Gazette van Gent

1510 0
04 November 1914
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1914, 04 November. Gazette van Gent. Seen on 05 May 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/5h7br8qn1c/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

2476 JÀAB - N* 2Ê3 - B« 5 OENTIEMEN WOENSDAG, 4 NOVEMBER 19Ï4_ GAZETTE VAN GENT inSCHBIJTOGSPRIJS s VOOR GENT : VOOR GEHEEL BELGIE Î Een jaar ...... fr. 12-00 Een jaar fr. 15-00 6 maanden .... » 6-50 raaandei » 7-75 S maanden » 3-50 3 maandei > 4-00 Voor Holland : f franî pe; maanden. Voor de andere lande., : fr. 7-50 pe: 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gesticht in TSG 7 BHOTTSTITR S2W RB©A€TIK! YELDSTRAAT, 60, GENT T3LÎ3FOON N1 710 De bureélen zijn open ran 7 ure 's viorcffv-ds tôt. 5 ure 's avonds-De inschrijvers buiten de stad Gent moeten hun abonnement nemen ten postkantoore hunner woonplaats. DE EUBOPEESCHE OORLOG Oe Duitschers in Fraiïkrijk en Belgie Berlijn, 1 november. (Wolff). Officieel : Het groote hoofdkwartier heeft vanochtend medegedeeld : In Belgie worden de krijgsverriehtingen be-moeilijkt door het onder water zetfcen van ge-bied aan het Y.ser-kanaal, dat men doar ver-woesting van de sluizen bij Nieuwpoort be-werkstelligd heeft- Bij Ieperen zijn onze troe-pen verder doorgedrongen. Er zijn zeker zes-honderd gevangenen gemaakt en eenige Engel-Bche kanonnen buitgemaakt. Ook de Westelijk van Rijsel strijdende troe-pen zijn voorwaarts getrokken. Het aantal der bij Vailly gemaakte krijgsgevangenen is tôt ongeveer vijftien honderd geJdorrunen. In de streek van Verdun en To-ul hebben slechts kleinere gevechte© plaats gevonden. Parijs, 1 nov. (Reuter).— Officieele mededee-ling van 3 ure 's namiddags : Niets nieuws van het front van Nieuwpoort en Diksmuide. De Duitschers zetten hunne geweldige aan-vallen in het Noorden voort. Op het overige van het front hadden geweldige artillerie-gevechten plaats. De Duitschers beproefden herhaaldelijk te-genaanvallen, die niet slaagden. In de week van den 14 tôt den 20 october, werden 7683 Duitschers gevangen genomen. OP HET OOSTELIJK GEVECHTSTERREIN Weenen, 2 november. (Wolff) — Officieel is door den generalen staf medegedeeld : Aan de Beneden-San zijn sterke vijandelijke strijdkrachten, die ten Zuiden van Nisko (in Galicie, 20 kilometers van de Poolsche grens) over de rivier waren getrokken, na een hevig geveoht teruggeworpen. Bij Srary-Sambor heeft ons geschutvuur een Russisch munitie--depot in de luoht doen springen. Aile vijandelijke aanvallen op de hoogten van deze plaats zijn afgeslagen. Onze landstorm heeft in deze gevechten vele gevangenen gemaakt. Het totaal aantal 'in Oostenrijk-Hongajie opgesloten Russische krijgsgevangenen be-droeg op 30 october 649 officieren en 73.179 man. De Russiche groote generale staf meldt : Op het front in Oost-Pruisen, is het plan van den vijand om het centrum van onze versterkte stelling bij Bakalarzewo (ten Westen van Soe-walki) in te drukken, mislukt. De Duitschers hebben bij hun vergeefsche aanvallen vijf dagen lang reusachtige verliezen geleden. Onze troepen hebben in verscheidene dis-tricten op het Oost-Pruisische front vorderin-gen gemaakt. Aan het front over de Weichsel hebben wij stelling genomen op de lijn Lemezica-Lodz-Ostroviec.In Galicie du'urt de strijd voort ; de toestand is daar niet noemenswaard gewijzigd. De Oorlog tusschen Turkije en Rusland DE TURKEN BESCHIETEN SEBASTOPOL. Berlijn, 2 november. — De dagbladen mel-den officieel, dat de Turksche kruiser " Sultan" Selim" die begonnen is met Sebastopol te be-schieten, niet anders is dan de vermaarde Oud-Duitsche kruiser " Gœben". Op denzelfden dag dat de Duitsche en Turksche oarlogBch epen hun aanval op de Russische kuist van de Zwarte Zee hebben gedaan, heeft de keizerlijke regeering den Russisch en gezant opgedragen, de Turksche regeering te — —■■■» : verwittigen van de rerbreking der diploinati-sche befcrekkingen tusschen Rusland en Turkije en van zijn vertrek uit Constantinopel mot het geheele personnel van het gezantschap en de consulaten. De bescherming van de belangen der Russische onderdanen in Turkije is aan de Italiaansche regeering toevertrouwd. De Engelsche minisifcer van buitenlandsche zaken heeft een uitvoerige mededeeling uitge-geven,_ waarin wordt gezegd, dat de Turksche regeering zonder voorafgaande kennisgeving vrijdag de telegxafische verbinding met het Engelsch gezantschap te Constantinopel had afgesneden. Er was geen twijfel, of andere vijandelijkheden van de zijde der Turksche regeering zouden vol^en. De Engelsche regeering zag zich verplicht de noodige maatregelen te nemen om de Engelsche belangen, het Engelsche grondgebied en Egypte na de reeds begonnen aanvallen en tegen de bedreigingen met een aanval te beschermen, OORLOG OP ZEE AAN DE ADRIATISCHE ZEE. De beschieting van de veatingwerken van Cattaro van den Lowtsjenberg af, duurt nu reeds acht dagen. Door de samentrekking van de Oostenirijksche zeemacht in de baai van Cattaro kon de Fransche vloot niet deelnemen aan de beschieting, wat ten gevolge had, dat de batterijen van de Lowtsjen, ondanks de groote inspanning, aan de Oostenrijksche ver-sterkingen geen merkbare schade hebben toe-gebracht. De Montenegrijnen vuurden voorna-melijk op het fort Vermatsj. OFFEN&IEF EN DEFENSIEF. Het laatste te Berlijn ontvangen nuaimer van het Constantinopelsche blad " Sabah", be-vat een hoofdartikel onder het opschrift : " Of-fensief en defensief". Het blad herinnert er-aan, hoe sedert de tijden van Napoléon het hoofdbegin&el van aile oorlogvoerenden het offensief is geweest, ten einde de verwoesting van den oorlog van het eigen land af te wen-den en den tegenstander economisch en moreel te verzwakken. Deze opvatting werd zoodanig gemeengoed van allen, dat zelfs het niet-militaire Engeland met zijn betrekkelijk klein leger in dezen wereldoorlog is overge-gaan tôt het offensief, hoewel het misschien troepen in eigen land zal noodig hebben. Het is noodig, schrijft de " Sabah" nog, over deze belangrijke kwestie reeds in vredestijd in het reine te zijn, opdat men ingeval men tôt den oorlog wordt gedwongen, onmiddellijk weet, wat te doen valt. DE OPSTAND IN ZUID.AFRIKA. Volgens een uit Ka-apstad ontvangen be-richt, heeft kolonel van Deventer 50 andere opstandelingen gevangen gemiP,->t4'- waaronder den zwaar gewonden adjudant van Maritz. De algeheele nederlaag van de Transvaal-| sche opstandelingen wordt over geheel Zuid-Afrika met bevrediging vernomen. In de Afri-kaander centra zijn protestvergaderingen tegen de opstandelingen gehouden. Overal wer-den De Wet, Beyers en Maritz door de spre-kers en in de aangenomen moties gebrand-m.erkt ,omdat zij den goeden Afrikaander naam hadden onteerd door de onderteekening van het verdrag van Yereeniging te verlooche-nen. In de bijeenkomsten werd allen steun aan de regeering aangeboden. Deze aanvallen op twee tôt nog toe als helden beschouwde man-nen zijn vooral merkwaardig. Het voornaamste Boerenorgaan te Pretoria zegt in een hoofdartikel, getiteld : "Wat zal De Wet doen î", dat de opsitand van Maritz geëindigd en Beyers. overwonnen is, en dat de regeering den opstand, die geen belangrijken moreelen steun heeft gekregen, ongetwijfeld zal kiuinen beperken. BUITtNLAND. NEDERLAND. DE NIEUWE MINISTER. Bij koninklijk besluit is benoemd tôt Minis-ter van Landbouw, Nijvei'heid en Handel de heer F. Posthuma, bestuurder der Landbouw-Onderlinge.LIJSTEN VAN BELGISCHE KRIJGSGEVANGENEN.Met machtiging van het Belgische gezantschap in Nederland zullen, volgens gegevens van het inlichtingsbureel van het Roode Eruis te 's Gravenhage, geregeld lijsten verschijnen van in Nederland krijgsgevangenen of zich m hospilalen bevindende Belgische soldaten. Deze lijsten zullen worden verspreid in Nederland, Belgie, Frankrijk en Engeland. Vijf-en-twintig ten ^honderd van de op-brengst zal worden gegeven aan het Belgische en Nederlandsohe Roode Kruis. VLIEGMACHIENEN. Men seint uit Breskens, dat zaterdag na-middag, rond 4 ure, eene vliegmachien niet ver van de Nederlandsch-Belgische grens voorbij vloog. De vliegmachien, welke bom-men wierp, werd achtervolgd door eene "Tau-be". Beide vliegtuigen zetten koers in Zuid-Westelijke richting en waren spoedig niet meer te zienu Korten tijd later werd en niet min dan 5 vliegimachienen waargënomen. ENGELAND DE NIEUWE EERSTE ZEELORD. De Engelsche bladen zijn zeer ingenomen met de benoeming van lord Fisher, tôt eerste zeelord der admiraliteit in plaats van prins Lodewijk van Battenberg. Fisher is al eens eerste zeelord geweest. Hij heeft de groote hervorming bij de Engelsche vloot ingevoerd, waarvan de samentrekking van de oorlogs-schepen in de Engelsche wateren en de snel-lere afdanking van oude schepen de voornaam-ste punten zijn. Een Engelsch blad brengt een gezegde van Fisher in herinnering uit den tijd toen hij nog admiraal in werklijken dienst was. Wanneer ik bij het uitbreken van een oorlog het bevel voer, sprak hij, zal ik mijne orders zetten : Het wezen van den oorlog is geweld —• Gematigheid in oorlog is onnoozel — Sla het eerst, sla hard en sla waar gij maar raken kunt ! DE "ROBILLA". Aile zich nog op het regeeringshospitaal-schip " Ilobilla" bevindende overlevenden, zijn aan land gebracht, In het geheel zijn 146 per-sonen gered. ZWITSERLAHD DE DOORVOER VAN KOOPWAREN. De vertegenwoordiger van de " Secolo", re Zurich, heeft een lid van den Bondsraad ge-polst over den doorvoer van Italiaansche waren naar Duitschland en de levering van Zwitsersche oorlogscontrabande aan Duitschland. Het antwoord luidde dat Zwitserland ! den doorvoer niet kon beletten, de kwestie be-: trof ail een Italie en Duitschland. De verzen-ding geschiedde in Italiaansche wagons. De doorzending van in Italie door Zwitsers ge-kochte levensmiddelen naar Duitschland was verboden bij het algemeene uitvoerverbod van levensmiddelen. Zwitserland vervolgde streng iedere overtreding en eveneens ieder geval van oorlogscontrabande, maar het had er geen be-lang bij de eene of de andere oorlogivoerende partij te bevoordeelen, het dacht- slechts aan zijn onschendbaarheid en onafhankelijkheid. ITALSE MINISTERCRISIS. Naar aanleiding van het aftreden van den mâni&ter van financiën Rubini, heeft he-t mi-nisterie besloten zijn ontslag aan te bieden. Salandra, de minister-voorzitter, heeft dit besluit medegedeeld aan den koning, die zich eene beslissing voorbehield. VLOOT,SCHOUW. De koning van Italie heeft vrijdag zijn vloot in de Golf van Ottranto geschouwd. Zaterdag, was het plan, zou de koning de proeven bijwo-nen met een nieuw stuk seheepsgeschut, dat, zoo het heet, 25 kilometers ver kan schieten. HUSLAND. EEN OORLOGSLEENING. Volgens de "Rjetsch" zal 't eerste gedeelte van een Russische oorlogsleening binnenkort worden uitgegeven. Dit gedeelte zal 50 millioen roebels groot zijn en bestaan uit 5 t .h., binnen 49 jaren af-losbare en belastingvrije obligaties welke tegen 94 t. h. ter inschrijving zullen worden aan geboden. Bij de inschrijving zal de helft van het be-drag moeten worden gestort, terwijl de andere helft na verloop van 2 tôt 3 maanden voldaan moet worden. DGftENfARftËN. ZIJDE. In Engeland argwaant men, dat Kopehhaag-sche firmas daar voor Duitsche rekening zijde willen koopen, die voor Duitsche luchtschepen moeft dienen. Er is mu onder de koopliedeu en zijdefabri-kanten in Engeland eene beweging gaande, om te verhinderen, dat zijde naar een van de Skandinavische landen wordt uitgevoerd. in Beigie TE BRUSSEL. Veroordeelingen. De verleden week zijn hier verschillige ver-ordeningen uitgeplakt. Een dezer meldt de veroordeelingen van verscheidene inwoners tôt gevangzitting van 1 maand tôt 1 jaar gevang, voor laster van het Duitsche leger. DE INTOCHT DER DUITSCHERS TE ANTWERPEN. De eerste troepen, die te Antwerpen aan-kwamen, waren de wielrijders, gevolgd door eene afdeeling voetvolk en eenige batterijen veldgeschut. Deze troepen trokken door de stad en begaven zich naar de kaaien, waar er naar de in aftocht zijnde Belgische achter-wacht werd geschoten. Eene afdeeling voetvolk trok de gedeeltelijk vernielde bootenbrug over. Twee soldaten sprongen in het water en zworamen naar den anderen kant van de opgeblazen brug en gin-gen op verkenning uit. Op twee uren tijd werd door de Duitsche pontonniers de vernielde brug hersteld. De Duitsche troepen trofeken daarna den stroom over. Het gros van <het leger kwam maar den zaterdag avond aan. Géneraal von Schiitz en admiraal von Schroeder, omringd door hun generalen .staf, vatten post vôôr het Paleis van den koning, waar ongeveer 60,000 mannen met den parademarsch voorbijtrofcken. De soldaten zongen de "Wacht am Rhein" en "Ein fester Burg ist unser Gott". Ieder regiment was voorafgegaan door een muziekkorps en het vaandel. DE TOESTAND IN BELGIE In de "Nieuwe Rotterdamische Courant" komt de volgende briefwisseling voor: De Duitschers hebben Blankenberge eene oorlogsschatting willen opleggen, doch zij von-den de gemeentekassen leeg. Zij zijn daarop aile burgers gaan afloopen en de soldaten vroegen, al naar de uiterlij'ke welvaart der be-woners, de grootte van het huis, de hoeveel-heid der goederen, gelden. A'ien hebben het een en ander betaald. Sedert de bezetting van Blankenberge, heeft het vuur der groote Duitsche kanonnen de bevolking verhinderd rustig te slapen. In de stad zelf is geen enkele ge-welddaad volbracht en niets geschonden. Toen de Duitschers te Blankenberge waren aangekomen, verspreidde zich het nieuws naar aile deelen van de kust, met dit gevolg dat honderden vjsschers met hunne gezinnen In barken stapten en naar de kust van Frankrijk vluchtten. Op deze wijze verlieten honderden barken de Belgische kust. Vele 'ieden maakten ook gebruik van automobielen en motorrijwie-len, welke door de verbondenen tijdens hunnen terugtocht waren achtergelaten. Het aantal autos en motorrijwielen, dat den Duitschers in handen was gevallen is zoo groot, dat zij, om de verschillende bewoners der kustdorpen yriendéchap te bewijzen, enkelen hunner rij-wielen ten geschenke bodeB Het varfceer per rijtuig en per automobiel is buitengewoon kostbaar geworden. Bovendien is het de laatste dagen ten gevolge van het gevaar voor verbeurdverklaring bijna geheel opgehouden. Men kan echter de hoofdstad door verschillenjde stoomtrame bereiken, al moet men groote deelen van den weg dan ook te voet afleggen. Ik verkies deze wijze van reizen van. en naar de hoofdstad boven de hoogst onzekere rit per rijwiel of auto. Per tram ben ik naar Meirelbeke geweest, een van van de weinige plaatsjes in de omstreken van Gent, welke van de bommen gespaard bleven. Hier begint de reis moeilijker te worden. Wel zijn de trams niet minder aangenaam, maar het gebeurt dikwijls dat de locomotief niet verder kan en dat dan eenvoudig eenige wa-gens moeten worden achtergelaten o-m kort daarna te worden opgebaald. Dit heeft hoofd-zakelijk plaats bij stijging van den weg, doch werkt allesbehalve mede om het verkeer te bevorderen. Er zit echter niets anders op dan met den tram te gaan, want de treinen zijn geheel in besiag genomen door vluchtelingeni, die, ge-hoor gevende aan de Duitsche oproeping, hun woonsteden weer op gaan zoeken en zich ove-rigens niet al te zeer beklagen. Twee uren later komt men in Aalst aan. Ik wist, dat dit plaatsje meermaals van den oorlog te lijden had gehad. Gansche straten drag n duidelijk de teekenen van gewelddadig-heden. In geen enkel huis zijn de vensters heel. Dicht bij de spoorbrug, welke men heeft laten springen, staan een aantal huizen, welke men nog slechts herkent door een viertal ge-scheurde muren ; het overige werd de prooi der vlammen. Ik heb er, gaande naar de brug, een tiental geteld. Verder, voorbij de puinen van de spoorbrug, zijn het aantal vernielde huizen echter niet meer te, tellen, tenzij glo-bâal en bij tientallen. Fabrieken zijn ver-woest. Een hooge fabriek&schoorsteen is door een bom in stukken geslagen en biedt een merkw-aardig schouwspel. j Te Aalst namen wij een anderen trein, welke • ons naar St-Lievens-Houtem en Assche bracht. | Qnteibaar zijn het aantal vei'droogde kransen, wellke, aan een stok gehangen, u aankondigen dat ge graven van Belgische en Duitsche soldaten voorbij rijdt. Van Assche naar Berchem-Ste-Agatha. Vanaf Berchem bracht de electrische tram ons naar Bru&sel. Wij hebben vele Duitsche soldaten op onzen weg ontmoet. Zij bewaken de bruggen en de wegen, maar zij vallen de rei zigers niet lastig noch betasten hun. Brussel lijdt aan broodgebrek. Om zes ure 's morgends ziet men bij de opening der bak-kerijen lange troepen menschen, onder toe-zicht van de policie wachten om hun brood uit de handen van de policie in ontvangst te nemen. Dit brood is bruin en hard. Talrijk zijn de ongelakkigen, die te laat komen en hun brood dan voor dien dag niet meer in ontvangst kunnen nemen. Men hoopt op de in uitzicht ge-stelde hulp van den Amerikaanschen consul. De Duitschers gaan voort concerten te geven op de pleinen. Zondag werd er een gegeven op de treden van de Beurs. Ook in het Park 21 Feuilleton der GAZETTE VAN GENT. DE LICHTENDE STAD ROMAN UIT DE KAAP. Ik wilde iets antwoorden, doch hij was ver-dwenen.Halfweg de farm ontmoette ik James Ca-stello, die blijkbaar op weg was naar de rivier, waarschijnJijk om zelf een ondertoek in te stellen. Hij draafd kalm voort, en zag er bleek en vervallen uit. De aanval van den vorigen nacht .maakte hem beverig. Ik zou hem zon-der een woord hebben kunnen laten voorbij gaan, want den brief dien ik mijn tasch had, vuiurde mij toorn aan, en ik dierf nauwelijks iets zeggen ; doch hij hield zijn paard in en riep mij. — Wat is er? vroeg ik, terwijl ik bleef staan onder het dak van een oude schuur. — Mijnheer Retief, gisteren avond was ik dronken, begcn hij met trillende stem. Ik ver-zoek u, datgene wat onbeleefd scheen, als niet ernstig gemeende te beschouwen. — Er is zooveel anders, dat ernstig is, mijnheer Castello, antwoordde ik, dat men daar-door best de dwaasheden van den vorigen avond kan vergeten. — Dat is goed, antwoordde hij, blijkbaar besloten, geen twist te zoeken. Mag ik vra-gen, of gij nog iets naders omt-rent mejuffer A.therstone hebt vernomen? — Voorloopig is zij veilig, zegde ik op on-versohilligen toon. Dat zeggen de Kaffers ten-minste. Ummisi1 draa^t zo^g voor haar, en zij verzekeren, dat hij een man van eer is. — Ah ! riep hij, heeft Ummisi zich van meester gemaakt? Ik zou wel eens willen we-ten — dat willen zeggen, misschien hebt gij ( iets bedacht om haar te naderen, mijnheer ( Retief ? . : Hij sprak aarzelend, bijna droevig, zooals ik mij verbeelde, en bracht zijn paard zoo dicht mogelijk bij het mijne. Mijne weder-vraag was, op welke wijze ik dit zou moeten doen? Hoe konden wij dit eiland bestormen. Waar konden wij genoeg vrijwilligers krijgen? en meer van dien aard. Somber luisterde hij naar mij ; toen kwam er een lichte glans in zijn blik, en werktuigelijk zijn knevel opstrij-kend, zegde hij op zeer zachten toon : — Mijnheer Retief, wij hebben elkander on-gelukkig verkeerd begrepen. Wij hebben de dingen niet geheel beschouwd, en ik erken dat mijn zin niet altijd was zooals het behoorde te zijn. Hij kuchte even. Wij stonden nu zoo dicht bij elkander, als onze paarden maar konden, doch de windvlagen en de voortdurende regen bemoeilijkten het gesprek. Toch hield hij vol en schreeuwde mij toe, wat hij te zeggen had. —Het komt mij voor, vervolgde hij, den dampenden nek van zijn paard streelend, dat het in de tegenwoordige omstandigheden te staken. Waarom — Onwillekeurig zakte zijn stem, zoodat iik moest roepen : — Ik kan u tôt mijn spijt niet verstaan. Spreek wat harder. — Waarom zouden wij geen vrienden zijn, mijnheer Retief? scthreeuwde hij terug, zijn hand uitstekend. Wij hebben op dit oogenblik elkanders hulp noodig. Laten wij ons vereeni-gen om juffer Atherstone te bevrijden. Ik begreep zijn bedoeling. Hij wilde mij de oogen venblmden, en gebruik maken van mijn plannen, alleen om zich opnieuw van Marion te verzekeren. Zijn aangeboden hand voorbij ziende, antwoordde ik: — Het is hier de plaats niet om zulk een jnderwerp te bespreken, mijnheer Castello. }a liever met mij terug naar de farm, dan kun-len wij daar verder praten. Hier in wind en :egen is dat al te gek. — Vergeef mij, zegde hij, ik wilde de zaak gaarne afgedaan hebben, dat ik niet dachb ian de omstandigheden. Hij liet zijn paard keeren en reed met mij voort. — En toch, zegde ik in antwoord op_ zijn laatste opmerking, moesten deze omstandigheden juist u aandacht trekken. — Hoe zoo? vroeg hij. •— Heb gij gisteren en vandaag niets opge-merkt ,dat er op wijst, dat er weldra iets bui-tengewoons zal gebeuren ? Hij dacht een oogenblik na, en keek toen om zich heen, alsof hij plotseling uit den slaap werd wakker geschiud. — Ik vrees, mijnheer Retief, dat mijn hoofd — ik bedoel, ik ben de laatste dagen te onge-steld geweest om de veranderingen in de at-mosfeer op te merken. Natuurlijk weet ik wel, dat er storm komt, en nu mijn aandacht er op gevestigd wordt, moet ik erkennen, dat het er wel een beetje dreigend uitziet. — Dreigend ! riep ik ; wel, zie eens. daar, en daar, die vliegende wolken, die vreemde nevel die uit de rivier opstijgt, die felle bliksemstra-len en die zwarte duisternis daarginds ! Wel, man, er is een crisis op handen ! In plaats dat het lichter wordt, is het bijna weer nacht geworden ! Als de Kaffers de teekens der natuar goed begrijpen, en waarlijk, krijgen wij _ een overstrooming, zooals geen levend wezen in de Karroo ooit gezien heeft! Ik had goed de woorden van Lnmkile ont-houden, en was blij, dat ik ze nu kon herha-len.Castello richtte zich op, en keek bezorgd. — Waarachtig! zegde hij, ik geloof dat gij gelijk hebt I Wij moeten dadelijk terug- rijden, en de bedienden, de paarden en het vee laten opvangen. Zullen wij wat harder rij-den, mijnheer Retief 1 — Ja, antwoordde ik, maar kijk eens daarginds, daar gaan uw bedienden! — Mijn bedienden? riep hij. Wat voeren zij daar in vredesnaam uit? Van onze paarden zagen wij, toen onze weg berg op ging, op eenigen afstand voor ons uit eeit groot aantal inboorlingen, met aller^ei pakken beladen, en blijkbaar op weg, naar een berg, bekend alis "Boschjesmanskop". — Zij redden hun leven, antwoordde ik, om-dat zij verstandige menschen zijn. .Castello uitte een zwarien vloek, en sloeg zijn paard, zoodat het wild begon te galop-peeren.— Wij kunnen hen tegenhouden ! schreeuwde hij, en mijn paard volgde het zijne. Met ons drieën kunnen wij het doen — gij en Abdoella en ik. — Abdoella is ook weggeloopen, merkte ik op. Ziet gij die zwarte vlek, daar midden in die zwarte massa ! Dat is Abdoella zijn fez. Abdoella is weg ! Een uitdrukking van helsche drift verwrong Castello zijn gelaat, hij knarste van woede op de tanden. Toen er een heele reeks van vloe-ken, die op elkander volgden, als de donder-slagen omhoog ! Evenals den vorigen nacht kreeg ik het vreeslijk visioen van een ziJel, die in de macht van den duivel is ! Onwillekeurig hield ik den teugel in. Hij bleef ook staan en keek vragend om. — Gaat gij mede? schreeuwde hij. — Neen, riep ik terug, uw weg is niet de mijne. — Zooals gij verkiest, antwoordde hij : zijn paard de sporen gevend draafde hij weg, maar voegde mij eerst toe : Dat is het bedrijf van den ouden Stoffel, dien stroopsmeerder, dien ellçndigen huichelaar 1 XII. De hoeve van de Atherstones, die Riverdale genoemd werd, bestond uit :een oud Hol-landsch boerenhuis, een bloementuin, en een groot erf, waar de gewone bijgebouwen stonden. De woningen voor de hedienden lagen aan den oever der rivier, een beetje links af. Het ihuis was een oniregelmatig, oud gebouw, waaraan iedere eigenaar op zijn beurt had ver-groot of veranderd, wat hem wenschelijk voor-kwani, zonder op het oorspronkelijke plan te letten. Toch vormde die verwarde bouwkunst een eigenaardigen stijl, het geheel was schil-derachtdg, zooals die Hollandsche gebouweni wel eens meer zijn. De lage, dikke muren waren van leem. De ramen met hun kleine vierkante ruitjes waren diep ingebouwd, een groot voordeel in de gloeind heete jzomerdagen ; doch zij lieten maar weing licht door, en in den winter waren de vertrekken daardoor koud en donker. Het dak wàs met riet gedekt, en aan beide kanten met een hoogen gevel versierd. De hoofdingang was aan den weg, waar de eentoonige muur verfraaid werd door een stoep, en een onregelmatige rij van ramen, groen geschilderd en van luiken voorzien. Van dezen ingang tôt de stoep van de achterzijde, was het huis verdeeld door een breede gang. Reohts daarvan lag de eetzaal, wier ramen op den tuin, de keuken, de provijiekamer en de magazijnen uitzagen. De linkerkant bevatte een onregelmatige rij slaapkamers. Overal waren deuren ; wij waren dan ook gewoon *e zeggen, dat een dief, eenmaal in dien verbij-sterden doolhof gevangen, er niet licht weer uit zou komen. Toch was het huis gezellig en geri&felijk, en ingericht naar de behoeftea van het leven in de Karroo. (Word* Toortgewl)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Add to collection

Location

Periods