Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen

1197 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 11 August. Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen. Seen on 26 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/fb4wh2fh96/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

ZATERDAG 11 Augustus 1917 3d" JAARGANG nr to STNDIKAAL MEDEDEELINGSBLAD Orgaan van den Anfwerpschen Diamantbewerkers Bond en der Federatie van Vakbonden De redaktie bchoudt zich voor, ingezonden stukken ai of niet te plaatsen VERSCHIJNT B1J GELEGENHEID Redaktie en Administratie : Plantijnlei West, 66, Antwerpen Een spoedige Vrede? Naar aanleiding van een paaropmerkingenover ons vorig artikel eerst het volgende : Door den langen duur van den toestand van gedeeltelijke ontreddering onzer groepeeringen is er natuurlijk eene zekere richtingloosheid in, de rangen der georganiseerden geslopen. Vele vraagstukken, het eene al van meer be-teekenis dan het andere dringen zich dwingend naar voren. Er zijn daarnevens meepingen van beteekenis, van hier en daar voortskomende, waarvoor velen iets meer of minder voelen. Eene vaste richting wordt nu niet, wordt zelfs niet getracht aan te geven. Organisaties nu als de onzebijvoorbeeld, welke op hun programma niet alleen verbetering der stoffelijke positie der arbeiders geplaatst hebben, maar daarnevens 00k hunne zedelijke veredeling — zulke organisaties hebben voor plicht tenallen tijde, voor ailes, te zorgen dat hunne leden klaar zien in de groote zoowel maatschappelijke als economische verschijnsels die zich kunnen voor-doen en nu van zulk enorm gewicht dreigen te worden voor den toekomstige.< ^ang der, zoowel algemeene als partikuliere zaken. Onze leden nu zijn gewoon van de zijde hun-ncr bcstuurders steeds franchement te zien vooruit-zetten wat dezer meening is, evenals zij steeds het reeht hadden dit in zoowel intiemen vorm als openlijk te kunnen wraken of huldigen. Dat de tijden nu moeilijker en onzekerder zijn dan ooit, dat de toekomst zich zoo twijfelachtig en donker voordoet als nog wel door niemandbe-leefd werd, is natuurlijk geen reden om onze leden de voorlichting te onthouden die zij steeds onzerzijds gewoon waren. Integendeel kunnen zij verwachten dat wij in zulke omstandigheden eerder nog het terrein, dat wij gewoon zijn naar de mate onzer krachten eenigzins te verlichten, nog zullen uitbreiden. Dat is de reden, de eenige reden dezer, van vorige en mogelijk nog volgende artikels. Wij wenschen dus niet iemands taak uit de handen te nemen, wij wenschen alleen en uitslui-tend, aan de hand der groote zelfs gruwelijke ge-beurtenissen, onze leden klaar te doen zien daarin, hen te doen begrijpen wat in het verleden slecht was, wat in de toekomst daaraan verandert zou moeten worden. Wie en wat verantwoordelijk daarvoor is. * * Wanneer men zich eenigzins in het probleem van een «Spoedigen Vrede» wil indenken, een overzicht der verklaringen van vooraanstaanden, van personen en bladen, neemt, komt men totde-zelfde slotsom als bij het peilen naar de mogelijk-heid van een «duurzamen vrede». Hoe meer toch, op het politieke terrein, in het-zij gelijk welken staat, die personen en die bladen naar rechts geplaatst zijn, hoe minder kans hun-nerzijds op een «spoedigen vrede». Hoe meer naar links, hoe verder de democratische richting in, hoe waarschijnlijker het lijkt dat den Vrede naderende is. Hier vindt men dus 00k weer dat groote ver-schil tusschen de democratische en autocratische elementen, dat wij bij het inzien der mogelijkheid van een «duurzamen vrede» reeds aantoonden. De eenen toch verlangen niets anders als in vrede en rechtvaardigheid hunne krachten en energie te kunnen inspannen tôt nuttigen, wel-vaart brengenden arbeid. De anderen daarentegen verlangen vôôr ailes het behouden, het uitbreiden neg hunner voor-rechten ; hnnner rijkdommen, macht en heersch-zucht.De «democraten» zich tevreden stellende als de «eer» alshet«grondgebied» gered is,onaange-tast blijft. Het verdere bloedvergieten.landen ver-woesten voor nog andere doeleinden, met afschuw verwerpende. De «autocraten» hunkerende naar uitbreiding van grondbezit en zooveel mogelijk medezeggen-schap, overwicht zelfs over andere zaken ; ge-neigd daarvoor ailes te slachtofferen, hetbloedbad te rekken tôt het uiterste en zich enkel als ver- slagenen neerleggende ; met dan nog de hoop in het hart, zoo spoedig mogelijk aan de revanche te beginnen. Tôt hiertoe is het, tôt het ongeluk der volkeren, nog iinmer het laatstgenoemde, het autocratische element dat in de meeste staten den doorslag geeft, over de macht beschikt. Dat dit mogelijk is, niettegenstaande die groep feitëlijk toch slechts eene zeer kleine minderheid onder de bevolkingen uitmaakt, komt hem natuurlijk gewoonweg uit de eenzijdige, eng nationalis-tisehe begrippen, van jongs af overal het kind ingeprent en welke het speculeeren op gevoels-kwesties heel makkelijk maakt. Want het is toch enkel door aanhitsen en drijven van dit gevoel in ééne richting, dat het die kleine groep bevoor-rechte machthebbers, steeds en nu weer mogelijk was de massas 0. a. naar eene oorlogsramp te drijven, hen in te prenten dat de nationale eer, het nationale belang en God weet wat nog natio-naals allemaal, zulk eene moordpartij eischten. Zooals het hen zelfs mogelijk was de meeste democratische, de van den oorlog walgende ele-menten te beletten, af te schrikken van over hunne vredesverlangens in het openbaar te ge-wagen. In zooverre dat duizenden zulk een gevoel in het hart ronddragen zonder het in het openbaar te durven uiten. Dat is de groote macht van de kleine groep autocraten, dat zij de ziel der volkeren van de wieg af in hare zin en bedoeling heeft kunnen kneden. Dat is de oogenblikkelijk nog, veel mindere, macht der demoeratie, welke wel hare redeneering meer op gezond verstand, nuttigheid en gelijkheid aller volkeren onder en jegens elkaar steunen doet maar welker betoogen en bedoelingen hoe gezond en humaan 00k, het ongeluk hebben op een, juist voor het tegenovergestelde, bereiden bodem terecht te komen ; aarzelende, innerlijk verknoeide zielen te ontmoeten. Den langen duur echter van dezen moordda-digen krijg is een flinke bondgenoot der democratische richting geworden. De triomphzangen en aanhitsingen zijn sinds lang niet meer bij machte de wee en hongerklachten te overstem-men; den angst voor nog meer, nog erger ram-pen te verdringen. Langsom meer toch komen ten allen kante, het gezond verstand, de democratische gevoelens en inzichten tôt uiting. Langsom meer onder de volkeren onttrekken zich aan de begoocheling der tôt hiertoe steeds heerschende elementen, zich afvragende: waarom zij zelve niet evenzoo hunne tôt gezond verstand en menschelijk inzicht drij-vende stem mogen laten hooren als de andere hunne scheldende, ophitsende. . De democratische, de menschelijke gevoelens winnen steeds veld. Gelukkiglijk I Want het zal van hunnen vluggen voortgang afhangen of den vrede « spoedig » komen zal of nog lang op zich laten wachten. Of het moorden en verwoesten zijn einde nadert of nog nieuwe, nog grootere offers zullen geeischt worden. Alleen de overheersching der democratische gevoelens en inzichten kan een «spoedigen» zoowel als een « duurzamen » vrede brengen. En dat eene democratische leiding evenzoo de « eer » en «belangen» der staten en volkeren kan redden en hoog houden mag men eens beproeven te betwisten. L. V. B. Gelijk en Ongelijk «Al het goede hier gaat voorbij den neus der arme menschen» hoorde wij een dezer dagen, over den uitgang der Vischmarkt, eene arme, ha-velooze vrouw zeggen. Die vrouw had gelijk. Het is echter niet alleen op de Vischmarkt en nu zoo ; het was zoo attijd en overal. Aïs die vrouw dus denkt dat dit alleen aan de regeling van het Comiteit ligt, dan heeft zij ongelijk. Dat den armen wroeter, voor en in den oorlog, minder had en minder geteld wierd dan den rijke ligt echter toch grootendeels aan den arme zelve. Hij was het steeds immers welke zich liet verlei- den om de rijke menschen als zijnevertegenwoor-digers aan te stellen overal. Hij, den arme, gelaste den rijke immer voor hem de wetten te gaan maken, waaraan hijgehoorzamen, waarnaar hij leven moet. Is het dan te verwonderen dat de rijke menschen van zichzelve denken datzij varieenebetere stof zijn dan de arbeiders ? En dat hen dan 00k meer en beters toekomt ? En als de werkende klasse na den oorlog weer de rijken als hunne vertegenwoordigers aandui-den, zal het weer zoo zijn ; zal al het goede weer langs hunnen neus voorbijgaan natuurlijk. Dan zal 00k gezorgd worden dat alleen door den wroeter de zware lasten van dezen ongelukstijd gedragen worden. L. V. B. De Christene Vakbonden en de Steunregeling 0e « Christene Vakbonden » hebben de laatste tijden getracht zieh eenigszins te doen gelden op het gebied van de « steunregeling ». Er werden klachten verzameld, protesten ge-stuurd, verbeteririgen aangevisagd,. enz., pnz. Een deel der Antwerpsche pers kwam er zelf» bij tî pas. Ik zal hier niet gaan. trachten te betoogen dat i'eene verbetering noedig of mogelijk is ; dat gro-testen overbodig zijn. Integendeel ! Niemand toch heeft al meer en gestadiger, krachtigen strijd gevoerd tegen slechte steuntoe-standen dan wij dat deden. Eerst buiten de Comi-teiten en later — wanneer ons, op sommige plaatsen, eene sobere vertegenwoordiging was toegestaan — in den schoot dier Comiteiten zelve. En dat wij dan nog meer konden tôt hiertoe is niet onze schuld. Wij zijn toch slechts — en dan nog maar op sommige plaatsen — eene zeer kleine, eene enkel gedulde minderheid en hebben dus enkel ons gezond verstand, goed inzicht en kennie der huidige toeslanden, onze overedings-kracht ter onzer beschikking. Hadden wij, in plaats van en dan nog maar hier en daar, eene kleine, onbeduidende minderheid te zijn, de overwegende meerderheid uitge-maakt in zoo goed als aile steuncomiteiten en hunne afhankelijkheden hadden wij de alleen-heerschers geweest in een deel daarvan en dat van den beginne af, dan hadden wij van eerst af de zaken geregeld zooals ze het best volgens de mogelijkheden en eisehen van den tijd konden geregeld worden. Dan waren er geene verschil-lende «oorten gesteunden geweest maar gewoonweg allen die nooddruftig waren op een leest geschoeid. Ik zeg dus : hadden wij de macht van regeling in handen gehad, dan zouden wij ons niet bezig houden of gehouden hebben met in het openbaar wat woordenrommel te luehten, wij zouden ge-werkt hebben en door ons werk, door eene dege-lijke regeling getoond wat wij wilden. Dat is het antwoord dat ik mij verplieht zie op de openbare rumoermakerij der « Christene Vakbonden» rond en over de steunregeling, te geven. Dat is het eenige antwoord dat hen kan gegeven worden. Want de partij waarvan de « Christene Vakbonden » een onderdeel is had' en heeft nog de meerderheid overal in de steuncomiteiten der provincie Antwerpen ; de alleenheerschappij in velen zelfs. Wanneer men het daar dan wezenlijk zoo goed meent met de "Steunregeling, wanneer men de meening toegedaan is dat er zoo schreeuwende misbruiken gebeuren, dat een deel personen bevoordeeligd worden ten koste van anderen, waarom regelt de partij der « Christene Vakbonden » dat dan niet beter ? Waarom daar in het openbaar gerucht over gemaakt als het anders, als het beter en vlugger kan. Het is toch de meerderheid in een lichaam die verantwoordelijk is voor wat er gedaan wordt, voor wat er niet goed gedaan wordt. Het is toch de meerderheid die de macht heeft. Men zal mij rriisschien antwoorden : « dat de « Christene Vakbonden » maar een deel dier katholieke partij uitmaken welke heel de steunregeling beheerscht, dat het niet hare leden zijn welke die machtspoBities in de steunregeling oekleeden ». Dat is wel mogelijk maar doet niets aan de verantwoordelijkheid dier groepen af, voor wat betreft de, door hen zelve slecht genoemde, regeling van den steun. Als die menschen namelijk, steeds en nog, de meening toegedaan zijn : dat de opperste leiding hunner groepen in handen van edelen, rijke burgers en priesters moet zijn ; dat een arbeider zelve niet bekwaam of geschikt is om in de »p-perste regeling der steuncomiteiten en andere, zoo wetgevende als regelende lichamen op te treden nu dat is hun recht. Elk laat zich ver- tegenwoordigen overal door wie hij wil. Maar van den oogenblik dat arbeiders zichzelve als zoodanig voor minderwaardig aanzien en ver-klaren, de vertegenwoordiging en regeling hunner belangen een anderenoptedragen,vandienoogenblik missen zij het recht zich over de doenwijze van die, door hen zelve verkozen, leiders in het openbaar te beklagen. Men versta mij dus goed ; ik verlang enkel dat men eerlijk weze en wil niet de minste inbreuk op iemands rechten maken. Denken de leden der « Christene Vakbonden » zich onbekwaam, onvo'doende onderlegd om hunne eigene belangen te vertegenwoordigen of te regelen ; meenen zij het beter daarmede een baron, een advocaat of een priester te gelasten... dat is hunne zaak, absoluut hun volste recht en geen haar op mijn hoofd denkt er aan hun dat recht te bstwisten. Maar als dan die, hunne eigene, vertegenwoordigers den boel daar slecht regelen, moeten zij niet door openbare protesten enz. zieh aan de verantwoordelijkheid trachten te onttrekken van iets dat mede met hunne schuld, volgen» hun eigen beweren, zoo slecht of onvoldoende is. De partij der Christene Vakbonden heeft de meerderheid in de steunregeling, de alleenheerschappij zelfs in een grootdeel comiteiten, al» de regeling zoo slecht is als hun blad beweerd zijn zij er dus zelve mede de schuld van. En dan kunnen al die protesten enz. voor niets anders bestemd zijn dan om die schuld, voor de oogen van het publiek te bemantelen. L. V. B. Diamantbewerkersbelangen Erkende Feest dagen. Wij herinneren er onze leden aan dat de in de volgende week op 15 dezer vallendeheiligendageen sinds jaren door onze organisatie erkende feest-dag is. De Heeren Fabrikanten en Fabriekseigenaars worden beleefd verzocht daarmede, zooals voor-heen steeds, welwillend rekening te houden. Voor het dag. Best. L. V. B. Concentratie der Diamantnijverheid De om reden der koienschaarschte door de Duitsche overheid voorgeschreven samentrekking der geheele diamantnijverheid hier, heeft nu na lang onderzoeken en overwegen, een vasten vorm gekregen. Als, trouwens juiste, grondslag is aangenomen dat de grcotste fabrieken in verhouding het minste brandstof verbruiken, waarom dan 00k gewoonweg volgens het aantal molens de volgorde gemaakt is voor de verleende toelatingen om te blijven draaien. Wij laten de lijst hier volgen zooals hij door de Duitsche overheid vastgesteld is. Voorloopig zullen allen die werk hebhen en waar zij tôt hiertoe 00k werkzaam zijn zich op de negen eerste fabrieken der volgende lijst moeten gaan plaatsen. Is het aantal molens daarvan echter niet voldoende daartoe dan komen de volgende fabrieken, trapsgewijze, in gebruik.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen belonging to the category Oorlogspers, published in Antwerpen from 1915 to 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods