DE LEGERBODE den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende 11111 1 Mi'imi I I I .1 J I II I % 11.11 npiiiiH II. ,1 ■■ H ■ I II mn II!! Il ni ,11.1 m mil i.n m » m i ■ m mi m m 11 n i ., imii « n i ) miu; iwu i i. Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN beslemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang-t tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. I——HWIIIMJiaaMaMMHBMMwwr.aBBMi ii in111WÊÊaamBKaBmamËÊÊnmKKmmm KONINKLIJK BESLUIT Setteffsnda ds bijzoadare Vtitpsding rsor Huisvssling Albert, Koning der Belgen, A.an allen, tegenwoordigen en toekomenden, HBIL, Gezion artikel 8 van h et besluit-wet van 2!) September 1916, waarbij de Regeering ge-rnachtigd wordt aan de gezinnen der onder do Wapens zijnde militairen bijzondere woonstvergoedingen toe te kennen waarvan zij het bedrag pal bepalen : Herzien Ons hesluit van 29 September 1916 betrefïende de bijzondei-e woonstvergoeding in Frankrijk ; Op voorstel van Onze Ministers van Binnenlandsche Zaken, van Oorlog, van Fiuanciën en van Buiteulandsche Zaken, Wij hebben besloten en Wij beslaiten : Artikel 1. — Woonstvergoedingen, berekend ffvereenkomstig de bepalingen van dit besluit, •fcvorden te beginnen met 1 April 1918, toegekend |ian de gezinnen der militairen van een lageren frang dan offieier, zoo zij zulks aanvragen en de hierna voorziene voorvvaarden vervullen. Art. 2. — Deze vergoedingen worden in Frankrijk verleend aan de gezinnen welke de militie-Vergoeding niet ontvangen, maar aan dewelken de Fransche Regeering hetzij militaire toelagen, hetzij vluchtflirigsgeld toekent. Zij znllen bovendien toegekend worden, zoo-tvel ïn Frankrijk als in het Vereenigd Koninkrijk Groot-Britannië en Ierland, in Nederland, in Zwitserland en in het niet door den vijand b'-zette gedeelte van West-Vlaanderen, aan de g 'innen welke recht hebben op de militiever-goeding of op de vergoeding voorzien bij de wet ▼an 21 Maart 1902, maar wier middelen van bestaan onvoldoende zuilen geacht worden met het oog op hunne lasten en de tegenwoordige levensvooi waarden van het land waarin zij vei> blijven. Art. 3. — De woonstvergoeding wordt toegekend aan de echtgenoote van den militair ; bij dezer ontstentenis of zoo zij in het bezette gebied verblijft, aan het hoofd van de familiegroep bestaande uit de bloedverwanten in rechte linie van den militair. Art. 4. — In die woonstvergoeding kunnen buiten de hoofdvergoeding begrepen zijn : i* Verhoogingen voor elk der wôttige of wettig erkende kinderen van den militair of van zij ne eclrtgenoote, welke minder dan 16 jaar oud zijn of gebrekkelijk en welke ten laste komen van de echtgenoote of van het hoofd van de familie-Sfioep ; 2° Eene eeniere verhooging zoo een of verschei-dene broeders en zuslers, neven en niehten van don militair of van zijne echtgenoote, welko minder dan 16 jaar oud zijn of gebrekkelijk, toevertrouwd worden aan de zorgen en ten laste komen van de echtgenoote of van het hoofd van "Jfo familiègroep ; 3° Zoo de militair irinderen heeft of broeders en Zusters, neven en niehten. welke minder dan 16 jaar ond zijn of gebrekkelijk en ten laste ko-Bien van een anderen persoon dan de echtgenoote, âen vader, de moeder of den bloedverwant in de opklimmendo linie van den militair, dan jjnllen enlcel de verhoogingen toegestaan worden «onder de hoofd vergoeding. Art. 5. — Het maandelijksch bedrag der vergoedingen is vastgesteld als volgt : Is West-Vlaanderen : Echtgenoote van den militair of hoofd van de fkmilwgroep 20 fr. Verhooging per kind 7 fr. 50 Eenige verhooging van hetzelfde bedrag voor de broeders en zusters, neven en niehten. |n Frankrijk: : Echtgenoote van den militair of hoofd van (f(? familiegroep : iicmeenten van meer dan 8,000 inwo- u«*rs 30 fr. 6e wenten van minder dan 8,000 in-woners 20 fr. I IBVK»WT(rppHIIMm-rt>«agaMHBSI IIU'MIWliiroWMaBBEMWa«WBIIIIIMIB 1—B—aH—il Verhooging per kind : Gemeenten van meer dan 8,000 inwo- ners 10 fr. Gemeenten van minder dan 8,000 in-woners 7 fr. 50 Eenige verhooging van hetzelfde bedrag voor de broeders en zusters, neven en niehten. Daarenboven zal er aan de gezinnen welke de militievergoeding ontvangen en wier toestand een belangrijker hulp vergt een bijvergoeding kunnen verleend worden welke niet meer zal mogen bedragen dan het verschil tusschen het bedrag dier vergoeding en het bedrag der Fransche toelagen vastgesteld bij de wet van 4 Augustus 1917. In het Vereenigd Koninkrijk : Echtgenoote van den militair of hoofd van de Jamiliegrocp : Gebied der hoofdstad Londen.... 21/6 shill. Overblijvend gedeelte van het Vereenigd Koninkrijk , 15 shill. Verhooging per kind 4/6 shill. Eenige verhooging van hetzelfde bedrag voor de broeders en zusters, neven eu niehten. In Nederland : Echtgenoote van den militair of hoofd van de familiegroep 12 gulden Verhooging per kind 4 gulden Eenige verhooging van hetzelfde bedrag voor de broeders en zusters, neven en niehten. In Zwitserland : Zelfdo bedrag als in Frankrijk. Art. 6. — De aanvragen zuilen schriftelijk opgemaakt en gezonden worden : Voor West-Vlaanderen, naar het gemeente-bestuur der verblijfplaats van den aanvrager ; Voor Frankrijk, naar den minister van Bin-nenlandsehe Zaken ; Voor het Vereenigd Koninkrijk en Nederland, naar den Belgischen consul van het gebied ; Voor Zwitserland, naar den Minister van Belgiê te Bern. Art. 7.—Voor ieder der hierboven aangeduide landen wordt een Commissie ingesteld welke tôt opdraeht heeft te beslissen over de aanvragen der gezinnen bedoeld bij artikel 2, alinéa 2, van dit besluit. Deze Commissies zuilen zetelen in de plaatsen welke door den minister van Binnenlandsche Zaken zuilen bepaald worden. Art. 8. — Elk der Commissies is samengesteld uit een voorzitter, uit ten minste twee leden en uit een secretaris-verslaggever, benoemd door den minister van Binnenlandsche Zaken, welke eveneens een ofverscheidene plaatsvervangende leden zal mogen aanstellen. De Commissie mag bij gestaan worden door een afgevaardigde van den minister van Fiuanciën. De secretaris-verslaggever en de afgevaardigde van den minister van Fiuanciën zijn niet stera-gerechtigd.Vergoedingen zuilen mogen toegestaan worden aan de voorzitters, leden en secretarissen-verslaggevers ; ze zuilen vastgesteld worden bij ministerieel besluit. Art. 9. — De Commissie, bij dewelke de aan-vraag aanhangig werd gemaakt, zal al de inlich-tingen inwinnen welke haar den werkelijken toestand van den aanvrager en van dezes gezin kunnen bekend maken, en zal daarbij rekening houden, eenerzijds, met al hunne lasten, ander-zijds, met al hunne middelen van bestaan en in-zonderheid met de toelagen en hulpgelden welke hun verleend worden hetzij door de officieele overheid, hetzij door private werken van onder-stand.De beslissingen worden genomen bij meerder-heid van stemmen. In geval van staking van . etemmen, is de stem van den voorzitter beslis-eend.De beslissingen worden den aanvrager betee-kend door den voorzitter der Commissie. Art. 10. — Zoo de belanghebbende van verblijfplaats verandert of zoo zijn toestand gewij-zigd wordt, zal de Commissie te allen tijde op ha <e beslissing mogen terugkomen. Art. 11. — De aanvrager evenals de minister van Binnenlandsche Zaken zuilen in hooger beroep mogen komen bij de Wervingscommissie van Beroep, ingesteld bij den zetel der Regeering. Om in nooger beroep) te komen moet de aan- Een Beroemde Belg Het gemeentebestuur van Scbaarbeek zal, op 16 April toekomende, de 80' verjaring vieren van den heer Ernest Solvay. Bij deze gelegenheid zal er een marmerea Klaat, plecbtig in den gevel van het huis in de laiktstraat gezet worden, ter herinnering dat het daar was d#t in 1862 de heer Ernest Solvay, nitvinder van het vervaardigen voor de nijver-beid van het soda bij middel van ammoniak", zijn eerste proefnemingen deed. De heer Ernest Solvay. socioloog en economist, is de stichter van het Nationaal Hulp- en Voe« dingskomiteit. Zijn maatschappelijk werk is zeer groot. Geboren te Rebecq Rognon, op 16 April 1838, was Ernest Solvay reeds op 22jarigen leeftijd onderbestuurder van de Gasmaatschappij te Sint Joost-ten-Noode.Een jaar later deedhij zijjj nitvinding breveteeren over het vervaardigen voor de nijverheid van het soda, welke uitvin-ding hem miljoenen zou bezorgen. Het is in een klein fabriek te Schaarbeek, op het Marktplein, dat de jonge uitvinder zijn noodige toestellen in orde bracht en tijdens zijn werken bijna verstikt werd. De heer Ernest Solvay heeft zich niet tôt den roi van groot-nijveraar bepaald. De maatsehap* pelijke vraagstukken hebben ook zijn aandacut m beslag genomen. Hij heeft steeds de econo* mische theorie Van het productivism verdedigd die, volgens hem, alleen de ellende kan doen verdwijnen. Men weet dat deze groofe menschenvriena belangrijke sommen aan de Hoogeschool van Brus» sel heeft geschonken en wetenschappelijke ge-stichten en laboratoria gesticht, die ruimschoot® hebben bijgedrageai tôt de maatschappelijka vorderingen in Belgiê. 'ii»i mi vrager enkel een brief sturen naar den voorzittei? der Commissie welke de beslissing genomen heeft of naar den voorzitter der Wervingscommissie van beroep. Het hooger beroep schorst de nitvoering der beslissing niet op. Art. 12. — De vergoeding wordt niet nltbe» taald : ^ fi; . 1° Gedurende het tijdperk waarin de militair op verlof zonder soldij gesteld wordt ; 2" Gedurende zijne desertie. Art. 13. — De vergoeding is onoverdraagbaar en vrij van gerechtelijk besiag. Zij wordt maan-delijks en bij voorbaat uitbetaald, overeenkom-» stig de bepalingen van dit besluit : In West-Vlaanderen,door de gemeentebestnren welke ze voorschieten voor rekening van den Staat ; In Frankrijk, door de zorgen van het Departe» tement van Binnenlandsche Zaken ; In het Vereenigd Koninkrijk en in Nederland» door den Belgischen consul van het gebied ; In Zwitserland, door de zorgen van den Minister van Belgiê te Bern. Art. 14. — De minister van Binnenlandsche Zaken zal, in uitzonderingsgevallen en overeen-komstig artikel 1 van het besluit-wet va* 20 Maart 1917, de woonstvergoedingen mopen toestaan aan andere personen en in andere vpor-waarden dan die welke bepaald worden in dit besluit. Art. 15. — Ons besluit van 29 September 4916 is ingetrokken. Art. 16. — Onze ministers van Binnenlandsche Zaken, van Oorlog, van Financiën en van Buitenlandsche Zaken zijn, ieder voor zooveel hem aangaat, beiast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven in Ons hoofdkwartier, den 20 Maa** 4918. Van 's Konings wege : De Minister van Binnenlandsche Zaken, Paul Bbrryer. De Minister van Oorlog, De Geuninck. De Minister van Financiën, A. Van de Vyvere. Do Minister vanhiuitenland&che Zatcef^ Htm ans» 28 Maart 101R Nnmmer 557

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.