De legerbode

827 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1915, 07 Oktober. De legerbode. Konsultiert 03 Juli 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/bz6154fc5f/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

DE LEGrERBODE den Qinsdag, Donderdag en Zaierdag verschijnende Dit blad is VOOÎl DÉ BELGISCHÈ SOLDATEN beslemd ; iedere compagnie, escadron, of batterij ontvang't tien of vijftien Fransche en Nederlandsohe exemplaren. ROEMRIJKI BLADZIJDBN Erip ftltadJéM mo M T Heilinent 3as«rs te Hit. {Vervol g) Een nacht van gerusten slaap vefcdreef voor gosd de Verrnoeienis en de neeralaéhtigheid Tau de laatste dageii. En lickt van hart, zetfeti onze jagei'S zieh van af den 2istén Augustus aan het | werk om bij te dragen tôt het aanleggen van de veriedigingswcrîieh iiî den 4S" vesiingssector, !, taSschen de Schelde en de Dijle, waàr de Jj'J= di-! visie gelegerd was. Wat de brigade betreft, deze werkte mede om Wijlebroeck in staat van terdediging testelien ; zij nam insgelijks deel aan de wericen die Ip.Dgs dezen en genen kant van het fort van Breendonck werden uitgevoerd. Wachtposten werden buiten de iiniën vet'dedigingswerken opgesteld ; verkenningen wérdén gëdaan en patrouilles zochten het terrein af langs de kant en van Malderen, ilamsdonck en Cape!ten-bp-deu-Bosch, waar soms vasrsehoten met de vijande-lijke patrouilles gewisseld werden. Van af hnnnë standpîaaisx.agch dë soldaten van Mregiment jagers dagelijks den str'oom ongë-lukkigen aangroeien, die binnen de mîîren van Antwerpen eene schuilplaats kwaaifn zoeken. Want de Duitschers riehtten hnnnë steliingen in ten Zuiden van de vestiag. op de linie Mercii-îem. Wolverthera, Humbeek, Eppeghëra. Mot-stade. Haeckt, Wtjgmael en Kessei-Loo. En voor deze waeste en wreede barbaren, die steeds opdaagden met de bedreiging in den mond, cfve-ràlgijzelaars namen en onze vrouwen door hunne ïuigè orakelzing onteerden, die de mannen dwtmgen om hunne loopgraven tè delven, stroomden allen die den tijd tôt vluêhtau hadden gehad, vol vrees en beklagenswaftrdig, naar de stslling toc. Bij fiel aanscliouwen van dit tooneel kierade er ia de harteu van onze soldaten een onverzoen-lijkén haat, en een dorstnaar wraak die hen van vretigde deed bevén tcteii zij, op 24s'<n Augustus, vernamen dat zij eindelijk aan het geveeht zou-den kunnen deei nenien. Otis legereomniando had het oogenblik gekozeri waarop de Bondgenootefi. slag leverden aan de Duitschers op de Samber, om het bevelte geven • tôt een aigeineenen aitval tegen de twee leger-eorpsen die vôôr Aàtwerpen in observatie lagen. Het was ket begin van de meer ondankbare dan roemnjke opdraeht, die onze troepCn gedurende «un vei'blijt in de verschanste legerplaats te beurt viel. Opdat zijn roi goed zou worden begrepen is het noodig te zeggen dat het Belgiâeh leger den vijand ûietaauviel met de hoop hem te overwinnen of mteen te drijven. Sleehta aan zijne eigen krachten oyergeleverd kon het niethopen een beslissenden mtslag te bekomen. Maar door steeds plotse en onstuiraigé aanvailèn tegen den tegenstrever te Qoen, werd dèze voortdurend in de onzekerheid |elioudek, en gedwongén met eene aanzienlijke ffiacht voor Antwerpen te blîjven, en ontiâstte Toor zoovéel het leger van de bondgenooten dat reeds met eeae groote overmaeht den strijd aan-»cbonden had. Als loon voor zooveel opofferin-§en ton mea onze soldaten geen onmiddellijken uitslag beloven. En men kende op voorhand het onvermijdelijkgevolg vanieder geveeht : De terug-. r,naar Antwerpen waarvan onze t.roepen zieh wet Konden verwijderen, zcto lang zij op dit uit-staan strate8'Jsc^e scb.aakboru aîleen zonden Gelukkiglijk vergenoegiîen onzè soldaten zieh Qel cieze enkele taak, al braehtzij danook sleelits geungen roem : De Duitsehers dooden. Iedere ï'.val werd te middon van de grootste opgewekt-eia gedaan, vol moed en wilskracht. En deze washeilzaam voor hèt algemeene werk. Wij met voldoening zeggen, dat het onder de t.;!.' Van AnUverpen vergoten Belgisehe bloed, • e ^ergeefseh werd gestort. » w v ^ Ti was a»n de 5de divisie dat de eer te beurt van 0în T^e ^evo^en krijgsverriehtingen aan te gen. lu den namiddasvan den24eo Augustus, trok het 3,u reciment jagers, inet den stéun van de kanonnen der 17ie brigade, stontmoedig naar Impde vooruit. Daar verjoeg het de vijandelijke ' vooi-'posten, fia een vroederid géVeeht, vaàrin talrijke dapperen sneuveîdên. Naar Nieuwanrode gestnurd, ondersteunde het 2lM régiment jagers deze beweging, en kreeg tirailleuragewijze voe-ling met de vooi'uitgeéehoven post«n van den tegenstrever, tenvijl het kraclitige verkenningen deed in de richting van Beyghern en lïumbeek. Maar dat vras sleehts een' voorspel, missehien slechls eene sehijnbeweging orii den vijand aan zijn linkerkant te verschalkcn. De Werfeelijke aanval was op het midden gemunt : De «1a= en 1® divisieS rr.oesi.cn voorùit rnkken tuaschen de vaart van Wiliebroek en de Senne, de 6llc ius-schen de Senne en de Dijle. Aan de lhïkeraijde van het leger opereerdé de divisie in cîe algemeene richting van B o o r t - M e e rb eek. en de cavaierie-divisie bedreigde de streek ven Jlaécht. Zoohaast de nacht iiivieî. trok het 2jc regifiient van Kiéuwenrode naar CapeUen-o_p-den-Boseh terug, om den volgenden dag, vroeg in den «oh-tend, naar den linkeroever van de vaart over te steken. Zij TverkWS mecle aan den ;i,E>ftvaI -s an de S'1» divisie op Eppeghem, en rkhtten zieh ver-volgêns na at- het Zuiden, langs Là ai* en Spili. Zêer bedaeîitzaam rnkte men Yoornit, aeliter een scherin verkénnefs die tîracMtcn voêling met den vijand te, verkriigen. De ëené «a deanderen, rukteîi de éornpàgRiën fch bij sprongen in het groene veld vooruit, van de eene dekking naar dé andere. Menhoorde nog niets dan den droogeh knal van een enkel gewee.rschof. Hier en daar keerde ëeïi gewoad patroitiîièur al hiirkende terug. Kl-anig glirnlachtè bij tegéh de makkers en gaf bijzonderiieden over net voorval : Mën had eefiige MoiTen verjaagcl, «înclee bij die Loeve, waar de onzen zieh nu bevonden. Maar een veel talrijker vijand inoest zieh te Rppeghein en op de Senne bevinden. Plots daverdë beel de luchfc van eén hevig geraas. Het wareH onze kanonnen diè het spel begonrtèti. Cîp de vijandeJijke stélimgen liegon het granateh en granàatkartetsen te regenen. Wat de jagers betreff, deze rnkten nog steeds voorziehtig vooruit, liepen in een adem, op stormpas en het liodfd gebogen, eene ruimte door om opnieuw te gaan liggeri bij het fluitsi-gnaaî van hunne offfeieren. Aan hunne liiikerzijde liet het kanon zieh hevig hooren. Het was dus wel een eehte vëldslag die ©voirai aan den gang was. Wéldra liet de vijandeiijke artillerie zieh op hare beurt hooren; het geraas werd steeds heviger. het. onîploffen vaii de projCetielen mengde zieh met het knette-ren van het geweervuur dat meer en meer toenam. Het was, op dezôn 2o4n Augustus, voor onze jagers van de lGdc brigade, de werkeHikë vuur-doop in al zij ne tragische grootbeid : Granaten die oniploflen als bliksémslagen, kogels die flui-ten en neerkîappen, soldaten die plots neerstor-ten met een hartverseheurëfiden kreet, gewonden die kreunen en waarvan hét bloed in groote, roode plassen op dêh bodem druipt. Men ziet niets van den vijand, tenzij ginder verre de vage linie die men innenien moet, en waarboVen soms eene doodèlijke lichtstraai uit de schietga-ten flitst. Men loopt, men blijft staan, men struikelt, men staat weer réélit ; men vuurt, men is be.dekt met stof, men zweet dikke droppelen, de keel van dorst verschroeid, de borst beklemd, verdoofd door al het geraas. Dan plots, als mede-geslënrd door eëne onweérstaanbare macht, volgt men de makkèrs die vivat roepen, men schreeuwt mède en, als door dronkenschap beneveld, ver-geet men ailes : Het gevaar, de vérmoeienis, de lutte en den dorst. Men ziet slechts de Mofîen ginder verre, die wegvluchten zoo snel ze kunnen en men bruit hlider dan ooit, tôt dat men zieh bniten adem plat op den buik laat vallen om de vlaag vijandelijke kogels over zieh heên te laten vliég-en, die gelijk een helsche zwerm koiiien aansnorren en overal de dood zaaien. Yoor onze vermmkten Mevr. van* Rf.usei. de Gerlaciie, té Hulst, zendt ons, uit erkentenis voor bewezen diensten, eeàë som van 20 ltank, Welke wij in haren naam hebben gestort voor het zoo belangwekkend en ver-dienstelijic werk vaa het Fonds der Belgisehe ver-minliten. , Ziedàar îtoe de jagers van de divisie dien dag den oorlog leerden kefinen, terv;iji zij den vijand uit zij ne verdedigingswerkeïibij Eppeghern « verdreven. Somœige eleinenten zelfs, die iangs het Zuiden van het dorp uitrukten, bezetten het station en voerdeïi eene stontmoedigë vePkenning in de richting Yan Houthem uit. Èen hevig geweervuur bewees dat de vijand er- met eena groote macht aanwezig wa*. En daar de lijd vlug/ was voorbij gegaaii, daar inen zieh briëcteerea inoest en een wfinig orde hafsteîien in de eeU-heden die aan het geveeht hadden deel genomen. zieh weer in verbinding moest stelien met d» naburige J"e divisie, die Sempst en Weeeue hM genomen, kon men diefl dag het icrijgsbQdriji.'isïet verder voortzetten. ïegeri den âvond nevehtans^' werd het bataïjon van majoor Verbraggher' (m/^ Jagers) naar Verbrande Brdg gestuurd otn op dit pufit voeiing te lïrijgen niât het deta-chenïênt dat op den andèren oever van de taart: werkzaam was. *** Toen zij Eppegkem, dat mi op dén vijalid ver-overtl was.binnen trokken,kondofi onze mannen zieh reeds een denkbëèld vormefi van de wekiâ-den der Duilschë k'altnur. In de Verlateu woniu-gen warèn de plundëraiu*s aàa het werk gewëest. Ailes door élkaiider gewcî'rpen. in eene onbe-sehrijfelijke verwarring, bèvûiid en vernield, lagen daar de voorwerpen en dé mefibels, diè do soldaten van dëft kaiser te zy?aaf hadden gecor-dëehl 6m made fë tiemen. Maar vân hetgene ;'.ij niet hadden goed gooerrdéeld ôjîi oiedô te nenien,t liadden zij niets gespaard. En hunne sadieke.' woede oôi allés te vërmeïsfi en overal ioed te seïieppen. was sléchts door de aankorfisi van de! onzen onderbrokëû. * Hier en daar iagen onze jagers ^ei'schrikte dor-pelihgen op den drerhpôl nûnnei4 Woning ver-schijnen. Door de Vrees verstompîen versuft, schenen zij niets te bégrijpen van wat er ron-dom hen voorviel. Het lawaai van het geVëeîit had zé in den raeest vèr\vijdei'deii hoek Van hua ne woning doen krixipen. Nu waagden zij hel zieh te v^ftoonen, èmëekënd en bekîagens-wsardig.Onze soldaten traclitten Vruehielooâ hen ga-rust tt> sfeîlen. Allen VrSesden een ofî'énsie-ven tevugkeer van den vijand en zij ne versehrik-keiijke wraakneming. In aller haast rkapten eenigen îiun armzalig plfinje bijèen en VlachUea vol vreôs naar Antwerpen. Eene oude vroàw, bevende van koortsigen angst. kreunde dat het hart er van breken zou. Stetterend, yi do tir hare snikken a%ebrokeuj zinnen, vertelde zij dat de Duitschers dien zelf-den morgen, haar eentgenoot en haar zoofi met; nog andere bewoners van het dorp hadden me-? degevoerd, zeggende dat zij ze gingen fasilieeren.' Op hare knieën had zij voor de haren osa ge-' nade gesmoekt. Maar een dier woestaafds had haar met een sîamp op den gi'ond geschopt. Het bloed vloeide nog uit de wsnde die zij bij harea, val op de steenen bekomen had. Haar arrfi ga^-. laat gansch vertrokken door den angst, klampten het ongelukkige scheps^el zieh aan de kleedereu van onze soldaten vas* en srneekte : « Help mij I! Als zij terug komen g An ze mij dooden; het ziju geenc menschen, maar monsters. Help mij, help^ mij toch! » i « Bij al deze rnenschelijke ellende s, zal latëî*]1 een ofiieier zeggen, <t heb ik in de oog€fn van al ihijne rnaunen een versehrikkelijk wraakbesluit; kunnen lezen. En toeh, telkëns een van deze» gehelmde bandieten, bleek en bevend, lafhartigi Idappertandend van vrees, in onze handen viel, hebben onze soldateîi hunne voornemens verger ten om zieh slechts te herînneren dat zij eea " ongewapenden Vijand vôôr zieh hadden. « Nog steeds zal ik dien langen kerel van eea Duitseher voor mij zien, met zijn echt straatroo-versgezicht, neergeknield Voor een jager die heni de vuist onder den neus hield, terwijl hij hem voor sehurk uitmaakte. De handen te samen. heel zijn lang en beenderig lichaam bevende vaa angst, kreunde de Mof : a Nicht kapoet ! Nicht ka-poefc! Kamaradî » En, met een gebaar vaneinde» looze wajging, boog onze jager zieh over dit mizerabel exemplaar van het Duit3che ras eu1 snauwde hem toe : € Siopt uw s®..bandiet ! we zijn Wij geet| moordenaars. » (Wprdt voortgezet.) / O©fco3aer 1915 Nam mer 1TO - - ... ft^i^^iini.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De legerbode gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1914 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume