l8t« Jaar. — N° 64 Dinsdag 25 en Woensdag 26 ftlei 1915. De Belgische Standaard Door Taal en Volk Voor God en Haard en Land < DE BELûiiCHE STUNDAARD » versohiist 4 maal te wesk. * j Abonnementsprijs voor 50 nnmmen bij vooruitbetaling. Voor de soldaten : 2,50 fr. Voor de niet-soldaten — in 't lu nd 3.50 fr. ; buiten 't land 4.50 fr. Indien meer exemplaren van elk numm r worden gevraagd, wordt de abonnements- \ prijs tninder. j Il lllllH—■■■■IW—■HWII Il Il II I II III ■!■!■■■ Il IIWIIIMI IMHIIIH — I ■ I il III II II Eîestuurcier : ILDEFONS PEETERS. ,'ASTE OPSTELLERS : M. E. BELPAIRE, L. DUYKErS, Victor VANGRAMBEREN, ! , Bertrand VAN OER SCHELDEN, iuul FILL1AERT. voor aiie mcucueciiiigcii zicn wcuucii lui . Villa MA COQUILLE, Zeedijk DEPANNE, mkondigingen : 0.25 fr. de regel. — Reklamen : 0.40 fr. de regel. Vluchtelingen : 3 iniasschingen van 2 regels, 0.50 fr. EEN PLECHTIG PROTEST OVER DE Oorlogsvoering der Duiischers Men zal zich herinneren dat op het einde van Maart in de Nederlandsche pers een Duitsch officiëel stuk aangaande dit ontwerp gepubliceerd werd en dat het, de heele wereld door, ophef heeit gemaakt. Het was ce» geheim rapport, opgemaakt nadat de bekende be-schuldiging van den Duitschen Keizer tegen de vrij-schutters en de geestehjkheid in België velerlei tegenspraak had uitgelokt. Dit rapport van 33 januari 1915, metnummerM. 165. 15. Z. VI werd gezonden door het Ministerie van Oorlog aan den Rijkskanselier. Het draagt tôt titel : " Beschuldigingen tegen de Duitschers in itake de behandeling van Belgische geestelij-ken,, en erkent dat het gedrag der geestelykhud in 't algemeen, nagedaan onderzoek, correct gebleken is, maar herhaalt nog eens dat vele burgers en enkele geestelijken wat opgetreden zijn tegen de Duitsche troepen. In België werd het stuk niet gepubliceerd. In Neder-land wel, in andere landen —zoo in Spanje — maak-ten de Duitsche gezanten er gebruik van om de Belgen aan te vallen. De bisschop van de provincies Namen en Luxemburg, Mgr. Heylen, die op de hoogte siaat van al de gruwelen in zijn bisdom gepieegd, heeft het rapport gelezen in Nederlandsche biaden en dadelijk een antwoord geschreven, dat waardig is en afdoende. Hij schreef dat den 10 April 11. doch het kon eerst dezer dagen veilig over de grenzen. Mgr. Heylen is een hooggewaardeerde figuur in de katholieke wereld. Hij is de stichter van de international* eucharitische congressen en was de voorzitter van de congressen te Rome, Madrid, Keulen en Weenen. Naar zijn woord zal de wereld luisteren. Zijn proteit, is niet gesteld in de verheven bewoor-dingen, die de filosoof Kardinaal Mercier gebruikte in zijn Vastenbrief, maar het is desniettemin welsprekend in al zijn naakten eenvoud, en treffend. Het zal op zijn minst, door het feitenmateriaal dat het in het wereld-proces tusschen Duitschland en het ongelukkige België aanbrengt, evenveel doordringen tôt het openbaar ge-wetender beichaafde volkeren. Hieronder volgt zijn stuk, dat wij woordelijk uit het Fransch vertalen. I. " In de nota (van 23 Januari 1915 gezonden door den Pruisischen minioter van Oorlog aan den Rijkskanselier ) wordt gezegd dat de burger-lijke bevolkmg van België, met toestemming van de autoriteiten, wier proclamaties haar zouden misleid hebben, zich in ruime mate zou overgeleverd hebben aan verradelijke aanvallen, aan een ongeoorloofden burgeroorlog. Dit feit zou vastgesteld zijn door hon-derden getuigen, die onder eed verhoord werden ; het zou trouwens door geen enkel Belg ernstig betwijfeld worden. Daarzou dan uit volgen dat de Duitsche gruwelen geen monsterachtige misdaden zijn, maar een rechtvaardige verdrukking van een vrijschuttersoorlog. Reeds meermalen hebben dergelijke bevestigingen een formcele tegenspraak opgeloop'en. Het schijnt ons echter dat wij ditmaal staan voôr een officiëcle tus-schenkomst van de Duitsche overheid, en wij herhalen de tegenspraak met meer klem en meer krachtdadig-heid nog. Wij verklaren, te zamen met al de inwoners van onze dorpen, zonder één uitzondering, met het Belgische volk in zijn geheel, dat de quaestie van de Belgische franc-tireurs een legende is, een verzinsel, een laster-lijke aantijging. Het is klaarblijkend dat het Duitsche leger den voet ophet Belgisch grondgebied gezet heeft en er zijnin-val heeft gedaan met de vooropgezette meening dat het zulke groepen zou ontmoeten, iets als een herinne-ring aan den oorlog van 1870. Maar de Duitsche ver-beelding zal alléén niet voldoende zijn om iets te schep-pen wat niet b«staat. Nooit heeft er een enkel franc-tireurs-korps bestaan in België. Dit is z66 zeker dat wij niet aarzelen om plechtig de Duitsche overheid uit te dagen het bestaan te bewijzen van één enkelen groep franc-tireurs, bestaande hetzij v66r, hetzij na den inval in België. Men kent zelfs geen enkel afzonderlijk feit dat burgers op de troepen zouden geschoten hebben, hoewel men niet zou verbaasd moeten zijn over een individu-ëele fout. In vele van onze dorpen, werd de bevolking uitgedelgd, omdat, zeiden de militaire chefs, men een Majoor gedood had, of orndat een meisje een officier had willen dooden, e»z... Nooit werd de zoogezegde schuldige ontdekt en iaij name aangeduid. Dat men dus niet langer de waarheid vervalsche bij middel van deze algemeene en afgezaagde verklarin-gen, die eerst verttld werden door de voorbijtrekkende troepen in onze dorpen, en die daarna de ronde deden ■ in de Duitsche pers en, nu nog aitijd, veikocht worden ; in Duitsche geachriften van tweeden rang, die men ! slechts gemeen zou kunnen noemen, en er nog platen l bij gf ven van Toogenaamde scenen uit den franc - ti- i reurs - strijd (1) Men mottfeiten aanhalen, bewijzen geven : Welke i i» het dorp, welke is het huis, van waaruit een Belg op \ de soidaten geschoten heeft ? Welke is de naam van j den Belgischen burger, die gevat werd met de wapens in de hand ? Wie zijn die getuigen, die bij honderdtal-len verhoord werden en onder eed ? Waarom richt men niet dadelijk met die gegevens (1) /ie : Lûttich, Krieg und Sieg, 1914 (Berlin, Leip. zig, Hermann Hullger Verlag), Major Victor von Sirantz, Die Eroberung Belgiens, 1914. (W. Rober Minden in Wes falen). [Mgr Heylen had er nog bij kunnen voegen het Gedenkboek van den Europceschen Oorlog, onder toezicht van W. A. T. de Mee^ter, 1914 (A. W. Sythoff, Leiden) waarin 00k zulk een reproduc-tie van een Duitsche... teekening is opgenomen in aflovering 6J. de enquête in, die dikwijls uterd voorgesteld, een onderzoek ingesteld door Belgische en Duitsche afge-vaardigden, voorgezeten door een fer soon uit een neu-traal land ? Een eenzijdig onderzoek, als nu door de Duitsche overheid wordt voortgezet, is zonder bewijzende waar-de. Zijn uitkomsten worden op voorhand gemaakt. Het onderzoek wordt niet ingesteld met de noodige voorwaarden van onpartijdigheid ; de getui enissen worden ontkracht door de vreesaanjaging of door het gebrek aan vrijheid ; het is niet eens zekér dat de ge tuigenissen getrouw opgeteekend worden, daar de getuigen hun handteekening moeten zetten onder hun verklaringen, die opgeschreven zijn in een taal welke hun vreemd is. Het belgische volk heeft vertrouwen in de voile waarheid en in de rechtvaardigheid van zijn zaak ; hej vreest dan 00k geenszins den uitslag van een ernstig onderzoek. In afwachting, is het onschuldig en zal het niet ophouden van zijn onschuld te getuigen. Wat de proclamaties van het gouvernement betreft, waarin het onontwikkelde deel van de bevolking een oproep zou gezien hebben tôt een algemetnen volks-oor.og : om over de ongegrondheid van wat de nota verklaart te oordeelen, is het voldoende den tekst van die proclamaties te herlezen : hij is duidelijk en eerlijk, en de proclamaties werden gedrukt en aangeplakt door de zorgen van de meeste gemeentebesturen. Het is een blijk van al te groote naïviteit en van volstrekt won-derbaanijke bekendheid met het Belgische volk, te gelooven dat men in die proclamaties )uist het tegen-overgestelde zou gelezen hebben van wat zij zeggen. Het is daarenboven een bewijs dat men heel slecht de bevolking van onze twee provincies kent : zij is volstrekt niet strijdiustig, heeft een zacht karakter en had, voor den oorlog, geen enkel gevoel van- vijandschap tegen Duitschland. II De nota zegt nog dat ailes leugen is wat verklaard wordt omtrent de marteling, den smaad en de onwaar-dige behandelingen, die men vanwege de Duitschers te verduren had. 1 De opsteller van de nota raakt in een jammerlijke I posiiie door aldus ailes te willen iooehenen. De histo-, rische waarheid heelt haar rechten. Verre van ons de j gedachte iets te willen overdrijven. Wij beweren niel j dat aile troepen, die door onze beide provincies Leen-> trokken, misdaden bedreven hebbefi : meermalen heett de bevolking aan oversten en troepen den lof verleend, dien zij verdienden door hun gemati dheid en hun correct gedrag. Maar daarnaast is het zeker en 00k algemeen bekend dat de duitsche troepen in de i provincies Namen en Luxemburg de onderscheidene j wandaden bedreven hebben, die ontkend worden door J de nota. s En het is niet .minder zeker dat de troepen ze be-s dreven hebben, niet in een of ander afzonderlijk ge-val, maar op eene bijna algemeene wijze en als vol-. gens een systema. Want hoe kan men als " indivi-| dueele " daden beschouwen, feiten die voorvielen, op j dezelfde dagen, bijna overal op een front van dertig \ mijlen ? Rechtmatige verdediging, beteugeling van franc-tireurs, verklaart de duitsche minister. Daarop is reeds geantwoord, hierboven in I. Laten wij toch een oogenblik deze onderstelling van een rechtmatige beteugeling van franc-tireurs (wat niet aangenomen is, doch hier slechts verondersteld wordt) ; wij bewe en dat er uit het onderzoek van elk bijzonder geval van vernietiging van een dorp en uit-moording van de burgelijke bevolking zal voortvloeien, dat de straf zoodanig buiten verhouding is met de aangewende fout, dat géén redelijk mensch die ooit zou kunnen wettigen. Dit geldt de voorvallen te An-denne, te Tamines, te Dinant, te Leffe, te Neffe, te Spontin, te Surice, te Ethe, te Tintigny, te Houdemont en in nog vele andere plaatsen, voorvallen zoo gruwe-lijk dat zij eens het geweten van de wereld in opstand zullen brengen en zullen gebrandmerkt worden door ! de duitsche justicie zelf, als zij er een juiste kennis j van krijgt en als zij haar bedaardheid zal herwonnen i hebben. ! Daarenboven — aitijd nog in de onderstelling dat op zekere plaatsen tegen vrijschutters moest opgetré-! den worden — welk beschaafd mensch zal bij soldaten de volgende feiten willen wettigen : slagen en verwon-' dingen, gruweldaden van allen aard ; barbaarsche en I bloeddorstige optredingen ; vreeselijke en schande-lijke behandelingen, soms tegenover eenvoudige gijze-laars ofgevangenrn ; afmaken vangewonden ; jacht op veedzame en ongewapendc- burgers ; plundering met gewapende hand en in bijna ongelooflijke verhoudin-gen : gebruik te maken van priesters, jongelieden, grijsaards, vrouwen en kinderen als schild tegen de vijandelijke kogels en granaten ; krijgsdaden wettig verricht door belgische of fransche soldaten, ten laste te leggen van de burgelijke bevolking en die te keer te gaan op bloedige wijze ; fusiileeren, zonder een soort van onderzoek en geregeld oordeel ; uitroeiing van heele families, van heele doirpen ; vrijwillige brand-stichting in bijna twee honderd depen van de beide provineies. ongerekend de vo rnielingen opgedrongen door de krijgsvoering zelf ; iaoreele, lamgdurige pijni-gingen van zwakke wezens en somtijds van heele bevolkingen ; verkrachtingen, moorden op vrouwen, meisjes, zuigelingen. enz... En die misdaden zijn zob talrijk dat er gepieegd werden van de eene soort en van de andere ; dikwijls van aile soorten te gelijk, in honderden van onze dorpen. Onze bevolking, die al deze afschuwelijke voorvallen biigewoond heeft, die er bij geleden heeft meer dan men erooit over zal kunnen zeggen, heeft er een in-druk van schrik en afschuw va.n gekregen, die alleen de barbaarschheid kan teweeg brengen. Zij beschouwt dezen oorlog als een afschuwelijke oorlog, die niet ge-voerd wordt tegen soldaten, maar tegen ongewapende burgers. Algemeen heeft men de feiten van den Oorlog zelf — die al vreeselijk genoeg zijn — vergeten, om I j alleen het leed te onthouden, dat, gedrrjnde op zijn !j minst één week, ondergaan werd door geheel een on-' gewapende, verschr ^ bevolking, die weerloos overgeleverd was aan woeste soldaten. Men heeft gezegd (zou het waar zijn)? dat het aantal gedoode burgers bijna het aantal heeft bereikt van de soldaten in den strijd gevallen. Het is verbazend dat er nog niet meer slachtoffers vie'en. Men moed de vernuftigheid be-wonderen, waarmee de bewoners van Dinant, Tamines, Spontin, Houdemont en van zeer talrijkc dorpen tusschen Samber en Maas hebben weten te ont-snappen aan de maatregelen van verdelging, die tegen hen uitgevaardigd waren. Duizenden en duizenden ooggetuigen zijn bereid om deze feiten te bevestigen, onder eede, als een regel-matige onderzoekscommissie zal ingesteld zijn. [Vervolg.] ITALIE en de oorlog. ITALIE. — Het Senaat heeft met alge-meenheid van stemmen het wetsontwerp waar-bij voile macht de Regeering gegeven werd, en dat door de Kamer reeds aangenomen was, gestemd, Na de vergadering werd eene mon-stei meeting gehouden. Meer dan 50.000 per-sonen juichten prins Colonna toe, die de ze-gef raal van de Italiaansche wapens huldig-de. De stoet trok vervolgens in betooging naar het Quirinaal. De Koning en Konirigin veischenen op het balcon. Het volk jubelde oorverdoovend « Leve den Koning ! Leve Italie ! Leve den Oorlog ! » — In de Adriatische zee is aile zeevaart opgeschorst. •— De Koning heejt op 22 Mei het de-kreet geteekend de algemeene mobiliscitie van aile land- en seemachten bevelend. Aile rij- en vervoertuigen worden opge-eischt.Men is algemeen van gevoelen dat geen ultimatum zal gezonden worden. De staat van beleg wordt in d,e noorderprovincies van toepassing. De Duitsche en Oostenrijksche gezanten hebben hunne paspoorten gekregen. I DUITSCHLAND. — De Italiaansche ge-zant te Berlijn is gisteren het slachtoffer ge-worden van den Duitschen haat. Een onbekende liep den gezant na en sloeg hem met een wandelstok den hoed van het hoofd. Minister von Bethmann-Hollweg en von Jagow hebben hunne verontschuldigingen in-gediend.— Daar Duitschland de onvermijdelijke afbraak vreest, zendt het van nu reeds be-langrijke troepenmachten, via Munchen en Insbruck, naar de Italiaansche grens. Ver-schillige Duitsche- en Oostenrijksche gene-raals zijn reeds op de grenzen werkzaam. — Het geiucht loopt dat Duitschland meer dan 30.000 Italianers, die op vertrekken stonden, als gijzelaars wil houden. BELO'E. — Sedert gisteren wappert op het ministeriegebouw in Le Havre, de Italiaansche vlag. —Te Brussel worden de Italianers die vertrekken willen, aile uitwijking ontzegd. RUMENIE. — Als gevolg op de houding van zijn bondgenoot, heeft Rumenië ook de algemeene mobilisatie begonnen. OOSTENRIJK. — De krijgsoverheid heeft de postpaketten van den Italiaanschen post teruggestuurd. Op de grens werden de ijzer-wegen stukgebroken, de telegraphische ver-bindingen geschorst en verschillige bruggen opgeblazen. — In de grensprovmcies verslecht de toe-stand met den dag. Onlusten hebben voort-durend plaats. Te Triest moest het leger handelend optreden. H. STOEL. — De Paus heett 100.000 fr. geschonken voor de slachtoffers van den oorlog, die onvermijdelijk is geworden. — Algemeen wordt de mogelijkheid van eene nota ingezien die de H. Stoel zou uit-vaardigen om zijue houding in het huidig konflikt te verklaren en uit te leggen. LAATSTE TIJDING Hier ter Panne kwam dezen avond volgend telegram toe : ITALIE heeft vandaag den oorlog uitgesproken j tegen OOSTENRIJK. Laatste Berichten. Belgiseh Front.. — Artillerie-duel van Nieuwpoort tôt. Diksniuide. Noord-waarts Yper hebben de Duitschers geweicîig aangevallen en kwamen voet te zetten in onze eerste loopgrachtenlijn. Een tegenaanval verdreef ze tôt over hunne eerste bezette stelling. 150 krijgsgevangenen werden genomen. Wij mieken verschillige bommenwerpers buit. 500 Duitsche lijken werden op de gevechtplaats gevonden. Fransch Front. — De Engelschen deden, niettegenstaande heftige tegenweer, vooruitgang bij La Bassée. Rond Arras, deden we nieuwen vooruitgang. De Duitsche stellingen, genoemd « De Witte Weg » kwamen in ons bezit. Geheel den kam van Notre Dame de Lorette viel in onze handen. De kruiswegen naar Ablain werden bezet. We mieken 250 krijgsgevangenen en veroverden een kanon. In den nacht vielen de Duitschers in gesloten gelederen hevig aan. Ze werden met overgroote verliezen afgeslagen. Heel den Noordersector van Arras werd dan geweldig onder vuur genomen. Toch mieken we nog vorderingen en veroverden eenige huizengroepen ten Noorden Ablain. Oostelijk Front. — In Koerland,- rond Chavli, werd het Duitsch offensief gestuit. — Op de Narew gebruikte de vijand stikkende gasbommen. — Op den linkeroever van de San zijn we, met welgelukken, aanvallend opgetreden. Wij veroverden stormenderhand drie dorpen. — Op den rechteroever miek de vijand vooruitgang. — Op het ander gedeelte van 't front, in Galicie, hevige gevechten. — Rond Przemysl : kalmte. OORLOGSNIEUWS. OP DEN YZER. De officieele berichten melden ons sedert ettelijke dagen niets bij-zonders op dit gedeelte van 't front. Daarom moet men niet gaan gelooven dat ailes er kalm en rustig is! Verre van daar. Buiten een onophoudend kanongeschut, waarvan 't ge-bulder tôt hier met den wind open wappert en dat ons een gedacht geeftvan 't gewelddaar uitgevoerd om de Duitsche loopgrachten, door een moorddaclig vuur in marteling-plaatsen te herscheppen, krijgen we daag-lijks plaatselijke gevechten te hooren, die in hevigheid de groote aanvallen in massas na-bijkomen.Langs Lomb&rtzijde wordt maar steeds gevochten om de Duitschers hun laatste loopgracht achterwaarts de groote Duin te doeu ontruimen. Stellig is het dat deze taak allermoeiiijkst is, maar toch mag het bevre-digend heeten dat reeds in Lombartzijde-dorp zelf is gevochten geweest. Sedert het begin van November was zulks niet meer gebeurd. Over St. Joris is de Lnie-herberg nog steeds in ons bezit, niettegenstaande her-haalde aanvallen in de laatste dagen door den vijand beproefd. Ditmaal zal men deze belangrijke winst wel Weten te handhaven, want deze stelling kan ons later den sleutel geven om den vijand in den rug te beschie-ten.Rond Dikamuide zijn onze troepen uiterst werkdadig opgetreden. We wezen er reeds op hoe heldhaftig en kranig zij hen gedragen hadden ten Noorden van deze stad, waar ze over den Yzer een bruggenhoofd hebben ge-worpen en niettegenstaande de voortduren-de drukking van de vijandelijke machten deze positie niet alleenlijk wisten te handhaven totop heden, maar er zelfs nu fier mogen op gaan haar als oninneemlbaar, te hebben versterkt. Als we denken dat Diksmuide langs gind-schen kant van den Yzer gelegen, en in duitsche handen is, dan springt de belangrijk-heid van dit teit weerom in 't 00g. Bij een algemeenen aanval kunnen van dezen kant verrassingen uitgaan. Meer zuidwaarts wordt er nog immer ge-streefd om de benûcht-geworden petrol-thanks in ons bezit te kunnen krijgen. Wel-iswaar is deze stelling reeds meermalen aangevallen geweest, maar tôt nog toe kwam het niet tôt een algemeen gelukken. Nochtans omringen onze voorste loopgrachten dit steunpunt, op eenige meters afstand, uitgenomen langs een binnemkant, Door insluiting zal deze stevig versterkte stelling wel denkelijk in onze handen val len, want uit de opgedane ondervindingen mocht afgeleid worden dat steeds nog lut-tele Duitschers, maar voorzien van schrik-kelijk veel mitraljeuzen, er stand houden. Benevens deze plaats en twee hofsteden o. m. « Kloosterhôek », is dezen kant van den Yzer heel vrij. i ROND IJPER. In deze laatste dagen werd, het sedert op einde April afinRevaDgen offensief, ter vérole ring van het verloren terrein rond Langermark, met welgelukken bekroond. De strook gronds van L.aerne en Steeiistruate uit, tôt Pilkem toe, kwam weer in ons bezit. Betreffende den verwoeden slag die daar is .geleverd geweest, komen ons nog steeds bijzonderhe,den toe, die ons toelaten te oordeelen met welken helden-moed onze dappere troepen daar hun plicht jegens het vaderland en de bondgenooten hebben vervuld. Als men bedenkt door welk een regen van vuur en kogels onze jongens zich daar een doortocht hebben ge-slagen na 't stremmen van den duitschen aanvalsvloed, dan staat men effenaf in be-wonderiûg voor hunnen heldenmoed. Individueele heldenfeiten zijn dan ook niet op te sommen. « 't eten was sedert twee dagen volledig uitg<-put (schrijft mij eeii vriend). Om 8 uur 's avouds vertrok ik met 7 mannen om brood en kofïie en couserven te gaan ha len. We moesten door een gordijn van vuur. In de velden kwamen maar steeds nieuwe troepen na tr den aanval ; nogmaals bestatigde ik de onverschrokkenheid der fransche soldaten die niettegenstaande, de honderden mannen die vielen, recht door gingen in ge-vormde gelederen. We legden 10 kilometers af om aan eten te geraken, dan keerden' we teiu/ om nog juist getuige te zijn van een wreed schouwspel. Zestig duitschers wilden hen overgeven. Allen wierden door hunne eigene mitraljeuzen neergeschoten .... We kwamen om 6 uren 's avonds (na drie dagen onophoudend vechten) uit de tranchées. Om 6 uur 's morgends trokken we er weêr naar toe met meer kracht dan te voren ! In 't gaan heb ik in 't bloed geplast. Zes mannen werden aan mij ne zij de door een shrapnel doodelijkgekwetst ; een andere werd door een kogel op mijne knieëen geworpen en stierf in mijne armen.... Ik ben hard geworden als diamant en nu beginnen we maar te gevoelen wat we kunnen en wat de duitschers nog te verduren zullen hebben.» Zoo één, zoo zijn ze allen ! Zulke jongens moet een leger ter zege leiden ! ROND ARRAS. Door het slecht weder, is het offensief dat losgerukt was geworden van aan La Bassee tôt Arras, tijdelijk tôt staan ge-bracht.Pessimistische menschen leiden daar reeds van af dat iedermaal wij een vooruitrukken be-proeven,de regen onze werking btlemmert. Na-tuurlijk laten ze daaronder verstaan dat Arras verre ligt en wij over de luchtge^teltenis van ginds niet kunnen oordeelen. Benevens het belachelijke van deze bewering kunnen we er niet genoeg op drukkendatwe steeds voile vertrouwen moeten hebben omdat de berichten ons aitijd te trouwe hebben inge-licht en zekerheid verschaft.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.