De legerbode

1197 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 05 März. De legerbode. Konsultiert 03 Juli 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/8911n7z870/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOR DE BEI.GISCHE SOT.DATEN besl.emd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang't Lien of vijflien Fransche en Nederlandsche exempiaren. TE NIEUWPOORT Een W tideling door de Puinen onder bct B.iixtb rdement. Onherstelbare Ramp. Ter itichtin» van de Neutralen en van het toekomstig Géslachl, (Van een Ooggetuige.) Belgisch front, Februari 1918. Een commandant van mijn vrienden, zegde mij: — Als gij geen dringeiui werk hebt, kom dan vandaag met mij naar Nieuwpoort. — Met veel plezier. De auto is Veurn& en Wtilpen al voorbij. Hij rijdt over het kanaal van \Vurne naar Nieuwpoort op een noodbrug. Hij schokt voort over een nagenoeg vernielden weg, met losgeslagen kasseisteenen, die het modder langs weeyskanten doen wegspritsen. De Duitschers vuren met zware projektielen. Men koort hethijgend gefluit van de granaten als hadden zij last om de luckt te doorboren ; het is, terwijl zij op zich zelf rond draaien, alsoi' ze met schokken vooruit kwaraen. Dan is het de ontploffing in een wolk van zwar-ten rook, te midden van de weggeslingerde klonters vette aarde en de stukken baksteen van eene reeds aan puin gesehoten hoeve. Het is volop dag Het is beter zich bescheiden te toonen en ae aandacht niet op zich te vestigen. Wij i zetten onzen weg te voet voort en pletsen door de modderplassen of zinken vast in de klei. Nog een brug over en wij zijn te Nieuwpoort. Men weet dat de oorsprong van deze stad rreeds van zeer ver dagteekent. Baudewijn met den IJzeren Arm werd er in 820 geboren. Een andere graaf van Vlaanderen, die in de geschie-denis goed bekend staat.Gwijde van Dampierre, bouwde er een vuurtoren dien men er vôôr den oorlog ndg zien kon en die het eenige voorbeeld van de marine-bouwkunde uit de Middel-eeuwen was dat er in Belgiê nog overbleef. Van de xiu1 tôt de xviie eeuw heeft Nieuwpoort rijkdom en voorspoed gekeud Daarop volgden verval en vergetelheid. In de geschie-denis bleef de naain gehecht aan den slag dien aartshertog Albert daar aan Maurits van Nassau leverde. Sedert dien was het een stille Stad geworden en de rustige straten kregen eerst levea als des Zomers de toeristen en badgasten, op hunuitstapjes, de hallen en hun belfort kwamen bezoeken die uit de xiv8 eeuw dagteekenen, de kerk die zoo merkwaardig is door den lichten en slanken bouw van het schip, ofden bekenden Tempelierstoren. De Duitschers zijn er in 1914 gekomen. De ttoderne Wandalen hebben de monumenten ver-nield met al de kunstschatten die zij bevatten. Hardnekkig hebben zij hun vernielingswerk voortgezet. In de schaduw van de puinen der kerk kon men, in 1915, nog de graven zien van de soldaten die tijdens den slag aan den Yser als helden gevallen zijn. Heden is zelfs dit kerkhof door de Duitsche projektielen vernield. Eerbied-Waardige monumenten van een roemvol verle-den, zijn nog slechts door enkele vormeloozc fninen vertegenwoordigd. De onde huizen zijn ingestort onder de bar-baarsche slagen, en in de straten, waar de eene granaatkuil naast den andere gaapt, stort het eene puin neer op het andere. Het stadhuis, de jniddelbare school zijn nog slechts puinhoopen. Welk een verwoesting ; welk een akelig tooneel. — Mijn ouders hebben vroeger te Nieuwpoort gewoond, zegt mijn gezel. Ik heb er de lessen iu ae middelbare school gevolgd. Hij zoekt het huis waar zijn vader en moeder gelukkig hebben geleefd. Het bestaat niet meer. Bij doet nogmaals den weg dien hij zoo dikwijls gevolgd heeft met zijn schoolboeken onder den arm. Wij moeten voor granaattrechters omloo-pen en over hoopen baksteen en balken klaute-ren. Het is een droevige tocht. Bij de bocht van een straat staanwij voor stuk-geschoten magazijnen. De voorgevel is op straat ûeergekomen. Het dak is verdwenen. Door een fonder van evenwicht is er een stuk van de zol-dering overgebleven. Een opschrift, tegen een nmnrvlak genageld, geeft ons nadere inlichtin-tingen : Doodenhuis. Inderdaad. in een hoek, op eene berrie, ligt het lijk van een pas gedood soi- daat, dien men naar hier heeft overgebracht in afwachting dat men hem begraven kan. Verder een ander opschrift : Kapel. Een pijl duidt eene lage opening aan. De treden van een heel donkeren trap dien men slechts met be» liulp van zijn zaklampje afdalen kan. Een deu» die door matrassen tegen çranaatscherven be-veiligd wordt. Nogmaals trappen en nog een deur ; dan een kelder. De meubelen bestaan uit drie hanken van wit hout, een kanapee van verschoten granaatkleurig fluweel, eenige stoelen van allerlei slag. Langs achter, een tafel met vier verscliillende kandelaars, voor een steen-drukplaat die de Moeder Gods en haar Kind voorstelt. Het is hier dat de aalmoezeniçr de zielemis zal lezen voor de rust van dengene die zijn leven voor het Vaderland heeft ten offer ge-bracht. De Profondis clamavi at te Domine. Aan den Oostkant van de stad ligt het nieuwe kwartiçr, met zijn huizen van opzichtigen baksteen, met de witsteenen bovendrempels, met zijn hoektorentjes en trapgevels in Vlaamschen neo-Renaissance stijl. Daar ook, vindt men slechts puin en afval, voor het station dat door de granaten doorboord en gedeeltelijk ingestort is, evenals bij de gas-fabriek waarvan de gazometers nog slechts een massa doorschoten platen en verwrpngen ijzer-werk zijn. Langs de verbindingsloopgraven bereiken wij de dokken. Boven de borstweringen ziet men nog de geraamten van wagons. Verder is het Nieuwpoort-Baden. eii dan de zee, het uiteinda van het Westelijk front. Nu is de nacht gevallen. De Duitschers gaan voort met schieten en achter ons verscheurt de iosbranding van een salvo-schot de ooren. In de dichte duisternis keeren wij terug naar Nieuwpoort en trekken weer door de stad. Het is een nieuw sport om aldus zijn weg te vinden tusschen de granaatkuilen, de bergen puin en de diepe modderplassen die allen in de duisternis onzicht-baar zijn. En het gaat niet om hier ook maar even met zijn zaklamp voor den dag te komen. Onmiddellijk hoort men overal rond in het don-ker bevelende stemmen : « Geen licht ! Uit doen ! "VVilt gij ons laten repereeren ! » Want des nachts is het hier veel drukker dan in den dag. Men hoort het getrappel van de eskouaden die elkan-der aflossen en van hen die komen ravitaljee-ren ; men hoort over den plankenvloer het doffe gerol van de wagens en van de caissons over do banen. Bij onze jassen heeft er zich een zesde zintuig ontwikkeld : Het vermogen om zich des nachts te • oriënteeren. Ook geraken wij zonder al te veel last tôt aan de plaats waar wij onzen automo-biel achter het muurvlak van eene aan puiu gesehoten hoeve hadden laten staan. — Waar is het rijtuig? — Men zou zeggen dat het weg is. Zouden we nu te voet naar Wulpen moeten? — Dat zou een smerige part zijn. Dat is niet om te doen. He daar! auto!... — Hier commandant, antwoordt eene stem uit de verte. — Welnu, jongen; wat zijt ge ginder gaan doen ? — Gij waart natiwelijks weg, of een « zware dikke » is op een tientai meters van daar gevallen, antwoordt de chauffeur. — Gij hebt niets gehad? — Neen commandant, en het rijtuig ook niet. De granaat is in de modder .te recht gekomen zonder te ontploffen. — Ailes wel ! vooruit. Dat is eer gezegddan gedaan. Wij moeten een honderd meters ver rijden. alvorens aan eene min of meer fatsoenlijke baante komen. In vollen dag, toen wij goed konden zien, werden wij reeds fliuk dooreen geschud. Met uitgedoofde lichten rijden wij langzaam vooruit en moeten goed opl^tten om in geen grauaattrechter te recht te komen, om op geen steenhoop te botsen, om niet recht in het kanaal te rijden. Eindelijk komen wij op degoede baan. Achter in den auto geleund beginnen wij te praten : —» Nieuwpoort zag er leelijk uit in 1915. —Heden is het nog siechts een puinhoop. — Geen middel om iets te herstellen. — O, neen ! Men zou eerst de puinen moeten opruimen, de plaats zuiver maken endan weer aan'topbouwen gaan. — Hctei niets opgeruimd, ailes iuteu gelijk het i?, Nieuw- DE TOESTAND ALGEMEEN OVERZICHT Op hat Belgisch front, den 2 Maart s'avonds, na een hevig bombardement,vielen de Duitschers eenen vooruitgeschoven post aan ten Z.-O. van Nieuwpoort en werden er oogenblikkelijk uitge» jaagd na er voet te hebben gekregen. Den 3, zeer hevig bommengevecht bij Nieuw- Ï)oort; zwakke artilleriebedrijvigheid ; verschil» ende vernielingsvuren werden uitgevoerd door de batterijen op de vijandelijke loopgraven en granaatwerpers ten W. van Lombaertzijde. In den nacht van 3 tôt 4, gelukte een vijandelijke groep erin in een onzer posten, ten O. van Ramskapelle, te dringen ; een gevangene bleef in onze handen. Den 4n, bommengevecht te Nieuwpoort. Op het Britsch front, voerden onze bond-genooten met goeden uitslag een zeker getal aanvallen uit. Te Waasten drongen de Australiërs tweemaal in de Duitsche loopgraven, vernielden talrijke dekkingen, doodden een honderdtal vijanden en namen eenigë gevangenen en 3 machiengeweren. Bij Gaepaart en Hollebeke, namen zij gevan-genen en een machiengeweer. Te N. van Passchendaele, werden nog eenige gevangenen genomen, alsook ten Z. van Sint-Kwintijn.Op andere punten vonden de troepen tijdens hunnen rit de vijandelijke loopgraven onbezett en keerden terug na vervulling hunner zending. Een vijandelijke rit ten W. van Lens, uitgevoerd na een hevig bombardement, werd terug-geslagen na een fel gevecht ; de vijand onderging talrijke verliezen in dooden en gevangenen. Andere ritten bij St-Kwintijn en Waasten mislukten heelemaal. Op het Fransch front, ten O. van de Maas, zijn onze bondgenooten, tijdens een omvangv rijken raid, uitgevoerd ondanks den sueeuw-storm, tegen de vijandelijke werken aan den Calonne-loopgraaf, op sommige punten tôt aan de vierde Duitsche linie doorgedroogen over een front vau 1,200 meters en op een diepte van 500 meters. Een Duitsche tegenaanval, op hun linkerflank gericht, werd met verliezen voor den vijand afgeslagen. Het getal gevangenen, dat er tôt na toe werd opgeield, overtreft 150 ; eveneens werd oorlogsmaterieel buit gemaakt. Ten N. van den Chemin des Dames en bij Coucy, tijdens een raid in de Duitsche loopgraven, werden er een twintigtal gevangenen buit gemaakt. Verscheidene vijandelijke pogingen tôt over-rompeling zijn mislukt in Lothringen, in de streek van het bosch van Parroy, in de richting van Bures en Veho, Largitzen en Bezonvaux, bij het Bois de Chaumes en het Bois des Chevaliers. Op het Italiaansch front, gematigd artillerie-gevecht, heviger van de Astico tôt de Brenta en op den berg Grappa. Vijandelijke arbeiders werden uiteengedreven op verschillende plaàtsen door de Italiaansche batterijen. Langs de Piave brachten de Italiaansche batterijen de vijandelijke artillerie tôt stilzwijgen bij Cornodella en San-Dona. Op de Oude-Piave en te Capo Sile, weder-keerig geweervuur. . In Palestina, nieuwe vooruitgang van de Britsche troepen in de richting van het N., op eene diepte van 3 km. en op een front van meef dan 20 km. ten N.-W. en langs weerkantea van de baan Jerusalem Nauplouse. poort herop bouwen naast de plaats waar het stond vôôr den inval van de barbaren. Tacitus heeft gezegd over de puinen die de Germanen opgestapeld hebben : « Ruinae signa miseriarium et nominum indicia servantes. » Wat Pierre Loti vertaald heeft, spivkeiid van Yper:«Be-houd, belioud deze puinen, die het handteeken zijn van het eigen wangedrag van het Duitsche volk. Behoud ze ter sticliting van de neutralen en vau de toekomende jjeslachten. » 7 IVfpnrt 1 P1 8 Nummer 548

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De legerbode gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1914 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume