I Zondag 27 Februari 1916 5 GENTIEMBH Tweede Jaargang Nr 15 GEILLUSTREERDE ZONDAGSGAZET « Bureel : HOPLAND 30, Antwerpen, Abonnement : 2.50 fr. het jaar FAMÎLIEBLAD A.ankondigingan ; 4= bladz., den regel 0.30 Reklaam onder de Financieele aaok. » 1.00 rubriék OVER ALLES d. reg. 1.00 Begrafenisbericht 5.00 Laster en leugens door den Gemeenteraad van Antwerpen veroordeeld In de zitting van den Gemeenteraad van Antwer-1 verleden Maandag namiddag gehouclen, kwâ-L| de schaffflôiij-ke laster en de vermete-le leu-L$ ter bespreking, welke sinds een paar weken Ler de bevolking verspreid werden, met het in-Lt de waardigste en de verdienstelijkste perso-ellte treffen, en bij het volk verdacht te maken. Do gewettigde ontroering hierdoor bij de bevol-jintf verwekt, moest officieel gestild worden en eisch-Leene verklaring van bevoegde personen om den Jjjter en de logen door de waarneid te zien ver- 'dringea- - . . . gr was eene. groote massa nieuwsgiengen opge-pên, zoodat de openbare omheining kroppens vol \\aren .aanwezig : de heeren J. De Vos, burgemees-... oesgifin, Strauss, Albrecht, Cools eh L. Franck, Spenen ; de heeren, Aalders, Arents, Baelde, Bon-L Colbert, Delanoy, Goetschalk, Haezendonck, riendrickx, Langhor, Hoyers, Soeten, Steger.Stroum, Van Peborgh, Verrept, Weyler en Wouters, leden ; je heer Iiub. Melis, stadssecretaris. De heer Randaxhe liet zich verontschuldigen. de ueer Melis, secretaris, gaf verslag der vorige zitting-, iietwelk werd goedgekeurd. Ondervraging van M. Baelde Het achtbaar raadslid zegde : Zooals gij weet, waarde Collegas, worden sinds Bnige dagen allerlel beschuldigingen uitgebraclit ,jii onregeimatigheden welke zouden gepleegd zijn a den bevoorraclingsdienst, zoowel als 111 den dienst îjr stad. Men spreekt van afzettingen van beamb-a en meer anaere îeiten werden verhaald, waar-«r het volk zich verontrust maakt. Ik meen mijnen plicht te volbrengen, met aan het 'jtiepencollege te vragen ons uit-leggingen te geven ■ver die geruchten, welke onzen goeuen naam in rerdenking .brengen. Ook zou ik van het Schepen-college willen weten of het noodige gedaan is, om den laster en logen, welke verspreid worden, tegen \e gaau en de laffe rekels, welke er zich aan plich-tig uiaken te doen straffen. Antwoord van den heer Jan De Vos, burgemeester Ik ben mijn geachten Collega dankbaar, dat hij mij in de gelegenheid stelt, namens het College van Burgemeester en" Schepenen te antwoorden, dat de {fiucliten, waarover hij spreekt, van allen grond (Utbloot en dus schandelijk zijn en lasterlijk. Er vordt inderdaad gezegd dat er in deze laatste dagen fcunbten zijn al-gesteld, en verscheidene namen jorden genbemd. Dit ailes berust op louter logen. Er is in deze omstandigheden geen enkel stadsbe-imbte afgesteld, en er is niet de kleinste reden ge-veest om tegen welken stadsbeambte ook, voor fei-te,i van oneerlijkheid in de bevoorrading, op te tre-len. Hoe zulk gerucht in de wereld komt, is enkel |« begrijpen uit de overspanning der geesten door ta oorlogstoestand. Het is'echter een treuri'g feit, le moeten vaststellen, dat in die geruchten. juist jjersonen gemengd worden, die in de moeilijke om-pdigheden, welke wij doorleven, al hun werk-bdcht en hun toewijding aan de Stad hebben ver- pOverigens dient er begrepen dat de Stad aan de Zaak der levensmiddelen niets te gebieden lieeft. De loevoer van de&s of geen voedingsmiddel is on-àerworpen aan regels en v.erordeningen, en ook aan omstandigheden, waaraan de Stad niets te veran-deren heeft. 1k herhaaL dus nog eens met den meesten aan-drang mijne logenstrafflng, en besluit met een be-roep te doen op den gezonden zin- onzer bevolking, opdat zij zich onthouden zou van een slechte daad, door liet voortverspreiden van de lasterlijke geruchten waarop ik doelde. Zij moet vertrouwen hebben an ons Bestuur dat, sedert de oorlog uitbrak, maar 'één doel heeft gehad, namelijk onze bevolking door allemiddelen te lielp.en, om deze moeilijke dagen .te dooworstelen ! Ik heb overigens niet gewacht om streng op te treden; het zal misschien heilzaam inwerken op zekere lasteraars, wanneer ik hier meedeel, dat er reeds verscheidene proces-verbalen zijn opgesteld en aan het parket overgemaakt. Redevoering van den heer L. Franck, Schepen Voor het Nationaal Comiteit voor Hulp- en Voeding, Provinciaal Comiteit in Antwerpen, wensch ik de logenstrafflng, door den heer Burgemeester in ioo duidelijke termen gegeven, geheel en zonder voorbehoud te onderschrijven. Het Plaatselijk Comiteit voor Voeding, dat voor de bevoorrading van de Stad Antwerpen zorgt, is feu onderafdeeling van het Nationaal Comiteit voor Hulp- en Voeding, en verdient allen lof voor zijne moeilijke werkzaamheid. , Wat verteld wordt over ontdekte oneerlijkheden tngrove onregeimatigheden, zoowel als over gewel-iige incidenten in besprekirigen desaangaande, is niets dan leugen en laster. Het Bureel van het Plaatselijk Comiteit van Antwerpen is samengesteld uit twee katholieken, een sociaJist en twee liberalen. Onze drie grootste staatspartijen zijn dus solidair in deze zaak, zooals overigens in heel het werk Van het Nationaal Comiteit. Aanvallen en laster treffen hen allen op gelijken titel. Niet alleen is reeds de samenstelling van het Plaatselijk Comiteit een waarborg voor zijne werking, maàr het Comiteit staat onder het toezicht van de tak Hulp van het Provinciaal Comiteit van Antwerpen.Deze afdeeling vormt eene samenwerkende maat-schappij, aan al de verplichtingen van eene han-delsvennootschap ondenvorpen, en staat onder het voorzitterschap van den heer Bunge, het alom geëerbiedigde hoofd van het grootste handelshuis van Antwerpen, terwijl het tusschen zijne medebe-heerders mannen telt als de heer Castelein, d.d. Voorzitter der Handelskamer ; de heer Carlier, Be-stuurder der Nationale Bank ; de heeren Montens en Claes, leden der Bestendige Deputatie ; de heeren Priling, Blaess, Delannoy en Verbeek. Buitendien wordt nog een regelmatig kontrool uit-geoefend door de Amerikaansche afgevaardigden. N'ooit werd eene werkzaamheid voor het openbaar lut onder strengere voorwaarden van toezicht' ge-voerd.■hiist lreden morgen heeft de afdeeling Voeding hare wettelijke jaarlijksche vergadering gehouden, waarin hare balans en rekeningen met algemeene ^mmen werden goedgekeurd. . Indien ik op deze feiten de aandacht heb willen "ttoepen, is het niet omdat de uitstekende mannen den dienst der bevoorrading uitoefenen, eeni-l'erdediging behoeven ; zij staan ver boven aile jjanvallen en a.llen laster. Het volk is hun onmeet-"are dankbaarheid vei'schuldigd. Maar de slechte daad aan'zulken achterklap ver-^onden is dat voor de arme stakkers, die zich met e?n karig rantsoen moeten vergenoegen, de ontbe-^gen bitterder worden als men bij hen het gevoe-zou opwekken, dat niet al het mogelijke en met grootste eerlijkheid en zorg, ten liunnen voor-°eele wordt gedaari. De eenige laakbare daden in heel de kwestie der ^voorrading, zijn' die van eenige woekeraars en sjacheraars in levensmiddelen die, om eenige per-soonlijke winst, niet zouden aarzelen de heele be-joorrading van ons volk i-n gevaar te brengen. Zij j'in tôt hiertoe met de grootste strengheid geweerd n vervolgd, en wij zullen dit blijven doen. ik ben geluld|:<T er bij te voegen dat de hoeveel-jeden levensmlttdelen die deze oneerlijke lieden hebben trachten aan te schaffen door slinksche ^ddelen, waar de Comiteiten, hunne leden of hun-inh ■ n voor niets tusschen zijn, zoo goed als noeduidend zijn, dank aan de genomen voorzorgen 811 maatregelen. Men heeft van duizenden tons gesproken. Er is' nog geen sprake van 200, en dan is het nog vol-strekt niet uitgewezen dat dit goederen zouden zijn, voortkomend van het Nationaal Comiteit. Nog minder is het bewezen dat het Provinciaal of het Plaatselijk Comiteit daar voor iets zouden tusschen zijn. Bedoelde hoeveelheid, van ongeveer 170 ton, waar het niet eens zeker is, ik herhaal het, dat ze uit geïmporteerde waren bestaat van het Nationaal Comiteit, geldt voor heel 'het land, en is over verscheidene maanden verspreid. Het is waarschijnlijk rond deze schromelijk over-dreven feiten en door onze eigene.maatregelen van kontrool, dat al die dwaze geruchten in de wereld zijn gekomen. Moge dit eene les zijn voor de toekomst. De men-, schen weten niet wat kwaad zij op deze wijze zouden kunnen stichten. Ik heb er aan gehouden tôt in de bijzonderheden ; te gaan omdat, hoe ongelukkig de tijden ook mogen zijn, ik op den eerlijken naam van ons volk smet i noch blaam wil zien. (Toejuichingen der raadsleden en in de publieke omheining). Ondervraging van den heer Steger gemeenteraadslid Ik verklaar mij voldaan door de antwoorden welke de achtbare heeren Burgemeester en Schepen Franck gegeven hebben. Ik wil ecliter nog eenige vragen stellen over den dienst van den verkoop der levensmiddelen in de winkels van het « Komiteit voor Hulp en Voeding ». Aldus zou ik willen weten of die dienst met de noodige voorkomendheid wordt vervuld, zoodat deze geen reden tôt klagen geve ? Kart er geen verandering aan toegebraclit worden, opdat de personen die naar bedoelde winkels ko-men, daar geen uren meer zouden moeten wachten, alvorens bediend te worden ? Wat zal er nu geschieden met den verkoop der aardappelen ? Het achtbaar raadslid stelt nog eenige andere vragen en drukt den wensch uit dat het mogelijke zal aangewend worden om het volk in de mate van het mogelijke te voldoen. Ondervraging van den heer Jos. Bongers gemeenteraadslid Het achtbaar raadslid, verzoekt zijne collegas hem niet te onderbreken in de uitleggingen welke hij wenscht in 't midden te brengen over den verkoop van levensmiddelen door het Nationaal- Komiteit van Hulp en Voeding. Van eerst af heb ik er verzet tegen gemaakt dat dit Komiteit zelf den verkoop deed en zulks ten na-deele van de winkeliers, allen neringdoeners, die het meest getroffen zijn door den huidigen toestand. De winkeliers had men met den verkoop moeten . gelasten, dan hadden deze nog iets kunnen verdie-, nen, en het publiek had zich niet te beklagen gehad over de bediening. Te Gent gebeurt zulks, waarom kan het hier ook zoo niet ? Ik heb meermaals met den heer Schepen Strauss daarover gehandeld, alsook met den Voorzitter van de Intercommunale Commissie, die thans op de Schepenbank zetelt ; beide hebben mij bc-loofd voor de neringdoeners te doen wat mogelijk is, en mijne voorstellen te onderzoeken, tôt nu1 zijn mijne vragen onuit-gevoerd gebleven. De heer Bongers leest eene reeks vragen af, betref-fende den verkoop van verschillende waren en ein-digt met een dagorde neder te leggen waarbij de gemeenteraad van Antwerpen verklaart de belangen van den Middenstand te zulLen verdedigen en met het oog op den verkoop van levensmieldelen het mogelijke te zullen doen voor de winkeliers. Redevoering van M. Strauss, Schepen De heer Strauss beantwoordt de vragen der twee voorgaande sprekers. Er moet een verschil gemaakt worden zegt hij, tusschen de lokale magazijnen en' die van de Stad. De eerste staan onder amerikaansche contrôle en de gegeven onderrichtingen moeten streng gevolgd worden, wil men geen gevaar loopen heelemaal niets meer te krijgen. Ik ben ervan overtuigd, zegt spreker dat, liever dan heelemaal niets meer te hebben, iedereen de onaangenaamheden van. lang wachten en verscherpte contrôle toch maar voor lief zal nemen. Trouwens, als de menschen zoo lang moeten wachten is het toch hun eigen schuld : iedereen wil de eerste dagen bediend worden en men vçrdringt elkaar ; maar de tweede week komt er bijna niemand meer... Wat de aankoopen betreft, door het gemeentebe-stuur gedaan het is tegen wil en dank dat daarmee begonnen is ; alleen toen men zag hoe de spéculateurs optraden en de prijzen opjoegen, werd be-sloten dat de Stad mede aankoopen zou doen. Spreker weidt breedvoerig uit over de aardappel-quaestie 'en toont aan dat het verbruik geen gelij-gen tred kan gehouden hebben met den overvloe-digen aardappeloogst van dit jaar ; men moet dus aannemen dat groote hoeveelheden nog verborgen zitten die wel zullen los komen, nu de Stad in Hol-land groote hoeveelheden aardappelen heeft aange-"kocht welke nog enkel op « consent » wachten om te kunnen worden aangevoerd. Wij hebben ook, zegt spreker, suiker en koffle aangekocht ; maar we hebben die koopwaar nog niet hier. Zoo hebben we drie honderd duizend kilo-gram koffle aangekocht, dat is ongeveer een kilo-gram per hoofd en dat misschien voor langen tijd. We zijn echter nog niet eens zeker dat we die koopwaar zullen hebben en... de heer Bongers zou reeds magazijnen van verkoop willen instellen ! Wij verdedigen allen den kleinen middenstand zegt spreker, meer misschien dan M. Bongers ; ik ben vast geen partijganger voor het leveren aan par-ticulieren ; maar in oorlogstijd moet men de bevolking vrijwaren voor speculatie geest ; als het aan-bod zwakker is dan de vraag, stijgen de prijzen en de « accaparem's » maken woekerprijzen voor hun gestapelde koopwaren. Er