De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1859 0
24 October 1915
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1915, 24 October. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Seen on 26 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/ns0ks6kb0n/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

rme àr* DE VLAAMSCHE STEM \-en volk zal niet vergaan! ALGEMEEN BELGISCH DAGBLAD Eendraclît maakt machî. REDACTIE- EN AOniHISTRATIEBUREELED I PALEISSTRAAT 31. bovenhuis, AMSTERDAM. ÏRlr-fnnn No. S922 Nnnrri. Onder leidîng van RENE DE CLERCQ en Dr. A. JACOB. ABONNEMENTSPRIJS (bjj vooruitbetaling): Voor Nederland per jaar gld. 6.50 ~ per kwartoal gld. 1.75 — per maand gld. 0.75. Voor-België, Engeland, Franfcryk en andere landen dezelfde prjjzen, met verhooging van verzendin^skosten (2U cent per nommer), / Taalstrijd. gjj, Vlamingen, àjt toch laetige men-en ! Dafc gij zelfs eea onnoozelen taaj-jltijd in deze droeve dagen niet kunt laten n5ten! Waarlijk, echte Belgen zijt gij, ti»r6lechte Belgen!" Joe dikwijls nog zullen wij dat minach-i.,de verwijt zelfs uit Hollandschen mond B hooren krijgen? Hoe dikwijls zullen wij nog moeten zeg-pn dit wij het meesfc betreuren dat de tets krachten van ons volk te loor gingen 3 een negatief werk, in het afweren van fransche verbaetering ? Hoe dikwijls nog zal het moeten gezegd uorden: De taal is gansch het volk/ 0! liever nog : de taal is het beste van Jet volk, het element van den volksgee6t, le beÉeling der gedachte. Spreekfc het dan niet vanzelf, dat men ien volk onmondig maakt, alê men zijn logelijke spraakontwikkeling in de kiem moori, en zijn denken lam -1 met het le vermuilezelen ? Hoeft het betoogd te worden: dat geeste-to verlamming crger is dan licbamelijke, àt een volk zonder taal noodlottig minder-liardig moet blijken! Dat een taalgeschilletje geen peulschil-jtlja is ; Dat de taal het eenige middel is tôt vclle-iije geœtelijke ontwikkeling ; D:c de taal het machtigste wapen is voor ira menech in het geheele leven ; Dat de taal het geheele leven doordringt m omvat ; Dat een gezonde hervorming een volle-dige aanpassing is van de omgeving aan iijon wezen, en niet het omgekeerde; Dat een paedagogisch lapmiddeltje zon-itr algoheele bestuurlijke zelfstandigheid aeer kwaad doet dan goed ; Dat zelfbestuur eindelijk den taalstrijd tl wegnemen; Dat het jammer en zonde is dat er een lulstrijd moest ontstaan; En dat Zelfbestuur het beste middel is © den taalstrijd voorgoed onschadelijk te îiaken en overbodig. Mr. Dr. L. BRULEZ. l'Entente Cordiale. In een artikel verschenen in de Renais-Ionce van 2 October jl., onder den titel j,Eelgië en do Entente Cordiale" vraagfc de tar Dumont-Wilden openlijk dafc België opgenomen worde in het verbond van Engeland en Frankrijk. De Engelsche invloed beeft toch al zoo-lang heimelijk de Belgische politiek be-leerbcht, bekent de schrijver. Wearom nog dralen met een publiek en definitief ver-kffid? België'6 verdienste en het belang «r Entente 6temmen overeen: ■ Dat België eenig reoht heeft op de JKentelijkheid der Bondgenooten, deze •wtsfce kebben het luide genoeg verkon-dan dat het nog noodig zou zijn er jp terug te komen. Maar het belang der Entente noopt ze in haar schoot een land-i9 op te nemeoi waar de dubbele invloed T':n Frankrijk en Engeland noodzakelijker-vJjze zich zal uitoefenen. Geschiedenis, na-Nr, oeconomische belangen, ailes "werkt f^en om van België een prachtig terrein Van verstandhouding der twee volkeren te ^en. En, bevrijd van den Dnitschen in-v!°cd, dat kleine en werkzame landje, dat J'et afgezonderd kan leven, is er voikomen Ce,bwéid zich te leenen tôt een roi van faselaar, waarvan het de voordeelen, van af, zeer goed inziet." De neutraliteit een onvoldoende waar-2 der onafhankelijkheid zijnde, heeft ;v°or ^oed uitgedaan. Het eeni^ mogelijke Wrbond is dat met de Entente. * * * Dat is ten min6te klare wijn. Wij achten y m^ûing van den schrijver zeer betwist-_îar, dat de opname in den schoot der intente in do lijn zou liggen van het be-wg yan België. Wij verbazen er ons niet over den heer .Um?^ Wilden het belang van België te ^«chouwen door eenen Franschen bril. Geen klare wijn, is het commentaar van 't :_6£eoringsblad de XXc Sièclc in haar num-■van 12 Oktober. Vtanneer^ de Vlamingen aandringen op nafhankelijkheid in internationaal opzicht n binnenlandsche zelfstandigheid betrach-cn, wordt hun houding gebrandmerkt met «t woord , ,landve^raad, '. fA^?nover » excellent et distingué «on-r' r° Bumont-Wilden" zoekt het offi-•blad naar de vleiendste lof-. artikol is ,,belang-uend, ^ diepzinnig zolf»". ,,Misschien en,wÀj aile beschouwingen medo , «rscnrijven. .Maar zijn beeluit, dat hij : p andere wegen dan de onze bereikt, ''îi°nS ??^w^stbaar." ^^"i.îver ,,heeft scliitterend bewezen, mat • nationaliteit niet kunst- dz'^oa^s dikwijls beweerd, en ï«weeet zc^ve te geloofd is .Via d,ç bekentenis dat Engeland onze politiek beneerscnte, betreurt de XAe Siècle de onjuistheid : ,,Helaas! wat dit feit botreft, kunnen wij hem niet gelijk ge-ven. Maar wij hopen met hem dat het voor-taan zoo zal wezen. Onze ,,distingué confrère" zal ons zeker wel verstaan..." Of het Vlaamsche volk op zijne beurt ,,zeker wel zal vers ta an../' waar het om gaat? ,3Hartelijkc Vcrstandhouding!" Voor een Germaansch oor wars van Fransche abstracties, klinl't die woordver-binding al even hol en valsch als ,,Vrij-heid, Gelijkheid en Broederlijkhedd !" Of moet de reohte vertaling in het Ne-derlandsch luiden : ,;Schijnheili^ konkel-fo ezen'-c Dr. L. B. uni. Be Crisis in bit Algemeen HederlandssEï (eriiond. Wij ontvmgen de volgende ingezonden stukken naar aanleiding van het aftreden van den Heer Kiewit de Jonge : I. In ,,De Vlaamsche Stem" van 19 October 1.1., komt onder bovenstaand opschrift een stuk voor, waarvan ik de inhoud niet als juist kan erkennen. Dat Dr. Kiewit de Jonge, die reeds een jaar ongeveer geledea zijn voornemen om na de statuten-herziening af te treden als Alg. Voorzitter van het Nederl. Ver-bond te kennen gaf dit voornemen gedeel-telijk (n.l. als voorzitter van Groep Nederland) r-ceds eenige maanden vroeger ten uitvoer zal brengcm, staat nog in 't geheel niet vast. Zeker zal Dr. Kiewit de Jonge niet op de vlucht gaan voor een behande-ling van de kwestie der Utrechtse Studen-ten-afdecling, die verleden Woensdag wegens tijdsgebrek tôt de volgende bijeen-komst van het Groepsbestuur werd uitge-steld. Ook Dr. Kiewit de Jonge is de mee-ning toegedaan, dat het Verbond zich houden moet buiten aile politiek of staat-kunde en in de Groepsbestuursvergadering heeft niemand hem verweten het Stam-verbond te hebben dienstbaar gemaakt aan belangen, di© zacht gezegd niet die zijn van Vlaanderen. MARCELLUS EMANTS, Onder-voorzitter van Groep Nederland. II. In de ,,Vlaamsche Stem" van 19 October 1.1. worden naar aanleiding van Dr. Kieviet de Jonge's aftreden als voorzitter van de groep Nederland van het ,,Algemeen Ne-derlandsch Verbond", in een van ,,geachte zijde" ontvangen stuk je eenige zonderlinge en onjuiste opmerkingen gemaakt. In de eerste plaats is het onjuist, dat dit aftreden in den lande diepen indruk zal wekken. Het Algemeen Nederlandsch Verbond heeft te weinig beteekenis, is door zijn jammerlijke leiding te onbelangrijk gewor-den, dan dat een voor dit Verbond vrij belangrijke gebeurtenis in den lande diepen indruk vermag te wekken. In de tweede plaats schijnt het mij onjuist, te zeggen dat het ,,Algemeen Nederlandsch Verbond" partij heeft getrok-ken voor de onderteekenaars van het Vlaamsche manifest (Mr. van Cauwelaert c.s.) Het ,,Alg. Ned. Verb." heeft zich neutraal wenschen te houden in een kwestie, waar-over verschillend gedacht wordt. Dit is de houding, die het ,,Alg. Ned. Verbond" nu al jaren lang aanneemt tegenover de meest gewichtige vraagstukken, die de toe-komst van den Nederlandschen stam be-treffen en in de moeilijke tijden, die wij thans beleven, blijkt alleen die houding duidelijker. Ze is echter geenszins nieuw. Door te zeggen, dat het ,,Alg. Ned. Verbond" in een gewichtig vraagstuk partij heeft getrokken, bewijst men den leiders van het Verbond werkelijk te veel eer. Deze vraagstukken onder de oogen zien, en met vaste hand den weg wij zen, die tôt heil van taal en stam gekozen moet worden, dat is nooit geschied. ,,Telegraaf" en >,Toe-komst" laat men deze kwesties elk op hunne wijze behandelen ; doch zelf houdt men zich bezig met den strijd tegen vreemde woorden of de droogmaking der Zuiderzee, onderwerpen, ongetwijfeld niet zonder belang, maar thans, bij de aan de orde zijnde brandende vraagstukken vergeleken, min-gewichtig.Men laat het Nederlandsche volk in pro-gealliëerde of pro-Duitsche richting leiden, maar zwijgt zelf. De stem, die pro-I\ eder-landsch moest klinken, wordt niet gehoord. Dit is de laakbare houding van het ,,Alg. Ned. Verbond". Slechts oppervlakkig be-schouwd doet zij denken aan een partij-trekken voor hen, die thans aile Vlaamsch denken willen belemmeren. Inderdaad is zij véél droeviger. De ,,geachte zijde", hoewel dr. Kieviet de Jonge's vertrek uit het Groepsbestuur be-treurende, verheugt zich er echter innig over, dat hij zijn plaats in het Hoofdbestuur blijft bezetten. Dit komt mij onbegrijpelijk voor. Wit heeft schuld aan de hierboven geschetste laakbare houding tegenover aile belangrijke stamkwesties % Geenszins het Groepsbestuur, maar het 77oo/d/bestuur ! Het /7oo/<ibestuur ook was het, dat optrad tegen de Utrechtsche Studenten op cen wijze, die zelfs hen, die iiiets .meer van deze leiders tôt heil van taal en stam verwacht-ten, heeft verwonderd. Het ^oo/^/bestuur. dus o.a. ook dr. Kieviet de Jonge als lid van het Hoofdbestuur. Dr. Kieviet de Jonge's aftreden als groepsbestuurder is voor niet ingewijcjen niet "" Êreheel verklaarbaar, zijn aftreden als hoofdbestuur zou dit wèl geweest zijn en blijft — evenals aftreden van aile lioofd-bestuurders, die zich met hem solidair ver- net ^roc^.çbestuur brengt noch m de lei-ding van het Verbond, noch in de redaictie van ,,Neerlandia'' verandering. En die verandering is ten zeerste noodig ! Mr. A. LOOSJES. * * * Onze geachte berichtgever, dien wij deze stukken mededeelden, schrijft ons nader het volgende : De heeren Emants en Loosjes spreken twijfel uit: lo. aan de juistheid van het dGor mij medegedeeilde feit, 2o. aan de ge-grondheid der door mij aan dat feit vastge-knoopte beschouwingen. Het laatste punt verdient grondiger be-spreking; omtrent het eerste kan ik kort zijn. Het door mij medegedeelde feit is voikomen juist, de heer Kiewit de Jo<ngc heeft, in allcn vomi ,zij-n ooitslaçj als voorzitter van de groep Nederland ingediend, en wel op een wijze, die buiten twijfel stelt, dat dit ontslag niet, als de heer Emants doet voor-koanen, als een simpel vervroegde uitvoering van een oud voornemen, maar wel als het gervolg eener acute crisis valt op te vattsn. Moge de Tbeer Emants nu m eenen, dat het, des ondanks, ,,nog in 't geheel niet vast" staat, dat de heer K. d. J. werkelijk zal heengaan, dan moeten wij tôt ons leed-wezen verklaren, deze meening niet te mo-gen deelen. Wij weten zeer wel, dat formeele onge-meonde demissiën voor sommige politici een gebruikelijk middel vormen, om... met eene afgedwongen motie van vertrouwen hunne wankele positie te stevigen. Maar waar het den heer Emants bekend moet zijn, dat de heer K. d. J. zijne ont-alagname gesteund heeft op het feit, dat een aanzienlijk deel van 't Groeps-bestuur zich met zijne leiding niet langer kon vereenigen, schijnt het ons met onzen eerbied voor het karakter van den heer K. d. J. onvereenig-baar, te veronderstellen, dat hij zich tôt eene dergelijke coniedie zou leenen, en eene leiding zou wenschen te behouden, die hij door een aanzienlijk deel zijner medewerkers niet langer begeerd weet. Zonder tv.ijfel hebben echter de inzen-ders voikomen gelijk, indien zij opmerken, dat het moeningsverschil omtrent de tele-grammen aan Koning Albert niet de eenige oorzaak van 's heeren K. d. J. heengaan is. Inderdaad heerschte er in het Groepsbestuur een — sit venia verbo — al te zorg-vuldig verheimelijkt, chronisch conflict, dat door de Vlaamsche complicaties echter plotseling in een acuut stadium getredeu i~, . en tôt het plotseling en onverwacht aftreden van den heer K. d. J. heeft geleid. De houding des Verbonds tegenover de Vlaamsche Nationalisten is alzoo ten slotte de laatste druppel geworden die den reeds boordevollen kelk deed overloopen. En nu verstaan wij ten voile, dat het groepsbestuur eenigzins gebelgd is, door de openbaarmaking der waarheid dat de in dienst des Verbonds vergrijsde voorzitter voor de actie van de Utrechtsche Studenten Afdeeling is ,,op den loop gegaan" Maar het grievende dezer daadzaak ver-dwijnt, zoodra men inziet, dat het conflict niet een conflict is van personen, maar van beginselen, voor wier waardeering het" on-verschillig is of hunne verdedigers jong of oud zijn. Deze tegenstelling der beginselen is, naar wij zeiden, door het hoofdbestuur al te lang verdoezeld. De acute crisis, die thans ontstaan is, stelt haar echter op de scherpste wijze in het licht, en verschaft eene, onontbeerlijke, gelegenheid, richting en doel des Verbonds aan een principieele bespreking te onderwerpen.En daarom is het een levensbelang voor het Verbond, niet toe te laten, dat, uit redenen van persoonlijke consideraties, de ware oorzaak van het aftreden van den heer K. d. J. worde verheimelijkt, en daar-mede de noodige bespreking van de beteekenis van het conflict, dat tôt dit aftreden leidde, onmogelijk worde gemaakt. De publieke zaak worde publiek behan-deld.Hiermede zal, in ons antwoord op de opmerkingen der inzenders cmtrent de ge-grondheid onzer, aan het nu wel als onbe-twistbaar juist erkende feit vastgeknoopte beschouwingen, in een volgend nummer een aanvang worden gemaakt. ,^uai» ■ qaa— Het ïlosmsch in liet QnMjs, Uit de vele artikels in de ,,Gazet van Bnis-sel" over dit onderwerp verschenen, blijkt ten overvloede dat do Brusselsche Vlamingen, in strijd met de bestaande wetten en ministerieele voorsohriften, op het lager en middelbaar onderwijs, en ondanks hunne her-haalde klachten, stelaelmatig worden ver-franscht.De verfransching der hoofdstad zal noodza-kelijk de verfransching van het heel arrondissement na zich sleepen, hetgeen gelijk staat met het verlies van het zesde deel van het Vlaamsch grondgebied. Dit vraagstuk is, naar het oordeel van aile Vlaamschgezinden, buitengewoon gewichtig, ja misschien eene levenskwestie voor heel ons volk, daarom zal het hier nog te berde k or-en. Voor de Brusselaars is die toestand ailes-zins betreurenswaardig en de deskundigen rien daarin de oorzaak van de mindere ontwikke-linç der Vlaamsche bevolking van de hoofdstad. Do dichterlijke denker Jnn Van Beers beoor-deelt als volgt die gebrekkirre onvoeding van ons ras. Wij beamen ten voile zijne woorden, waarvan de schoone, meesleepende, betooveren-de vorm door onze lezers zal worden genoten: I,,Verfranschen noemt men dat misdadig werk, hetwelk met ons wordt gepleegd. Echter is dat woord onjuist. 't Is eerder deçermaniseeren, ontdietschen. ontvlaamschen, wat men diendo te zeggen. Want de uitslag dier bewerking is iets gansch negatiefs. Men ontneemt aan een ra-s zijn eigen geest niet, om dien van een : ander ras in de plaats te stellen, men schiet zijne ziel zoo maar niet uit en trekt er eene andere aan, gelijk men doet met een kleed. ,,De natuur maakte ons tôt wat wij zijn, 1_ J— «r. +«+• eiKen vormde. Wat de mensen ook Kunsi-maug knoeien en knutselen moge, het innerlijk wezen van dier of boom veranderen, kan hij niet ; en evenmin gelukt het hem, een ras van zijn ge-slacht in een ander ras te herscheppen. Hier zoowel als daar heeft do natuur hare vaste en onwrikbaro ontwikkelingswetten, en waar die tegengewerkt of gekrenkt worden, daar wreekfc zij zich, daar slaat zij het wezen, dat men aldus in een ander omscheppen wil, mec onmacht, mot verbastering, met verkwijning en dood. ,,En zoo gaat het ook met ons, Vlamingen, die ons naar geest en lîarakter in Gallen pogen om te werken; ook op ons wreekt zich de natuur! Want het beste en edélste wat in ons is, onze eigenaardigheid, onze zelfstandigheid schieten wij bij dien tegennatuurlijken arbeid van herschepping in, de ontwikkeiing onzer verstandelijke vermogens wordt erbij verlamd en bezwaard, en van heel ons onderwijs pluk-ken wij over 't algemeen niet dan de schraalste, armzaligste vruchten. ,,Hoe dit ailes zoo mogelijk is? vraagt ge wellicht. ,,Zoowel als ik weet ge waarschijnlijk, hoe ziel- ©n onderwijskundigen bewezen, dat de menschelijke gee6t in de eerste kinderjaren zij-nen aanzienlij'ksten arbeid van opnemen en in-■/Jcli-verzamelen verrioht. Als dus een kind van zes of zeven jaar ter schole gezonden wordt, dan heeft het reeds eene ganscho wereld van voorstellingen, begrippen, verbindingen, af-trekkingen, oordeolen en besluiten in de voor-raadskameren zijne» ziel opgezameld. De taak der school is natuurlijk deze wereld voort op te bouwen, met duizendvoudige analysis en synthesis te ordenen en te vol trekken, en mot toevoer van allelei zakelijke kennis te verrij-ken._ j,Maar deze wereld bestaat in de kinderlijke ziel niet anders daai innig verbonden, samen-gegroeid en vereenzelvigd met de klankon die gediend hebben om ze tôt stand te brengen. Het verstand des kinds is één met zijne taal, en: zijne taal één met zijn verstand. ,-,Elk kan hieruit, zonder verder betoog, op-maken, wat er wordt van de verstandelijke ontwikkeiing . onzer in 't Vlaamsch .opgebrachte kinderen, wanneer ze worden overgeleverd aan eene school, gelijk helaas ! de meeste onzer bur-gerscholen zijn, waar ailes of nagenoeg ailes in en door het Fransch wordt onderwezen. „Het is geen voort vorm en, het is lier- of liever misvormen wat daar wordt gedaan. Heel die kleine, verstandelijke wereld. die het kind reeds heeft opgegaard, wordt verstoord en ver-woest; door al de schatten, die het verzamelde, wordt de epons gevaagd ; men legt den kleine, als 't ware, nieuw in de wieg, om van do meet af aan, in het Fransch en op zijn Fransch her-busseld en herbakeld te worden. ,,Ook heeft men de oogen slechts te openen en om zioli heen te blikken om overal en in a-Iles de wrange uitwerkselen van dit ondorwijs-stelsel gade te slaan. ,.OppervlakkigheicL middelmatigheid, onmacht zijn er de bijzondere kenmerken van." i ——- ■. im ji ■-Q-c^aaiii Uit de Fers De actie van ,5Vrij België". In Vrij België van Vrijdag 22 Oktober ver-scheen een eerste stuk over ,,Bestuurlijke Scheiding" van de hand van mr. Fr. van Oauwelaert. Het stuk is >louter negatief van karakter. Wij komen er op terug. * * * Als Vlamingen moet het ons bevreemden, schreef onlangs dit blad, dat Vlamingen de taak afwijzon, uit de hand van vreem^len en vervreemden het* bestuur over het eigen land in eigen hand' te nemen. Hierop immers komt zelfbestuur voor Vlaanderen neer. En Vlamingen als mr. van Cauwelaert bekampen zelfbestuur.Vreemden en vervreemden — ingedrongen Walen en verfransc^te Vlamingen — de dra-gers van het Franskilsonisme juichen de actie van ,,Vrij België" toe. Instemming van frans-kiljonsche zijde is de Vlaamsoh-gezindheid anders niet gewoon. Tôt het voordeel van de Franskiljons staat het Vlaamsche, zooals wa-ter staat tôt vuur : het eene element doet af-breuk aan het ander. Steeds hadden de Franskiljons een fijnen neus voor waar hun voordeel ligt. Hun toejuichingen moeten ons tôt naden-ken stemmen. Als de actie van mr. van Cauwelaert hun ten goede komt, hoe kan zij one dan ten goede komen ? Godsvredôbreuk. Op 21 October j.l. bestond do dynastie der Hc-henzol'lerns vijfhonderd jaar. Bij deze gelegenheid verscheen van de hand van H i n t z e • een boek, getiteld ,,Die Ho.henzollern und ihr Werk", dat nu, schrijft ,,De Tijd", in Duitsche KathoÛeke kringen zoo veel veronwaardiging gaande maakt en den godsvrede in gcvaar brengt. Krachtig treedt de ,,Koln. Volksztg." op tegen de officieele réclamé, welke voor het boek gemaakt wordt en het blad Ijevat reeds tal van protesten, waarin de bandelwijze der regeering wordt gewraakt. Zoo schrijft een lid van den adel uit West-phalen, behoorende tôt een der meest bekende Katholieke geslaehten, als volgt: De zaak moet, indien do miniser van eeredienst niet ingrijpt, ter sprake gebraclit worden in het Huis van Afgevaardigden. Wanneer wij ons niet dade-lijk verdedigen, dan gebeurt weer hetzélfdc als in 1870—'71 in den Kulturkampf. Men stuwrt dan zijn zonen naar het slagveld en dan komt er een ,,Kulturhàmpfcr,} als Hintze (de schrijver van het boek), die ons als loon daarvoor rapt. Ingeval de minister van eeredienst het door zijn oadergeschikte ambtenaren aanbevo-len tendenz>-werk inderdaad gelezen heeft, dan is deze officieele aanbeveling minstens een on-beschaamdheid tegen den tegenwoordigen minister van Landbouw, wiens vader, Burgliard vrijiheer Von Schorlemer-Alst in het boelî ge-smaad wordt als ,,binnenlandsche vijand". Mocht men de verspreiding van het boek on--der de leerlingen willen overlaten aan de hoof-den van soholen, dan moet ook daartegen ge-protesteerd worden. Want wanneer men het boek nauwkeurig leest, vindt men zulk een me-nigte hatelijkheden en onjuistheden aan het adres der Katholieken, dat wij het boek, vooral in den tegenwoordigen ernstigen oorlogstijd, nu het geheele Duitsche volk tegen zijn vijan-den eendrachtig optrekt, moeten noemen een ! cmstige verbreking van den godsvrede. Houdt de regeering pchtrr vast nnv haar aanhcvrtivg, dan maakt zij zich sehuldig aan vredebreuk en is het woord des keizers : ,,Ik ken geen par-tijen meer, ik ken slechts Duitschers", zonder j , kracht geworden. J Zooals men. speciaal uit het door nos ge-; cursiveerde, ziet, is protest tegen een aan haar i vcrplichtingen trt-ort komendr rcaeoriva niet i nitehiitend een Vlaamsch verschijnsel. Ook de j Duitsche Katholieken spreken als hun rechten tijdcns den oorlog afbreuk wordt gedaan». KLEINE KRONIEK Kern. Wat is centraliseeren ? Het is de werkdadig-heid op één punt brengen, om van daer zekeren invloed over al de leden van het geheel uit te breiden." Het is een éénig denkend deel willen dat, het plantenleven van al do deelen verbruikende, ten koste van dezelvo zou leven, en tôt loon hen in beweging zou brengen, wanneer hem de lust daertoe bekroop. De centralisatie is niets anders dan do ont-zenuwing van het geheel ten voordeele van een éénig deel, het is tegenwerlcen wat men wil bevorderen, — do besekaving. F. A. SNELLAERT. (1841) Drie opmerkingen. In ,,De Tijd" van Zaterdag geeft de 'heer Josef Pauwels drie aanmerkingen ten beste op het laa.tste nummer van ons blad. I. Wat de eerste botreft, zijn het feiten, dio onze medewerker in persoon heeft beleefd, on dus geen overgebraohte lasterpraa/t : dat er in vele soldaten-afdeelingen in het begin van den oorlog gemord werd over do officieren. De heer Pauwels geiieve de daarop volgende passus van het artikel te herlezen: „Ik traoht-te intusschen zijn gemoed met zijn pliclit to verzoenen, en wees hem op het ondersoheid tusschen de roi van een officier en de taak van een soldaat; suggereerde hem, dat hij misschien slecht had gezien, en vergoelijkte het kwaad met de banale tegenwerping, dat er overal natuurlijk minder moedigen waren. Het hielp niet veel." II. De opmerking aangaande de ,,Vlaamsohe Post" was eon citaat uit de „Telegraaf" (artikel van den heer Ritter). III. Het koele onthaal van de Brabançonne op het feest van het Alg. Ned. Verbond in Den Haag is een feit, dat mede geconstateerd werd in het officieel verslaig, ook in aile Hol-landsche bladen opgenomen. Bowuste misleiding. De ,,XXe Siècle" drukt zondor commentaar het tendencieuse bericht van de ,,Belgique" over aangaande het valschelijk beweerde ,,niet toegelaten zijn van ons blad in de landen der bondgenoaten' '. De ,,XXe Siècle" weet nochtans wel beter, want zij ontvangt zelve ons blad als ruilnum-mer in Le Havre. Hoe zou dat 'kunnen, indien ons blad reeds in Engeland werd afgewezen P Koning Ferdinand en de vrouwen. Drio vrouwen hebben grooteninvloed op het leven van Tsaar Ferdinand gehad. Zijn moeder, prinses Clémentine van Coburg, vorwierf voor hem den Bulgaarschen troon. De jonge, vroeg gestorven Mario Louise van Parma was in de moeilijke wordingspositie van Bulgarie 'skonings levensgezellin. Prinses Eleonoro von Reuss, de tweede gemalin, mocht zich dç koninginnekroon op het hoofd zetten. Prinses Clémentine, de dochter van koning Louis Philippe, heeft, kan men zeggen, zelfs in zekeren zin Bismarck in staatsmansinzicht overtroffen. De ijzeren kanselier vond Bulgarije en Hecuba en de botten van een Pommerschen grenadier meer waard dan dit land ; prinses Clémentine liet niets onbeproefd, om voor haar jongsten zoon^ Ferdinand, dat nietswaardige land to veroveren. De geschiedenis van heden leert, hoeveel waarde het voor Duitschland kreeg. Prinses Clémentine werd in 1817geboren. Zij huwde in 1843 met prins August van Saksen-Coburg-Gotha^Cohary. Uit dit huwelijk werden geboren de prinsen Philippe, August en Ferdinand en do prinsessen Clotilde, weduwe van den Oostonrijkschen aartshertog Joseph en Amalie, de gemalin van hertog Emanuel van Beyeren. Dertien jaren na de geboorte der laatste zag 26 Febr. 1861 de tegenwoordige Bui-garenkoning Ferdinand het levenslicht. Hij was het lievelingskind zijner moeder. De heerschzuchtige moeder verloor geen oogenblik haar doelwit uit 't oog, voor haar Benjamin een kroon te veroveren. Toen dan ook de Bulg. troon vacant kwam, greep do zeventigjarige dadelijk in. Op het slot Eben-thal, waar zij sinds den dood van haar gemaal woonde, ontving zij de deputatie, die hun zoon den vorstentitel kwam aanbieden. Stralend van geluk bracht zij haar zoon het eerst die tijding over. De moeder liet het niet bij het beginwerk, want zij wist maar al te goed, dat de Bulgaar-sclie troon niet vast stond. Met buitengewoono groote diplomatieke handiglieid en met haar vermogen van 50,000,000 stond de oude vrouw met de energie van een jongo haar zoon ter zijde en zij deinsde voor geen offer, dat Ferdinand populair kon maken, terug. Geld kon men in het jonge Bulgarije al heel best gc-bruiken.Geen weg was voor de zeventigjarige te ver, geen weer te ruw. Ferdinand bleef een gewillig ,,moederkindje" en feitelijk was het in de eerste jaren de vorstin-moeder (hoe trotsch was op dien titel !) die regeerde. Ferdinand ver-kreeg slechts zeer langzaam de toestemming van de andere s ta ten en daarom viel het hem niet gemakkelijk een ,,ebenbiirtige" gemalin te vinden, maar marna Clémentine schafte ook hier raad. Zij ging zelf ,,de vrij" op. Haar keus viel op Marie Louise van Parma, de oudste doch. ter van hertog Robert van Parma. Zij schonk Bulgarije den troonopvolgor, maar do zeer vrome, van de wereld afkeerige en in zich zelf gekeerde natuur der vorstin maakte haar weinig geschikt voor het uitoefenen van invloed op haar gemaal. Zij bloeido in zijn leven als een bloem van vergankelijke pracht. Mot haar komst werd het zeer stil aan het Bulgaarsche hof, want Marie Louise hield van eenvoudige huiselijkheid. Niettomin gold het huwelijk voor gelukkig tôt Ferdinand dit geluk op een te krasse proef stclde. In ovcrlegtmet zijn moeder liet de vorst zijn zoon Bons in do Griek-scho kerk opnemen. Diep verontwaardigd vorliot de vrome Mario Louise het hof, om een vol jaar in het buiten-land door to brengen. Prinses Clémentine wist echter de echtelieden weer bij elkaar te brengen. Uitwendig werd het conflict verholpen maar inwendig bleef een scheur bestaan. Na lange weduwnaarsjaren koos koning Ferdinand, een zuiver Duitsche prinses tôt zijn tweede levensgezellin. prinses Eleonoro Reuss, jongere linie. Een Coburger en een Reussin zijn de stamouders van voie keizers, koningen, grootvorsten, hertogen en prinsen geweest. Frans Friedrich van Saksen-Coburg-Saalfeld en gravin Augusta von Reuss-Ebersdorf hebben onder hun nakomelingen : Keizer Wilhelm II, de keizerin van Rusland, wijlen koning Eduard van Engeland en Leopold van België en do ge-wezen Coburgsche dynastie van Portugal. Koningin Eleonore vond Bulgarije heel anders dan prinses Clémentine en Mario Louise het aantroffen. Zij wist zich bemind to maken en het hof tôt een glanspunt van den staat op te voeren. De Bulgaarsche generaals. In een Duitscli blad deelt een Bulgaar bij-zonderheden mede over de tegenwoordige le-geraanvoerders van Bulgarije. Hij zegt dat het aftreden van den vroegeren ironister van oorlog, genera.il Fitsjef, dio men vrij algemeen gedoodverfd had als opperbevellieb-ber in dezen oorlog uit zijn gezondiieidstoestand verklaard moet wordën, dooh laat toch merken dat wel degehjk strategische quaesties tôt dit aftreden medegewerkt hebben. Want, zeo-t hii ,Je' on Sjekof zijn volmaakt tegen^ stelde paturen. De eerste is bedachtzaam °en uitstekend geschikt voor een groot opgezetten verdedipngsoorlog, de laatste is d'aarentegen energiek, wilskrachtig en zelfs meedoogenloos w-aar lœt geldt een ontwoi-pen plan door te zetten. Dozo tegenstelling tusschen beide ka-rakters is xceds gebleken bij îiet l)eleg van Adrianopel. Fitsjef stond erop dat de ■ vœtin-onMmgad, Sjekof daarentegen dat zij onmit£ deliijk bestormd zou worden. Ten slotte gaf Fitsjef den lien Maàrt 1913 bevel de voorste stellingen va n Adrianopel te besteormen zonder edhter do binnenste forten te nemen. Sjekof begon daarom dadelijk met de bestormœg van de gebeele vesting en reeds aen loen was hij daarmede geslaagd. Met sobitterende resultaat bad zijn eisen-macutig optreden gereohtvaardigd. Het is'ln» wel te begrijpen, dat men dezen doortasten 1- i man tôt opperbevelhebber aangewezen heeit. Hij beeft dit voor bij den opperbevelhebber d,»r ■Balkan-oorlogen, generaal Sawof, dat liij bij aile partijen bemind is, daar hij tôt geen * n-kele partij belloort, terwijl Sawof, als vei-klaard btamboelivist en als medeverantwoord^lijk voor den afloop van den tweeden BalkanoorW bii bepaalde partijen aanstoot geeft. Dat Sjekof tôt opperbevplhebber uito-ekozen was werd roes duidelijk toen hij als opvolger van litsjef tôt minister van oorlog weîd aan-gewezen.Éorst bij dig gelegenieid werd hij tôt gene-raal bevorderd. ° Sjekof heeft den overste S j o s t o f tôt chef <wer zijn staf benoemd'. Sjostof is tij'rlens de Balkanoorlogen chef van den staf van het der-do legercorps geweest. Ook hij behoort niet tôt een of ander© politieke partij, doch hij is in Maeedome geboren en dus een hartstochteliik aanhanger van de bewoging om Macedonië met ijulgarije te vereenigen. De nieuwe minister van oorlog, genéraal IN aide n o f, eveneens een jong officier, is door en door een munitie-minister. Nadat hij de artillene-akademie afgeloopeii had is hij jaren lang voorzitter geweest van do technische mmutie-commissie. Het schoolwezen in Polen, Tôt aan de revolutie van het iaar 1D06 schrijft het Poolsche Persbureau, was het schoolwezen in Congrespolen geheel en al Rus-sisch. Het Russisoh was zoowel bij het hooo-er als lager onderwijs, op openbare en bijzond?ro seholen verplichtend. De Pookcho taal werd alleen in de lagere klassen bij het lager onderwijs als hulpvak toegelaten. Eveneens bestond het ondenvijzend personeel aan de scholen voor lager onderwijs deed de Russische regeering het getal der bevoegde Poolsche leerkrachten van jaar tôt jaar inkrimpen en verving lien door uitgediende onderofficieren en allerlei twijfelachtige elementen van RussiScho af komst Do algemeene leiding van het onderwijs be-rustte bij een hooggeplaatst ambtenaar aan het Ministerie van Onderwijs, dio den titel van Curator droeg. In den loop des tijds gelukte het den War-schauer Curator, zich van het Ministerie bijna geheel onafhankelijk to maken en hij genoot een groote zelfstandigheid, dio echter de Poolsche bevolking niet ten goede kwam, doch diende, om haar te onderdrukken. De groo+ste voorstander van de ,,Russificeering" was de Curator Apuchtin, wiens streven het was, do Poolsche jeugd binnen den korst mogelijken tijd te russificeeren. Bij elke voorkomende gelegenheid placht hij te beweren, dat binnen een kwart eeuw zelfs de bakers alleen maar Russische wiegeliodjes aan de zuigelingen zouden voorzingen. Bij dergelijke opvattingen der Curàtoren waren de scholen natuurlijk 5àe«r kazernes dan inrichtingen voor geestesontwjk-keling. Do directeur en zijn plaatsvervanger, aile leeraren, ja zelfs het personeel aan scholen voor lager onderwijs waren verplicht op te passen, dat de leerlingen tijdens hunne vrije uren geen Poolsch spraken, dat zij geen Poolsche boeken bij zich hadden en dio ook thuis niet lazen. Zoodoendo werd het Poolsche kind systematiscli reeds van zijn vroe^sto jeugd af tôt huichelarij gedwongen, omdat allô sdiolen in Rusland voor hem gesloten blevWji, die van een er van was weggezonden. Als de jongo Pool echter na 8 jaren zulk een school verset, om student te worden, bleef hij op zijn verderen' levensweg een onverzoenlijken liaat tegen den Russischen onderdrukkêr in het hart koesteren. Na de revolutie van 1906 was hèt veroorloofd in scholen met bijzonder onderwijs de Poolscho taal te gebruikçn. Toch was voor soenmige vak-ken het onderwijs in de Russische taal verplicht en mocht liierin ook alleen door een geboren Rus worden gedoceerd. Vier ajat geleden kwam het zelfs zoo ver, dat de Warschaueî* curator de Poolsche scholen zelfs eenvoudig sloot. Eerst toen deze maatregel in de met Rusland bevriendo staten een pijnlijkefi indruk maakte, besloot de Russische regeering de lieropening van dio scholen dan maar weer too te laten. In de binnenlandsche Russische gouvernementen hadden de z.g. ,,Landschap-pen" ongeveer een kwart eeuw geleden do schoolplicht ingvoerd. In Cor.gres-Polen bestaat dit evenwel niet. Integendeel poogde de Russische regeering het schoolgaan zooveel mogelijk te boletten. Zoo mochten er b.v. slechts 40 kinderen per klasse worden opgenomen. In Warschau waren slechts 3 pCt. der gemeente-inkomsten voor het schoolwezen uit getrokken, terwijl 12 pCt. dienden om het po-litiowezen te bekostigen. Wanneer men dczn feiten voor oogen heeft is het te begrijpen. dat het burgennocité aan-st^onds na de verdrijvihg der Russen besloot algemeenen 1 eer j licht in te voeren en te dien einde een bedrag van 1.800.000 roebel uittrok, ■ se» ■ VLAANDEREN DAG E5i mmi c£hk ik m n. L

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad belonging to the category Oorlogspers, published in Amsterdam from 1900 to 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods