De stem uit België

1685 0
02 February 1917
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 02 February. De stem uit België. Seen on 02 May 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/pr7mp5015q/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

BsKSJl 21, RUS3ELL i&QUAMl london, w.c. Tel«sphon»j Muséum 267. De Stem uit Belgie. Abonnement: lsh, 9d. voor 3 maanden. Subscription : Ish. 9d. for 3 months. Voor de Vereenigde Staten : 50 cts. Voor Holland : 1 fi. Voor Frankrijk : 2.25 fr. Voor de soldaten : lsh of 1.50 fr. 3de Jaargang, Nr. 20. (Blz. 1295-1302.) VRIJDAG, 2 FEBRUARI, 191;. Registered at G.P.O as a Newspapei 3 blz. I d. / z LEES DEES EERST. • Nog vele abonnementsgelden zijn achterstallig. Wij verzoeken eerbiedig om rechtstreeksche vereffening, die ons het maankaartje uitspaart. —Voor 't eerst, gedurende dezen 2den trimester van den jaargang, zijn wij verplicht op 8 blz. uit te komen. Toekoniende week verschijnen we weer op 12 blz. Opdat we dit echter kunnen blijven volhou-den, moeten we nog meer înschrijvers winnen. Ieder ijvere daarvoor. -Voor Postzegelverzamelaars.—MissionaYissen die fel houden aan De Stem, hebben ons als abonnements-vergelding eene vracht postzegels gezonden van China, van de Philippijnen, van de Zuid-Amerikaansche repu-blieken en van Belgisch Congo. Wij geven in 't ver-volg, op aanvraag, twee dezer postzegels, voor elk nieuw abonnement dat ons aangebracht wordt. —Soldatenpennen.—Men steunt ook ons werk met het koopen en helpen verspreiden van het boek Uit Soldatenpennen. Prijs 3/4 vrachtvrij. Schrijf aan onze soldaten dat 4i,i 'îet mr>etLn aanvragen door het werk Le livre du soldat, 118, Vi^.oua atieei : .\V. STEUN DE STEM. De Navolging Christi in het Lijden. Nieuwjaarsbrief van Zijne Eminentie Kardinaal Mercier aan de Geestelijkheid van het Aartsbisdom. Driekoningen, 1917. Welbeminde Medebroeders, Beminde Zonen, Beminde Dochters, (1) De betuiging uwer kinderlijke liefde, de verzekering uwer gebeden te onzen inzichte, en bovenal, de vereeniging onzer zielen in de smarten van dezen tijd, doen mij goed : ik wil niet uitstellen u te bedanken. N'ooit, dunkt het me, 'heb ik levendiger dan in deze tragische jaren, de kracht gevoeld van het geloofspunt van de gemeenschap der heiligen.Soms vraag ik me af of ik niet al te kwdstig ben in mijne mededeelingen aan u. Maar anderzijds verneem ik, uit wat Ge me toever-tro.uwt, dat aile teeken van leven van onzent-wege u aangenaam is en, op zekere uren, kan bijdragen om u te -sterken en te steunen en dan, opnieuw, leen ik welgevallig het oor aan de raadgevingen van Sint Paulus: "Gezegend "z.ij Ilij die tezelfdertijd God is en Vader van ''Onzen Heer Jezus Christus, don Vader '••■vaaruit spruiten aile ber.mhertigheden. de "God die de hrcm is vian aile vertroostingen. "In geen enkele onzer beproevingen, berooft "flij ons van 7iin steun omdat Hij wil dat, "bij elke nieuwe droefheid die op ons neer-; " slaat, wij zonden m staat zijn in onze zielen ''op te nemen de goddelijke versterking die "Ilij zelf zich gewaardigt ons te bezorgen. " Het is in de orde der dingen dat de pijnen " v an Christus zich eerst breed uitstorten in [ "ons, en ons tezelfdertijd den overvloed doen " smaken van de vertroostingen. Christi. (Want l'op die wijze, kornt ailes uit—én beproeving I "en vertroosting,—op uwer zielen heil." Wij "\erdragen irnme.rs onze beproevingen tôt i "uwe aanmoeddging en voor uw geluk. En [ ''voor de vertroostingen zijn wij slechts het "kanaal langs waar ze u toekomen, om u de " wilskracht te geven die gij noodig hebt, om "met gelatenheid de kwalen te dragen die | "wij zelve verduren. Wij zijn dan ook ge-, rust omtrent u : wij w'eten dat indien gij en I ''wij vereenigd zijn in hetzalfde lijden, wij [ "'ook samen dezelfde vertroosting zullen dee-"len."In die gevoelens van teederheid en kracht l die Sint Paulus in de harten der geloovigen [ van Corinthie met zooveel zorg verspreidde. en die ons de wet opleggen van ons aposto-lisch ambt, voel ik een bijzonder innigen | nood, vandaag nader tôt u te komen. Als [ ailes wel gaat, kan men gemakkelijk iemand [ anders missen : geluk maakt ikzuchtig. Maar in het ongeluk voelt d'e mensch den grond j onder zijne voeiten wegzinken, hij roept om f hulp, God en den naaste worden hem nood-| zakelijk. Ook is het mij ©en diepe vertroosting mij j inniger dan ooit met mijn kudde vereenigd te ^elen, vereenigd met u, mijne bioeders in het priestCTsohap, met u, mijne zonen en I dochters, de ggestalijke uitverkorenen van (1) In onzen geest is deze brief bijzonder-! lijk gericht tôt de zielen die, het zij in het [ priesterschap, het zij in het geestelijk ieven, I zich aan God hebben gewijd. Er zijn er I tusschen hen die ons ter gelegenheid van E Kerstmis en Nieuwjaar ons hunne goede wen-I schen gebracht of gezonden hebben ; ande-I ten, in den dTang der omstandigheden, heb-I ben zich moeten ve^'genoegen ons die aan te 1 bieden van verre, in de stilïe hunner veTwij-I derimg ; aan dezen en genen, onverschillig en I van zelfden harte, zenden wij de uitdruk-I onzer dankbaarheid en onzer wenschen. | " >j veihopen. dait deze regels de grenzen 011-I zer bezette gouwen zullen overschrijden en I zullen zeggen gaan aan onze pi iesters en t gesstelijken in Holland, in Frankrijk, in En-I geland, dat wij ze niet vergeten. Soms vernemen we, dat sommige commu-I nauteiten, afgebannen in ons land, noch het j bezoek van den visitator, noch de documen-I ten die de bisschoppelijke overheid hun be-| stemt, ontvangen. Indien ge veTmoedt dat I er in uwe gebuurte, nederige dochters zijn die een misschien al te groote zelfvergetel-I heid aan onze zorgen onttrekt, geef hun, bid r ik u, kenais van dezen brief, en noodig hen ; uit ons te laten weten, in allen eenvoud, hun t adres en de voorwaarden waarin ze, zoo ver-wijderd, leven. mijn bisdom. Naar den Apostel Sint Jan, op zijn ouden dag, durf ik u zeggen : '"Niets gaat mij meer ter harte, dan te hooren zeggen dat mijne kinderen den weg der waarheid bewan-delen." "Majorem (horum) non habeo gra-tiani, quam ut audiam fïlios meos in veritate ambulare." De waarheid ! Zij moet ailes overheer-schen ' Die rechtzkiinigheid is de meest we-zenlijke onzer plichten ! Wij zouden niet, zonder lafheid, de leugen kunnen laten over-heerschen.Wij hebben tegen het geweld protest aan-geteekend : gij hebt met ons getuigd om het misker.de recht te herstellen. Wij hebben geprotesteerd tegen den laster die de beu 1cm won veran-deren in de slacht-offers en van de slaohtoffers de schuldigen maken : gij hebt u tneit ons vereenigd om de waarheid te herstellen. Wij hebben geprotesteerd voor de vrijwa-ring v.an vrijen haard en arbeid, opgeeischt de eerbiediging der menschelijke waardig-heid : gij zijt ons trouw terzijde gebleven. Danken we God die U zoo goed uwe taak heeft doen verstaan : zij is niets minder, immers, dan de vervulling van de fundamen-teele orde van. het Christendom. Ik neem niet aan dat, onder voorwendsel naar. Uw bisschop zal u zeker niet ontslaan noch van den eerbied, noch van de gehoor-zaamheid ; met Christus Jezus, en in Zijn naam, vraagt hij ze zelfs op en dankt u omdat gij ze geeft. Maar gij hebt rechten op hem. Den dag waarop de Stedehouder van Jezus Christus u een bisschop zendtt; den dag waarop de bisschop, op zijne beurt, een parochiieherder, een collegebestuurder, een gasthuisaalmoezenier, eçn bestuurder van geestelijk huis stuurt, behooren u deze per-sonen die over u gezag nemen, tore. Hunne gedachte, hunne liefde, hun werk, hun tijd, hu.n gebed, hunne smarten vooral, zijn voor u, hunne onderdanen, en gij hebt het recht er over te beschikken. De goede Herder is te erkennen, naar 's Heeren woord, aan dit dubbel teeken : dat hij zijne kudde niet ver-laat in hat iiur des gevaars, noch ze te zijnen voordeele uitbaait als een bezoldigde ; hij stelt integendeel zijn leven ter beschik-king zijner schapen : "Bonus pastor animam suam dat pro ovibus suis,'.' (Joan. x, II.) En omdat er niets grooter is dan zijn leven .te geveïi ten bate van anderen, is de staat van den herder die zich geeft zonder terughouding en voor altijd, aan den dien&t Gods en zijner broeders, van aile staten, de volmaakste. De H. Mis op eer tafel-aîtaar opfîfdragen, achter eene schuur. Fen aalmoezeniei" pvedikt het sermoon voor de eerbiedig-luisterende jongens. van meer innigheid of godsvrucht, de chris-tene zich opsluite in een misprijzende ont-hechting, en den. oorlog beschouwe, van daar buiten, alsof deze slechtss de zielen van tweede gehalte kon raken. Het geloof moet geheel het leven doordringen, de handelingen van de eenlingen en van de maatschappijen. De gebeurtenissen der geschiedenis, groote en kleine, openbare of geheime, zijn aile in don dienst van het alleruitmuntendsche werk der goddelijke Yoorzienigheid, de Kerke Christi. En deze Kerk die Christus heeft .gesticlit en die Zijn Heilige Geest bezielt, wat is zij? De geloovige gemeenschap die, door de bisschoppen vereenigd met onzen Heiligen Vader den Paus, verbonden is met Christus. Uw bisschop, welke zijne persoonlijkheid zij of zijn oorsprong, van daar hij is verkoren door den Heiligen Geest en aa.ngsteld door den Opperherdeir in zijne diocesane omschrij-ving, om de Kerk Gods te besturen, is de levende band door denwelke elk uwer zielen in levensgemeenschap is met Christus, en door Christus, met God. Het geloof, de hoop, de liefde, aile de scha,tten der boven-natuurlijke genade dalen af van onzen Christus Jezus en zijn Stedehouder, op u, door uwen bisschop; en het is ook door uwen bisschop, één met den opvolger van Petrus, dat uw gelooven, uw betrachten, uw gehoor-zamen, opklimmen tôt Onzen Heer Jezus Christus en tôt den troon Gods : "De eeuwige "geheimnis, waar van wij de boodschap ver-"namen, die wij met onze oogen zagen en " aanschouwden, die onze handen hebben "gevoeld in den aanbiddelijken Persoon van "het menschgeworden woord des levens, die "geheimnis die wij u aankondigen komen, "waarin, vraagt Sint Jan zich af, is zij bevat? "Hierin, antwoordt de i.ngegeven. schrijver, "dat ge met ons in gemeenschap komt, d.i. "met de apostelen of de bisschoppen, hunne opvolgers,—en dat die gemeenschap u ver-"binde met den Vader en met zijn Zoon " Jezus-Christius." "Quod fuit ab initio, quod audivimus, quod vidimuis oculis nostris, quod perspeximus, et manus nostrœ contractaverunt de Verbo vitse... annunciamus vobis, ut et vos societatem habeatis nobiscum, et societas nostra sit cum Pâtre et cran Eilio ejus Jesu Christo.—I. Joan. I, 1-3.) Er is dus geen sprake meer van jood of heidene, van vrije man of slaaf ; aile onder-scheid van ras, van taal, van maatschappe-lijken stand verdwijnt ; aile de gedoopte zielen vinden zich te samen in éénzelfde vereeniging', tezelfdertijd geestelijk en zichtbaar, vereenigd met Christus en God, bij middel van het Roomsch Ivatholiek Episcopaat. Niet, mijne Broeders, dat deze bisschoppelijke waardigheid menschelijke voorrechten te voren roept in dengen^ die er de drager vlan. is. Verre van daar. Wïe ook als gezag-drager is aangesteid, wordt daardoor uw die- Gij nu, godsvruchtige zielen, die openlijk professie .aflegt, de cihristelijke volmaaktheid na te streven, gij zijt de eerste en de sterkste helpers van het bisschoppeiijk ambt. Ook is het vooral op u, op uwie gebeden, op uwe weriœe., op uwe boete, dat wij, na Gods genade, ons christelijk betrouwen stellen. Help ons. Ik spreek in mijn naam en in den naam mijner medewerkers in het priesterschap. Help ons, befcom ons de genade gatrouw te zijn aan onze verhevene maar ontzaggelijke roeping. Heb medelijden met ons. Betaal onze ongetrouwheden aan de genade. Vul onze onvoldoendheid aan. Naar het voo-rbeeld van onzen goddelijken Zalig-maker, offer u op, heilig u. voor ons. Mochten wij allen, bisschoppen, priesters, godsvruchtige zielen, de groote en pijnlijke lessen van het huidige unr benuttigen, om onze zielen te stiaven in den geest van het sacrificie. Wij dachten er niet genoeg op. De wereld vers.taat dlie waarheid niet en wij staarden ze niet genoeg in het wezen : het werk van de verlossïng der wereld, waaraan wij de eer en de zending hebben mee te werken, is niet enkeil een zaak van arbeid en van godsvruchtige smeelcingen ; het is, eerst en vooral, eene zaak van sacrificie. Zeker, men mag ondeirstellen. dat onze goddelijke Zaligmaker zou mensch geworden zijn en te midden ons zijn welbehiagen zou komen vinden zijn, zelfs hadde de meinschheid niet gezondigd. M'aar het geschiedkundig feit, onbetwijfelbaar be-waarheid, is dat het Woord is vleesch geworden in den schoot der Maagd Maria, om door Zijn Lijden en zijn dood, de schuidige menschheid weer te koopen. "Propter nos hommes et proptier nostram salutem descendit de cœlis et incarnatus est de Spiritu Sancto ex Maria Vdrgine et homo factus est. Craicifïxus etiam pro mobis, sub Pontio Pilato passus et sepultus est." Het is niet al. Lîjdand en. stervend op het kruis om ons vrij te koopen, hadde onze goddelijke Zaligmaker op Hem alleen het gewicht onzer ongerechtigheden kunnen nemen. Een enkele godmenschelijke daad was van oneindige waarde en kon genoegen tôt uitboeting van aile onze misdaden. Maar, nog eens, de godelijke Voorzienig-heid heeft het zoo niet gewild. En, Gode zij lof, de edele zielen danken er om des Eeuwigen Vaders beschikking. Het Sacrificie van Calvarië is een voorbeeld : " Exem-plum dedi vobis," ik heb u een voorbeeld gegeven., zegt de Meester, " ut quemadmodum Ego feci ita et vos faciatis," opdat uwe da-den zouden gefatsoeneerd zijn op de mijne (Joan. xiii, 15). De kinderen Gods, broeders van Christus, zijn uitgfenoodigd in hun leven dit goddelijk Voorbeeld weer te geven en allen moeten hat, in zekere mate, navolgen, Onze welbeminde Zaligmaker heeft gewild dat in de Kerk, die zijn Mystisch Lichaam is, tôt het einde der tijden de Passie voortbe-sta, die hij en zijn sterfelijk lichaam in-zette. Sint Paulus zegt het uitdrukkeiijk : " O, nu ben ik in de vrengde, schrijft hij aan die van Colosses, omdat ik smarten heb op te dragen aa.n God voor u ; iets ontbrak er aan het lijden van Christus : ik vul het aan in den vleesche, ten bate van Zijn lichaam, d.i. de Kerk, waarvan ik de bedienaar geworden ben: "Qui nunc gaudeo- in. passio-nibus pro vobis, et adimpleo ea, quae desunt passionum Christi, in carne mea, pro cor-pore ejus, quod est Ecclesia, cujus factus sium nninister " (Col. I, 24-25). De christene is geen al'eeinstuande, verloren in de ledviiT," op .;cn voorbi'jgaaiiuc ùtr." les tijds. Hij leeft van het onsterfelijke leven der Kerk waaraan hij toehoort en waarvan hij aile de phiasen, vain geboorte, groei, strijd, vernieling, verrijzenis, meemaakt. Het werk der Ke.rk, werk tezelfdertijd v:an Christus en van zijne ledematen, is de verlossing der wereld. En daar de instellingen der Voor-zienigheid bloeien in de mate dat zij gehoor-zamen aan, dein geesit van hun stichter, hebben wij den geest van Christus te nemen, onze zielen breed open te zetten voor de werking van den Heiligen Geest, ons deel te nemen van de Passie van onzen goddelijken Zaligmaker, alvorens aanspraak te maken op de eer, van dein zege zijner Verrijzenis, zijner Ilemielvaart, zijns rijiks aan de rechtere van den Eeuwigen Vader, te deelen. I-uister naar dit woord van den schrijver der Navolging Christi: "Qui non est paratus omnia pati et ad voluntatem stare Dilecti, non me-retur a.mator appellari." "Geeft ge uw ziel niet, zonder voorbehoud, aan het lijden ; wacht ge niet met vasten woet, al de wilsbe-schikkingen ,af van onzen God van liefde, zeg dan niet noch lijd dat men zegge dat gij Hem bemint." (Navolging Christi, III, IV, 6.) Mijne diarbare medebroeders in het pries- . terschap, mijne dierbare zonen en dochters Gode gewijd, de oorlog zal in onze Euro-peesche maatschappij groote hervormingen bewerken. Hernieuwen we wat men heden-daags graag heet, onze mentaliteit d.i. de gedachten die de richting geven aan ons leve». Klimmen wij termg op tôt het Evan-gelie. Aanschouwèn we onzen goddelijken Verlosser. Ondervragtu we de Kerk en leven we haar bovenmatuuiiijk leven. Wij haddan ons gewend aan het werk. We minden het gcl)3d. W ontz gdeii nic-t, of zekcn dagon • * en uren, eenige verplichte werken van boet-vaardigheid of eenige onverplichte werken van versterving te doen. Doch, laat het ons bekennen, de zelfverloochening, de veroot-moed'iging, het lijden kwamen ons voor als eene edele bijzaak, soort van hulsel of van siersel van ons leven. Welnu, zoo^ is het niet. Het Christendom is in zijn wezen eene dood die leidt naar het leven ; de dood van den o-uden mensch die geboorte geeft tôt den nienwe; de ontbinding, in den grond, van het tarwegraan waaruit een vruchtbaaTder leven kiemt. Het Christendom is het werk van Christus die door zijne dood, het recht heeft verworvien onze zielen te vereenigen, er zijn ei'gen leven in te storten, bij uitstor-ting in ons van aijinan Heiligen Geest. Het is dus heit sacrificie van T'ivri stus dat onze levens vooral moeten weergeven. Onze per-soonlijke heiliging en hat welslagen van ons zendelingsschap staan te diem prijze. Daar ligt het gaheim van het paart invloed dat we zullen hebben op het ontzaggelijk werk van de heropbo'uwingen der toekomst. Het is in die overweging dezer gedachte dat wij, elken morgen, priester en deelnemers, het litur-gisch gebed zouden moeten beklemtoonen : " Iintroibo ad altare Diei," ik zal de trappen opgaan van het altaar Gods, van het altaar opgericht voor de goddelijke Majesteit, van het altaar waarop de God-M'ensch, met de medewerking der ziel, der li.ppen en. der handen zijner priesters, zijn sacrificie her-nieuwt ; "ad Deurn qui laetificat juventutem meam," ik zal tôt God gaan die mijn vreugde uitmaakit, mijne blijdschap." Wanneer wij ons wederzijds een heilig en gelukkig jaar wenschen, zullen wij dus niet begeeren, noch voor ons zelve, noch voor dlegenen die wij beminnen, een leven van wel-vaart, vrij vain ontberingen, zorgen, leed, vernederingen, maar de genade om eene levensbaan in te slaan en op te wandelen, zioo gelijkend ails mogelijk aan degene die geopend en doorloopen heeft voor ons, haar bij elken stap teekenend, met zijn tranen, zijn zweet etn de vlakken van zijn bloed, Onze Heer Jezus Christus. Houdan wij het 00g stseds gevestigd op onzen Jezus die naar Sint Paulus' woord zich heeft aangesteld als "onze voorganger in het Geloof en die zich daarstelt om dit in ons te voknaken ; Hij had de keuze, Hij, tusschen de vreugde en het kruis; Hij onderwierp zich aan het kruis, desondamks de schandigheden en zie, Hij zit ter rechtere hand van den troon van God." (Heb. xii, 2.) Deze genade ons goddelijk Voorbeeld nader na te volgen zullen wi ons zelve wederzijds vragen, door de tusschenkomst van de Gçluk-zalige Maria, Maagd en Moeder, die ons gegeven heeft in ons te mogen bezitten den Gever des levens, Onzen Heer Jezus Christus "ut ipsam pro nobis inteTcedere sentiamus per quam meruimus Auctorem vitœ suscipere Dominum nostrum Jesum Christum." t D. J. Kard. Mercier Aartsbisschop van Mechelen.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title De stem uit België belonging to the category Oorlogspers, published in Londen from 1916 to 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Subjects

Periods