Averbode's weekblad

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

10 Mei 1914 IN DE PAASCHWEEK. en Aprilmorgen in de paaschweek ! Ij, Men zou zeggen, dat het triomfeerende Alleluia-ukSht/w Ã«ezanÃ« van de Kerk in de lucht hangt te zinderen. Ailes rondoni xnij lacht van vreugde, ailes jubelt van leven en herinnert aan verrijzenis. Christus is opgestaan van den dood ! -De natuur is ontwaakt uit haren winterslaap. Op eenen sleedorenstruik, die-met den blanken sluier van millioenen bloesems besneeuwd ligt, zit <^gg^Cs5?l een roodborstje zijn lentelied te zingen. Een vlinder heeft zijn graf opengebroken, waarin hij zijnen schijndood sliep, en fladdert nu lustig rond, op zoek naar de eerste bloemen, rondgedragen op de vleugels van frissche len-tezuchtjes.Ginder boven aan den blauwen hemeltrans hangt een leeu-werik het groenende landschap te bewonderen en den lof te ver-kondigen van den almachti-gen Schepper. De blijdezon, die, met grauwe wolken vÃ´Ã´r haar gezicht, met ongeduld te wachten zat, lacht zoo vrien-delijk, dat de bloempjes uit den grond te voorschijn ko-men om haar te begroeten, dat gansch de na-tuur haar loof-werk ten toon spreidt om ze, de lieve milde zon, te verwel-komen.Ailes nu in de velden leeft en lieit, rept en roert, bloeit en groeit. AllÃ©luia! zingt de Kerk. AllÃ©luia ! ant-woordt gansch het geÃ´chapene. Hij is verre-zen ! zoo zingt het christen-volk. IIET BEROEMDE STADHUIS TE ATRECHT (Noord-Frankrijk) is een bouwkundig prachtstuk, dat de le-Vv'ondering' van kunstkenners en vreemdelingen afdwingt. En vogel en veld, wei en woud, blad en bloem hooren den triomfkreet der Kerk vveergalmen en jubelen mes : Wij herleven! 3^ Het paaschfeest is voor ons, Christenen, het feest, dat ons herinnert aan de verrijzenis van den Meester; aan de opstan-ding en het eeuwig leven van elkÃ¨en van ons. Â«Wij, stervelingen, zijn onsterfelijk ! Â» Die groote waarheid, de grondslag, waar ailes op rust vvat den geloovige aanbelangt, heeit mij gedurende gansch mijne wandeling doen droomen. Als wij 's avonds, onder eenen klaren sterrenhemel, onze oogen opwaarts slaan en die millioenen glanzende wereldbollen bewonderen, die de hand van den Almachtige in het rium heeft geslingerd, als de maan met haren zoeten glimlach het aardrijk in slaap wiegt, als het dartele avondwindje met het suizig gebladerte speelt, dan spreekt er, dunkt mij, van uit die plechtige kalmte, ons eene stem toe, die zegt : Â« Neen, de mensch, de koning der natuur, is niet om liier ellendig eenige jaren op de wereld rond te dwalen en dan geheel en gansch te niet te gaan ! Eens zal hij opklim-men in hooger sferen, om al die werelden ginder boven van dichtbij te bewonderen er degeheimen er van te bevroe-den ; eens zal hij opklimmen tÃ´t den Maker van dit prach-tige firmament. Neen, geheel de mensch sterft niet ! Â» De dood isals eene wolk, die deglansrijkehe mellichten vooi 'n stond om-sluiert; de wolk schuift weg, en het licht straalt heerlijkSr dan ooit. â€” Ik droomde voort :

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.