WjMt- H» 140 |I0U| Woensdâg 10 Juli 1018 Tt«r Ihtfaua l auii fr. IM I muta M* I nuata un liât BaMataa ia t lui. I miM fr. 1,71 « nuadca |,]o I uadca Mi BaiUa t ludi imKIr. a, sa I aiuta I maaadsa Ida DE BELGISCHE STAnDAARD °psfil I ibtir raiM " Mm Coquin* Zartijk MPAHK1 Klalxa aamkom-dl|li|tti0,96t4*T9gal Him.iif] volgaaa avez-j mkwrt VASTE MEDEWERKER5 : M. E. Belpairé, L. Dnykérs, P. Bertrand Van dér Schelden, Dr. Van de Perre, Dr. J. Van de Woestyne, Juul Filliaert, Dr. L. De Wolf, J. Simons, 0. Wattez, Adv. H. Baels, Hilarion Thana : m —imwhi.hui'"n^ Een Gesprek Geen persgesprek, met een perso-naje ; niet over Europa's zaKen ; niet in een hoofdstad ; neen, een resprek tusschen doodgewone stervelingen, een alledaagsch gesprek " bachten de kupe „ — heeft de Yzer ooren, hij heeft het algeluisterd. Zou hij het 't voortvertellen weerd achten ?.... Misschien.Luistert liever en oordeelt zelf. Een brokke levensmoewas mijn medespreker. Leveosmoe en toch zôo jong, zôo fel I Eerst wat gai gespuwd over den oorlog. Dan ge-jammer over den mensch, dat ellendig schepsel. Over zijn lafheid, zijn verslaafdheid aan zijn laagste in-stinkten. " Bij voorbeeld. " zei hij, " we weten dat een mensch, mis-vormd door een verwonding hier opgeloopen, ons bewondering.onzen eerbied, 't beste van ons zelf ver-dient. Maar..,. onzeoogen bevalt hij niet, en hij verwekt eer tegenzin dan bewoodering, we zouden hem eer afstooten dan aantrekken ; met 't slechtste van ons zelf zouden we hem afwijzen. „ — "Ja, " wedervoer ik, "zoo zijn we geneigd ; we volgen ons zin-nen in, en ellendig inderdaad, doen we 't, tegen ons weten en ons willen in. Toch, zoolang we ervan bewust zijn, van ons meerdere plicht tegen-over dien mensch juist om zijn mis-vormheid, zoolang we, daardoor ge-leid, hem meer achting betuigen, — dat Kunnen we zoo we willen, en gc schijnt te vergeten dat ook de wil toi ons wezen behoort — hem met meei voorkomenheid bejgenen, hem meer goed doen, zoolang hoeven we ons niet te schamen over ons nnging—we vermogen er niets tegen, bestaan we zoo — zoolang mogen we ons zelven gelustkig achten en fier zijn op ons gedrag. We mœten ailes niet eeuwig in 't zwart zien. Wel mogen we eens een rozeplekje vinden en er ons een uurtje om verheugen. Klagen over ons " zijn „ helpt niet ; 't kan niet anders dan 't beetje Iachen in dit tranendal verzuren. Uat leelijke " zijn ,, mag ons geen slag op onzen kop geven ; wel een spoor-slag om ons " doen „ schooner te maken. Mijn medespreker — 'k ging zeg-^en mijn tegenstrever — ziet van uit de hoogte van den ideëelen mensch neer op den reëelen mensch,mismoe-dig. Zijn idealisme verlamt hem.'t Is niet het echte. Zijn activiieit gaat te loor in woorden. — " Is het niet beter van uit de laagte van den werkelijken mensch op te zien naar den gewenschten mensch en er ons toe op te werken ? Langs realisme tôt idealisme Dan geeft het ons moed, zet het ons Kracht bij ; zoo stellen we daden, Alleen idealisme, geworteld in den grond der werkelijkheid{ en gevoed met dauw vanhooger,kan gedijen en vruchten dragen. " — Dat " hooger,, wil mijn zegsman buitencijferen.Niets dan den mensch zien. " Maar, " zei ik hem. " als de mensch nutcch zoo'n ellendig schepsel is, al voclt hij in hem den drang ^ar beters — gij zelf voelt hem, | want ge wilt er aan toegeven door " goed te doen ,, aan uw medemen-; schen lijk ge zelf zegt — waarom hem dan weerhouden van dat betere, dat hoogere ; waarom zijn natuur 1 tegengewerkt ? Waarom hem van f den Algroote afgerukt, als hij alleen . toch zoo nietig is ? Waarom hem ? den reep afsnijden langs waar hij • hem van die leelijiee wereld tôt een l schoonere optillen kan ? Waarom, | als 't zoo duister is in zijn cel, 't I bovendeurke gesloten v:or een fstrale licht? -Waarom?,, Hij had het niet Kunnen zeggen. Hij geloofde wel ; ja, hij voelde behoefte, aan God, maar hij wilde 't niet geweten Ihebben. Hij kloeg zwak te zijn, en toch wil hij op zijn eigen zwakheid voortsuk-Kelen en doet hij als achtte hij het een zwaKheid steun te zoeken waar hij weet dat die te vinden is. OngeluKkig, wil de mensch van geen geluK ; droevig, wil hij van geen troost ; in oorlog wil hij van geen vrede — en dat ailes om 's menschen wille. Om 't geen hij een ellendig schepsel heet, weigert hij den rijKdom. Ware hij eens conséquent met hèm zelven ? We spraken nog verder. " De mensch offert zije jeugd, zijn leven vrijwillig op voor anderen, " bestatigt hij, en ik met hem. " Nochtans,ons instinkt Kentmaar . ons eigen persoontje. " Daarmee , was hij 't akkoord, en hij had be-: weerd dat we 't boven ons instinkt : niet konden halen. "Verschoon me," had hij gezeid, 4' zoo ik het vernoem, maar 't voorplantings-instinict, daar Kan toch niemand tegen op. " — " Neen, " meende ik, " dat beant-woordt niet aan 't feitelijke. 'k Geef toe, als ge u in zekeretoestanden laat verwikkelen, dat ge dàn niet meer vrij beweegt, Is de kwestie niet eer-der deze : die toestanden vermijden ? IDat kunnen we, Als ge uw vinger in 't vuur st^ekt, moet hij verbranden. Maar moet ge er hem insteken ? j Kunt ge niet verder. " Hij schudde-I bolde eens, en wipte op iets anders, | Nu kon hij er niet aan uit hoe 't | slechte beloond wordt hier, en opge-| hemeld, 't goede onbeloond en ver-I stooten. Hij Kon er niet aan uit,maar |een Eeuwigneid aannemen. waar ! ailes in den haak gebracht wordt, | dat niet ! I Dan heb ik gezien dat het bij mijn vriend —want 'k heb medelijden met i hem — al verwarring is en inconse-I quentie. Zijn gedachten heeft hij | ook niet opgedaan uit de ondervin-1 ding, niet uit het werkelijke leven, f niet langs de lijn van zijn mensch-1 zijn. Uit boeken raapte hij ze op, uit I boeken die hij niet verstond, en | waar God enEeuwigheid zoojaloersch I weg uit \erbannen worden. — " ZiekelijKe filosofie, beste ; vriend, gevaarlijk. Ge wordt oud ; j een voet in 't graf Wilt ge genezen, j weer jong worden ? Niet te dol dan ! op wetenschap ; ge verwerKt ze toch niet ; ze overlast u. Zijt éens recht-zinnig, Kniei eens diep, heel diep, en heb den moed en den durf om te beKennen : Dat we met ons verstand alleen botsen op zaïcen en toestanden waar i « VAN EN VOOR f ONZE SOLDATEN Een wolgelukte Patroeiija Aanvallan op daitsoha poaten lijn aan da orie ran dxn 4ag. Zoo wierd in den naoht ▼au i Joly aan Tijandelijka poit fasairard door da patrotljeors van onderloitscaot Sadzawka en adjadast VanGastel. Losjes aangekleed, het mataje diep op 't hoofd gedrakt en met 'a, toawtje ocder de kin lastgesEoerd, da iakken vol graaaten, 't dalkjeaan den pois an de ravolrer gereed, siopen de aanvallers ia klaine groepjea rond den poat. AUaa tiras raatig. Plots 'a salro ▼en obassaa en dam nog een en nog eeo. Gednreade 'a paar miauten sat de roerpast cnder 't gewcid van 't reroielenda staal. 'a Paar kreten ; 't dofie losploffen ▼an granaten ; eeniga revolrerschoten. De bazetting van de ioopgracht Tardsdigde zich tôt den dood. Voornit ! Voorait ! Het gar-niioen van de sohnilpiaats gaf aich over... Geen vijf micuten waren verloopen »f 16 krijgsgevangenen kwasaen, de haaden ia de laoht ea de wapens van onze joagens in den rog, den weg van den voorpost afge-siomd. Greotwas de vrengda ea de geest drift vaa de orerwirnaais en vaa degenea die vaa ait de voaraiigaacho loopgrach tea de worsteliog haddea bijgewooad. Onze gekwetsten, op «éae aitiontferiag aa, warea niet te erg toegetakeld. We siju fisr op onze patroaljears. Eeas te meer bsbbea ze aaa dea vijand beweten dat de moed der Belgan grooter is dan oeit I H. ÙÀ Echt Duitsch De Daitsohers lien na klaar dat se met de tofaMP* onze Iezers ta ontmoedigeu. Zoo wierpea zij eea dezer dagea ia onze lija, ces gtïlîas-treerd biad, waarop portrettea stondea vaa familier onzar soldaten, weike zij op de eece of andere manier wiaten te ontfu'ze-lea ; onder dat portret, zinnan als deze : hoelasg zal het nog daren ? — Ko m gaaw weer enz» Onze soldaten en hanne fsmiiiss fo»grij-p«a maar al te goed, dat de Daitiobers de schald zija vaa al onze eiiserie. Wij bsb-ben han niet gevraagd naar België te k'o-m?o,dat ae wa$r gaan vaa waar zs kwamen an 't rai gedaan zijn. De portretten spreken laidar dan 't gae» de Daitichars er onder zetten : de fotogra-phie van han soldaat, in Balgisoh Kropp aniform is omriagd met bloemea ea Belgisehe strikkea. Ze zijn fier over haa maa, zooa, broeder die strijdt aaa dan Yzer. Het gciood aordeel onier soldatea ziet klaar ia haa spel Dat pakt niet, wé ! Onze krijgsgevangenen. Meu mag de gevaa?eaen aiet beoordeelea mat geveeleas vaa hier. Hier keaaea wij geea zedelijkea en steffelijken dwaag.gaan dagalijkaohe aanrallen op al wat tdel en rein sehijatj Hier keanea wij dea iavloed | niet die zoo moerdsa^ werkt op geest ea i mersal dat d's Daltgche geaaeskeerea zelf getaifea: " Een jaar gevaageasehap geaft | la Nostalgie des fils de fer, eo maakt de ! een oplossing voor ligt in het Geloof ; Dat de wereld zonder Eewigheid er duivelsch zwart uit ziet ; Dat de mensch zonder God een ellendig schepsel is. " — 24-6-18. A. D. L. gevangengn ou?eraoîw®o?*Salij!E, Ksnaw-1 kraak eu geestesz^ak, ,,Hier eindaUJk h het 1 waarom van v«lg daien éik^ijis «nhskead, | alsook hoe vais zsk«n in^sn zîttea soi-1 £ | daat die in den «gravai medegssi«ept m op-1 ! gehitst zijn blosd rarght voor z^jn Isad, 's \ een held, maar heldenmoed is ook nood% | in oaze kasspïn waar daf aan dag mea zedelijk, geestslijk en stofidijk gemaîteH wordt en te lijden heeft om zijn gsd&chtso, en spijts ailes met afg«matten geast nog immsr peiasaa ea aa^sakea moet «m te redd a wat aog te reddea valt, Dit helaas var^est meu hier ts veel L«at ons hapen dat die gedachten tôt leiddraad dienen aan die het gadraf der garangenan te hasardas- g len heeft E?u ouredeHjk verms«d«u eea s earcohtfaar^îge besc5'aldiging ^7ekt bij hen 'à die z'eh valscfeelîjk beschnldifd voelen na | jareu strijd om 't goede, yerbilUriaf eo waolioop. " Stem ait Bflgis „ i4 Jani igi8. Brazilië en België In het blad van da Bslgiaehe handelska-mar van Brazilie Iszen we dat J. Ltcocq, voorsittar, gedaresde d« massd April Efaar Belgie heeft gestnurd cl. aaa het feaïpko-mitait : 5 kisUm beter, 70 k'slen z^sp, 8 kisien tsbak, 11 kisiea c»aser«'an,io kis??.» kirsderbloi^, 1 kist chocohf, 34 aakk«a saiker, 7 kistea rifat, 5 kfsten erwta», 3 ^ kisten macaroni, i5 kistsn koffie Aîîar ter ^ waarde van 20,000 fr, e 't Is niet veel, sal men z*ggea, maar wa ^ moetea arbij voegen dat 4it aile# giftaa zsju ^ van Braziliaanscbe handelaars, die op d«z« ^ manier hun liafds voor België willen be- g tooaea. Ea dàt is seheon. Engelsche Liefdadigheid t Een verkoopiag van meabels, schiidsrij' c ea, kanstvoorwerpea ea». te Loudea gehoo-dea, ten bate vaa de Belgisehe krij#shos-pitalen in Frankrijk, heeft 5o,»oo frank ^ opgebraeht p Uus^ » Frànsch-Enplscli Front f h En Franseb plaatselijk oîfenslef - £ 2. de Aisne ! « 1 J Londen, g Juli, 7 uur. Benevers plaatse | lijke aanvalien die «a» eanige krijgsgatraix- | genan bezorgdea, was er niets bjjzondars f v ta melsau. 1 £ Parijf, g Juli, 7 uur. Gist«r marg^n g vialen oaze treepen aaa op dea Wsnîelijfcea ^ raod vaa het bosch vaa Villerstot aaa Long-poat. We gingea raim een kiSometer op 3 . kiiometers front voorait. We hebben 347 krijgsgevangenen genomen. d Italiaansch Iront *b Rome g Juli 7 uur. We wonsen vald N. ^ het Grappa-gabergta en namen 5a krijgsga- ^ vangenen. Een olfeosiel ia Albanie Rome, 8 Juli, ao uur Op 6 des%r fcebbea I '* onze tro«pea, ia as&slaitiag met da frsuscBe s traep«:a een krij$rsverrichtiag b«gonsen «ia 1 Ji eengatstig varloop neemt, Toï op hsdea 5 4 wardea aiet min daa iooa krijgîgavacgcfïan | waartasseben 5o officieren geV-l-i. De Te^enrevolatie in Ruslaîid h Da daitacag gazant te Motcoo, ^r«af Mirbaeh is op 6 Juli ia zija gesaatcchap | K ▼ermoord g^worden. ' 5 s, Graaf Mirbaeh wa« aea vsa DuitschlaQ.^s ' c beste diplomaten. Vaa Haslsad tead. hij | groota voo^eelta bekomea op militai ea . economisch f«sbieà *G Uit Stockholm wordt gemeld dat Groet Harteg Miokei tôt Tsar uitg«roapen werd *' ieor de Tehcco-slovakkcn en tegea Meseoo 1 di oprokt. ' f4 Dnitsche Dingen. V»ot cenigs â»gm deelde ik de cijfers seis welke Der Belfried opgsf voer de io»g«i!sehoo! van Ge$t : ongeveer 55 pro> «saors en fais metr dan 4oo leerilngan. Te or^ealsH caar de lichtbeelden welke de )aii«chers m'A pab!ic<;erdea, sch*jat de ewerisg der Belfried caniger mate Yau erdschî aiisoi. De Album de la Grande Juerte te Bfrlijn uisgega^en (nummer 38 ersckeaen in iqi3) i&r&t ohi imzssra àrla jtos, 79«&rûp gr mst -inn bîiîea wii vaa de rereld, oa^sgtlijk 4oe ztadeatea te oat« iskkea si je. Op is foto ?aa de Auia, kan ««a er ia3 tdlm f aopde foto vsn den r®dtîaîr«p, i33 't la waarachtig aisi om r mué fe pr«? ksa de heelc werdd door. la daae mstho^s om is Daitsche waaraeid e verko&ëigrs, Iijkt m® veel dwjjjttr dan e ss«UioJs van 85 ^rsebreven biwering. ; Psp\ r fa imaeers g^iiik als het woorden eldt. Lïchibeddea echtar,., ikgaa niet 1 S. DE TOESTAND let keerpt in den strijd. Ean vlaag vaa optimisa» w&ssit over de rerbon^«ae iaa^sa- De çi*riag ¥»a dan k.merik*«&schea onaf ft«»k«lijkfisNsd8^ is .««?.• $rooténd<e!s de oorkaak ras. Ter dszer el'ganijéîid iaus-s1 a de veraatwoar* eSijke sùaaissoofdsa alisrlei oathuïliagan «daaa en rerkisriugea af^elegd die iedèr-sn wèl ts saosdî àebbtm gssteœdL Vocgt dsarbij dat de toestaad op de adsracheyelïjke gsvcchisfroatea mssr dan erradigend biijkt te wezea ea di«i vlaag pïîmisïse heeft haar rerrechtïaardigiag Uit À mrikat barîc'^- maa dat mai eaver-oosten isver wordt v®ortgewi*kt om troe« •a «a sov; troep^a, macities ea nog ma-iîits &mr Earopt te sïarsa, Iatafscheatijd r«rksa de Ai»«rikaaasche werrea slag om liï g«r om sso?a«l m#gaiijk tdeawe acbîpea s watsr t-s laten. Dëïa dag vaa h®î oaaf-askedjkhei^sfesst gij a aiet min dan ondsrd seh?psa vaa sîàpj! gMoopen. Wij oaden veel vï.b ;â--ero-;rlag«u op fggst-agsa, de AtaTjsaase teftaî-.a meer van rfdea. 't 1s eea sigen coce^pîie 1 Bij ailes moëteâ we dan nog twae erheugenée feiïrn aaastipprn : Wilsou an onar Law babb^a efk een redevoering «it-csprokfn W^ilson hseft onze vredasvooi" aard«n gesield. Op 't ssif'ia oogfinblik verklaarde Bonar ia eeaa rsdevoerfag te Londen gehen-8B ; Wij zijn «au 't keerpunt van den HJd gekomen Wij zijn ovartnigd dat !jaldien Daitschland ia de eerste drie laaaden geen str&tagischa zagcpraal be-**'t> dea veldtocht dion het thans voert, •t eea volledige mislakking is gedoemd. Ea wat het Ksasat ?erbiijdead teekea dar atste dagea is : Dailschlead sckijnt te be-ffaa dat het niet wianen kan. Op 39 îai versefteea ira e^g Vossiscke Zeitungt »t het blad van V»a Kahlmaaa is eu das ta ambieiijk» waarde heeft, eea ophefma-and artikil dat we ia vertaliag meesten zee ia da er gelsche bladen vaa i ea 4 ili. Dit artikel, eagetwijfeld door von, ahlmana ea andere regeeriagapersouere toniet apgestdd dan toch ingegaven, i» sa eehtvr«desprogramma vaa Daitschland. We vertalaa alleaa ait dit artikel wat vaa ggmeea belaag is : " Ds toestaad soa misschiea opklarea iun ét steller vaa bel artikel — waaneer t Engelsche staatsmannen zeaden verkla-in dat zij volgend vrsdcibastak, gesprotaa

Er is geen OCR tekst voor deze krant.