bloed onder zijne versnellende slagen bruischend door de aderen stroomt, dai al de levenswerkingen zich regelmatig opvolgen ; het is danli aan die warmte dat de ziel op het lichaam inwerkt, dat de mensch werkt, lijdt en bemint, in een woord, de warmte is het leven want de koude ware de dood ! Ja, het stoffelijk leven van menschen en dieren is Derâe ja&rgang Nr 37 i—i—io——immwmjkuhmb Frljs 6 centieraen <*ent zy juii iî#iï

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.