16 Jtmi 1917 Nummer 435 den Dînsdag, Donderdag en Zaterdag verschîjnende h— ... ' i "■ Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang-t tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exem.plaren. De Belgische Artiirie-lnriclitiiïgei TIJDENS DEN OORLOG Besluit. Wij hebhen het eindpunt van deze studie be reikt. Haar logische loop heeft ons terug gebrach Mar het front, zooals dat natuurlijk is, vermit het ten behocve van onze onversaagde strijder [s, dat de voortdurende inspanning van de arbei flers achter het front gedaan wordt. Niemand zal de merkwaardige bedrijvi»hei< betwijfelen, gelooven wij, die onze artillerie inrichtingen sedert het eerste uur van dsn oor log aau den dag gelegd hebben, en de uitge strektheid van de bekomen uitslagen. Is het nie poldoende, om zich daar een denkbeeld van t l'ormen, wat zij waren te vergelijken bij wat zi heden zij 11 ? En is hun prachtige ontwikkelini aiet een reden tôt bewondering, als men denk iat zij verwezenlijkt werd in voile beangsti »ende en ontzettende krizis, in ballingschap, me le enkele liulpbronnen die de bezetting de Duitschers ons overliet en van bijna de gansch iiitgestrektheid van al onze gekneusde provin Eiën, maar ook met de onschatbare hulp vai hetgastvrijeFrankrijken het edelmoedigeGrool Britanje, dat met open armen het uit zijn haard steden verjaagde België onthaalt en al het moge lijke inspant om het vestigen van onze dienstej }p bevrienden en verbonden bodem te verge makkelijken. De miriister van Ooi-log, vol wilskracht ei l'ooruitzicht, de commandant der genie Biaise ei îijn medewerlcers bij het bestuur der artillerie inrichtingen, al de hoofdingenieurs van onz Fervaardigingswerkhuizen, hebben zeker he recht met gevvettigde fierheid het werk te aan schouwen, dat zij op zoo schitterende wijze heb ben opgericht. Hoevelen nochtans zijn er die dit werk mis ietmen, of'er niets van weten. Is het bijna nie îen gemeeneplaats geworden voor zooveel pu alicisten, te schrijven, met het beste inzicht tei ivereld, wij willen er niet aan twijfelen : « Dooi le zorg zijuer bondgenooten van ailes voorzien in nieuwe kleeren gestoken, ruimschoots vai irtillerie en munitie voorzien, is het Belgiscl eger heden een dappere en aanzienlijke mach ivaarmee de vijand meer dan ooit zal af te relte îen hebben. » Hoe vleiend deze hulde ook moge wezen, al ius gebracht aan onzen krachligen organisàtie *eest en aan de dapperheid van onze soldaten och is het niet waar dat de herinrichting var ms leger hoofdzakelijk het werk van onze dap> )ere bondgenooten zou wezen. Het is vôôr ailes ien essentieel Belgisch werk. Men moet he' ;oed herhalen, ware het maar om een legende e niette doen die anders te licht wortel zoi ichieten. Niemand onder ons vraagt dat men onze ver-liensten zou overdrijven. België heeft zijn plich fedaan. Het weet dit, en dat is voldoende. HeJ feet ook nog, beter dan iemand anders, hot tostbaar, in aile dingen, de broederlijke hulj 'an de bondgenooten was, en het zal zich da teeds herinneren. Hebben zij het niet uit all( nacht geholpen om de ontzettende ramp te bo ren te komen die op 011s land is neergestort ? Maar België ook, is ten voile bewust uit a jjn raacht te hebben gestreden, vol hartstocbte ijk verlangen naar de verlossing, om uit al d( niddelen die inzijne macht lagen, het heldhaftij eger weer te herstellen dat door den slag aar ten Yser zoo zeer was uitgebloed. Het heeft zicl [eheel en al aan deze taak gewijd, geene inspan ung is daarvoor te veel geweest ; zonder ophou [en heeft het gewerkt en dezelfde mannelijla lerheid, dezelfde ontembare hardnekkigheid aai len dag gelegd om door arbeid en wiskracht t( 'errijzen, als deze waarmede het zich verdedige leeft tegen de ontketende macht van den misda ligen overweldiger. Dat was overigens, nog altijd en steeds, een roudig zijn plicht. En het is daarom dat Belgii iem heeft willen vervullen. Het had het als eei 'ernedering aanzien, dézen geheiligden plich «et tôt het einde te vervullen, trouw aan he lere-vél'drag dat het met zijn bondgenootei ftïrhnnrl TÎa+ vai»linfwnni»Hîort yinV* rlnar r\\Tt*v laar is het niet reclitvaardig recht te laten we-lervaren aan den hardnekkigen en geduldigen rbeid van zijn stoere werklieden, zoowel als nen met lof over den moed van zijn dappere trijders gesproken heeft ? In zijn reuzeninspanning om zich te her-tellen, heeft het Belgisch leger zelf ailes willep cheppen wat het vermocht uit eigen middelen :n eigen kracht voort te brengen. Het heeft er ian gehouden zijn bondgenooten, die zelf reeds net ongehoorde moeilijkbeden te kampen had-len, vrij te stellen van de verplichting om het ;eheel te helpen en heeft van ben alleen die hulp n dien steun aanvaard die het niet ontberen :on in deze uitzonderlijke voorwaarden die de imstandigheden geschapen badden. De geschiedenis van onze artillerie-inrich-ingen tijdens den oorlog is een van de meest reffende voorbeelden van den weg dien het ge-olgd heeft. De Belgische inspanning, verstan-.ig, hardnekkig, stelselmatig, blijkt daar in aar voile licht. En als men bedenkt dat deze p dergelijke wijze nog in zooveel andere ge-ieden gebleken is, kan men niet looehenen, niet /aar, dat België inderdaad, zooals wij het chreven in het begin van dit werk, ailes ge-aan heeft wat het menschelijker wijze moge-ijk was te verwezenlijken om aan zijn leger, at door den bewonderenswaardigen weerstand itgeput was, nieuwe kracht te geven, vol leven n strijdlust, die voortaan nog slechts een ele-îent tôt de zekere zege kan zijn. Een ander besluit mag men eveneens zeer uidelijk uit het verrichte werk trekken. Het is e levenskracht van ons ras en de arbeidslust an ons volk. Het zijn de krachtdadigheid, de eest van initiatief en het organisatie-vermogen iraartoe België bekwaam is. De oorlog heeft in it opzicht, hoedanigheden naar voren doen ko-len die men, wel zeker niet betwistte, maar ie wij ten voile hebben zien bloeien. De vijand eeft zich, den dag na den slag aan den Yser, erhoovaardigd voor imraer onze militaire lacht te hebben vernietigd. Na ongeveer drie lar hardnekkigen strijd vindt hij heden eeu ïelgisch leger voor zich dat krachtiger en geest-riftiger is dan op den eersten dag. De overweldiger heeft al zijne hulpmiddelen i het wërk gesteld, zijn wreedheid, zijn cynisme, ijn laaghartigheid, om de onzen te folteren, nze nijverheid te niet te doen, de bronnen vau nzen nationalen voorspoed uit te putten. Hij eeft menschen en dingen een afschuwelijken oor-ig aangedaan. Hij heeft grijsaards, kinderen n vrouwen vermoord, getracht een volk in sla-ernij te dompelen. Hij heeft gestolen, geplun-erd en brand gesticht, met een verfijning van arbaarschheid die de Duitschers alleen bezit-în. Zijn doel is klaarblijkend : Daar hij België iet veroveren kan, wil hij het ruineeren. Maar evenmin als hij ons leger heeft kunnen erslaan, noch dezes prachtige herstelling belet-;n, evenmin zal hij er in gelukken, hoe groot et kwaad ook moge fcijn dat bij ons nog aan an doen, onze wilskracht te vernietigen, onzen ;il te breken, of de hardnekkigheid te verflau-?en, die het kenmerk zijn van ons ras. België zal weer opstaan uit al de puinen die enhatelijke vijand heeft Weten opeen te stape-jn ; het zal voorspoediger, levendiger en levens-rachtiger dan ooit worden. Veel beproevingen rachten het ongetwijfeld nog. De inspanning ie er zal moeten gedaan worden, zal zwaar zijn. laar om deze te verrichten zullen de bewonde-enswaardige hoedanigheden van zijnwerkzaam, :rachtig en hardnekkig volk niet onder doen bij en heldenmoed, dien onze soldaten op het slag-eld getooud hebben. Comm. Willy Breton. Os Oadenksteesi van de Oankbaarhsid Den 21" Juli aanstaande, bij gelegenheid der :ationale feesten, zal de Belgische Kring Albert-îlisabeth, te Nottingham, aan den stadsraad een larmeren gedenksteen aanbieden, als dank-ietuigenis van wege de vluchtelingen, die in exe Britsche stad gulle gastvrijheid genieten. Die gedenksteen werd vervaardigd door den eer V. Vaerwyck, bouwmeester en lid van de laatselijke Gommissie van de gebouwen te ipnt An -zal in rlp. finilrlliall o-ftnlflntfit Wûl'flftn. SE VKRBEKieilB-STATH IN OORLOG ieiipis! FEPshing in FrankFijk Te Boulogne Generaal Pershing, van een lOOtal Ameri-k a an scli e officierenvergezeld, is Donderdag mor-gen te Boulogne ontscheept. Hij werd ontvangen door René Besnard, staatsondersekretaris bij het ministerie van oorlog, in naam van^de Fransche regeering, en door talrijke burgerlijke en militaire aanzienlijke personen. Te midden van luide toejuichingen zetten onze bondgenooten voet aan wal. Zij zien er werke-lijk kranig uit in hun khaki-pak dat zeer een-voudig en nochtans zeer keurig is. Militaire eer wordt hun be wezen door een bataljon territo-rialen en een detachement marine-fuziliers verge-zeld van een Engelsche en een Fransche militaire muziek. Na de gebruikelijke voorstellin-gen, heeft generaal Pershing de revue van deze troepeh gedaan en, vergezeld van de Fransche overheid,is hij in een automobiel gestegen om Boulogne te bezoeken. Op geheel zijn doortocht werd hij door de geestdriftige bevolking toe-gejuichd.Om il uur heeft hij de vertegenwoordigers van de pers ontvangen, alvorensden treiu voor Parijs te nemen. Te Parijs. — Geesldriîtige Ontvangst. Van liei Noord-Statioa tôt aan het Hôtel CriHon. De treindie generaal Pershing en zijn stafmede brengt is om 18 u. 27 te midden van een reusaeh-tige menigte aangçkomen. Een bataljon van het 237" te#riïoriaal regiment bewees de militaire eer. De muziek van de Republikeinsche wacht voerde het Amerikaansch lied en de Marseillaise uit. De generaal, rechtstaande aan het portier, begroette militair de personen op het perron. De generaal werd ontvangen door de heeren Sharp, Vivîani en Painlevé, vertegenwoordigers van de heeren Poincaré en Ribot, en door maarschalk Jofl're en de generaals Foch, Dubail en Brugère. In het ontvangstsalon werd generaal Pershing Wfilkom geheeten in naam van de regeering door de heeren Viviani.en Painlevé. De generaal steeg vervolgens in een automo» biel. Zijn vertrek werd door de toejuichingen van de menigte begroet. Overal op zijn doortocht, tôt aan de Place da la Concorde, begroetten geestdriftige toejuichingen den stoet. Antwoordende op den oproep van den muni-cipalen raad, hebben de Parijzenaars het meest triomfantelijk en gloedvol onthaal aan hunnen voornamen gast bezorgd. Gesternde vlaggen wapperden aan de vensters ; de vrouwen gooiden met bloemen, de Madeleine-kerk was langs den buitenkant met witte gesternde behangsels ver-sierd. En steeds stijgen er toejuichingen... Vôôr het gasthof Grillon, waar generaal • Pershing is afgestapt, verdringen zich verschei-dene duizenden personen. De hoera's klinkea onophoudend. Eene kreet beheerscht de andere : « Op den balkon » tiert de menigte... Minuten gaanvoorbij. De geestdrift verzwakt niet. Einde-lijk verschijnt in een raam der tweede verdieping een persoon : Generaal Pershing komt het Parijzer volk be-groeten.1,000 Vliegtuigen per Maand Het ministerie van oorlog heeft een definitief plan aangenomen betreftende het zenden van vliegtuigen naar Frankrijk. Er zullen maandelijks 1,000 geheel voltooide vliegtuigen gezonden worden. De voorzitter van het komiteit van de nationale verdediging voor den aanbouw van vliegtuigen, deelt mede dat drie reusachtige vliegpleinen in aanbouw zijn, waar onder twee in Amerika en een in Frankrijk. Vijf honderd vliegeniers zullen den 20 Juli in Frankrijk zijn toegekomen, om daar zich verder af te richten. De ontworpen Amerikaansche luchtvloot zal bestaan uit 3,600 vliegtuigen en 6,^00 lo.odsea_en_kanonniers.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.