moeten dus niet meer slachtoffers gemaakt worden dan er nu al zijn. Als we vrijheid van handel hadden zou ik natuurlijk zoo niet spreken, maar nu moet ik mij plaatsen op een ander standpunt en ik ben ervan overtuigd dat in deze omstandigheden na overweging eenieder zoo denkt. De heer Schepen Franck zegt dat de middenstand inderdaad zwaar getroffen is ; toch was men bekom-merd om er voor te doen wat mogelijk is ; spreker noemt de werken op, ingesteld ten voordeele van den middenstand, zooals de instelling voor krediet, het « werkhuis » dat aan duizenden meisjes arbeid verschaft en dat een zeer nuttig werk is, het Hulp Comiteit voor de Schamele burgèrs, enz. Aïs men ertoe kan komen de winkels rijkelijk van waren te voorzien zoû men dat natuurlijk doen zegt spreker ; maar er zijn omstandigheden die dat nu beletten. Zekere levensmiddelen zijn slechts te krijgen als men rechtstreeks aan de verbruikers levert. Ik ben ervan overtuigd zegt spreker, dat de heer Bongers de eerste zal zijn om zich met die hoofdvereischte eens te verklaren. Vermits M. Bongers vreest dat het College zijn voorstel zou onderzoeken, is spreker het erover eens, zijn verzoek in te willigen. De heer Bongers stemt ermede in, op voorwaarde dat het onderzoek spoedig gescliiede. Op voorstel van den heer Royers drukt de Raad den wensch uit dat de vraag van den heer Baelde, alsmede het antwoord van den heer Burgemeester, en de vraag van den heer Steger bij middel van plakbrief aan de bevolking zou kenbaar worden gemaakt.De andere punten van bestuurlijken aard worden aile met algemeene stemmen aan genomen. De openbare zitting werd geheven om 5 1/4 uur. BERICHT Van af 4 Maart zal De Zondagsgazet regel matig op 8 bladzijden verschijnen. De voort-durende opslag van het papier laat ons echtei niet toe het blad aan 5 centiemen te blijven verkoopen. De prijs wordt dus van die'n dag af op 10 Centiemen gebracht. Wij hopen dat onze getroir.ve lezeresser en lezers deze schikkingen met wehvillend-beid zullen aanvaarden. BEZIJDEN DEN OORLOG Hoe minder ontwikkeld en m.inder wetend duf minder kennend de mensch is hoe geringer ook lie begripsvermogen is ontwikkeld waardoor hij to besefrtng komt. Waar geen besef is, ontbreekfc ook de rede van daar dat kinderen, idioten, krankzinnigen of ge brekkigen ook als ontoerekenbaàr worden be schouwd, voor begane daden die niet strooken mei de vastgestelde regelen. van onze samenleving. Op enkele uitzonderingen na zijn echter aile men schen voorzien van zintuigen die ons het leven on ons heen doen gewaarworden, en uit dit gewaar worden is de Rede — het denken, verstand — en d( meerdere of mindere harmonieuze sameuwerking der geestvermogens ontstaan. Is nu iemand welnig ontwikkeld, weinig wetend maar leeft hij toch in een centruin van iiooge be schaving als Antwerpen, dan doen, zoowel bij der grooten mensch als bij het kind, de manifestatiet van het wereldleven om hem heen, indrukken ont staan, die zijn ongekweekte geestvermogens bewe gen er beelden seneppeç: en zoo... de verbeeldins doet geworden. Hoe geringer dus iemànd van iet£ afweet, des temeer zal zijne verbeelding hem zaker doen fantazeeren die inderdaad niet bestaan. Het tijdperk waarin de menschheid thans evo lueert. levert voor vorengaande stelling duizenderle: bewijzen, bijvoorbeeld. Wederom is het een 13, maar nu februari 1916 Eindelijk hebben we, na dagen regen, een tamelijl' goeden Zondag,. 't is droog, de wiriteravond schijni ons heel diep, en we zien ontelbare heelal lichamen als sterren van verschillende grootte flikkeren en vonklichten. Ons zonnestelsel dat naar de heelal-as schroefsgewijze drijft heeft in haar stelsel natuur lijk eene innerlijke levensmacht, de zon, waarorr heen de er bijbehoorende planeten ijlen, elk in de haa.r eigene bewegingsbaan. Door dit verschil in baanloop en de snelheid van meerdere bewegingen, doet zich aan ons oog hel merkwaardig verschijnsel voor dat wij somtijds be-wonderingswaardige stonden aan het firmament kunnen waarnemen. Nu hebben wij een vriend, die een winkelbedriji doet, daar gaan wij heel veel buurten, omdat wij er veel vernemen. 'l'egen negen uur torenuur komt er een welgekleed heèr hinn^/i en zegt: — Hebî gijlie het al gezien, nu is 't toch zeker dat de En-gelschma.n de Schelde overkomt, ja en met Holland moet het er ook maar vies uit zien. 't Is me nog al eens 'n sport, dat zal wat zijn ! Ge ziet van hier dat men anders tqch den ballon ni&t uit zou steken. En al- uren hangt hij er. En tôt mij omdat ik lachte. —^ Ehwei mijnheer, gij steekt met ons. altijd den zot, maar de" ballon captief hangt er. Met honderden staan de menschen er naar toe te aien. Ge kunt zoo duidelijk de twee lichten er van zien ! Vooruit kom zien. Ik mee. Toen wij terplaâtse kwamen — zeide mijnheer. Eh wel, wat zegt gij, wat denkt gij er van. — Dan verklaarde ik hem, dat dit sterren waren, dat hij die eene zeer groote ster, wie weet .hoeveel maal al had gezien, dat zij Venus is genaàmd en een planeet van ons zonnestelsel was. — Doch hij liep vertoornd he&n, mij om mijn ongeloof aan.zijn «ballon captief » naar de maan wenschend. Den Dinsdagavônd er op volgend weer bij mijn vriend zijnde, komt toevallig en gelukkig mijn naar de maanwenscher weer binnen, er waren meer menschen — die er ook aan- ballonnetjes geloofden. Hij sprak.mijnoe en vroeg of ik nu nog twijfelde aan hetgeen elkeen wist en vertelde. Als eenig antwoord trok ik een « Nieuwe Courant » uit mijn zak en zei : Wat moet die ballon dan toch verbazend hoog gestegen zijn en wat een sterke en kolossale kabel heeft men er voor noodig om hem zoo hoog te laten stijgen, dat men hem over half Europa kan zien, doch luister eens ik lees hier : « Conjunctie van Venus en Jupiter » Zondagavond deed zich aan den sterrenhemel een merkwaardig verschijnsel voor. De planeten Venus en Jupiter stonden op minder dan een maandoorsnede van elkander af. Omtrent dit verschijnsel lezen wij in het.NiEUWs van den Dag : ' De zeer snelle bewegmg van sommige planeten, die gewoonlijk niet sterk in het oog valt, is dezer dagen ook voor het vrij-onverschillige publiek op alleraardigste wijze aan den hemel gedemonstreera. Een paar weken geleden nog kon men, aan den helderen avondhemel na het ondergaan der zon, niet ver van den smallen maansikkel twee mooie « sterren » zien : Jupiter en Venus, op aanzienlijken afstand van elkaar sedert echter is de avondster Venus, zich van de zon verwijderend, (?) met groote snelheid op Jupiter afgekomen en Zondagavond waren de twee planeten in « conjunctie » gekomen, ze stonden op'minder dan een maandoorsnede van elkaar af. Het was, in de prachtige avondlucht, een schit-terend en fantastisch schouwspel. De twee liemel-lichten leken wel twee oogen van een monster, en bijgeloovige middeleeuwers (zijn ze allen «itgestor-ven ?) zouden er een voorteeken in gezien hebben, indien er in onzen tijd nog voorteekenen noodig waren ! Overigens zou de samenvoeging van « Macht » en « Schoonheid » niets dan goeds kunnen aanduiden en men kan er wat onderverwedden, dat elk der oorlogvoerenden het teeken des hemels op zich zelf toepast. De « oogen » waren echter zeer ongelijk. Jupiter is anders de helderste planeet aan den nachtelijken hemel, maar zoo vlak naast de vonkelde Venus leek zijn licht geelachtig en maar vrijzwak. VVerkt het weer mee, dan kan men nog enkele avonden de twee planeten dicht bijeen zien, Venus verwijdert zich echter. Aan den tegenoverliggenden horizon staat de rossige Mars, die al vrij helder wordt; naar het zénith toè in de Tweelingen, nog een groote- planeet : .Saturnus, die met zijn doffer licht nu weinig in het oog valt — hij is niet eens zoo helder als Sirius — maar in den kijker zijn ring heel aardig vertoont. » En zoo weten de menschen nu weeral naar wat zij gedurende eenige avonden gekeken hebben. ONZE VOEDING DE AARDAPPELEN Uit het verslag van den gemeenteraadL heeft men kunnen opmaken dat de aardappelen ons niet van zelf zijn toegekomen en de aankoop ervan, welke in Plolland gedaan is, nogal wat geloop gevergd heeft. Een komiteit, samengesteld uit afgevaardigden der verschillende groote Belgi-sche steden, is door het « Nationaal Komiteit » naar Holland ffezonden ge-weest voor den aankoop der aardappelen. De onderhandelingen met de Nederlandsche Regee-rrng zijn gelukt om 40 miljoen kilos aardappelen aan 1 te koopen, waarvan de verzending naar België reeds begonnen is. Te Antwerpen is ook reeds een groot aantal dezer aardappelen aangevoerd en in eenige der magazijnen nedergelegd. Zoodra al de aardappelen zullen toegekomen zijn, wordt met" den verkoop begonnen. OPCEPAST! In vooruitzicht van den verkoop van aardappelen is er vastgesteld geworden, dat een aantal personen voe-dingska'arten zijn komen vragen op naam van personen die .nog in het buitenland verblijven. Die kaarten zijn hun afgeleverçl door het vais oh handteeken dat zij in het afleveringsregister geschreven hebben. Het bedrog is gelukkig spoedig ontdekt geworden, evenals enkele personen die er zich aan plichtig hebben gemaakt. Deze laatsten worden bij het Parket aangeklaagd en vervolgd voor aftruggelarij gepleegd bij middel van valsch handteeken, du-s voor twee misdrijven. De straf welke zij zullen oploopen zal niet gering zijn. De andere bedriegers, die nog niet ontdekt zijn en het zouden wagen zich met de « gefraudeerde » kaart àan te bieden in de magazijnen, kunnen verwachten i dat zij wat andeis zullen ontvajigen dan levensmidde-: len. Daarbij zal aan deze bedriegers ook hunne voe-dingskaart âfgenomen worden. alsook aile hulp of • steun van welk Komiteit of instelling ook. SUIKER EN KOFFIE Indien het nieuws bewaarheid wordt hetgeen ons door een geloofweerdig persoon wordt aangebracht, . zou het « Voedingskomiteit » in onderhandeling zijn voor den aankoop van een .grooten stock suiker en . koffie. VEE De vooruitziohten no-pens den aankoop van vee doen vermoeden dat de prijs van het vleesch zal verminde-ren. Zooals wij reeds onder « Over ailes » vermeld hebben, is het aantal stuks vee op de groote markt van Curegihem-Brussel tekoop gesteld, merkelijk in ■ verhooging. Die toestand is ook vastgesteld geworden te Luik en te Antwerpen. Bl.ijft zulks aanhouden, " dan zal zonder twijfel het gesla'cht vleesch, als na- • tuurlijk gevoig, iri prijs verminderen. Het is te hopen. ONZE VOEDING Het « Nationaal Komiteit tôt Hulp en Voeding » heeft. in een zijner laatste vergaderingen de hoeveelheid van h^t rantsoen vastgesteld waarop iedere fami-lie recht heeft volgens het aantal personen, waaruit ze is samengesteld. Iedereen zal begrijpen dat zulks noodzakelijk was, opdat iedereen zoude hebben waarop hij recht heeft, en — indien het er is — alleman zoude kunnen be-zorgd worden wat hem toekomt. De prijzen der rantsoenen voor spek, reuzel en rijst zijn als volgt vastgesteld :' Aantal personen Rijst Spek Reuzel Een- 0.83 0.56 0.60 Twee 1.65 1.12 1.38 Drie. . . . . ^ .2.48 1.68 2.07 Vier 3.30 2.24 2.76 Vijf 4.13 2.80 3.45 Zes. 496 3-36 4-14 Zeven .... 5.76 3.92 4.83 Acht. . . . . 6.60 4.46.. 5.32 Negen .... 7-43 5 04 6 21 Tien . . . . . 8:^5 5.C0 6.90 Elf Q.08 6.16 7-59-- Twaalf. . . . g.90 6.72 8.28 Dertien. . . . 10.73 7-2S 8.97 Veertien. . . . 11.55 7-84 9.60 Vijftien. . . . 12.38 8.40 10.35 UIT BORGERHOUT In mijne vorige kronijk zinspeelde ik terloops op het herhaald' gekibbel, in vroeger tijden, tusschen Borgernout en Antwerpen. Ik haastte mij echter erbij te voegen dat dit gehaspel steeds zonder merk-baren invloed op de goede betrekkingen tusschen de bewoners van beide gemeenten gebleven is. Het langdurigste en merkwaardigste dezer geschil-len waarvan de lierinnering levendig gebleven is, zal wel datgene wezen in de zestiende eeuw opge-rezen tusschen de beenhouwers van Antwerpen en die van Borgerhout. \'olgens de aanteekeningen van onzen archivarls .T. B. Stockmans waren de beenhouwers dezer laatste plaats omstreeks liet jaar 1570 wel vijftig in getal. « Qnze gilde, schrijft hij, was bloeiend-en de nacht-merrie der stedelijke of binnenbeenhouwers. Wel is waar stonden deze hunne medebroeders uit Borgerhout overal in dert weg en zouden hen vrij gaar-11e uit de stad hebben gekegeld ; maar hier hadden zij af te rekenen met het volk der stad dat volop zijne gunst aan de jongens van den buiten gunde, omdat zij deugdelljke en goedkoope waar leverden. Ook wisten onze kerels maar al te goed hoe duur-baar de vriendschap der landbestuurders was, en geregeld ging er eene malsche brok naar de heererî te Brussel of elders, waar er iets mede te verdie-nen was ! 't Is mijn doel niet hier in 't lang en in 't breed uit. te weiden over al de onderhandelingen, beraad-slagingen, «smeekschriften, verordeningen, twisten, gewelddaden, réchtsgedingen, enz., waartoe die ver-deeldheid tusschen binnen- en buitenbeenhouwers aanleiding gaf. Het bestek der Zondagsgazet laat zulks niet toe en de feiten zijn overigens van de meeste lezers genoegzaam gekend om dergelijke uit-' weiding onnoodig te maken. Slechts enkele in 't oog springende gebeurtenissen wil ik aanhalen om te doen uitschijnen' tôt welkèn graad van heftigheid die « slachtersruzie » somtijds steeg. In 1584 had het Antwerpsch Magistraat, tegen den wil der stadsbeenhouwers in, beslist dat de vleesch-houwers van Borgerhout en Berchem zich binnen de stad vestigen, doch hunnen handel slecht# eenen dag per week, in en voçr hun huis, uitoefenen moebten. Die verordening werd eenen tijdlang ge-trouw nageleefd, doch langzamerhand begonnen de buitenbeenhouwers op ongaoorloofde dagen te verkoopen in aile plaatsen en kwartieren der 6tad, ja, bekreunden er zich zelfs niet om als zij daarover werden berispt, doch droegen stoutmoedig het vleesch openlijk bij de burgers aan huis. Hierop groote verbolgenheid bij de stadsbeenhouwers, die doodeenvoudig besloten zich zelVen recht te doen. Met geweld drongen zij in de huizen der buitenbeenhouwers, en braken er al de sloten, kis-ten en schapraaien open om te zien of er geen vleesch- verborgen zat. De tussclienkomst dér over-heid was noodig om aan deze baldadigheden een einde te stellen. De buitenlieden wisten zich bij gelegenheid al even beslist en hardhandig aan te stellen als hunne stielgenooten van binnen de vestingmuren. Op eenen nanoen van December 1632 waren een zevental dezer laatsten hunnen rondgang gaan doen van poort tôt poort', ten einde de buitenbeenhouwers onverwachts op misbruiken te betrappen. Gekomen op de rui omtrent de Bontemantelstraat, zagen zij eene menig^ te rnans- en vrouwsperson«n, « gewapend met bloote messën of opstekers en eenen armvol steenen », dreigend en bulderend op hen afstormen. De voor-naamste aanleider van de bende was de zoon van den buitenbeenhouwer Jan van Gansen en zijne vrouw, die « met groote furien ende gerucMt van roepen ertde dreygementen » hen dapper naderden, hen jagende tôt in de Huidevettersstraat, voor de woning van den schepen Vekemans, en roepende met luider stem : « Dit syn de vleesdieven ! » De benauwde Antwerpenaars vonden eene schuilplaats in hoogergemelde woning en dienden eene aan-klacht in bij den scliout, echter zonder noemens-waardig gevoig. Een Borgerhoutsch slachter, Hans Stynen, had in 1614 de stedelijke verordeningen op den vleeschver-koop overtreden an werd deswegen» tôt eene boete van 150 gulden veroordeeld ongerekend de procès kosten. Dezelfde had op St-Nicolaasdag van het vorig jaar grove scheldwoorden tôt de dekens van het Antwerpsch beenhouwersambacht gericht en hun onder andere van omkoopbaarheid beschuldigd met deze woorden : « het gelt dwelck dat stom is, maakt recht wat crom is. » Wegens dit vergrijp voor het college van burgemeesters en schepetien geroe-pen geweest zijnde, moest hij daar op zijne kniëen schuld bekennen en vergiffenis vragen, vervolgens eene bedevaart doen naar Onze-Lieve-Vrouw van Scherpenheuvel en daarvan binnen de veertien dagen het bewijs inleveron op «traffe van « arbitrale correctie ». Oorspronkelijke en . kordate rechtsple-ging, voorwaar I Rond betzelfde tijdstip werd een steedeche vleesch-houwer J«ak Verschrieck, door. vier buitenbeenhouwers te paard gezeten, op den weg van Lier naar Antwerpen, aangevallen en tôt tweemaal toe ter aarde gereden, daarenboven met een bloot mes be-dreigd, en toen een der aanranders, oordeelende waarschijnlijk dat het zoo al wél was, zijne hand-iangers van verdere geweldenarij wilde terughou-den, ontving hij als repliek : a Moetwillige, wilt ghy 't u moyen, wij geven u ooek eene snede door it backhuys1 » De binnenbeenhouwer Hans Bordincx had door zijnen zoon te Austruweel, rond den jare 1607, ter, huize van den landman en buitenbeenhouwer Willem van den Wiele, doen slachten «< zekere koe die ziekelijk was », welke hij daarna aan denzelfden Willem verkocht, « om binnen synen huise onder syne arbeiders ende gravers, die hij zeer vele heeft, te slijten ! » Bovendien bracht dezelfde Willom nog veertig pond gezouten vleescii ter markt, overge-schoten van de bruiloft van zijnen zoon. Inmid-dels waren de binnenbeenhouwers aan zijn kraam gekomen en hadden gemejd vleesch aangeslagen, roepende in de omliggende straten, « dat het volk maar bij de buitenbeenhouwers moest vleesch koopen, om ongezonden kost, waar de pokken uitdro-pen, te eten ! » Was het niet, alsof de binnenbeenhouwer kwaad vleesch aan den buitenman had verkocht om dezen alzoo in moeilijkheden te feren-gen ? Men ziet het, de vijandschap tusschen de mannen van Antwerpen en die van Borgerhout kon wc! niet' verder gedreven worden — en men zou van-daag, bij het vernemen hoe verstandig zij elkander nu verdragen, niet kunnen gelooven, dat er vroeger bloed Vloeidë in beide kampen, ware het niet dat er ontegensprekelijke bewijzen bestondert. Bovenstaande aanhalingen ontleende ik meesten-deels aan de. twee terecht geprezen werken. « Ge-schiedenis van Deurne en Borgerhout », van J. B. Stockmans en « De Antwerpsche Beenhouwers », van E. Poffé. Beide kunnen met vrucht geraadpleegd worden door al wie méér omtrent de beruchte been-houwersgeschillen wil vernemen. Arno. Dit nusnmei' be^faRt uit AGHT BLAIZIJDEN OVER ALLES De volgende benosiîiingen werden in het onlangs gehouden kapittel der Redemptoristen gedaan : Provinciaal, P. Van de Steene; r^ctor te Antwerpen, P. Urb. van Eyten; te Brussel, Roelandts; te Luik, P .Dubar; te Bergen, P. Halary; te Doornik, P. Hinta; te Jette, P. Vlassenbroeck; te Sint-Truiden, P. de Smijter; te Roesselare, P .Theyskens; te Beauplateau, P. Costenoble; te Essçhen, P. De Nijs. Criekenland gaat een nieuwe serie. postzegels uit-geven en ditmaal — voor den eersten keer — met de beeltenis van koning Constantijn. Luitenant Cindo, van het Italjaansch leger, heeft een nieuw record van het hoog vliegen gemaakt. Hij bereikte in 75 ntinuten de hoogte van 5,300 mater. Eugeen Isaye, d|e uitstekende violonist van Brussel, dien> wij hier meermaals op concerten hooïden bij gelegenheid der audities door hem in de zaal van het Kon. Kunstverbond, heeft met een groote fonograaf-iirma van Amerika eene verbintenis gesloten. Hij zal binnen enkele dagen naar Amerika afreizen. Geruchten worden verspreid, volgens dewolke het inz:cht zou bestaan de Belgen, die onder kontrool zijn, bij het Duitsche leger in. te deelen. Er wordt ons daarover medegedeeld dat daar goen woord van waar is; zulks blijkt uit de bekendmakingen van den gene-raal-goeverneur van 22 December 1915 en deze van den goeverneur van Antwerpen van denzelfden datum. Deze bekendmakingen zijn thans nog van kracht. Het is best tegen dergelijke ongegronde beriefeten in te gaan en er geen geloof aan te hcchten. Te New-York gaat men de grootste kerk der wereld bouwen, op verzoek van de Amerikaansche bisschop-pen; zij zal de kleinigheid kosten van 25 millioen dollars of honderd en vijf-en-twintig millioen frank. Hare lengte za! die van Sint-Paulus te Londen, welke 152 meters telt, met i^meters overtreffen; en de dom der Sint-Pieterskerk, te Rome, welke 132 meters hoogte heeft, met 13 meters te boven gaan. Deze reuzen-tempel, welke aan de H. Sofia zal toegewijd worden, zal niet min dan 70,000 personen kunnen ba-vattem. De bouwkundige versieringen, als de mozaiek, marmeren kolommen, beeldhouwwerken, portale» en anderen, zullen alleen eene uitgaaf van 50 mil.ioen frank ver-eischen.Op 18 Junî 1895 stierf Mgr Sacré, pastoor van O.-L.-V. kerk en plebaan van Antwerpen. Hij volgde de E. H. Beeckmans, die op 25 April 1868 gestorven was, op. Mgr Sacré was destijds aalmoezenier in hc: Pausebjk leger geweest. Op 29 Juni 1893 vierde Mgr Sacré zijn zilveren jubelfeest als hoofd der dekenij Antwerpen. De Kollandsche haring, aihoewel er dubbele vangst tegenover vroeger j'aren is geweest, blijft zeer duur, daar de Nederlandsche regeering weigert dezen volks-visch naar België te laten verzenden. De Ncorweeg-schc haring, welke dien van Holland goed vervang<"n kan, is ongelukkiglijk in veel minder aantal gevangen geworden als vroeger. Dit feit is voor ons, Belgen, een tweede tegenslag. Er wordt bij de Nederlandsche Regeering aangedrongen een deel van den rijken oogst, welke opgedaan werd, aan België af te staan. Z. H. Paus Benedictus XV heeft door tusschen-komst van Z. Ex. den Nuntius eene som van 9,000 fr. doen bcstcllen aan den Z. E. Pastoor-Dekcn pan Brussel, om aan de EE. Pastoors van de v©orsteden der hoofdstad overhandigd te worden ten voordeele hun-n»r liefdadige werken. Een bclangrijke postzegeltentoonstolling zal in de maand September e. k. te Utrecht geopend worden ter gelegenheid der tiende verjaring van den aldaar bestaanden « Kring van Zcgelverzamelaars ».

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.