Bree aan den Yzer

806 0
01 oktober 1917
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1917, 01 Oktober. Bree aan den Yzer. Geraadpleegd op 13 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/5717m04g9f/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

aïo o n Ûctober 1917 B R E E aan d e n Y 3 E R Oorlogsbladje voor de soldat en van Bree en Omstreken Toegelaten door de Censuur den 23 - 10 - 19.17 n°99C Opsfrel : n.H» CLYSTERS, jlalU» D 83 II. Bij de graven cnaer gesneuvelde makkers Allerzielendag brengt ona met de gedachten en het gebed bij de graven onzer gesneuvelde makkers. Hoe spoedig en gemakkelijk wij ->ok de overledenen vergeten, op zekere dagen, zooals dezen, komt van zelf in onzen geest de herinnering op aan de vr.ienden. die aan onze zijde hebben gestaan en gestreden in dezen blnedigen oorlog, jaet wie wij vreugde en droefheden, • eten en slaping, werk en vermaak, '.mtberingen en gevaren hebben gedeeld, dagen, weken, maanden lang, en die op zekeren dag werden weggemaaid door den.dood. 7ij kenden a&llcander van in de kinderjaren; wij groeiden op en leefden en werkten in eenzelfde .rais, eenzelfde stad, eenzelfde streek; liet samen-leven en lijden gedurende den oorlog ver-nauwde nog de vriendschapsbanden, en wanneer een "îakker viel aan onze zijde of 't nieuws van zijn dood ons ter ooren kwam. dan voelderi wij dat we aan malkander gehecht waren. 73 e een sneuvelde de e ers te dagen, ande-ren op den Yser, later nudeze, dan gene, een kennis, eenvriend, een bro eder. •lie stelde zich dan soins de vraag van het waarom dier dooden ? Het zijn iiamers geen doodén 0elijk wij vroeger kenden, die door ziekte o'f ongeval ten grave zijn gedaald; neen, deze zijn den dood te gemoet ge-gaan, zij hebben zich onbevreesd er aan blootgesteld en hebben hem vlak in de oou,en gekeken. 7at is er dat die jongens, die mannen er toe bradât hun leven, dat een zoo kostbaar goed is, zoo 5ewillig ten offer te bren-gen ? Laat ons het antwoorû zoeken al otaaride bij hun graf : want al zijn ze dood, hun leven en hun dood, hun dood v'ocral, spreekt tôt ons. luide. Wij zijn gesneuveld, zoo klinkt die stem, in den strijd voor eene zaak, voor eene zaak die ni et zoozeer, die niet ail een ons et g en aanbelangt, doen die omvat de belangen, de stoffelijke en geestelijke gosderen. van onze famille, en van onze famille, niet aile en do oh van al de families van onze stad, van al de steden en dorpen onzer streek-, van al de stre-ken en provincies van ons land. .al die goederen. werden- te aamen bedreigd -door een vreemden overweldiger, en om de gansohe gemeenschap. orn het g an s cii e land te verdedigen zijn wij tegen dien vijand ten strijde ge-gaan.-en-om het welzijn van al die faailies te gader, om het tegenwc-or-dig en vooral.het toekomend.welzijn van ons land; willen wij ons eigen persoonlijk belang aan.'t gevaar blcodstellen en zoo noodig ten offer bren&en. 7ij zijn gesneuveld i..i den strijd voor recht en vrijheid; er werd ons onrecht aangedaan met de wapens; dat snrecht îochten wij niet onver--hinders laten gebeuren, met d.e wapens kwamen wij er tegen op. Onze vrijheid was bedreigd. : voor die vrijheid hadden wij veil ons j-eudig bloed en onze^ toekomstdroomen. Aan de zegepraal eener grocte zaak, aan reoht en vrijheid moet men persoonlijk belang en stoffelijk welzijn kunnen opo fferon. Zoo spreken onze dooden, en zij hepen dat hun offer zal vruohthaax zijn en o.at zij niet te vert:,eefs hun bloed hebben gestort. Zij vragen aai hunne makkers d.e taak ""sort te zetten die zij hebben volbracht tôt ter dood. Dan val 1 en. onze oogen op het kruis d.at staat als een standaard op hun graf, op hun hooid. :in wij denken eraan die jongens christene jongens zijn; en onze gedachte klimt op tôt God. ,jrij hooren d.ien God ons zeggen dat na net eerste en hoogste gebod -de liefde tôt God- er een t^eede &ebod oestaat aan 't eerste gelijk : bemin uwen evenna-aste gelijk ^ u zelven. v7ij hooren ciien Godmensch, wiens beeltenis prijlct op dat graf, ons toeroepen dat de ehristelij.:e naastenliefde zich zelf vergeet ten vooid.-: ele van ae anderen, en dat die naastenliefde de grootste is wanne-ei zij ons doet ons levengeven voor onze vrienden, gelijk Hij het eenmaal ' oed op zijn kruis, 7ij begrijpen dan beter d.e red_en van het lijden en .en dooo.. ^ en wij yoelen dat het kruis en de dood, -wanneer zij vereenigd zijn met Zijn kruis en Zijn dood- onmogelijk kunnen blijven zonder vruch-en te o.ragen_. vruchten voor hen die led.en voor Ons Li-even Heer en stier-ven uit plicht, vruchten ook voor de zaak, voor het land, voor het recht en de vrijheid waarvoor zij gerallen jsijn. "7elk halder li^ht werpi", op dat

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Bree aan den Yzer behorende tot de categorie Frontbladen. Uitgegeven in S.l. van 1916 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes