Het volk: christen werkmansblad

695 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1914, 07 August. Het volk: christen werkmansblad. Seen on 10 May 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/b27pn8zm27/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Yier-en-Twinliple Jaar, • ». 183 Goisdieast — Hnlsjezin — Elgendoia Vrijdag» 7 Aagusti 19H Aile briefwisselingen vrachfc-trij te zenden aan Aug. Van Iseghem, uitgcver voor de naamL maatsch. « Drukkerij Het Volk », Sleersteeg, n° 10, Gent. Bureel van West-Vlaanderen s Gaston Bossuyt, Gilde der Ain-bachten, Kortrijk Telefoj.v 523 Bureel van Antwerpen, Bradant en Limburg : Viktor Kuyl, elinderbroedei'straat, 24, Leuven HET VOLK Men scbrljît 1ns Op aile postkantoren aan 10 fa. >er jaar. Zes maanden fr. fî.00» Orie maanden fr. 2.50. Aankondigingen. Prijs volgens tarief. Voorop U Detalen. Rechterlijke herstelling, â fr. per regel. Ongeteekende brieven worden reweigerd. ÏËLEFOON N° 137, Gent. "Verselïifot O maal pes* week. CHR1STEN WERKMANSBLAD 2 CENTIEMES HET NUMMER 3 CENTIEMES MET BIJVQEGSEÎ. Allen tegen den Aanvaller We lezen in de Vlaamsche Gazet : / Het Belgisch leger levert een onversaag-den strijd voor het behoud van ons land. Dnitsche officieren, die de Belgisclie grens overgetrolcken zijn om een land aan te vallen, dat in elk opzicht wilde onzijdig blijven, hebben er hunne verwondering over uitgedrukt dat het Belgische leger zooveel wederstand blijft bieden. Die verwondering kan ons slechts ver-bazen.Yerbeelden die Duitsche officieren zieh wellicht dat ons vaderland te koop is? Denken zij dat de Dnitsche regeering harc beloften tegenover ons land slechts hoefde te breken, opdat de Belgen zouden buigen ? Het opgeven van de Belgische onzijdig-heid — wat Duitschland eigenlijk vroeg — zou op hetzelfde neergekomen zijn als het verlies van de Belgische onafhanke-lijkheid.Dat voelen thans aile Belgen meer dan Qoit, en hunne gedachten gaan naar hen, die bij Visé aan de Duitschers voor de eerste maal toonden, hoe de Belgen hun vaderland verdedigen kunnen. Onze soldaten strijden voor het goede recht, de waardigheid en de onafhanke-lijkheid van België. Zij toonen aan de -wereld dat ook een klein volk groot kan worden door zijne ge-hechtheid aan den vadergrond en zijn onbuigbaren wil het vaandel der vrijheid hoog te houden. * De oorlogsverklaring van Frankrijk wordt natuurlijk in de fransche pers druk besproken. Al de nieuwsbladen stellen vast dat buitengewone geestdrift heerschte in het parlement en dat aile partijen, zelfs de meest omwentelingsgezinde zich rond de Republiek scharen. De drukpers geeft dezen indruk goed weer. In l'Echo de Paris verklaart Maurice Barres gelukkig te zijn dezen geschied-kundigen, ja gelieiligden dag te hebben beleefd. De heer de Mun stelt in 't zelfde blad vast dat al de Franschen als een man den oproep der regeering hebben beantwoord. 1 In l'Homme Libre zegt Clémenceau : Wij zullen overwinnen, omdat wij beslo-ten zijn tôt ailes en dat om ons te verslaan men over 't lijk van den laatsten Fransch-man zal moeten stappen. In La Figaro schrijft oud-minister Hanoteau dat Frankrijk eens te meer zijne DEOORLOG DE SIRIJFVAN VISÉ. Een reporter ter plaatse schrijft in den XX<= Siëcle : Dinsdag ten half elf, kwam te Luik het nieuws toe, dat de Pruisen over de belgische grens gekomen waren langs Gem-menich en Stavelot en op Visé aanstapten. Het tweede bataillon van het 12e linie-regiment, dat Visé bezette onder 't bevel van majoor Collyns met de kommandan-ten de Burggrave, François en Godefroid, kreeg last aan de Pruisen in eerste lijn te gehechtheid heeft getoond aan de edelste zaken van 't menschdom, terwijl langs Duitsche zij de verwarring-, gewelddaden en zinneloosheid zijn te merken. Hanoteau voorspelt den aanstaanden val van den Duitschen kolossus en zegt dat het uur der gerechtigheid eindelijk is geslagen. In Le Petit Journal maakt oud-minister Pichon eene vergelijking tusschen het grootsch en hartverkwikkend spektakel dat Frankrijk de wereld te bewonderen gaf en de handelingen der wilde horden die in den Elzas zich als tijgers op de be-schaving hebben geworpen. Le Matin schrijft : Het gaat tlians niet meer om de vrijheid van de individuën, maar om de vrijheid der volkeren, in ge-vaar gebracht door den Germaanschen aanval. * * * Wat de houding van Engeland zal zijn, kan men zien in dit artikel van de Daily Telegraph, die schrijft dat het bericlit heeft ontvangen als zouden twee Engel-sehe steamers, de Castro der Wilson Line en de Saxon, varend van Dantzig op Hull, in het kanaal van Kiel zijn gekaapt door de Duitschers. Dit geval besprekend, zegt de Dailiy Telegraph : De kaping dezer twee Engelsche schepen is eene brutale aanranding. De Engelsche regeering kent thans harerï plicht. De wereld zal dadclijk het antwoord van Engeland op dezen sinaad, ons aangedaan, vernemen ; wat dit antwoord zal zijn, moet niemand betwijfelen. De mogendheid die zich als een razende hond in de Europeesche krisis heeft ge-dragen, zal de tuehtiging ontvangen die zij verdient, want gansch de macht van het Engelsch keizerrijk gaat in de weeg-schaal worden geworpen. Wij kennen thans onzen plicht en wij zijn overtuigd dat elke Engelschman die een mannenhart voelt kloppen, aan dien plicht niet zal te kort blijven. Mits Duitschland het gewild heeft, zal het naar zijn verlangen worden gediend'. Geen enkel volk heeft met meer ziels-grootheid en met meer overtuiging dan Engeland den oorlog aangegaan zooals wij gaan doen. Het antwoord van Groot-Brittanje op de onzinnige daad van Duitschland zal door aile vaderlanders met geestdrift worden begroet en de ge-moederen ontvlammen tôt in de uilerste hoeken van ons keizerrijk weerstaan vooraleer zich terug te trekken. In den nacht van 3 op 4 Augustus deden onze soldaten de bruggen van Ar-genteau en van Visé springen. Deze van Argenteau werd in 't diepste der Maas geslingerd. Die van Visé stortte in over eene lengte van omtrent 40 meter. Dinsdag om elf ure 's voornoens, werd de nadering eener talrijke ruiterij gemeld. Dadelijk verdeelde majoor Collyns zijne 450 soldaten in de gunstigst beschutte plaatsen. Het eerste peloton uhlanen kwam zonder wantrouwen op de baan naarheen de brug. Een geweldig loopvunr ontving hen en vernielde bijna gansch het peloton. De duitsche infanterie had de huizen van den rechter oever vooraan de brug bezet ; zij opende het vuur tegen de onzen, die gedurende 3 uren antwoordden zonder de tegenstanders een voet te laten voor-uitkomen. Dan wendden dezen hunne artillerie aan : 3 batterijen en vier mitrail-leuzen. Het regende schroot, maar 't deed geen kwaad aan onze mannen die goed beschut zaten. Op dit oogenblik kwam eene zielcen-berrie met een gekwetste door de straten, vergezeld van eene groote witte vlag met rood kruis. Ondanks deze vlag en het geroep der dragers, richtten de Duitschers hun vuur op de berrie. Wijl de vijanden langsom talrijker werden en hun artillerievuur nog ver-sterlcte, beval de overste van het bataillon den terugtocht, volgens de bevelen die hij zelf ontvangen had. De soldaten die bewijs van bewonderenswaardige tucht gegeven hadden, aarzelden thans te gehoorzamen : zij waren tôt ailes be-reid, uitgenomen tôt te wijken ! Toch gesGhiedde de terugtocht in goede orde langs Haccaurt. De Duitschers durfden onze soldaten niet achtervolgen, daar zij bedreigd waren door het gcschut der forten van Pontisse, Barchon en Evegnée, die hun al wat schroot en hou-witsers hadden toegezonden. Na eenige minuten had ons bataillon zijne rangen hereenigd en stapte het al zingend aan. Ware 't niet geweest van hunne ûoor schroot en kogels verscheurde klcederen en hunne met stof en buskruit gevlekte aangezichten, men zou gezegd hebben dat zij van eene plczierige oefening kwamen. 't Is op dit oogenblik dat het onzeglijk roerend was — (zoo verklaart de fransch schrijvende reporter van den XXe Siëcle) — de talrijke Vlamingen van dezen tal-rijken groep de Vlaamsche Leeuw te hooren schreeirwen : * Zij zullen hem niet temmen 1 » — Neen, ze zullen hem niet temmen 1 Het bloed der vlaamsche ge-meentenaren en der Franch:montezen is opgegolfd in de aderen van aile Belgen. Een klein peloton onder 't bevel van een ondcroM'icier, heeft ernstige verliezen berokkend aan den staf van de voor-wacht der indringers. Geplaatst nabij den wegwijzer voor Hermalle-sous-Argenteau, ontdekte het peloton eene duitsche groep van tien staf-officieren, komende uit de richting van Riehele. Zoohaast zij binnen scliot waren, werd geweervuur op hen ge-richt. Slechts drie der officieren konden uit eigen beweging afstijgen om zich plal te leggén : de anderen waren uit deri zadel geschoten. De strijdlijn der Duitschers te Visé bedroeg eene brigade van twee regimenten infanterie, talrijke ruiterij, drie batterijen veldgeschut en vier mitrailleuzen. Er is geen woord te verheven om de houding onzer troepen te schetsen bij deze botsing, waar wij slechts twee man verloren, naast een tiental gekwetsten, terwijl de vijand er tachtig man, waar-onder verscheideire officieren, bij verloren heeft. Onze jongens gaven blijk van be-wonderenswaardigen inoed, kalmte en koelbloedigheid. 't Was alsof zij slechts in manoeuvers waren. Met zulke mannen mag men zich aan groote dingen ver-wachten.De officieren waren fier op hunne jongens, die door het strijdvuur, den vuur-doop als hetooverd waren. Talrijke bur-gers van Visé onderscheidden zich door hunne hulpvaardiglieid voor de troepen midden den kogelregen. Heeft het ultimatum de Belgen een oogenblik onthutst, ze zullen aan Duitschland bewijzen dat het hun geen vrees keeft aangejaagd. irerg8îdin(j vocr de MoMlsatîe. Brussel, den 5 Augustus 1914. Aan de Provinciegouverneurs ; Aan de Arrondissementscommissarissen ; Aan de Burgemeesters van al de gemeenten des Iiijks. Mijnlieeren, Ik heb de eer U een exemplair te doen geworden van een Koninklijk besluit tôt regeliug van de uitvoering der wet van den 4 dezer maand Augustus, op de ver-gelding in geval van mobilisalie van het leger. De vergoeding is bepaald op : 1° 75 centiemen per dag voor de echt-genote, met vermeerdering van 25 cent, per kind, welk ook het getal ervan weze ; 2° 50 centiemen per dag en per kind, welk ook het getal ervan weze, zoo de militair weduwnaar is of uit den echt gescheiden met een kind ; 3° 50 centiemen per dag voor den vader en de moeder of den overlevende, voor de bloedverwanten in opgaande linie of den overlevende, die den militair bij gebrek aan vader of moeder verzorgd hebben, voor de moeder van den wettelijk erken-den militair. De vergelding is verworven aan de fa-miliën van al de militairen zonder onder-scheid, die zich onder de wapens bevinden te rekenen van 1 Augustus 1914, behalve aan de l'ami lieu, der vrijwilligers van be-roep en der wederdienstnemenden, die zifh onder de vaandels bevonden vôôr dezen datum, zonder teruggeroepen te zijn geweest terwijl zij met onbepaald verloj waren ; voor deze militairen blijft de wet van 21 Maart 1902 van kracht. De burgemeesters zullen onmiddellijk hunne onderhoorjgen berichten dat de vergoeding zal uitbetaald worden aile vrijdagen (op 7 dezer maand voor de eerste maal) voor de zeven verloopen dagen. De'betaling zal geschiedcn tegen kvijt-sehrift van den vergoedinggenietende, aan geduid door het gemeentebestuur volgens verzamelstaten opgemaakt per gemeente of wijk. De vergoeding is onafstaanbaar en on-beslagbaar ; zij wordt berekend bij periode van zeven dagen ; elke begonnen periode geeft recht op de vergoeding voor de ge-heele periode. De betalingstaten zullen overgemaakt worden aan liet Département van Binnen-landsche Zaken voor vereffening met den Staat na herstelling van het leger op vre-desvoet.De g'emeentebesturen mogen, zoo noo-dig, vooi'schotten van fondsen ontvangen van al de rekenplichtigen van den Staat (ontvangers der belastingen, postontvan-. gèrs, agenten rekenplichtigen der spoor-wegen, enz.) tegen kwijtschrift van den burgemeester, medeonderteekend door de gemeentesecretaris en den gemeenteont-vanger of, desgevallend, door een enkelen dezer beambten. MINISTERIE VAN OORLOG. ALBERT, Koning der Belgen, Aan allen, tegenwoordigen en toe-komenden, HeiL Op voorstel van Onzen Minister van Oorlog, Wij hebben besloten en WIJ be-sluiten : I N Artikel 1. Er wordt een korps vrijwilligers ingericht, gejioemd : « Congoleesche vrijwilligers ». Aet. 2. Dit korps zal samengesteld zijn zooals de infanterielinie-regimenten en de tenue er van dragen. Art. 3. Het bevel over het korps Congoleesche vrijwilligers wordt toevertrouwd aan den kolonel Chaltin. Art. 4. Onze Minister van Oorlog is belast met de uitvoering van het onder-havig besluit. Gegeven te Brussel, den 5 Augustusl914 WET BETREFFENDE DE OVERDRACHT VAN OVERHE1DSMACHT BIJ INVAL IN HET GRONDGEBIED. ALBERT, Koning der Belgen, Aan allen, tegenwoordigen en toeko menclen, Heil. De Karners hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : Artikel 1. Van het oogenblik af dat ter oorzake van den inval van den vijand in een prov'mcîe, de Gouverneur zijn post za! ver-laten hebben, en tôt den dag waarop hij die zal hernemen, doen de provineieraad en de bestendige deputatic des provineieraads vrijelijk al de handelingen, welke de wet hun slechts toelaat te doen met medewer-king van den Gouverneur. Art. 2. Van het oogenblik af dat de ver-bindingen met den zetel van de Regeering zijn afgebroken, doen de provineieraden en de bestendige deputaties, onder goedkeu-ring', de handelingen welke de wet hem slechts toelaat te doen met de machtiging des Konir.gs. In een provincie, waar de Gouverneur, wegens den inval van den vijand zijn post heeft verlaten, doen de provineieraad en de bestendige deputatie vrijelijk al de bovenvermelde handelingen, met last deze der Regeering mede te deelen, zoodra de yerbindingen hersteld zijn ; de Koning nui g deze handelingen afkeuren binnen de veertig dagen der mededeeling, onvenninderd nochtans van de uitvoering welke eraan zou gegeven zijn. Art. 3. Van het oogenblik af dat de ver-bindingen met den zetel van de Regeering afgebroken zijn, doen de gemeenteraden onder goedkeuring van den Gouverneur, al de handelingen. welke de wet hun slechts toelaat te doen met de goedkeuring des lion in gs. De Gouverneur doet insgelijks uitspraak over al de verhalen, welke de wet toelaat bij den Koning in te dienen tegen de be-slissingen van de bestendige deputatie. Art. 4. In een provincie, waar de Gouverneur, wegens den inval van den vijand, zijn post heeft verlaten, doen de gemeenteraden, onder goedkeuring van de bestendige deputatie, de handelingen, welke de wet hun slechts toelaat te doen met de machtiging des Konings. In deze onderstelling, doet de bestendige deputatie zonder appél uitspraak voor aide gevallen, waarin de wet toelaat bij den Koning beroep aan te teekenen tegen de beslissingen van dit college. Na de zestig dagen, volgende op het her-stellen der verbindingen, mag de Koning dé door de bestendige deputatie krachtens onderhavige beschikking genomen beslissingen afkeuren, onvenninderd nochtans van de uitvoering, welke ervan zou gegevet» zijn. Art. 5. Binnen de zestig dagen van het oogenblik, waarop de verbindingen met den zetel der Regeering hersteld zijn, mag de Koning de-handelingen der provincie- en gemeenteoverheden, welke hun bevoegd-heid te buiten gaan, welke strijdig zijn met de wetten of welke het algemeen belang krenken, nietig verklaren. Art. 6. Huidige wet zal uitvoerbaar zijn met en vanaf den dag der afkondiging ervan in den Moniteur. Iîondigen de tegenwoordige wet af, bevelen dat zij met 'e Lands zegel bekleed en dooï ' den Moniteur bekend gemaakt worde. Gegeven te Brussel, den 4e Augustus 1914. MENGELWERK 11 DE GRGELDRAAISTEE —«0»-—• De wandelaars bleven staan om er naa te luisteren, en toen de muzikanten gedaa: hadden, regende het zilveren geldstukkeï voor hen. De kleine Martha liep rechts en links on ze op te rapen. Haar handjes waren vol. — Zie, Magloire, dat is pleizierig, spral zij lachend. Nadat de eenarm het gezelschap op beleef de wijze bedankt hacl, sloeg hij met hetkini den weg naar Saint-Quen in. - Zoodra zij bij de weduwe Aubin binnen gekomen waren, telde Magloire het geld, da hij dien dag had opgehaald. De eenarm kon zijn oogen niet gelooven jzoo groot was de som. En het geld lag nochtans voor hem. — De eene helft voor mij, dacht hij, eî de andere helft voor het lievekind.Zoodoend zal ik voor haar nog een mooi spaarpotj kunnen maken. Met zijn kleine deelgenoote at hij smakelijl en tegen negen uur ging hij naar'huis terug Claude Grivot, die reeds zeer ongerus was, over de tegenwoordigheid van Rober te Parijs, was niet weinig verwonderd, toei hij het telegram van Daniel Savanne ont Ving. Daardoor verdubbelde zijne onrust- 2 Hij kon de reden niet raden waarom 'île rechter hem deed komen. Wat gebeurde er dan toch? Waarom vroeg de magistraat hem zich den ■ volgenden dag te zijner bescfaikking en die van Robert Vernière te stellen? I Iïeel natuurlijk vond hij het, dat zijn medeplichtige hem uit Berlijn niet geschre-ven had, daar een brief altijd gevaarlijk kon r worden. î Maar hij kon niet begrijpen, dat nu Robert i te Parijs de begrafenis van zijn broeder bijgewoond had, hij geen middelgevonden had 1 om hem te spreken. Dit ailes overwegende, beefde hij in doode-lijken angst. i Om zes uur bevond de geheele familie Vernière zich, volgens afspraak, bij den - onderzoeksrechter. 1 In de kamer van Alice werden zij binnen-geleid.Hoewel het meise nog zeer zwak was, had b had zij toch de kracht de gasten eenige stappen te gemoet te gaan. , S)G, plannen van Robert waren door haar vriendin Mathilde uitgelegd. Mettranen van aandoening bedankt e zij î haar oom en tante. 3 Terwijl Amelie haar omhelsde, zeide zij : 3 — Lief kind, wij zullen u het leven zoo aangenaam maken dat wij zullen eindigen i met de wonde van uw hart te genezen. Door den terugkeer van den rechter werd het gesprek afgebroken, en eenige oogen-b blilcken later zat iedereen aan tafel. b Daar Amelie moest vertrekken, kon het i maal niet lang duren. Alvorens te vertrekken, omhelsde zij vurig Alice en sloeg den weg in naar de statie, vergezeld van haar man, Daniel en Henri. Alvorens van Robert afselieid te nemen, herinnerde mijnheer Savanne hem, dat zij etkander den volgenden morgen in de Noordstatie zouden ontmoeten. Evenals Claude Grivot had de kassier Prieur het telegram van den rechter ontvangen.Te negen uur kwani hij te Saint-Quen en begaf zich naar de herberg der weduwe Aubin. Hier vond hij Claude Grivot en legde hem de reden van zijn tegen woordigheid uit. Hierdoor werd de onrust van den meester-knecht nog verergerd. Wat beteekende die samenkomst door den magistraat bel'egd, waarbij Richari's broeder zijn moordenaar, moest tegenwoordig- zijn ? Beiden verlieten de herberg en begaven zich naar de fabriek, waar zij Magloire aan-troft'en, die juist de meubels van de ongeluk-kige Veronica naat 't huis van de weduwe Aubin had overgebraeht. Nauwelijks bevonden zij zich daar, of Daniel Savanne en Robert, vergezeld van den bouWirteester en Philip, arrîveerden. De mannen groeten elkar.der. Natuurlijk veitisde Robert den meester-knecht niet te kennen. Daniël Savanne stelde aan Robert de twee gewezen bedienden van den overledenen voor. — Mijnheer Prieur, de kassier, zeide hij, en mijnheer Grivot, wier zelfopoffering ik u verhaald heb. Nu nam Robert het woord, en legde uit, dat hij de fabriek weer ging opbouwen en de zaken van Richard Vernière voortzetten, en dit om de belangen zijner familie te bevorde-ren en een heele fabrieksbevolking te hulp te komen. Hij verlangde daartee van hen allerlei inlichtingen. — Mijnheer, antwoord de Prieur, ik zal zeer gelukkig zijn, u een dienst te kunnen bewijzen. Geen woord kwam echter over de lippen van Claude Grivot. Het was volstrekt onmogelijk op deze plaats der misdaad. Zeer goed begreep Robert wat er omging iïi dut hoofd, dat door schrik verlamd was. Hij wendde zich nu rechtstreeks tôt den meesterknecht en hernam : — Mijnheer Grivot, het is bijzonder tôt u, dat ik zonder uitstel mijn toevlucht moet nemen. Eindelijk bekwam Claude Gribot zijn te-genwoerdigheid van geest terug. — Mijnheer, ik ben bereid u al de noodige uitleggingen over de zaak fce geven, antwoord de hij. Magloire kwam op dit oogenblik uit het portiers huis, waar geen enkel meubelstuk nreer ingebleven was. Daniël Savanne bemerkle hem. — Zijt gij daar, brave jongen... Gij zorgt voor de meubelen van Veronica... — Mijnheer de magistraat, antwoordde de orgeldraaier, zijn pet oplichtende, ik Ireb van uw verlof gebruik gemaakt om het huisraad weg te halen. — Dat is zeer goed... En nu is ailes in orde ? — Ja, mijnheer. dat is onze laatste vracht. — Goed zoo. Geef mij dan de si eu tels, want wij zullen ze missehien noodig hebben. Naar den orgeldraaier wijzende, vroeg Robert : Is dit Magloire niet, de oud soldaat, die mijn armen broeder en het lichaam der weduwe Sollier opgenomen heeft? — Inderdaad, antwoordde Daniël Savanne, en daarenboven heeft de brave jongen zich met de kleindochter der gekwetste gelast. Terwijl de broedermoorder den orgeldraaier de hand drukte ,zeide hij : — Magloire, ik wensch u van gansclier harte geluk... Gij zijt een uitnemend man... Terwijl de eenarm de hem toegereikte hand aannam, dacht hij : — Wat zijn die menschen met al hun com-plimenten toch lastig... Wilde ik hen gelooven, dan zou ik moeten denken, dat ik het aelitste wonder der wereld ben. — Men ging nu over tôt. het bezoek aan de plek, welke geheel effen gemaakt was. Er werd gemeten en gereder.eerd, en binnen twee uur was men het op aile punten eens met den bouwmeester. Deze beloofde zonder uitstel het werk aan te vangen en het, spoeuig te doen \ ooil-gaan.Het oogenblik was daar om te ontbijten. Robert vroeg, welke de besle restauratie uit den orntrek was. Door Prieur werd het « Wit Huis » aan-geduid. Robert «oodigde hem uit, alsook Grivot, en men trok naat het « Wit Huis » op. Op zeker oogenblik vertraagde Robert met opzet zîjn stap en bevond zich met Claude Grivot alleen. — Kameraad, pas op... fluisterde hij. Geen onvoorzichtigheid en !et goed op u zelven... Ailes gaat goed... Morgenavond zal ik u ai'wachten in de restaurai ie der ♦ Quatre Sergents de la Rochelle », bij de plaats der Bastille. Wij zullen er voor onze zaken spreken.(t Yesvolat,)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Het volk: christen werkmansblad belonging to the category Katholieke pers, published in - from 1891 to 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods