Gazette van Gent

3452 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1914, 08 August. Gazette van Gent. Seen on 27 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/k649p30j2r/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

S=247* JAAE~ — N' 183. — B i OMNTIEMEW ZATERDAG, 8 AUGUSTI 1914 GAZETTE VAN GENT ISSCHBIJTISGSPBÏJS : VOOK GENT : VOOR GEHEEL BELGIE : h«i%u ï fli:S8 Sn: : : : : '5:?ï IlSÊ: : : : : » 350 ,8^en- • • • • » «-«« Foor Eolland : 5 frank per 8 maanden. Fûor de andere. land.cn : fr. 7-50 per 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD BfaSTUïTB S2M BËDACÏXI VELDSTRAAT, 60, GENT De burèélen syn open van 7 ure 's morgends toi ë Vff't avonâS, TKLEFOON nr 710 B's inschrijvers buiten de stad Gent moeten Hun abonnement nernen ten 1 ostkantoore hunner woonplaats. Gastîeht in 1667 (BEUHZEN-COURANT). NIEUWE SCHITTERENDE ZE6EPRAAL DER BELGEN Zeven Duitsche Regimenten verslagen DE OORLOG De Duitschers vragen een Wapenstilstand van 24 uren NIEUWE PROCLAiATIE van KONING ALBERT Ecg de Gevechten van Bondarâag De Beschieting en Verdediging van Luik I Oorlogstijdingen uit het Buitenland Proclamatie van koning ASber aan het leger Hooi'dkwartier van het leger, 7 oogsi Aan mijn leger, De 3e legerafdeelign en de 15* geme-n^ de brigade gaan in onze linieB texugket ren na, als helden, de versterkte st-ellin van Luik verdedigd te hebben. Door ee vier maal sterkere macht aangevaller hebben zij al de stormloopen van den vi and kunnen afslaan. Geen enkel foi werd ons ontnomen ; de plaats van Lui is nog altijd in onze machb. t,Stand" ardon, menigten krijgftgevang\ nen -zijn de trofees van deze dagen , In den naam der Natie groet ik U, o fieiers en soldaten van de derde leger a deeling en van de 15° gemengde brigade gij hebt ten voile uwen plicht volbrach onze wapens tôt eer gestrekt, en aan de vijand getoond wat 't- hem kost onrech vaardig een vredelievend volk aan te va len, maar dat in zijne rechtvaardige za£ «ene onoverwinbare kracht put. , Het Vaderland mag fier over u zijn. | Soldaten van het Belgische leger, ve geetniefc dat gij aan dei voorwacht sta< der indrukwekkende legers van den reu aehtigen strijd, en dat wij slechts c korast van onze Engelsche en Franscl: wapenbroeders afwachten om naar de zegejpraal op te rivkken. v Gansch de wereld heeft het oog on gericht. F e Toont hem door de hevigheid uwer si: gen dat gij vrij en onafhankeliik leve S'il t. . Frankrijk, dit edel land, dat men altij m de Geschiedenis bij de rechtvaardi en edelmoedige zakeji ziet aansluiter snelt ons ter hulp en zijne legers kome op ons grondgebied. Ij in uw©n naam, zond ik hen een broi derlijken groet. ALBERT. t Beigie heeft van nu af meer dan zijne zending volbracht ;. Wij vernemen uit goede bron dat de opperbevellùbber van het Fransch léger zijne ■grootste bewondering heeft uitge-drukt voor de houding van het Belgische g leger en van oordeel is dat het van nu n af veel meer volbracht heeft dan men :, ervan verwachtte. Eene misdaad tegenover Beigie. k Onder dien opzienbaren titel kondigt het groot Engelsch dàgblad Dailij Chro->- 'nctley eorn artikei af, waarait m'en zien , kan hoe de brutale handelswijze van Duitschland over heel de wereld afge-keurd wordl. Tevens kan men er uit of>-fc' maken hoe groot de bewondering vàn ^ den vreemdeling is voor den heldhal'ti-t_ gen weerstand van de dappere Belgen. ,1_ « Wij zijn in oorlog, zegt de Daily ,k Chronicle, en de onmiddellijke oorzaak er van is de aanval van Beigie door de Duitschers. Het is een aanval tegen eene r- gansch onschadelijke natie, en eene mis-daad tegen de wellevendheid en tegen ®" de beschaving van Westelijk Europa, ® die, als hij geduld werd, het internatio-n nale uurwerk voor vele jaren zou achter-uit houden. Men moet zich herinneren u dat Beigie niet alleen een onzijdige Slaat is, maar een onzijdig verklaard en i- gemaakt land, zooals Zwitserland. De n mogendheden, (er in begrepen Duitschland), die zijne onzijdigheid gewaar-^ borgd hebben, hebben het die onzijdig-g lieid opgelegd. Beigie heeft niet de toe-^ lating verbonden of militaire overeen-komsten te sluiten, zooals de andere oiiafhankelijke Staten het mogen doen. Het is Beigie opgelegd eene volslagen vredelievende baan te volgen, van zich n KIIH1IM ■■IHIMm.M.l ■■■■■■Ml IMIUIIHII ■ onwrikbaar op zij de te houden, van gee- 1 ne andere vreemde bescherming te zoe- i ken dan die welke de mogendheden het ] beloofd hebben bij verdrag. De roi die Beigie opgelegd werd was moeilijk, veel harder voor het land met zijne over-vloeiende nijverheidsbevolking, zijn bloeiende handel en financies, zijne han-dels en koloniale ondernemingen van J over zee, dan voor Zwitserland, dat ge-legen is in het middenland en omringd is met bergen. Maar Beigie heeft zijne | harde verplichtingen gékweten met eer^e merkensvvaardige regelmatigheid en go- < wetensstiptheid. Het verdient thans niet \ in Europa een enkelen vijand te hebben, en, minder dan elk ander, eene der mo- < gendheden die zich plechtig verbonden hebben het te behouden voor aile ver- ' krachting. TE LUIK. De stad Luik gedecoreerd met \ het Eereiegioen De président der Fransche republiek, de heer Poincaré, heeft aan koning Al= t bert het volgend telegram gestuurd: i Paleis van het Elysée, 4 ure 14. e Aan Zijne Majesteit 8 den Koning der Belgen. Ik ben gelukkig aan Z. M. te melden. \ dat de regeering van de Fransche repu s bliek de stad Luik komt te vereeren met | de decoratie van het Eereiegioen. Zij wi' * op,die wijze den moed huldigen van de « I^îdhaftige verdedigers dezer plaats er. 1 •JV'an gansch het Beigisch léger, met net- . wéiferhet Fransche leger sedert dezen i morgend zijn bloed op het slagveld ver> g'et. (Get.): Raymond Poincaré. d Zewera ESaisitselae Hegi- merafen feai nocsrgisn van t L&aàk o De Duitsche afdeeling ruiterij, zeven regimenten sterk, die ten noorden van Luik de Maas overgetrohken usas, is vrijdag door onre derde leger afdeeling aangevoerd door generaal Léman, ge-heel verslagen geworden. Nadat het voeivolk er goed had op gescholen, {] stormden de Belgische ruiters er op los. m De Duitschers werden verslagen en g goed. Het is eene echte ramp voor de t Duitschers. De Belgen hebben ook lal-rijlce krijgsgevangenen gemaakt. É De Duitsche troepen voor Luik zijn verslagen. Na verwoed en hardnekkig gevochten te hebben, en zeer dicht bij Luik genaderd te zijn, hebben zich voor j, den ongemeen hardnekkigen weerstand j der Belgen overwonnen moeten beken- s nen. Zij zijn achteruit geweken, daar zij g legrepen dat zij gevaar liepen allen iood ter plaats te blijven. Zij zijn nu >uiten schot gevlucht en rusten. De beschietîng van Luik NADERE BIJZONDERHEDEN. De nacht van donderdag tôt vrijdag, vas voor de Luikenaars een nacht vol jangen angst. Rond 3 1/2 ure zweeg het kanongebul* 1er, maar rond 4 ure reeds, herbegon let, vreeslijker dan ooit. Shrapnels en houwitsers, door de Duit» ichers geschoten, vielen langs aile kan= en in de stad neder. Om 4 1/2 ure stonden reeds verschei= lene huizen in brand. Een houwitser sloeg een deel van het îeiersch gasthuis in puin. In de statie Luik=Jonfosse plofte een indere tusschen de riggels. Donderdag, rond 2 ure namiddag, Lwam een Duitsche automobiel naar het iouvernement ; generaal Léman ging er leen. Van dit oogenblik werd er niet neer geschoten. De parlementair zegde dat aanzienlij< ;e krijésmachten rond de versterkte •laats samengetrokken waren en dat hij ene laatste maal kwam voorstellen, de tad Luik en de forten over te geven. Generaal Léman antwoordde dat hij levelen had en dat hij ze als een trouw oldaat zou uitvoeren. De Duitsche troe» en konden de forten innemen, als dit ;un gelukte, dcch nooit zou hij ze over-Sven. Hij zou stand houden tôt het iterste... Wat de stad betreft. Al of niet, enderbrak de Duitsche par» îmentair, wij moeten de stad >en de lot= en hebben. W' Toen hij vertrok, verklaarde de afge= ant, dat hij het bepaald antwoord moest ebben véôr 6 ure 's avonds. Zooniet zou e eigenliike beschieting beglnnen. Dan ontstond onder de bevolking van ,uik een uiterste schrik; al wie kon rachtte spoedig per spoorweg de stad te ntvluchten. Om 7 ure begon het eigenjijke bombar= emeat. De Duitschers vragen een wapenstilstand van 24 uren Gisteren morgend, rond II ure, hebben !e Duitschers een wapenstilstand ge= raagd van 24 uren, om hunne dooden en ekwetsten weg te brengen. (Reeds in de vveede uitgave gemeld). Naar het schijnt heeft de Belgische re» eering hun twee uren toegestaan. De verdediging te Luik De beschieting te Luik, waarvan wij ooger gewagen, was eene list van dé >uitschers. Zij wilden de bevolking chrik aanjagen, opdat zij den militairen ouverneur tôt de overgaaf zouden aan» sporen. Hun plan is totaal mislukt. De bevolking van Luik blijft kalm en heeft voile vertrouwen in ons moedig leger, dat de bewondering van gansch de be= schaafde wereld afdwingt. De heldhaftige weerstand der Belgen, heeft het Duitsch plan vernietigd. Dit plan bestond in zoo spoedig mogelijk en in groote massa op te rukken naar Frankrijk ; op vier weken tijd Parijs te bereiken en zich dan tôt de Russen te keeren, wier mobilisatie nogal lang duurt. Van nu af aan is dit plan vernietigd. De Franschen zijn in Beigie, zij zullen spoe= dig gevolgd worden door de Engelschen en de Russische mobilisatie gaat in de beste voorwaarden vooruit. De neerlaag 1 der Duitschers is dus zeker. Zulks is te 1 danken aan den heldhaftigen weerstand der Belgen. Ook heeft de prachtige houding van het Belgisch léger in Frankrijk, Enge» land en Rusland een overgrooten indruk verwekt. ] De forten van Luik. 1 De twaalf forten van Luik, liggen in i een omtrek van 50 kilometers rond de stad. Van deze twaalf forten werden er reeds zes aangevallen. H$t waren die op den rechteroever der Maas : Barchon, Fléron, Evegnée, Chaudfontaine, Em-bourg, Boncelles. Er waren zeven tus-schenruimt-en te verdedigen : Flémalle-Boncelles, Boncelles-Embourg, Embourg-Chaudfontaine, Chaudfïon.tainp-Fléron, 1 Fléron-Evegné®', Evegnée, Evegnée-Bar- ) chon Barchon-Pontisse. < Het verhaal van een officier. Een gekwetst gemeofficier uit Luik te ! Bru s sel aangekomen, heeft de volgende verklaringen afgelegd : } "Onze artillerie heeft opperbest geschoten. Slechts zeer weinige houwitsers ^ bereiken hun doel niet, en telkens zij nndden in de ruiterij der vijanden ont-ploffen, zag ik de ruitérs vallen, de paar-den in aile richitingen wegvluchten, s kortom, een onbeschrijflijke paniek, die wel bewijst dat onze kanons goed werk + verrichten. Wij hebben ook opgemerkt, rj dat de Duitsche kanonniers aarzelen al-vorens zich ergens te stellen. Telkens een houwitser in hunne nabijheid ontploft, ( zoeken zij eene andere plaats. Zoo heb ik meermaals kanonniers tweemaal van v plaats zien veranderen. Doch al hadden ■ vyij goede kanonniers en al gaven onze soldaten blijken van een waren helden-moed, moeten wij ongelukkiglijk beken-nen dat onze mannen te zeer vermoeid ] waren om aan den verwoeden aanval van de Duitsche troepen te weerstaan. Deze, r gansch, onthutst over onzen weerstand, j waren eerst, dinsdag morgend, met groote verliezen achteruit getroklten, doch r zij kwamen weldra nog talrijker terug. c Met duizend burgerlijke werklieden hadden wij, drie dagen en half lang, in de loopgrachten gewerkt. De Duitschers, in-tegendeel, hadden nieuwe troepen en g l—ll ■■lliniiBniLMiiiii.mil»—— I jonge reeruten. Hunne talrijke mitral-jeuzen richten groote verlièzen aan in Dnze rangen. De derde legerafdeeling kreeg dan bevel naar de vlakte van Ans terug te trekken. "De Duitsche troepen rond Luik gele-jerd, zijn veel talrijker dan de onze, en îijn door den inham tusschen de forten ioorgedrongen langs Queue-du-Bois, tusschen de Maas en het fort van Boncel-es. Wij hadden daar nochtans groote op->fferingen gedaan om het werk onzer ichutters te vergemakkelijken. Ik zelf îeib voor meer dan 2 millioen schade aan-ïei'icht met 140 huizen te vernielen. Wiji lebben aanzienlijke verliezen ondergaan, ioch zij zijn zoo erg niet als men het ver-;elt. De forten weerstaan nog altijd en .vij hebben nieuwe troepen om den vijand ;e beveohten." De zoon van een Duitschen generaal gesneuveld. De zoon van graaf von Arnim, een der ievelhebbers ovejr het Duitsch leger, is ;e Maastricht overleden aan de. wondea lie hij tijdens den aanval van Luik be-jwam. De jonge officier was 19 jaar oud. îijne moe.der werd verwittâgd, docli cwam, slechts te Maastricht aan toen laar zoon reeds bezweken was. Een soldaat maakt twintig krijgsgevangenen.De Duitsche soldaten hebben een hei-igen schrik van blanke wapens en voor-lanielijk van de Sbajonet. Een moedige iniesoldaat heeft zulks best donderdag mdervonden. Een groep van dertig Duiteohers na lerde. Hij sprong er met de bajonet naar oe en terwijl een tiental wegvluchtten, ieten de andere de wapens vallen, sta-:en de handen omhoog en gaven zich, ;evangen. De krijgslist van generaal Léman. De krijgslist van generaal Léman was londerdag de volgende : aan de Duit-chers toe te laten in de tusschenruim^ en der forten te dringen en daarna de roepen er volop laten op los schieten. 'elkens waren er honderden dooden. Op zekere plaatsen, zeggen soldaten, lie te Brussel zijn toegekomen, waren le loopgrachten der forten gansch ge-uld door Duitsche lijken. Op de vesting-/erken van het fort van Barchon lagen le lijken 1 meter 50 hoog. Eene schandelijke list. De Duitschers gebruiken maar aile isten om onze regimenten in dwaling te rengen. Het schijnt dat zekere Duitsche egimenten achter de Belgische vlag lie->en om onze soldaten te bedriegen. Het Duitsche regiment waarvan de ko-ing Albert eere-kolonel is, liep met onze Irjekleur aan het hoofd. Eene Dufcsche vlag afgenomen. Onze troepen hebben, gelijk wij reeda emeld hebben, woensdag nacht als -1 Feuilleton der Gazette van Gent, ^ Verzegelde Lippen Roman van R. ORTMAN. Hij had dit zeer ernstig en met na-aruk gezegd ; maar lvet scheen niet veel indruk op haar gemaakt te hebben. Zij staarde even voor zich uit. Daarop vt'oeg zij ; e ~ men mij schuldig bevindt, zal men mq dan ter dood veroordeelen ï f ®en gedachte ! _ Men beschul-digt u toch met dien man met 'voorbe-dachten rade te hebben gedood. Zelfs bii de ongustigste opvatting zal men tôt geen andere slotsom geraken, dan dat gii 1 .. keus uwer verdedingsmiddelen te ver zi.it gegaan. Eene korte opsluitine tetar*zij'"w,t « " M «emeend haar iets gerust-BtelLends te zeggen ; maar hij bespeurde had integendeel verschrikt — Wat ? — Men zou mij niet in de ge-vangenis houden 1 Men zou mij weder in bet leven terugstooten ? Maar dat zou vreeslijk zijn ! Dat zou ik v kunnen verdragen. er in mee.ncîe hij te raden wat Sri ne lift® f1 rmg#- éI1,Tat hare onbe-gnjpelijke houding be.paalde. wo«eneWt '' ,Holnste>in' wat u be- gen tf, °P al tot 11 genchte vra-verHpnll 3gx6n 61> daard001' valsche ko|terktTg 6 StlJVei1' di6men te^« I Dagmar sloeg hare handen voor haar gelaat, en Rinckleben had moeite om haar te verstaan, toen zij zegde : — Ik hoopte dat ik dan voor altijd zou opgssloten worden. Dat zou het beste voor mij zijn geweest. Wat moet ik dan nog daar buiten onder de menschen, die ik verafschuw en die mij verafschuwen, doen 1 — Zo6 schijnen de dingen u op dit oogenblik toe. Maar als gij den eersten indruk van het ongeluk, dat ui trof, overwonnen hegt,dan zult gij ailes weder met heel andere oogen beschouwen. Gij zult leeren erkennen, dat er ook goede en rechtschapen menschen zijn, en gij zult spoedig genoeg de bewijzen ontvangen, dat men u niet verafschuwt. He.t zal u zeker niet aan ware en oprechte vrien-den ontbreken. Zij liet hare handen zakken ien schudde met es® bitteren glimlach haar hoofd. — Vrienden? — Neen! Die zijn er niet! — Ik ben niet meer zoo onervaren, om daaraan nog te gelooven. Ik weet, dat achter de zoogenaarnde vriendschap van een man voor een meisje altoos het ver-langen naar iets anders zich verbergt, en ik gruw van zulke vriendschap. — Dat zijn ervaringen uit den kring van uw stiefvader, die nu bij u boven-drijven. Maar ik sta u er voor in, mejuf-fer Holnstein, dat gij na uwe invrijheid-stelling het leven van eene andere zijde zult leeren kennen. Ik vraag u nog drin-gender dan tevoren : onderteekent de volmacht, die mij tot uw rechtsgeleerden verdediger aanstëlt. Hij legde het blad en het schrijfgereed-schap, dat hij had medegebracht, voor haar op de, tafel. Dagmar liet vluchtig hare oogen er over gaan, maar zij stak de hand nier uit naar de pen. — Wilt gij mij eene vraag beantwoor- den mijnheer Rinckleben?... Gelooft u' vrienij aan mijne schuld t Hij had er op voorbereid moeten ziji dat zij met deze vraag zou komen. N echter voelde hij zich bekropen door ee vreemde aandoening, die hij bij eene, or bevangen ontleding niet anders zou kui nen bestempelen dan als jalozie. H aarzeldie dus eenr oogenblik, véôr vh naar waarheid antwoordde : Neen, juffrouw Holnstein. Dat do< hij niet. Hij sloeg haar nauwkeurig gade, maa haar gelaat verroerde zich niet . — Gij zult mijnheer Vollmar zien, ni< waar 1 hernam zij. En zoo het hem mi; schien ook tegenstaai, over mij te spri ken, zoo zult gij toch wel eene gelegei heid vindeai om hem te zeggen dat ik «i kel door luiterlijke omstandigheden ve hinderd geworden ben hem te schrijvei Nu is dit niet meer noodig. Want sede: hij dein werkelijken naam van mijn stie vader vernomen heeft, weet hij ailes w; ik hem had kunnen schrijven. Is het ni< zoo ? Rincleben knikte. — Hij kan natuurlijk nog slechts c diepste verachting voor mij koesterei voer Dagmar voort... Neen neen, spree mij niet tegen ! Het kan niet anders zij — en ik heb het ook verdiend. Maar i weet dat urw vriend een edelmoedig le: rakter heeft; en indien hij mij, zooa gij zegt, voor onschuldig aan deze m daad houdt, dan zou misschien zijn med lijden met mijn lot nog grooter kunne weaen, dan zijne verachting. Hij kon mi schien verlangen mij te zien en mij ziji hulp aan te bieden. Dat echter, mijnhei von Rinckleben, moet gij onder aile or; standigheden verhinderen. Als gij mij b loven kunt, dat mij elke ontmoeting ni * Herbert bespaard zal blijven, dan wil ik aan uwen wensch gevolg gefven. i, Hij zou haar deze belofte gegeven heb-u ben, ook indien hij niet door de verkla-n ''ing van zijn vriend reeds geiweten had t- dat hare bezorgdheid overbodig was. Ook i- Herbert had hem immers gezegd, dat hii ij in geen gavai Dagmar wilde wederzien. j Hoe gering moest toch het vertrouwen deizer beide mensheen in hun eigen t weeirstandsvermogen zijn, dat zij voor de mogelijkheid eener ontmoeting sidder-den als voor een schrikkelijk gevaar. Ik zal Vollmar van uw verlangen ken-nis geven, zegde Rinckleben. En voor zoover ik mijn vriend ken, weet ik dat hij geen poging zal doen om u zijne deel-neming of zijne hulp op te dringen. — Ik dank u, ziegde Dagmar zacht ; en ^ toen greep zij de pen, om haastig haren naam onder bet reeds geheel ingevulde volmachtsformulier te schrijven. f Rinckleben stak 't papier zeer snel bij t zich, alsof hij vreesde dat haar besluit, haar nog zou berouwen. — En thans, juffer Holnstein, zegde hij, nu gij in zekeren zin uw lot in mijne !e handen hebt gelegd, nu moet ik u de ver-l5 zekering geven, dat ik nie,t rusten za! k voor den moordenaar van uw stiefvader n opgespoord en u voile voldoening ver-k schaft zal hebben voor ailes, wat gij 3,. thans hebt te doorstaan. Is Er klonk eene zoo eerlijke warmte, is eene zoo oprechte overtuiging uit zijne e- woorden, dat blijkbaar zijne opvatting n van den staat van aaken gedurende dit s- korte onderhoud eene volslagene veran-le dering moest hebben ondergaan. En tocM ;r had Dagmar niets gezegd of gedaan, om i- de zware gronden tot verdenking, die te-e- gen haar bestonden, te verijdelen. Enkel 3t de bekoiing, die van hare persoonlijk- heid uitging, kon dezen, ommekeer be-werkt hebben. Daar hij, alvorens Dagmar zelve te on-darvragen, in zijne hoedanigheid van ver-deger der beschuldigde, eerst inzicht wilde nemen van de aktestukken en pro-cessen-verbaal, en daar _ hij bovendien besloteai was bet meisje zooveel mogelijk te sparen, zoo meende hij thans aan zijn bezoek een einde te> moeten maken. Hij beloofde haar, morgen of overmorgen te zullen terugkomen, onversch'illig of aij dan nog hier zou wezen, of dat men haar intusschen naar den zetel van het lands-gei'echt zou hebblen overgebiracht. Met krenkte hem wel een weinig, dat zijne klant deze toezegging onverschillig en zonder een spoor van ingenomenheid op-nam. Ook het woord van dank, waarme-de zij hem ten slotte liet heengaan, klonk meer als loutere plichtple,ging, dan als iets wat uit het barte kwam. Terwijl Vollmar anders met zijn mor-giendtoilet op weinige minuten gereed was, had hij ditmaal meer dan een uur daartoe noodig gehad ; want telkens was h'.I genoodzaakt geweest te gaan zitten en zijne oogen te sluiten, omdat eene ra-zende hoofdpijn, die hem nu reeds sedert twee dagen gefolterd had, hem duizelig maakte. Hij had Rinckleben niet de waarheid gezegd, toen hij gisteren aan cii&iis bezorgdheid het zwijgen opgelegd door te beweren dat een dergelijke toe-stand bij em geen zseldzaamheid was. In vverkelijk had hij zulk een pijn als deze nog nooit tevoren geleden. Het was hem alsof rnen met een prie<m in zijn her-sens boorde ; en al de gewone middelen, die tegen zoo iets wel worden aangewend waren vruchteloos gebleven.Hij beschikte echter over eene ongewone mate van wilskracht ; en daar hij besloten was, zich door de pijn niet te laten overmees- teren, zoo verried bij in zijne, omgeving enkel door zijn slecht uitzien, wat hij leed. Van het ontbijt, dat hem in zijne ka-mer was gebracht, kon hij niets gebruiken ; en hij wilde, juist gaan beproeven of hem de wandeling misschien wat verlich-teing verschaffen zou, toen de bediende hem t kaartje van een bezoeker bracht. Deze heer verzoekt dringend u të mogen spreken, als was het ook voor enke-le minuten. Paul Keilig, neferendaris, had Vollmar gelezen. Hij herinnerde zich niet, den naam vroeger ooit gehoord te hebben ; maar daar de man blijkbaar aan een verhoor zooveel waarde hechtte, kon hi] het niet over zich verkrijgen, hem af te wijzen. -^e ind™k, dien hij naar het uiterlijk van den binnentredende ontving was niet gunstig. Dit bleeke, vroegtijdig afgeleef-de jongelmgsgezicht, met die bolle en tletse oogen, die zoo onrustig van de eene plek naar de andere dwaalden, kon niet 'anders dan onsympathiTpk op hem wei'ken ;en geheel de slenterige gestalte zoo slap alsof zij met draadjes aan elkaar hmg, bewees genoegzaam dat mijnheer de nenrendaris behoorde tot die verguldo jeugd, die in een onzinnigen zwijmel van twijfelachtig genot de kaars aan beide emden laat opbranden. Heb ik de eer, met advocaat Vollmar te spreken ? ' C'i.i zu}t mij wel wiilen verontschul-aigen, dat ik u zoo vroeg op den dag i- °m ..s^oren- Maar de aangelegen-nead die mij tot u voert, ligt mii werke-•lk zeer zwaar op het hart, en ik zou u opiecht dankbaar zijn, als gii mij uw advies niet weigerdet. (Wordt voortgezet.)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Add to collection

Location

Periods