Vooruit: socialistisch dagblad

935 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1915, 16 June. Vooruit: socialistisch dagblad. Seen on 18 May 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/8911n7zr7v/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

|u i| M, j"*fTTf—, "l'I Tif j ITH1 "llH'f I il » — *■-![ ' | M llfTO—^ Jjf aar -- N. ï siS Pn)S par naannor ; voor Belgie 3 centiemsii, voor den reernde 5 centiamen Teisfoon s Hedactie 247 - &d ministraiia 2845 «Voensdaq 16 JiîMi 1»15 Drukster-Ultgeefstcr Eîrj: Maatschappij H ET LÎCKT bestunrder s I». DC VISCH. Lcdebcrg-Ocnî . . REDACTIE . . ADM1NISTRAT1E HOOGPQORT, 29. CENT Orgaan det* âe/yfscAe Wefkliedenpartjj. — Verschjjnende aile dagen. ABQNMEMENTSPRIJS BELGIE Drie maanden. . . , . fr. 3.25 Zts maanden » , , , . fr. 6.50 ;n jaar. fr. 12.50 n abonneert zlcfi cp allé postboreclea DEN VREEMDe Drie maanden (dagelîjks verzondcr,). *.73 Bekendmaking Aile huiden van koeien, vaarsen, ossen, bullen, paarden, alsook kalver- schaap- en geitenvellen moeten van heden af aan de filiaale der «Kriegsleder-Aktiengesellschaft» Gent, Ossenstraat, 17, statie lent-Oost af-geleverd worden door tusschenkomst van de syndicaten en handelaars van het ge-bied der betreffenden Etappe-Kommandan-tuur. Bij het overhandigen zullen de huiden en vellen door de genoemde firma aan-stonds betaald worden. (Et. T. Bel. 361/3.) Gent, den 9 Juni 1915. De Etappe-Kommandant. Bekendmaking Etapp. Insp. Gent, den 14 Juni 1915. Aan de gemeente Erpe op welker gebied het graf van een gevallen Duitschen sol-daat door uittrekken van het grafkruis en doorboren van den grafheuvel geschonden werd, is door vonnia van het opperkom-mando van 't leger eene dwangboete van 3C<- j Mark opgelegd. Dit brengt ter openbare kennis De chef van 't Burgerlijk Beheer, von Keudell, regee ringsraad. va HCa m t» Evenais de werklieden, lijdt de kleine burgerij on der de gevolgen van den oor-log, die zijn : werkeloosheid, wat betee-kent geen inkomen, geen aankoopen, dus stremming in den handel. Maar dat de eene catégorie van kleine burgers meer getroffen wordt dan de an-dere, beschouwen wij als zeker. Zoo onder andere is het bestaan der kleine beenhouwers zeer erg bedreigd en hebben die menschen al de moeite der we-reld om de twee eindekens aan malkaar te knoopen. Nochtans zijn zij de eenigen die nog pogen van zich te redden door hunne beesten in cooperatie aan te koopen. Van waar komt dat verschijnsel dat het juist de kleine beenhouwers zijn, die zoo onverbiddelijk getroffen en zoo doodelijk getroffen worden? Wel 't is zoo eenvou-dig als het zijn kan. Zij verkoopen vleesch, zij zijn gevestigd (in de werkerswijken en voor de werklieden lis het vleesch een luxeartikel geworden in de voeding, gelijk de kostuum van 50 fr. 'of 60 fr. in de kleeding. Van goud en èllirer zullen wij maar liefst zwijgen. • Van den vleeschwinkel tôt aan het huis Van den werkman staat er geschreven : Verboden weg! En dat is heel natuurlijk, geheel ver-staanbaar. Hoe de werkman zich 00k kon-:tenteert met een soep van beentjes en met wat gestoofde schellekens, dat ailes is nog :te duur, omdat zij zonder werk en dus konder inkomen is. Maar dan wordt de kleine beenhonwer even erg, even onbarmhartig getroffen en zijn geheel of zijn half beest hangt treurig te beschimmelen in zijnen win-kel.