De Belgische standaard

930 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 30 March. De Belgische standaard. Seen on 04 May 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/fq9q23s57s/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

HiililîJîlBi ?-1 gjBSiïSiii S Sa JJJîS'i8"ï *•?$ ffi ^IsL&.-d * EitSîiiJ ' "<-7S BU* "•«' •gliiù "t ïzb.î ; n»*zd ir. s.|o i®(,ttid*S s 00 jitfâtUfc 14a OPSTBL B H E E H E K S VILLA « Ma Goqmllé » ZBSElfK Dfe FASNB Kiein« aftokoa-digiagea : \ 0,25 t-.âo régal I RECLAMER j ' vclggos GVtr«»B. feOWït. a» 1 Vaste âfedeivêrksrs : M, E. Belpaire, L. Duykers, P. Bertrand Vsn der Sehelden, Dr Van de Perre, Dr. J. Van de Woesîyne, Juul Filïiaert, Dr L. De Wolf, J. Simons, 0. Wattez, Adv. H. Baeis, Hilarion Thans. __ ■ _ , , . . M.| h,.,— ..■m 1, ■■mil. »■ 1 f^imw-TTI «-l I MIIIBM lillllM I II VASTENBRIEF VAN 8! 1. Em. Kard. Mercier. ,V{ e - g J —«§o§»— (SLOT) E n Mijne Broedera, 300 onze beproeving blijft eu duren, dan 13 het omdat het inzicht van de ]r goddelijke Liefde niet vervuld is. jgi Het inzicht der Voorzienigheid is een in-S( zicht van iiefde, t wij tel t daar niet aan. Dit u» inzicht verwezenlijkt te gelijker tijd voor t| de eenen een werk van rechtvaardigheid, g voor de anderen een werk van barmhartigheid, jS raaar voor aSien is het, in de goddelijke bere-kening, op 't eerste plan, een inzicht van u liefde. In God vereenzelvi^en zich wezenlijk aile eigenschappen. God is de almaçht, maar de almaeht bestaat niet zonder de wijsheid ; de wijsheid vau den Almachtige is onafscheid-baar van zijne liefde. Hij kan ailes, hij weet ailes, maar Hij wil slechts door de liefde. De godgeleerden scbrijven de almaeht toeaan den Vader, de alwijsHeid aan den Zoon, 's Vader - Woorù, de o . iudig;- liefde aan den } Geest, dû voùtikomt van h*n Vader en vau-deu Zooti : m mr I h. Ig eu de sch«f>ping en de Voorzienig eid beiretï, is i,t-t werk van de eeaige goddelijke Natuur in deweike de drie personen der H. Diievuldigheid op on-scheidbare wijze bestaan. Vergeet het geloof van uw doopsel niet. Gelooft aau God. Gelooft aan de liefde die, zelfstandig God is " Deus charitas est. " (1) Gelooft aan het gezegde van het Woord, het-wclk de liefde Gods aan de wereld is komen openbaren en om 011s te overtuigen en ons mede te sleepen, heeft hij zijne licfdeblijken, voor ons 00g en voor ons hart, willen drij-ven verre boven datgsne wat de gestrengste goddelijke rechtvaardigheid» ter verlossing vsn het menschdQm,mccht eisehen. Terwijl eene bede, een zucht, een traan voldoende waren lot het heil der menschheid, heeft Onze Heer Jesus-Chriatus zich bevlijtigd om onze zielen te veroveren door al de middelen bekwaamons tevermurvea, ons te bewegen, ons er toe te doen besluiten Hem lief te heb-ben en, iarigs Hem om, naar de liefde van zijnen Vader te streven. Hoef ik Vuor uwen geest op te roepen mijne Broeders,het Kindekon van Bethlelom, vooi> wie zijne ouders zelfs niet de geringste verbiijfplaata in de herbergen opeischen ; de viucht, door de woestijn, naar Egypte, on-der de bedreiging van de bloeidige vervol-ging ; eene jeugd gesîeten in eene vergeten woadng, in de bescheidenheid van een werk-huis ; de vermoeienissen voor het waarne-men eener taak die den Zaligmaker blootstel-de aan de tegenspraak van Farizcëers en schriftgeleerdeu, de ondankbàarheid der volksscharen, de ha. tnekkig».- vooiintfeno-menheid vau dedisoipelen de apo^telen ; de laatste v/eeK„ eiudtiijk, w..arin, me< de onstuimigheid vau een eu slorU jo.i, opeen-volgenhet bloedzweet in dea Hofder Oîijven, het verraad van Judas, op den eigen avond van de instelling van dit sacrainent dat wij zoo te recht het sacrament der liefde noemen en van de instelling van het priesterschap ; het tegenover elkander stellen van Jésus en van Barabbas; de verdwaaldheid der menigte die heden Dengene vervloekt voor wien zij gistercn het zegevierend Hosannah aanhief; de tooneelen ait de gerechtzaal van Pilatus en uit het hof van H rodes ; on zen zoeteo Jésus, den rug en de schou j rs d')0î-,t;ie nd van de geeseling, .>■' hoofddoi wond door eene doornenkiooti, net a^.'.schiju bovnild metspog, endoorkaaksiagengekneusd; heel den aanbiddelijkeri persoon van den God- 1 mensch onteerd, bespot^ en geworden dat-1 gene wat de prophetische psalm heet " di ' verachteling van het gemeen, " " abjecti< plebis, " (2) degene die van geenen tel mee; is, " nulliflcamen plebis, " naar het woon • van Tertullianus; dan, het beklimmen vai den Galvarieberg, de afmatting van het siacht offer onder het gewicht van zijn kruis, ds vlucbt der apostelen, behalve den H. Joan nés, de kruisiging, den Messias prijsgegeveî il aan de openbare beschimping tussehen twe< le booswichten, onder de oogen zijner Moeder die evenaîs hij de martelie doorstaat ; al d< 1- lichameli'ke en zedelijke smarten samenge it hoopt op ëén hoofd, en ja tôt het gevoeler >r toe van volledige verlatenheid welke den ster î, vende deze verzuchtingen van opperstei l, nood onrukt : " Mijn God, mijn God, gi, > hebt mij dan verlaten?" " Deus, Deus meus n ut quid dereliquiste me ? " /3) O, mijne Broeders, " gij die zoo dikwijl: 'e " voorbij het kruisbeeld; gaat, houdt u eener 'e " stond op en aanschouwt of er ooit een» 'e " smart bestond gelijkaan deze smart. 'Vo! " omnes qui transitis per viam, attendite e j " videte si es dolor sicut dolor meus.' " (4 3* j " Tôt zoo verre heeft God de wereld lief n " gehad, dat hij in deze omstandighede! 3 = " ons ziju eenigen Zoon heeft gegeven, op n " dat allen die h^m hun geloof zouder n . " schenken, niet verlôren gaan. maar he; » " eeuwige leven bezitten. " (5) ** i Ghristenen, hoort gij in uwe zieîen de . uitdagiug van Jehovat lot zijn uitverkorer I1 volk niet weerklinken, van den wijngaarde-nier tôt zijnen wijngaard ? « Volk van Je-s " rusalem en van Judea, zoo spreekt hij bii ' ) " monde van den profeet ïsaïas, ik stel t 1 " (ot rechters aan tussehen mij en mijner . " wijngaard : Wat was het mogelijk t( n - " doen voor mijnen wijngaard, dat ik ei 8 . " niet voor deed ? (6) En is het niet te ver-!' ! " klaren dat de H. Apostel Paulus die van ' t " lielde tôt Jésus zijnen Zaligmaker ver-e , " teerde, heeft durven uitroepen ; "Blijft ei ? | " nog iemand die Onzen Heer Jésus Chris-' ■ " tus niet bemint, hij weze gevloekt ! n (3) l" I III. Besluiten. ri 5 1. Besluit : Gelooft aan de liefde Gods. I Mijne Broeders, gij moogt aan de liefde Gods voor u niet twijfelen ; gij moogt niet x in twijfel trekken dat al wat hij doet, wel-gedaan is ; 't is terzelfder tijd het werk van zijne Macht, van zijne wijsheid, van zijne Liefde, van den Vader, den Zoon en ' - den H. Geest. ; ] Gij begrijpt niet, op staanden voet, het . waarom en het hoc van al de gebeurtenis- 0 sen welke zijne Voorzienigheid doet gebeu- 1 ren of toelaat : gij hoeft die niet te begrij . ! pen. Is het wel verwonderlijk, ikvraag het . | u, dat het eindige den Oneindige niet be-- • grijpt ; dat het kind betwelk de eerste let-. terS begint Je stamelen de beteekenis niet vat Van het groete boek der geschiedenis ; dat de ge'uige van eenen ronsopgang en ondergang de eeuwigheid niet omvademt ? Overigens, zoo gij begreept, zoudt gij niet meer gelooven ; en God wil dat gij , gt-Iooft, opdat uw geloof verdienstelijk [ weze voor u en glorierijker voor Hem. De H. man Job, dien de H.,Schrift aïs toon-i beeld voorstelt aan de lijdende zielen, had ; : duizendmaal gelijk toen hij ^niet luisterde 1 r.aar zijne vrouw en zijne vrienden, die ; hem tôt opstand aanhitsten, onder het j s voorwendsel dat de beproevingen geenen ; ! zin hadden wanneer zij nederstorten op : een trouwen dienaar Gods : "Wij hebben • "uit Gods hand zijne weldaden ontvangen, I " wedervoer de martelaar, waarom zouden • " wij nok uit zijne hand het lijden niet aan-[ " vaarden ? (8) 1 Met andere woorden, het komt er niet op aan te oordeelen of icts, naar onze op- e. - vatting, goed of slecht ié ; de hoofdsaak is e niet„ te weten of het ons behaagt of mis- 0 i haagt ; ons standpunt is te nauw, onze ge-r ! zichteinder te zeer beperkt, ons oordeel te J | onvast, dan dat wij zouden in staat zijn met n wijsheid uitspraak te doen over de draag- wijdte en de waarde der gebeurtenissen e door de Voorzienigheid geschikt, De mensch heeft een andere houding aan a te nemen, die veel zekerder is, ja, de eenige c die werkelijk zeker is, te weten : zich op '> zijn eigene plaats te houden, in de nederig-e heid van zijne onbevoegheid en onderhoo- - riglieid, en aan God de volkomen opper- 1 macht, het begrip, de liefde te laten. De H. - koning David, wiens le'ven met zoovele be-1 proevingen doorkruist was, gevoelde zich j dikwijls ontsteld door het schouwspel van ? den schreeuwenden voorspoed zijner ver- volgers en vijanden ; dan stortte hij, in s zijne psalmen, zijne twijfels, zijnen angst 1 en zijn leed uit ; maar bij hem nam het e geloof de bovenhand en het geleidde hem s ten slotte tôt die uitboezemingen van lief-t de : " 0 mijn God, wat verlang ik in geheel ) : "de schepping, zooniet het geluk met u ver-î " eenigt te wezen. Mijn vleesch verteert, 1 | " mijn hart verkwijnt ; de schuilplaats voor - ; " mijn hart, mijn aandeel is God voor al-1 j " tijd. Door zich van u te verwijderen, t ' " Heer, verwijderen sich de boozen vart | het gelok en van het leven. Voor mij, 3 ' " mijn geluk bêstaat hierin dat ik mij î j " hechte aan God, en in Hem mijne hoop « ■ " late berusten. (9) - ! Wordt gij aangevalien3 mijne Broeders, 3 ! door eene bekoring tôt twijfelzucht, neemt 1 ! uw psalmboek ter hand : leest, overweegt 1 I eenige psalmen ; uw geloof zal daardoor 3 ; worden opgewekt, en, zonder dat gij het r4 zult bemerken, misschien, zultgij beginnen - ; te bidden. Hij diebidt, herleeft. Bidt ; zegt ! ; vooral, het gebed bij uitnemendheid op, ■ ! het gebed dat wij leerden ter school van r | den Goddeîijken Meester : den Vaderons. * | Pater Noster, onze Vader : 0 mijn God, ! ; de eerste gedachte welke ik wil beschouwen | wanneer mijne ziel, in den nood zoowel aïs ; in de vreugde, gicht tôt u verheft, is dat Gij * mijn Vader zijt en ik uw kind ben, dat er i j tussehen uen mij, dank zij eene onuitspre-t ; lijke tegemoetkoming van uwentwege. fa- ■ ; iniliebetrekkingen bestaan. 't Is op den voet : ■ van die familiebetrekkingen dat ik leven wil 1 1 met u. Ik twijfel aan u zoomin als aanmij-: nen vader ofmijne moeder : ik heb minder betrouwen in mijnen vader en in mijn eigene moeder dan in u, omdit mijn vader ■ en mijne moeder, dikwijls onmachtig zijn ■ om mij het goede dat zij mij gunnen, te | verschaffen, terwijl niets, 0 mijn Vader ' uit den hemel, aan uwen oppersten wil kan ^ wederstaan. i Onze Vader die in de Hemelen zijt : Het is niet op aarde, in de enge ruimte van een onderkomen door menschenhanden opge-bouwd, dat het famiiieleven der kinderen Gods ontluikt. De hemel, is de steek, ver-heven boven de stof, boven het verstand van een kranke schepsel als de mensch is ; 't is de geest, welken de heiligmakende gratie tôt Gods tempel wi dde, 't is de ■ schoot van de goddelijke Drievuldigheid, waar de christen ziel, door het geloof, de Hoop, de Liefde en de gaven van den H. Geest herschapen, in God ademt, in God groeit, in God zich uitzet, tôt wanneer zij | de gestalte bereikt haar in de raadsbeslui-ten van de eeuwige voorbestemming aan-gewezen.Geheiligd zij uw Naam : Mijn God, gij zijt de heiligheid zelf en, daardoor, onge- ■ naakbaar voor een armzalig en zondig schep-; sel. Gij staat oneindig boven ons. Uwe ma- jesteit beheerscht, van uit den tempel harer glorie, onze ijdele pogingen om haar te loven, s ; te verheerlijken. « Benedictus es in templo - sancto gloria; tuœ, et superlaudabilis et su-. 1 pergloriosus in sœcula. »(io)Maar, 0 onpeil-e j bare afgrond der goddelijke iiefde, myste-t rie dat voor de samenvatting is van aile = ' mysteries, Gij hebt er behagen in gevonden a ons uit het niet te doen ontstaan, U tôt ons te neigeri, ons met uwe liefde te omringen, en ons aan te bieden deelgenooten te wor-den in uw leven en uwe gelukzaligheid. Tôt die vergoddelijking onzer zielen wordt er echter van den mensch eene voorwaarde vereischt : hij moet gelooven dat Gij hem bemint ; hij moet geloof hechten aan Chris-tus, opperste veropenbaring der goddelijke Liefde ; gelooven aan uwe liefde, o mijn Jésus, zooals de vriend gelooft aan zijnen 1 vriend, het kind aan zijne moeder. de bruid aan haren bruidegorn. Dit geloof is dehoog-î ste verheerlijking van Gods heiligen Naam : j « Sanctificetur nomen tuum, Geheiligd zij f uw Naam 1 » Ons toekome uw rijk : Mijne ziel is voor U een tempel, Heer, zij v/eze U 00k een j koninkrijk ! 1k ben uw onderdaan en wil uw onderdaan wezen. Begeer over mij als opperste Meester. Hebik mij soms afgekeerd ' van U, is het zelfs voorgevallen dat ik tegen U opstond, 't is dat ik u niet kende. Geluk-ki;>lijk, o mijn God, dat Gij U niet laat af-' schrikken noch door dè kleinmoedigheid, noch door het verzet van mijne natuur. Gij î vergt slechts mijn Geloof en de getrouwheid ' van mijnen wil, onder het geleide van het Geloof en den ademtocht uwer liefde. Ik geloof, Heer, ik wil gelooven, genees mij 1 van mijne ongeloovigheid.(ri)Zegevier over ; 1 mijnen weerstand. Gij onderwerpt mij maar 1 aan uw juk, ik weet het, om mij te bernin-nen. U onderhoorig zijn, is mij door u laten ^ beminnen ; 't is U de vrijheid schenken mijn 1 geluk, al was het 00k mijns ondanks, in ' mij te verwezenlijken. Beschik over mij, Heer, verbreek in mij, of ik het wille of 1 niet, de hinderpalen tôt de overweldiging en de zege van uwe Liefde. Uw wil geschiede op de aarde als in den 1 Hemel : Mijn wil behoort U toe ; ik siacht- ! offer hem aan U. Wat Gij wilt is goed, ' steeds goed ; v/at ik zou willen, kan 00k niet goed zijn. Mijn wil moet voor de uwe êwichten. Overmeester hem, zuiver hem, ! herschep hem. De engelen en heiligen in den hemel aanschouwen uwe oneindige wijsheid en juichen haar toe. Ik zie haar niet, maar ik hecht er geloof aan. Ik zegen al wat Gij tôt heden hebt gewild, wat Gij thans wilt, en ik wacht, met een liefdevol vertrouwen, af hetgeen Gij willen zult "in de toekomst. \ Geen gebeurtenis valt voor of zij brengt ons van uwentwege eene boodschap van gene- j genheid, een aanbod tôt vereeniging met U, ' een pand van zaligheid. « Al de schikkingen ! der Voorzienigheid zijn barmhartig en ge- ! trouw, zegt ons de Psalmist, maar om daar-van de ervaring op te doen, hoeft men het , verbond met God te gemoet te gaan en het verlangen te koesteren er de blijken van in te zamelen.» «Universse vise Domini miseri-cordia en veritas requirentibus testamentum ejus et testimonia ejus, » (12) « Gezegend zij de naam des Heeren, van ' on af en in der eeuwigheid î » e Sit Nomen Domini benedictum, ex hoc nunc et usque in sœculum. » ; (Get.) f D. J. Kard. MERCIER, A artsbisschop van Mechelen. 1 IJoa iv, 8. a P«. xxl 7 3. Marc xv. 34. 4. Jeretn. Ltm "ot., I, is. 5. Joan , III, 16. 6. Ï*»'S; v, 3. . 7. I Cor., xvi, aa, 8 Job. Il, xo. 9. P*. 73, vv, 25-38. 10. ttaa IH, 54. 11. M^rc., Ix, 23. 12. Ps. 34 r, 1». j ® ' Ooplogs t.ijcllrtgen i- belgisch front e 28 Maart, 20 uur. — In de sectors van n Diksmuide en Steenstraete levendige weder-8 zijdsche artiilerie-strijd. :: fsansch front ,t 28 Maart, i5uur. — Tussehen Somme en r Oise niets bijzonders te melden. e Nogal levendige artilleriestrijd 0. het n bosch van Goucy. N.de Aillette en om Mar- - gival bewerkstelligden we nieuwe vorderin- e gen. In Champagne (streek van Mesnil — a Maisons de Champagne) was de artillerie a ongeméen bedrijvig. [ De "Deiîtschland" en de "Bremen" j door de Engelschen gekaapt. j Reeds eenigen tijd geleden schreven wij dat de beide duitsche handelsonderzeeërs r door de Eugflschen waren gekaapt gewor- 1 den. Het wordt thans beresligd. I Met d<' Deutschland' en de "Bremen" 3 zouden reeds meer dan honderd onderzee- 1 i'i's in Ë'ig'-lsche liavens liggen. ' De Revolutie in Rusland- De toéstand is ailes behalve klaar. Er is ^ grooter tegenw< rking waar te nemen dan j vo:Cfrheen. De sociaiisten willen niet mee l met de uurgersministers Milioukow en t Goufchofiv en nog veel minder met den L edelman Lvovo. ! : uup r De Toestand op 29 Maart 8 uur ^ PARUS meldt : Tussehen Somme en ( Oise groote wederzijdsche artillerie-be-L drijvigheid op 't Front Essigny-Benaij. Geen infanterie-gevechten. In Cfïampagne hebben de duitschers een grooten aanval geworpen tegen onze stel-1 lingen Maisons de Champagne Zij konden in eenige gedeelten loopgrachten onzer eer= ' , ste linie dringen. Aile pogingen tegen Mai-son de Champagne worden bloedig afge« , slagen. Op den linker Maasoever namen we de duitsche stellingen tussehen kam 3o4 en Mort Homme, hevig onder vuur. LONDEN meldt: Wij hebben de dorpen Villers-Faucon en Scaucourt ingenomen, vier mitraljeuzen en krijgsgevangen vielen. in onze handen. Wij hebben ons opgesteld1 langsheen den weg van Dowaai en wonnen • veld naar Croislies. Tegenaanvallen misluk-i ten. — We voerden ritten uit- om Neuville-St-Vaast.; Macedonisch front. — Na een hevige: ; artillerie-voorbereiding hebben de Bulgares : de stellingen om Servela-Stena (Westelijk Monastir) die v/ij op 26 Maart veroverd hadden aangevallen. Hun aanval werd on-' middellijk stop gezet. Met de krijgsgevan-genen gemaakt dezen dag beloopt het totaaï van 2104 man waarvan 29 officieren. We mieken 16 mitraljeuzen buit. Toest.atricl Het belang der lijn La Fère=Laôn De Duitsche weerstandlinie, door deti vijand « Hindenburg-Iinie » geheeten, maar die feitelijk de linie van Vauban is of liever van Napoléon, gaat langs Dowaai op Kame-rijk, naar St-Quentin, LaFère, Laôn en Soissons. Reeds in 181 /j, kwam de strate-gische waarde van deze linie tôt haar voile recht. Een oogslag op de kaart is, overi-gens, yoldoende om die strategische waarde te beseffen. Dowaai beheerscht de Scarpe» ■*( JâEF 1 r»-- 68 (625) Vrijdag 30 Maart 1917 %.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title De Belgische standaard belonging to the category Katholieke pers, published in De Panne from 1915 to 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods