De Belgische Standaard Door Taai en Volk Va or God en Ha&rd en Land « DE BELGiîCHE STANOÂARO » vei'SGhiint 4 maa! te week. Abonnementsprijs voor 50 nummers bij vooroitbetaling. Voor de soldaten : a,50 fr. Voor de niet-boiùaten — in 't land 3.50 fr. ; buiten 't land 4.50 fr. Indien meer exem^ia/en van elk nummer worden gevraagd, wordt de abonnements-prtjs minder. IBestuurder : ILDEFONS PEETERS. VASTE OPSTELLERS : M. E. BELPA1RE, L. DUYKErS, Victor VANGRAMBEREN, Bertrand VAN OER SCHELDEN, iuul FILLIAERT. Voor aile mededeelingen zich wenden tôt : Villa MA COQUILLE, Zeedijk DEPANNE. Aankondigingen : 0.25 fr. de regel. — Reklamen : 0.40 fr. de regel. Viuchtelingen : 3 inlasschingen van 2 regels, 0.50 fr. De Bloedwraak. Een viersiroom woelt in ous, en bruischt door hert [en aadren ; wij voelen 't, 't is de wraak, de bloedwraak onzer [vaadrcn ; zij leeft in ons, en spoort ons onweerstaanbaar aan om tôt den laatsten man den vijand te verslaan. Wij zijn niet kleen, maar groot ; in onzen stam her- [leven de reuzenkrachten die weleer heel 't Westen deden • fbeven. Wij zijn het puik van 't Volk dat stichtte eens Fran- [kenland, der Belgen trots, de kerels van het Vlaandrenland. Verkroppen zouden wij, dat men ons erf met puinen bedekt van aan den Maas, tôt aan de blonde duinen ? Nog eerder stormt de zee door 't stervend vaderland dan wij ooit kussen laf, een Slavenjuk vol schand. Wij zouden als een lam, 't hoofd in den schoot dan [leggen, en voor een vreemd bedwang,nog schoon «uw dienaar» [zeggen ?■ Die denkt dat 't hier maar t' eischen, te gebieden is, hij kent ons volk dan niet, noch zijn geschiedenis. Wij ken' geen overheer, dan onze wettige Vorsten, geen ander schans dan onze koppea en ons borsten ! Gij waant : dit rijk isfiauw, dit volk is kleen, maar trots is deze kroon, en hard die edelsteen ! God schiep dit ijzeren volk, en gaf het ijzeren wanden in 't hooge Westen hier, als scheidspaal van de Landen; En groot is dit kleen volk, dat r*im in eer en weeld, den rijkdom en den roem, van al die Landen deelt ! : Ge zijt niet als ge pocht, "het puik van de Germanen " j maar slechts het overschot; dies mag uw eer wcl ; [tanen ! ; Het uitverkoren deel, het koomt ons Belgen af ; wij zim het edeldom, het koren ; gij het kaf ! Onmenschelijk diet, dat hier te land, zoo menig [werven un grauwig handen met ons edel bloed kwaamt [verven ; Al wat gij eens den minsten Belg hebt aangedaan. dien smaad hebt gij voor vast, op iederen Belg gelaan. Ge stelde i., vier en vlam zoo menig vlaamsche stede 1 zchooren mij, zegt gij, métal hunheerlijkheden. Wacht maar, tc-n zegetijd, al had ik maar één hand Ik stak nog d'eerste stad van 't beulenvolk in brand ! Gij hebt het heilig recht en d'heilige eer versmaden gij dreeft uit Hof en Huis, ons Koning en zijn Gade. ; Uw keizer greep meineedig Kerk en Staat ter keel ; , eens vindthem God, en schenk' hem dan Hcrodes deel! \ Gij hebt ons heilig huisge-jin, ons christen moeder, \ ons vader vroom, ons zuster teer, ons broeder mishasdeld en onteei d, gemarteld en gemoord ! Hebt gij een huisgezin ? Dat het die stem nu hoor ! Gij hebt ons kerk en schoon, met oud-en kostbaarheden, met kunstgewrochten fijn, vernield, met voet ver- [treden ; j Ons Godgewijden grond doorploegd in haat en hoon;.. j zegt, hebt gij tempe'.sook ? Waar rusten uwe doôn ? Ha ! uit het kunstbeluik, van al de wereldlanden, ziet nu het schandwerk op uw vuige voorhoofd branden ] De schilders, dichters, kunstgenieh al te gaar ! Draagt dan bewust dien vloek van : onmensch en bar- [baar ! Nu hebt gij uitgebeuld ; ons bloed koom op u neder ! Wat gij ons gaaft, dit geven wij eens dubbel weder ! Dit is ons bloedwraak, u verklaard met overmoed : wij eischen kop voor kop, wij eischen bloed voor bloedl Meent niet dat uw geweld en uw gedruisch ons schrikken ; al moesten ,ti»n maal meer kanonnen op ons mikken ; Vraagt nooit om vreêverdrag of om een vroeg verzoen, maar wat een Artevelde of Breidel nu zou doen ! Edoch, onschuidig bloed verf nooit ons kristen handen: de monsterdraak aileen verbrijzelen wij heur tanden, endrijvenz'in haar krocht. gekortvlerkt, dan ontlet, en uitgebloed, onschadeiijk van kant gezet ! Wij zullen uwe dochters noch uw zoons niet hinderen, wij moorden geene moeders, moordengeene kindren ; maar de Ijzeren kuil, dit zweren wij en heffen d'hand, de hel van Essen moet ten grond eens afgebrand ! Moog God dan t' allen tijd Europa's voik bewaren ! Wij wenschen niet uw dood.maar wilien geen barbaren Doch houdt g' uw herschenschim, uw kultur dan nog f staan wij zullen, zweren wij, den reuzenkamp hergaan. 10-5-15 H. NOKDA. Ylaanderen den Leeuw ! Zij zullen hem niet temmen, Den fieren Vlaamschen Leeuw... Dat is tegenwoordig; de grond- j toon in België, 't zij aan 't front,waar j de krijgers hardnekkig strijden voor de verlossing van 't Vaderland ; 't zij in 't bezette gedeelte, waar de over- weldigers op allerhande wijze ge tergd,getrotst worden,waar niema' à wil onderdoen. noch arbeider, noch handelaar, noch ambtenaar, noch bediende — getuige het vieren van 's Konings verjaardag te Antwerpen en Brussel ; getuige die prachtige houding der postbedienden die, in algemeene vergadering te Antwerpen, besloten liever honger te lijden dan hun handteeken te plaatsen on-der een Duitsch document ; die in een manifest dat als een kaakslag klinkt, hunne loyaliteit verkondden, hunne verachting voor den laffen indringer. Neen, ons volk is niet te temmen. De Duitscher met zijn ingeboren lompheid, zijn gémis aan verstand van der anderen gezindheid, had ge-dacht dat wij te dwingen, te verdruk-ken, te koop waren. — Men oordeelt de anderen altijd naar zich-zelven, en de Duitschers zijn een slaven-volk, een volk van knechten, laag voor de grooten en trotsch voor de kleinen, bukkend voor de verdruk-king en hoogmoedig in de overheer-sching. — Maar neen ! wij zijn niet te koop, te temmen. Wie, die onze geschiedenis kent — de roemrijkst-vlekkelooze die be-staat — had er kunnen aan twijfelen? Maar de Duitscher, die muilezel der wetenschap, krom-gebukt met op boeken te kijken, kent van de geschiedenis — gelijk van al het overige trouwens —• enkel de doode letter. De levende geest ontsnapt hem heelemaal ; hij acht enkel stof-felijke grootheid. En zoo verkeerde hij in den waan dat wij ontaard waren, ons roem rijk verleden vergeten, dat onze stoffeîijke welstand zou be-ven voor zij ne bulderende kanonnen, dat de ziel der vroegere helden, er-voor beducht, Vlaanderens bodem zou ontvluchten. Maar neen, zij zijn niet dood, Breydel, De Coninck, Artevelde, de vrije poorters en strijdende gilde-scharen, de helden van gemeente-vrijheden en kampers voor vrijheid en recht ; hun ziel heeft niet ons heldenvolk ontvlucht; zij leeft steeds voort in al die duizenden en duizen-den die strijden en sneuvelen, die zwoegen en bloeden in moer en beemd, in loopgraaf of aan val, en 00k in hen op wie de nog zwaarder taak weegt in vergetelheid en hart-verkroppen stand te houden, kop te bieden aan den gehaten indringer onder wiens hiel zij zuchten. Hoezee ! ons volk is groot ! M. E. Belpaire. Een Engelsch pantserschip in de Dardenellen gezonken. 1 Minister Churchill heeft gisteren in de Ka-mer bekend gemaakt dat het pantserschip GOLIATH getorpedeerd is geweest in de Dar-danellen, wijl hetmoesthetgevecht beschutten -dat de Franschen tegen de Turken op de Aziatische kust leverden. 500 Manschappen verdronken, 180 werden j gered. De GOLIATH dagteekende van 1898. Lengte 119 raeters, breedte 22 meters. Tonnenmaat 13850 ton. Het schip ontwikkelde 13500 paar- -denkracht.De GOLIATH had 4 kanonnen van 305 m/m, j 12 van 152 m/m, 10 van 76 m/m, 6 van 47 m/m en 4 torpedowerpers. Drie TuYksche schepen getorpedeerd. De engelsche onderzeeer E-14 heeft in de zee van Marmara drie turksçhe kanonneerboo-ten tôt zinken gebracht. -y-^.Twasaenagcg- »aae»a*auesH<«eKOT«oh. Leve de Koning en zijn Volk. Belooning. Als roemrijke herd^ king van hun glorie-rijk gedrag hebben al de regimenten voet-volk van het belgische leger, de groote eer verkregen het woord " Yzer,, op hunne vaan-dels te dragen. De batterijen van de 6e legerafdeelingen, evenals de 4e en 5e batterijen te peerd van de 2e ruiterijafdeeling mogen insgclijks het woord "Yzer,, op de kanonplaten schrijven. De 99e batterij zal "Yzer,, vervangen door | "Staden.,, i Oorlogsnieuws. j WESTELIJK FRONT. Het doet altijd weldadig aan zijn vooruitgezette meening in waarheid te zien veranderen. In onze vorige kronijk schreven we dat de Duitschers zich bereidden tôt een nieuwen algemeenen aanval in de Vlaan-ders, rond Yper, maar we steunden er met nadruk op, dat de Bondgenooten wellicht hen niet toelaten zouden, ook maar 't luttelste gedeelte van hun voor-uitzichten te bewerkstelligen. En zoo is het gebeurd ook. In de streek van Arras namen de Bondgenooten zelf het offensief, waren de Duitschers voor en sloegen meteen heel hun langberaamd plan in duigen. Dit offensief, op het juiste oogenblik aangsvat en met hardnekkigheid doorge-dreven, is dan ook de verrassing geweest van deze laatste dagen. Onstuimig werden de Duitsche stellin- gen aangevallen op een front van 50 kilo- meters. Aangevoerd door bekwame over- sten en met den wil te winnen, zijn we vooruitgestormd met welgelukken. In 24 uren overrompelden wij de Duitschers 4 kilometers ver en thans woedt de strijd • met hevigheid voort om de verovering van de laatste Duitsche loopgrachten. ; Of het nu tôt eene beslissing zal komen i in de doorbraak, kunnen we onmogelijk | voorzien, maar we hopen het vast. \ Sedert ettelijke dagen is geen stilstand i in den aanval, maar steeds meerdere ! ' hardnekkigheid in den slag waar te ne-men. Niet alleenlijk hebben we aile Duitsche tegen aanvallen afgeslagen, maar zonder oponthoud, immer terrein bijgewonnen. Het handhaven van het nu veroverd terrein, is op zich zelf reeds een feit ■ van gewichtig belang. Immers het grootste en onmiddellijk gevolg van dit optreden zal wel zeker zijn het opgeven van een Duitsch offensief rond Yper. Ons Noorderlijk front dat er door benard scheen, krijgt er mee verruiming in zijn toestand en in plaats bedreigd te blijven, wordt het nu zelf dreigend. Dit kunnen we waarnemen in de werkdr digheid door ons Belgisch leger en door het Engelsch leger in de laatste dagen afgelegd. Omtrent de on-zekerheid van den toestand mogen we voortaan aile vrees laten varen; en al ware 't misschien voorbarig reeds nu een zege in te zien toch mogen we van nu af aan met betrouwen het verloop van de verdere gebeurtenissen afwachten. Als we kalm overdenken wat reeds in drie, vier dagen is veroverd, (de zand-heuvel van Notre Dame de Lorette, de algeheelheid van de dorpen Carrency en Neuville S' Vaast — al plaatsen die als oninneembaar aangegeven werden), dan mogen we ons optimisme dat zoolang op de proef werd gesteld, gerust laten den boventoon voeren. En met reden. Immers, wij moesten, om dit voordeel te behalen, çnzen toevlucht niet nemen tôt het gebruik van stikbommen of derge-lijke. Alleen ons degelijk materiaal en de moed en wilskracht van de soldaten, waren daartoe voldoende. Dit kenschetst heel den toestand. Ter-wijl de Duitsche soldaten als schapen in 't gevecht geworpèn worden onder de i Laatste IBericIiten. Beîgisch front. — De Duitschers hebben het bruggenhoofd aangevallen, dat we op den rechteroever van den Yzer, ten Noorden Diksmuide, gesteld hebben. Ze werden bloedig teruggeslagen. Krijgsgevangenen werden gemaakt en 200 Duitsche lijken lagen op den oever. Fransch front. — De belangrijke winsten rond Arras hebben we nog uitgebreid. Een geweldige Duitsche tegenaanval in het vierkant van de hoogte van Notre Dame de Lorette en die geheel den nacht aanhield, hebben we gelukkig afgeslagen. De Duitschers lieten honderden dooden op het terrein. In denzelfden nacht (Woensdag tôt Donderdag) hebben we het dorp Carrency geheel ingenomen alsook t bosch ten Noorden. Het garnizoen dat 2500 man sterk was werd in de pan gehakt of gevangen genomen. — 1050 Duitschers vielen in onze handen : Een kolonel, een commandant en een 3otal officieren. Het dorp Neuville viel ook in onze handen naaat we elk huis stormender-hand moesten innemen. In den morgen van Vrijdag zijn we ten Noorden Carrency nog vooruitge-gaan. Wij hebben het dorp Ablain-St-Nazaire ingenomen. De vijand in zijn vlucht heeft het vuur aan 't dorp gestoken. De buit, tôt hiertoe gemaakt, bestaat benevens het gevangennemen van 5500 Duitschers, uit : negentien kanonnen van 77 en ander kaliber, een obuswerper van 105, twee mortieren van 21, 12 bommenwerpers, 50 mitral-jeuzen, 3000 geweren, In 't Priesterbosch veroverden we nog twee loopgrachten. I .— — ! ; bedreigingvan den revolver, is een woord \ van onze oversten voldoende om de sol. | daten als leeuwen op te jagen. Wapen-; uitrusting doet veel, maar mannenwil i doet ailes. : Daarop steunende hebben we de sterk-te met ons. I | Het Belgisch leger heett .'ongen moed, en geest van standliouden. Eene nieuwe afgerichte nulitieklasse van j Belgiës leger isaan 't front toegekomen. Be-j teekenisvol is het feit, want met hunne komst 1 wordt de bewonderenswaardige standvastig-! heid van de oudere soldaten door 'n andere | moreele, onmisbare faktor gesteund : den i uitbundigen moed van fiink-gcdnlde en sterk ! gedisciplineerde jongens. Den lijdensweg van ' ons diep beproefde Vaderland hebben deze , nieuwelingen, voor hunne inlijving stap voor ! stap geyolgd. Van het begin af, der schennis ! j van ons grondgebied, kenden ze de gruwe-len van den oorlog : dit heeft hun moed ge-: sterkt en hun wil gepantserd. De dagbladen, — 't is nu acht maanden geleden — spraken i van den grootschen weerstand van ons Belgisch leger aan de versterkte plaatsen ten | Oosten van ons land. Toen reeds hebben velen onder hen een broeder of niakker in den j eervollen strijd, waaarvan Generaal Léman het grootsche beeld daarstelt, verloren. Te weten.dat ginder een vriend of eene.kennis ' streed, deed hun pijn, niet omdat het gevaar groot en de nood dreigend was ; wel, omdat het benijdenswaardig lot, neven hen te staan j waar de strijd het hevigst en de eer het grootst was, hun niet was beschoren. Namen viel. Moeders treurden het verlies van talrijke zonen, vaders deed het pijn hunne jongens krijgsgevangenen te weten ; zij, de soldaten van de jongste klasse, naarmate ; het land meer bedreigd en de spanning druk-kender werd, voelden des te sterker worden in hun, het gevoelen dat nu openbloeide in zijne voile heerlijkheid en intenser worden i den zucht aan het Vaderland,om in dea strijd ; voor vrijheid en onafhankelijkheid.den toi te i betalen, door eene nederige en tevens grootsche daad. Velen verlangden het naar Frank-rijk afgetrokken en ontmoedigde leger, door hunnen jongen moed op te beuren en hebben zonder dralen, gehoor gevend enkel aan de i stem van Eer en Plicht, de bureelen der in- \ j lijving van vrijwilligers voor den oorlog ver- \ voegd. Zonder door reklamen, zooals de Engelschen 1 rr?et hunnen business-zin en- hun praktisch | gezond verstand er uithangen op aile hoeken | der straten : " The King and Country need j you " ! '' De Koning en uw Land eischen de 1 hulp van uwen jongen ijver. Vervoeg Kit- i cheners leger, morgen staatU insoldatenpak" I enz., enz., niets gehoor gevend aan al wat ^ buiten hen zelven lag om hun aan te sporen | het leger te vervoegen ; zoo zijn ze ingelijfd. Opnieuw uitgerust, treedt het belgisch leger van Frankrijk wedélgekomen in het strijd- pérk. De Duitschers dachten het belgisch leger gevallen om niet meer op t;e staan. Hard r.og was de wederstand in Brabant en Vlaanderen. Haelen, Waver, Dendermonde zijn staalsterlc gegrifd in de geschiedenis der ; eeuwcn. De Yzerstreek verwierf eer voor ons land en eer voor zijne strijders. De soldaten, vrij-: willigers van de jongst aangekomen militi.e-klasse volgden met gloedvolle oogen tfem grootsten slag dezer tijden en met lier gemoedl | hadden ze spïjt nochmaals dien huichelijken stond der vrijwaring van Belgisch Eer eD ' Vrijheid, nooit zaô zeer bedreigd, niet te hebben medegeleefd. Toen achtte de Belgische Regeering het noodig de nu aangekomen militieklasse ge-heel binnen teroepen. Degenen die Dog niet waren ingelijfd als vrijwilligers, hebben toen onmiddelijk ailes bewerkstelligd om het leger te vervoegen. Die toen zijn ingelijfd hoeven voorzeker ook geplaatst te worden op de lange lijst van moedige-vrijwillig-opgekomen soldaten. Hen allen zij lof. Dat uit het eerlijk gevoelen en den ontstui-migen moed die toen de jongsten van ons belgisch leger bezielden en nu nog opwekken, gepaard met de standvastigheid der anderen, daden groeien, grootsch en schoon ter ver-heerlijking en verlossing van ons land. Korporaal Léo DE NAYER. Op wacht, den 5 Meidag 19r5. NAGELDjèUNTJE. Duitsch, duitsch, dotse, Zeven op 'n knodse, Zeven op 'n spelle^ Al de duitschen gaan naar d'helle. Koning Albert DOOR b1 LÇO VAW puyvelde7 hoogleeraar in de kunstgeschiedenis aan de Universiteit te Qent. 1 De Belgen herdenken heden den veertigsten verjaar-da^ van hun koning Albert. Het gebeurt ditmaal zonder trommel en trompet, zonder plechtigen optocht van leger en autoriteiten naar de hoofdkesk in de Belgische steden, waar bij die gelegenheid telken jare een officieel I e D e u m gezongen werd. Luidruchtig; tecstvieren zou een scherpen wanklank werpen in het huidig gedempte volksleven van de Belgen. De stroo mifig van Sympathie zal er niet minder intens om zijn. In de kluis van elk Belgengemoed zal gevoeld, ge-waardeerd, gewenscht en gebeden worden. Men zal io stilte adressen van verknochtheid opzenden naar de» Man aan het front. Bijeenkomsten met vaderlandsche toespraken zullen gehouden worden in elke stad van Ncderland, Engeland en Frankrijk, waar een gedeelte van het verslagen en verspreide volk van België een veilig en vrij onderkomen heeft gszocht. De Belgische bladcn, die buitenlands ver cbijnen, zullen bijzondere feestnummers uitgeven en dat van "De Vlaarnsche Stem,, in Nederland schijnt een historisch stuk te zullen blijven. Wat wij weten over de hardnekkige trouw, die zich bij de Belgen in 't bezette gebied heeft geopen-baard, laat ons vermoeden, dat niet schuchtere zwart-gcel-toode lintjes door 't knoopsgat der mannenjassen zulien priemen op dezen lentedag, dat vele vrouwen manhaftig-trotsch eenknop of broche met het portret. Aan Zijne Excellentie Heer Poullet Belgische Minister Le Havre lBt# Jaar. — N° 59 Vtjf centiemen het nummer Zondag 16 en Maandag M lei 1915.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.