* * * Velen van hen, hebben reeds hunnen winkel gesloten, anderen zullen volgen, geruineerd of door ondergang bedreigd zijn. * * # De treurige positie waarin de kleine burgerij nu verkeert, wekt andere overwe-gingen bij iedereen. Tôt den middenstand behooren, het tôt kleinen burger brengen, werd vroeger voorgesteld als een ideaal voor de wer-kende klasse. De burgerlijke staathuishoudkundigen leerden dat iedereen kon opklimmen ,naar hooger door zijn eigen wil, zijn eigen ■krachten. 't Was eene vergissing, want in ,de veronderstelling dat aile werklieden het initiatief en den wil hadden het tôt kleinen burger te brengen, dan vragen wij ons te vergeefsch af, wie er den arbeid zou geleverd hebben, noodig om de groot-nijverheid en zelfs de kleine in gang te houden en de hulpbronnen te verschaf-fen, waarvan de kleine burgers en zelfs de grooten leefden. De samenleving aanzien als eene ladder waarop iedereen tôt de hoogste sport kan klimmen is dus eene valsche, leugenachti-ge voorstelling. Diegenen die er zich boven werken in de kapitalistische maatschappij, kunnen dit maar als zij veel durven, niet kieskeurig zijn in de middels om daartoe te geraken en ten slotte wreed en onbarmhartig de zwakkeren dan zij in het slijk duwen, fi «a. ea '*4 u* blind voor hun lijden, doof voor hunne smartkreten. En toch lieten velen zich verblinden door het vooruitzicht van kleinen burger te worden. 't Was toch zoo een gemakkelijk mid-del, om te komen tôt het: Buikje vol en warme voeten ! Veel gemakkelijker dan te strijden met de werkende klasse voor het hooger ideaal van gezamentlijk bezit en aan elk vergoeding naar verdienste. Daar was toch geen ander verdienste aan dan uitgescholden te worden, gelas-terd en belogen, gevang te doen of neer-geschoten te worden. Kleinen burger worden! En dan Sursum Corda! Hoog de harten, de porte-monnaie gevuld en wel-vare de rest. % * & De kleine burger heeft nooit gezien of willen zien, dat rnen hem in den grond gebruikte als een reactionnair werktuig. De kleine bourgeoisie was eene soort van borstweer tusschen de werkende klasse en het groot-kapitalisme. In de-kiezingen- hadden de kleine burgers kiesrecht, maar geen recht van verte-genwoordiging.België heeft geen kleinen burger gekend als minister, de groote steden kenden geen kleinen burger als schepen. Als een kleinen burger het bij de garde-ci viek tôt korporaal of sergeant bracht, had hij al zijnen bâton de maréchal en hij had wezenlijk den gaai afgeschoten. In liberale en in katholieke associatiën had hij niets te vertellen en in de groote bur- gerkringen werd hij zelfs niet aanvaard. & # # Helaas de kleine burgers hebben te lang en te veel medegeheuld met de wolven. Zij scholden op de cooperatie, zij las-terden de socialistische leiders, wier na-men en reputatie zoo zuiver en onbevlekt zijn gebleven. Zij lieten de werklieden gansch alleen in hunnen strijd voor alge-meen kiesrecht en lotsverbetering. En wat is nu hunne belooning ? Dat er velen na minder dan een jaar oorlog niet meer weten van wat hout pijlen maken, met ondergang bedreigd worden en als ongehoorzame engelen het gevaar van te-ruggeworpen te worden in de sociale hel van 't proletariaat voor de oogen zien. Wat teleurstelling ! En nu ziet gij, kleine burgers, dat gij den verkeeraen weg gekozen hebt. Gij hebt tôt het kapitalisme uw hoofd en uw hart gericht uit hoogmoed, dus uit onverstand. 't Was: bonjour, M. de pas-toor ! Ah mâsœur wat geluk van u te zien ! Wel duizend keeren bedankt, madame, en de complimenten aan mijnheerl Beleefd zijn schaadt nooit, maar 't mag niet overdreven zijn en tôt de vleiërij niet gaan, zooniet wordt gij do-mestiek en uwe klasse verliest aile zelf-standigheid.Gij waart beter bij ons; het socialisme zou u hooger gedachten, u tôt betere ve-gen gevoerd hebben, zooniet om u vol-îedig te redden, dan toch om uw bestaan eervol te rekken en u den overgang van de oude naar de nieuwe samenleving te ver-gemakkelijken.F. H. Planten en Dieren uit den Voortijii Voordracht gegeven in het Fcestlokaal « Voornit » op Donderdag 10 Juni door den Heer Doktcr C. De Bruyckcr (Vervolg en slot) Gaan wij nu over naar het tijdvak der aardkundige middel&euwen. Aan den weel-derigen plantengroei van het kooltijdvak komt een einde. De reuzenboomen uit de afdeeling der varenplanten sterven uit. Andere soorten komen te voorschijn die minder van de hedendaagsche verschilden en meer en meer tôt de ons bekende soorten naderden. Vooral de Dennen en de Ginkgo. De plantengroei wordt minder be-langwekkend. Wij beleven eene geweldige ontwikkeling van landbewonende wervel-dieren. Ontzagelijke overblijfsels van mon-sterachtige kruipdieren worden in de lagen uit dit tijdperk gevonden. Hoe de landkaart in het midden van het tweede tijdvak eruit zag, voor zoover men die uit den stand onzer kennis kan opma-k-en, kan men door het vplgende oordeelen : In het zuidelijk halfrond strekten zich twee groote vastelanden uit. Groenland was met Noord-Amerika vereenigd ; Zuid-Amenka met Afrika, iSiberie en Midden-Azie lagen onder de golven van den onmetelijken Ark-tischen Oceaan en op de plaats van het huidige Eux-opa vinden wij slechts een Archipel of eilandengroep terug. Een rijke verscheidenheid van reusach-tige kruipdieren vertoont zich hier, waarvan vele lompe, trage landdieren, andere vlugge waterbewoners, nog andere in de lucht rondfladderen. Noemen we en».ele zwemmende kruipdieren uit dit tijdvak,zoo-als : de zwemhagedis, die eene buitenge-wone snelheid in het water bezat, en de Vischhagedis, die eene lengte van 9 meter had. Als landkruipdieren leefden de Donder-hagedis met eene lengte van 25 m., de Ste-gosaurus met zâjn bepantserde huid, kleine bek, enz. Onder de belangrijkste vondsten uit die periode is die va-n Bt'.rnissart. Op 350 m. diepte vindt men een aantal geraamten, sommige zoo goed aJs volledig, vct een vicr meters hooge reus, die op stevige achter-pooten en krachtige staart d.e romp op-richtte en wellicht evenals de Kengoeroe reusa?htige sprongen deed. Men noemt deze dieren de Iguanodons, zij vormen het sieraad van het natuurhistoriesch muséum te Brussel dat de vreemde ons terecht be-nijdt.De kruipdieren welke zich in de lucht be-wogen zijn 00k belangwekkend. Zoo hebben wij de Pterodactylus waarbij een der vin-gers opvallend lang was. Een herstelling van dit vreemde dier geeft een uitzicht dat ons, den langen krokodilachtigen kop en het ontbreken van beharing op den romp, aan eene vleermuis doet denken. Het laatste tijdperk van het tweede tijdvak is een overgangstijdperk waarin men de bloemplanten en de vogels aantreft. In het bijzonder dient eene vondst uit Salehogen, de groef- waaruit de fijne lithograpischen steen wordt getrokken, te worden gemeld. In dezen laatsten zijn prachtindrukken van den oervogel of Archœopteryz gevonden. Met een vogel heeft dit merkwaardig dier niet meer gemeens dan de vederbedokking en het uitzicht. De handen zijn vrij en hebben in eeuo klauw eindigende vingers. hebben 00k een langen staart met eene rij fijne veeren ver-sierd en de bek is voorzien van tanden. In de krfijtlagen van Amerika werden geraamten ontdekt van tanddragende vogels, die echter voor 't overige bijna volkomen den bouw der huîdige vogels bezaten. Het derde tijdvak of de aardkundige nieuwe tijden nu, kenmerkt zich door de heerschappij der zoogdieren en der bloemplanten. Reeds zooals we gezien hebben, zijn deze laatste op het einde van het voor- \ gaande tijdperk verschenen, maar nu ne- j men zij de overhand, de oudere voorgan-gers langzamerhand verdringend. Dit tijdperk neemt aanvang na, eene reeks vreeselijke uitbarstingen van vuur-bergen en omhoogstuwingen van machtig© bergketens als de Alpen en de Pyreneeën. In den beginne heerschte van pool tôt pool een gelijkmatig tropisch klimaat en was het vasteland bedekt door wouden, ah die welke thans nog tusschen de keer-kringen voorkomen, met een overwicht van palmboomen. Met de bloemplanten verschenen 00k insekten in aanzienlijk getal. Palmboomen waren 00k in België. Ver-steende vruchten dezer, zijn nabij Brussel gevonden. Onder de dieren stippen wij aan den voorlooper van het paard. Het is een dier met korten slurf zooals bij de huidige Tapiers en met langen hais zooals van den Giraaf, nochtans zonder lange voorpotten en hellende rug. De Palœtherium, zoo noemt zich het dier, is dus de stamhouder van Tapier en Paard. Weldra -daalde de temperatuur langza-merhand van de polen naar den evenaar toe, waarmede gepaard ging een verschai-ven van de Palmgrens die een gansch tijdvak met de kusten der Baltische zee gelijk liep om naderhand tôt aan de Alpen ver-schoven te worden. Later zien wij onder het looverdal van tropische en subtropische moerassige bos-schen, vroolijke apen sçringen en spelen, vogels hun blijde lied uitschetteren. Hier komt de verschijning onder andere van het Neushoorndier, het Schrikdier met zijne twee naar beneden gerichte slagtan-den en den Masfodon. Op een verder tijdvak (Plioceen) zien wij in een midden waaruit aile sporen van tropische en subtropische flora verdwenen zijn, vlugge paarden draven over de uitge-strekte weiden waarop de oeros, de stamhouder van het rund, rustig graasde; her-ten met een reusachtig gewei, dikhuidigo plompe rivierpaarden en oerolifanten met kaarsrechte slagtanden. Ook nog de Rei-zenluiaard, een lomp zwa<ar dier, groot als een olifant met lange klauwen, waarmede hij de takken kon vatten en afbreken. Met het einde van het derde tijdvak komen wij aan eene heerlijke omgeving van planten, die met de hedendaagsche nauw verwant zijn, eene fauna ontwikkelt zich die eveneens dicht bij de hedendaagsche staat. Alleen de mensch ontbrak nog om dit paradijsachtig midden te volledigen. Met zekerheid zijn nenschenoverblijfse-len gevonden in het begin van het vierde tijdperk op de aardkundige hedendaagscne tijden welke gekenmerkt is door eeue sterke afkoeling der temperatuur van de polen naar het zuiden toe. IJsmassa's t>e-dekten duizende jar&n ^en groot deel van Europa, Zuid Engeland en België bleven gespaard. De dierenbevolking nam de wijk naar het zuiden, de bewoners der noordelijke stre-ken, rendieren, mammoeten verbreidden zich over gansch Europa; een aantal soorten die zich niet wisten te onttrekken aan de ongunstige levensvoorwaarden, ging om van koude en uitputting.Reusachtige beren, hyena's, leeuwen, vreeselijke roofdieron kozen als schuilplaats donkere rotsholea ; Neushoornen en Mammoeten waren voorzien van eene dikke huid en eene dikke pels. Hier doet de mensch zijne verschijning; levend in holen tijdens de koude ijstijdpe-riode. Nu is het zeer waarschijnlijk dat juist de hevige strijd welke de mensch in dien grijzen voortijd had te strijden tegen geweldige roofdieren en de ijzige koude en aldus zijn geest en vindingrijkheid ontwik-kend werden. Wapens werden vervaardigd, die hem de heerschappij over de dierenwereld zoudea verzekeren. Noemen wij als belangrijkste dierensoor-ten van dat tijdvak de reuzenherten waarvan eene afbeelding ons een gedacht geeft van zijn gewei : de uiterste punten zijn ruim 4 m. van elkaar verwijderd ; de Neus-hoornsoort, die op den neus een monster-achtigen hoorn had van ongeveer vijf voeifc lang en de Mammoet.een uit Siberië afkom-stige olifant met lange roode haren en zware spiraalgewijze gekromde stoottan-den, die eene lengte van 5 m. en een ge-wicht van 125 kgr. hadden. De eerste berichten over den Mammoet zijn uit de 17° eeuw. Reeds vroeger waren biina overal beenderen gevonden waarovsr allerlei fabeltjes in omloop waren. Waarschijnlijk is hij dus niet lang uitgestorven, daar hii in de sagen der inboorlingen van Noord-Siberië voortleeft. Vele dezer dieren gingen ten gronden in de spleten van glet-schers en werden onder sneeuw en ijs be-dolven, afgiesloten van de lucht en aldus tepren verrotting en uitdrooging bewaard. Zoo kwaœ in 1799 ten noorden van Siberië een Mammoet te voorschijn waaraan nog aile deelen aanwezig waren. Toen in I I HH—MM 1806 het prachtstuk door Adams, op lasb van keizer Alexander, "n veiligheid werd gebracht, had het reeds van de vraatzucht van honden en beren te lijden gehad. Op dezen Mammoet werden dan ook een aai-tal onderzoekingen van belang betreffenda de spieren, het bloed, enz., ondernomen. De heer dokter De B'ruycker, na een* korte samenvatting zijner voordracht te hebben gegeven, maakt de volgende gevolg-trekkingen : De bevolking der aarde, zoo planten en dieren, ondergingen in den loop der hon-derdduizende eeuwen die sinds het ontstaaa van het leven voorbijging, diepe verande-ringen.Jongere soorten zijn er niet van 't begin af geweest, maar ontstonden in den loop der tijden en namen de plaats der uitgestorven in. Daarenboven zijn de jongere planten of dieren veel hooger ontwikkeld dan de ouderen, waaruit wij dus kunnen be-sluiten dat tusschen de vertegenwoordigers der op de elkander volgende flora's en fau-na's verwantschap bestaat; zijn ontstaan uit andere, oudere uitgestorven en laag-staande dieren. Die grootache gedachte, die machtige na-tuurwet werd op krachtige grondvesten ge-bouwd door den grootsten natuuronderzoe-ker der 19* eeuw Ch. Darwin, de engel-schen geleerde, die niet altijd goed begre-pen werd, het toonbeeld van onverdroten. gewetensvollen en eerlijken werker. En men kan ook over het Darwinisme cf de leer van Darwin niet spreken zonder nog twee andere geleerden ta noemen die zijn : Haeckel, een duitsche en Hugo de Vries, een beroemde nederlandsche geleerde. (Le-vendige toejuichingen.) Deze prachtige en schoone voordracht werd met gespannen aandacht gevolgd door een vijfhonderdtal personen in de Kinemazaal van het Feestlokaal. Meer dan zeventig lichtbeelden maakten de gezeg-dens van den voordrachtgever duidelijk en de toejuichingen bewezen dat de sprek^r goed begrepen werd. De voorzitter bedankte dan ook den heer dokter De Bruyoker in naam van het In-richtingskomiteit, voor aijne welgeslaagde voordracht, alsook de toehoordste-s en toe-hoordera voor hunne talrijke opkomst E. A'. ,— — ji în Wesl-Vfaanderen 1 ©sa | Noordea van Frankrijk ■ Ofilcieele telegrammen ; KJii Buifsch® ibroga Duitsche ambtelijke meldingen, — Groot Hoofdkv.artier, 14 Juni 1915: Westelijk oorlogsterrein s Op het front tusschen Liévin en Arras leden de Franschen eene zware nederlaag. Nadat in den loop "an den dag meermaals de tôt vooruitrukken bereidgestelde vijan-delijke stormkolonnen door ons artillerie-vuur verdreven waren, zetten tegen den [ avond twee sterke vijandelijke aanvallen In dichte linies tegen onze stellingen aan beide zijden der Lorettohoogte evenals op het front Neuville-Roclincourt in. De vijand werd overal onder zware ver-liezen teruggeworpen. Aile stellingen zijn door ons bezet gebleven. Zwakke aanvallen van den vijand aan het Yserkanaal werden afgeslagen. Zuidooste-lijk van Hebuterne hebben de infanterie- 1 gevechten tôt geen noemenswaardige ge-beurtenis geleid. Aanvallen tegen de door ons veroverde stellingen in Champagne werden bij 't begin gesmacht. Oostelijk oorlogstérrein s In de nabijheid van Kuzowimia, noorde-lijk van Szawle werden eenige vijandelijke stellingen genomen en daarbij drie officie-ren en 300 man gevangen genomen. Zuidoostelijk van Mariampol-Kowno be-stormden onze troepen de voorste Russische linie. Twee officieren en 313 man waren hier de buit. c Zuidoostelijk oorlogsterrein : g Het leger van generaaloverste von Mac- l kensen is in eene breedte van 70 km. uit zijne stellingen tusschen Ozerniawa (noord-westelijk van Mosïiska) en Siemawa tôt k den aanval overgegaan. De vijandelijke d stellingen zijn op 't gansche front be- b stormd. 16.000 gevangenen vielen gisteren d in onze handen. o Ook de aanvallen der troeDen van srena- v ■l|.." 1 v' ''.J' 1 i gggaa—wm à mm raal von der Marwitz en van generaal von Linsingeo deden vooruitgang. Opperste Legerbestuur. Uit Frâiische bron PARIJS, 13 Juni. (Havas.) Officjeele me-dedeeling van heden middag- : Bij Lorette hebben de Duitschers in den geheelen sector getraeht door een aanhou-dende beschieting de organisatie van de stellingen, die de Franschen veroverd hebben, te belemmeren. De Fransche artillerie antwoordde met een beschieting van de Duitsche loopgraven en batterijen. De Fransche hebben zich na een hardnek-kigen strijd meester gemaakt van het station Souchez, in het zuidelijk deel van den Doolhof. Ondanks de hardnekkige pogingen der Duitschers hebben de Franschen de voordeelen, die ze de vorige dagen behaald hadden. gehandhaafd. In de buurt van de Tout-Vent-boerderij hebben de Duitschers 's ochtends een tegen-aanval gedaan, die tegengehouden werd. Van het overige front is niets te vermel-, den dan een vrij levendig krijgsbedrijf in den sector te oosten van Reims en op het front Perthes-Beauséjour. PARIJS, 13 Juni. (Havas.) Officieel be-richt van heden middag : Ten N. van Lorette, in de streek van Fond-de-Buval, hebben de F-ansche troepen nieuwe vorderingen gemaakt en hun stellingen bevestigd. In de streek der hoeve van Quennevières, ten O. van Tracy-lemont, zijn door de Franschen sterke loopgraven aangelegd, die rechtstreeks de vijandelijke loopgraven be-strijken. De vijand heeft gisteren geen tegenaanval gedaan, alleen zijn geschut heeft zich doen hooren. In het gebied van Beau-Séjour in Champagne hebben de Duitschers hun aanvallen op de Fransche loopgraven op het terrein der jongste gevechten, waar de Franschen geheel en al meester zijn gebleven, niet: hernieuwd. PARIJS, 13 Juni. (Reuter). Officieele kennisgeving van heden avond 11 uur: In den heelen sector ten Noorden van Atrecht heeft de vijand door een hevig bombardement getracht de organisatie van onze veroverde stellingen te beletten. Het antwoord, van onze artillerie had uitwerking. Een.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Add to collection

Periods