De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk

989 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 11 Mei. De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk. Geraadpleegd op 26 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/p55db7xd62/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

u "bercie Jaargang, Nr 19. 11 Mei rgig. Prijs : 10 centiemen. D«rde Jaargarig, Nr 19. — 11 Mei 1918. DE EENDRACHT Prijs per Jaargang fr. 5.20 » » drie maanden » i.3o Postchekrekening Nr 86. Weekblad voor het Viaamsche Volk Redahtie en Bureel : Lange Nieiwstraat, 108, ANT'WERPEN. ~TeT De Landbouwers en het Grondeigendom Eene eerste voorwaarde opdat de vooribrengst zich in gunstige voorwaarden kunne ontwikke-len, is dat de voortbrenger het voile gebruik hebbe over aile nood'ge middelen tôt voort-brengst. Voor den landbouwer is het bizonderste middel van voortbrengst, de ^rond dien hij be-bouwt en de gezonde rede vereischt dat, ora den grond oordeelkundig uit te baten en er het maximum winst uit te trekken, hij zonder voorbehoud over den grond moet kunnen beschikken, in dezelfde matt al* b,v. de nijveraar beschikt over zijne fabriek en rr.achinen. Het is dus in het belang van de voortbrengt en van de geheele eko-nomie van het land, dat de lanbouwer eigenaar zij van den grond d en hij bebouwt; waar dit niet het geval is, dient de pacht op zulke wijze gere-geld te worden, dat aan den pachter zulkdan'ge bestendigheid gewaarborgd worde dat zijn toestand zoovetl mogelijk dezen van den eigenge-èrfder. Landbouwer nabij komt. Op te merken valt dat de landen d:e aan het hoofd staan van den Landbouwvooruitgang, door-gaans deze zijn waar de eigengeèrfdc boeren in meerderheid zijn tegenover de pachters. Zoo b.v. zijn in Zweden i5 in Denemarken slechts io«/o van al de 'andbouwers-pachters en in Noorwegen enkel 0 °/o. In Nederland is 46 °/o van de land-gronden verpacht, Ô4°(o in eigen verbruik. In Engeland daarentegen, het land der groote grondbezitters, waar de regelmg der landkwestie reeds veel kopbrekens gekost heeft aan de wet-geving, en waar de landbouw eer achteruit dan vooruit gaat, is S8 '/0 van den grond verpacht. In België zijn nagenoeg twee derdtn van het land verpacht en enkel een derde in recht-streeksch verbruik. De verhouding is echter nog veel ongunstiger voor Vlaande en . Iedere provincie afzonderlijk nemende, is aldr.ar de verhouding van het verpaclite land : In West-Viaanderen 86 °/o In O.'St-Vlaanderen 81 » In Brabant 74 » In Antwerpen 70 » In Limburg 61 » Dat deze toestand nadeelig is onder ei-ono-misch oogpunt en dat r,. m. de eigengeerfde boer zijn land meer doet opbrengen dan de pachter/ hoeft zelfs niet bc wezen te worden. Bovendien heeft het pachtstclsel zwaarwegende gevolgen op staaikundig en kultureel ge'oied. De landeigendom is verreweg in handen van eigenaren, die, buiten de inkomsten die hun landeigendom afwerpt, deze in de eers'e plants aanzien als een middel orn hun politieken invloed over de landbe-olking te vestigen, De klas der grondeigenaars oefent een overwegendcn invloed uit in gem^ente- en provincieraden en in het Parlement en duar zij in haar geheel anti-Vlaasnsch en anti volksgezind is, z et ieder-eeu het gevaar in dat zij voor den Vlaamschen Staat oplevert. De pachters bevinden zich in een toestand van onafhankelijkheid die zijn stempel drukt op de geheele gees esgesteldhîid van onze landelijke bevolking, en bij dezen den vrijheidszin, het klassebewustzijn en den lust naar vooruitgang zoozeer aan banden heeft gelegd. Dat onze landelijke bevolking zich op een zooveel lageren trap van algemeene ont-wikkeling en vakkennis bevindt, als b. v. de Deensche boer, heeft vooral zijne oorzaak hierin dat deze laatste, 111 het voile bewustzijn zijner belangen, aile middelen tôt , geestelijken en stoflfelijken vooruitgang heeft ter hand genomen, wijl de Viaamsche buitenman dom en kort wordt gehouden door zijnen landeigenaar, die meest altijd enkel de roi speelt vnn een para-siet, wijl hij doorgaans zelfs geen flauw besef heeft van de alzijdige belangen van de 1 land-bouwerjstand en zich gevolgenlijk om de lots-verbetering zijner onderhoorigen niet bèkommert. Het pachtsteltel hier te lande hee/t zich gaandtweg uit het vroegere lcenroerig stîlscl ontvvikkeld. Heerschte in de vorige eeuwen het pachts'.elsel juist zooals nu, er bestaat echter een diepgaand verschil tusschen de toenmabge landeigetiaars en de tegenwoordige. Vôôr de omwenteling was de grondeigendom in bezit van kerken en kloosters en van groote !and heeren, die hur.ne pjiclit-rs en onderhoorigen in den regel zeer inschikkelijk behandelden. In dezer plaats traden, voor een deel gedurendc de laatste eeuw, de nieuwgeadelden, steedsche t kapitalisten en nieuwe rijken, w, o. de kooper» 1 van het z. g. « zwarte g«ed ». Deze klas van i grondbezitters beheert hare goederen naar het : beginsel van de grootst mogelijke winst. D» j dichtheid der landbouwende bevolking en de 1 buitengewone vraag naar grond, d e daarvan j het gevolg is, stelde de eigenaars in de gelegen-heid de gemiddelde pachtprijzen sedert hC( midden der îgde eeuw tôt aan het uitbreken van den oorlog te verdubbelen. Zoo «tond de gemiddelde pachtprijs 80 */o hooger dan in Engeland. Terwijl aldus de niets-voortbren$,ende en voor de algemeene ekonomie van het land schade-iijke e'genaaisstand zich verrijkte. dcorstond onze landbouw in de verloopen eeuw een tijd-perk van bestendige crisis, die op sommige tijdsiippen zoo scherp was, dat de landelijke bevelking in zooveel ellende gedompeld werd als zij in eeuwen niet meer gekend had. Meer nogi'dan de pachtcn zijn de verkoop-prijzen \an de landbouwgronden overdreven hoog ; gedwongen door hun onstandvastige toestand als pachters, a: rzelen dtze niet ongeéven-redigde prijzen voor den grond te betalen waii-necr de gelegenheid tôt koopen zich vor-rdoet. Daar bij aankoop of aanvraag van perceelen of hoeven, de landbouwer meostal genoodzaakt is zijn erf te bezwaron met grondpandschu'iden die hij aan hoogen intrest moet aangaan, zoo is de toestand van den eigengeèrfden boer op dit oogenblik dikwijls nog minder goed dan dien van den pachter. Het wegnemen der nadeelen die aan de hui-dige pachtregeling Yerbonden zijn, is wel de belangrijkste van al de hervormmgen die ten bate van den landbouvversstand kunnen worden ingevoerd. Alhoewel 00k vroeger dit vraagstuk de bekommernis uitmaakte van al de landelijke huishoudkundigen, en n. m. in verkiezingstijd een punt uitmaakte van menig kiesplatform onzer politieke partijen, liet ons parlement zich nooit a^n eea beraaoslaging daarover gelcgen. H t feit dat de grondeigenaars e n zoo over-wegenden invloed in de wetgevende- en bestu-rende lichamen, alsook in het gerecht uitoefe-nen, was oorzaak dat de levensbelangen van onzen hndbouwersstand immer geslachtofferd werden. Nu echter. bij de inrichting van den Vlaamschen Staat, is het van belang den overwegenden invloed van den Viaamsch-vijandigen gronde ge-naarsstand zooveel mogelijk te keerte gaan, le meer daar hij met al zijne macht de n'.euwe orde, gegrondvest op de zelfregeering van het Viaamsche volk, zal bekau.pen. De bevordering van de a'zijdige belangen van deïi Vlaam chen landbouwtrsstand, die talrijker is dan onze nijvsr-heidsbevolking, moet het eerste punt van ons ekonomiieh programma uitmake:i. Hetisdtin gend noo.iig, dat de aktivistischi Viaamsche btweging zich met de l,iiuibouwbe!iingen grun-dig in!ate, ten einde het vertrouwen te winî;en van onze buitenbevolking die metteriijd onze hechtste steun moet vormen. Over het pachtvraagstuk zuilen wij a.s. week verder handelen. H. MOMMAERTS. INNERLIJKHEID I.es Saints sont le» hommes pratiques par excellence. Ernest Hello. In d«ze gespannen tijden van de daad, voor ons, Katholieke Viaamsche aktivisten, waarin de groote werken der vriiwording van ons volk, midden het geloei der krijgslawien, die orn de wereld giert, als de donderslagen van een ontbrandend onweder op elkander volgen, in deze tijden van plannenberaming" en uitvoer-ing en organisatie, van rumoer en lawaai, is het hoogst noodig dat 00k de leiders der beweging hun koortsachtig bedrijf laten rusten en zich terugtrekken in het heilig-dom hunner zielen. De omstandigheden die wij beleven zijn zoo buitengewoon, de vraagslukken, die zich voor onzeu geest stellen, zoo veelzijdig en inge-wikkeld, en toch zoo zvvaar van verantwoor-delijkheid, dat wij, Katholieken, op de stevigste princiepen moeten bouwen, vooral met het 00g op de spontaniteit, waarmede sommige kwes- 183 ies opkomen §en den haast waarmede er Deslissen valt. Trouwen.;, in deze dagen van îaat, wrok en broodroof hebben wij zoo liet van noode de opflakkerende voorbijgaande ïeestdrift, die maar al1 te dikwijls hervalt in :ene hopelooze neerslachtigheid, dan wel de jestadige hitte eener vurige overtuiging, die let diepste van ons wezen doorzindert. Zoo zuilen wij 00k niet opgezweept door vuigen aster enkel bitterheid vinden tegen bittêrheid, in twisten en kampen met tegenstrevers, doch ioning en wonderbare :alf in het ontwaren van gelijkloopende doétjSnden en middelen om te binden en te verzoei.cn. * .1= Hoe dieper de waterstraal valt uit den ver-jaarbak, hoe hooger en heerlijker zij opfonteint ;n uitspat in duizendk'eurige sprankels, en jrnper zijn de gouden korenschoven binnen jebracht, of reeds zaait de landman de graan-ïorrels in den moedersclioot der aarde, waar ze sterven zuilen midden den langen doodenslaap van den Winter, om in de Lente teontkiemen. Indien er ooit een man van de daad de wereld lieeft verbaasd, dan was het wel de tvonderdoende Christus. De daden echter zijner korte mannenjaren ged'trende zijn openbaar leven, werden gedroomd en bezonnen dertig jaren lang in de mystericuze verborgenheid van 't huizeken van Nazareth ; veertig dagen zonderde Hij zich af i/i de woestijn om Zijn «endelingstaak aan te yasten ; zoo menigmaal na den lastigen, bewogtîn dag, na het verblijf tusschen d» cluizenden toegeloopen riieuws-fierigen, trok Hij zich terug- in de eenzaam-tieid der hooge bergtcpsien, in de diepe stilte van den nacht ; en in de duisttre verlaten-licid van Gethsemani, raeer dan midden d« rumoerige menigte aan h-~t kruis, geschiedde het g-rootste werelddrama in het innig-ste van zijn God- en Menschheid. En de Kerk, die Hij stichtte en de Heiligen volgden Zijn voorbeeld. De apostelen toch die hunne leer predikten mioden het volkaanachtig rumoer der Griekscli-Rcmeinsche wereld, in de vv«reldsteden met het Uatervarguldsel hunner uiterlijk zoo prachtige, i^.aar innerlijk zoo arme beschaving, werden geichoold iangsheen de boorden van het meer f an Genesareth, bij de kalme oevers met de zUgende zee en den sui-zenden wind ; en vôor fc K^rk de kracht van haar g'eloof ontplboiae m ae auïzendén tem-pels en haar grootschen eeredienst, leefde zij zoo jeugdig krachtig, maar dood voor de wereld gedurende drie eeuwen in het geheimnisvolle heiligdom der Catacomben. De groote L'ornardus, die een zoo belang rijken roi vervulde in de politieke diplomatische wereld zijner eeuw, leefde zoo innerlijk, dat hij uren nevens den oever der zee wandelde, zonder deze laatste te bemerken, en van de hoogte van den barren Alvernoberg, ging zulk ean machtige invloed uit van den irinig-vromen, kinderlijk-naïeven Franciscus, dat niet alleen Italiè en de Middeleeuwen door den francis-caanschen stroom werden verjongd, maar zoo-vele grooten in onze uiterlijke, twintigste eeuw, vol van al het ijdel-oppervlakkige onzer moderne beschaving den geest willen doen her-leven van den dichter-hcilige door wiens heer-lljke persoonlijkheid zij werden betooverd. Bij het aanschouwen van de macht die ont-plooid wordt door het innerlijkste leven, is het dan 00k met te verwonderen, dat de Kerk in den persoon van hare grootste geleerden, dikwijls gedurende eeuwen de nauwkeurigste zorg besteedt aan het levensonderzoek der «envoudigste kloosterzuster in de schamelste cel, of aan den ellendigsten bedelaar en de aureool der heiligheid, die evengoed past om de kluizenaarskappe als om de koningskroon is voorwaar een lichtender vuurbaak van be-schaving dan het bliksemflitsen van een ver-overingszwaard. Hoe de heiligen niet enkel zelf mannen van de daad zijn, omdat zij door hun innerlijker leven meer kuanen uit-werk#n, maar tevens ware hefboomen voor duizenden van goeden wil, legde de groote Hello bloot in de volgende woorden : Les Saints sont les hommes pratiques par excellence, parce qu'ils sont en rapport intime avec Dieu, qui est l'Acte Pur. Daarom moeten zij die het meest openbare leven leiden, den strijd voercn in dagbladen m en op vergaderingen, 00k in het innigste van hun wezen zich terugtrekken ; meer nog, daar, naar het gezaghebbend woord van Foerster, wij in de tegenwoordige samenleving groote zielehervormers duizend maal meer noodig hebben dan agitatoren en al het uiterlijke slechts blijvend leefbaar is door de ontwikkeling van het innerlijke, ons publiek optreden moet de rijpe vrucht wezen van den innerlijk ver-zorgden zieleboom. Hij alleen, die in de stilte zijner studeerkamer, de heilige rust van Godes tempel of de eenzaamheid der natuur, waarlijk voelt voor God en zijn geweten, dat al wat hij uiterlijk nastreeft in doel en middelen goed is, hij die zijne idealen in de irnige zielelucht van rechtzinnige onbaatzuchtigheid) van christen liefde en heilige zelfopoffering laat leven en persoonlijk in al de mate van het mogelijke tracht naar het volmaakste van het-g'een hij openlijk predikt, zal geen huichelaar zijn, zooals maar al te vele politiekers, wier openbaar optreden in lijnrechte tegenspraak is met hun hartewenschen en hun privaat leven en daarom terecht door de openbare meening worden gelaakt en niet gevolgd, maar ééne persoonlijkheid, dezelfde openbaar en privaat, voor 't aanschijn der menschen, of slechts voor 't aanschijn van God, geen farizeër, van buiten als een sierlijk grafmonument en van binnen vol verrotting, geen slaaf van 't menschelijk opzicht, maar een man, die spijts laster en tegenkanting, vol van de innigste ziclevrede en vreugde, de ootmoedige dienaar is van zijn grooten plicht. Zoo wczeelke debat-inleidertevens kluizenaar. * Wij, activisten, strijden voor Vlaanderen's politieke zelfstandigheid. Deze echter is slechls het middel in den strijd voor Viaamsche kul-tuur, in het streven naar ons waar doel : de eigen Viaamsche zelfstandigheid op aile gebied van geheel ons volk, het middel om aan elken eenling van ons ras de mogelijkheid te schenken op te groeien tôt een zuiveren kultuur-Vlaming. Zoo dienen niet enkel de voormannen in onze beweging innerlijk te leven, maar, 00k omdat al het maatschappelijke slechts leeft van het persoonlijke, moeten zij, de massa zoo innerlijk mogelijk opltiden. Politiek kan men iemand zelfstandig maken, de Viaamsche kul-luur echter moet groeien uit elk in 't bijzonder. Zoo kunnen wir * i et g euOèg waai de 1;culi ici; aan den ptrbbhen kant van onzen strijd; van daai ae kamp om de taal en het onderwijs, deze machtige opvoedende faetoren, vandaar de noodzakelijkheid ons volk zijne geschiedenis te doen in eere houden, opdat het uit de wor-telen van het vtrleden de beste sappen putte tôt de immer nieuwe br.tluiking der bes«ha-vingskroon van onzen Vlaamschen stam. En zoo was het tevens een heerlijk gedacht van-wege de stichters van de Katholieke Veree. niging : « P«r crucem ad lueem » als eerste punt van haar programma voorop te stellen: Herstel en behoud van innig kristelijk Vlaamich leven in het huisgezin. * * * In onze leuze : « Ailes voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Christus » ligt zoo heerlijk besloten hoe er geene tegenstrijdigheid bestaat tusschen onze Viaamsche en Katholieke idealen, hoe beiden als zijn ineengegroeid ep' de eerste vooral spruiten uit de laatste. En nu wij, Katholieke activisten, door de hoogere gecstelijkheid worden gebrandmerkt als ver-raders, zoodat wij »oms toch, spijts onze rots-vaste overtuiging", onwillekeurig een lichten twijfel nopens de rechtvaardigheid van onzen strijd voeUn opkomen, is het van 't hoogste belang te weten, hoe ons actief Vlaamsch standpunt verre van in strijd te zijn met onze Katholieke princiepen, op deze laatste gegrondvest staat. Zeker, de Kitholieke leer is eene radikale absolute leer, die zich met geen droppel onrechtvaardigheid laat mengen ; van daar de vereischte cen streng gewetensonder-z®ek te doen wanneer in sommige belangrijke kwesties te beslissen valt. Tegenover al de verwij'en, die men ons zelfs van op den kansel toeslingert, is het een groote geruststelling en zoete troost onzen activistischen strijd te bouwen op de onveranderlijke rots der Christi Kerk, en het dieper katholiek leven, waartee m een innerlijk leven onvermijdelijk leidt, weze de klinkendste weerlegging tegenover de be-schuldiging van ongodsdhenstigheid. Nevens zoo talrijke heilige geleerde priesters, die onze beweging" genegen zijn in het innigst van hun gemoed, weze het onze grootste eer 00k in aile opzichten onder de belijdende Katholieken de besten te zijn. Wanneer de opge-zweepte openbare meening ons bespiedt, om bij de minste gelegenheid ons nog meer te bekladden, weze een door en door katholiek leven, naast de menige verweerschri/ten, de groote verweerdaad. * ■ Een innerlijk leven zal in de strijdende Vlamingen 00k bewaren het" beste hunner persoonlijkheid. Onze beroemde Heilige Thomas a Kempis schrijft terecht : telkens ik onder de menschen vertoefd heb, ben ik minder goed terugg'ekomen en Dosfel in zijn verweerschrift, haalt zoo passend de woorden van Vermeylen aan, waar hij schrijft : Men bederft spoedig" in de lucht der katners. Wij sehrijven, men bederft spoedig in aile openlijk kampen. Een allerinnerlijkst leven kan enkel het tegenvergift daarstellen om in den publieken strijd te behouden hetgeen eens ons schoonste sieraad vormde in onze jongelings — of kinder-jaren — want, indien wij in ons de kinderachtig-heid moeten bekampen, kinderlijkheid werpt slechts een hoogercn glans op de echtste man-nelijkheid. Wij bedoelen niet zoo zeer, dat in een rechtvaardigen strijd ons geloof en godsdienstovertuijing zouden gevaar loopen, — hetgeen trouwens nog best mogelijk is — maar in den omgang zelfs met eigen partij-genooten, met al hun gebreken, hun eer- en baatzucht en nevenbedoelinfen, in al de wissel-ralligheden van een kamp met zijn haat, wrok en laster, de fijnste schakeerin/jen der gevoelcns van eerlijkheid, eenvoud, godsvrucht, liefde en andere zoo licht verdoofd ; de politieke lucht is roo verzengend en hare rukwinden zijn zoo fel en anderzijds het beste onzer goede eigen-schappen zoo broos, dat 00k eene ideale persoonlijkheid al licht van de hoogste bergtoppen naar het niveau van het middelmatig-alledaag-sche dreigt te vallen. Hier kan de vrouw haren ontzaglijken invloed doen gelden, niet de vrouw medegesleept in den politieken warboel, waar zij 00k het beste harer eigenschappen ZTt\i Vtfliici-cil, jUaai ù* VÏOUW lli liei stllîç-; heiligdom van het huisgezin, waar alleen zij bewaren kan en overvloedig mededeelen den geur der zachtzinnig"heid, van den eenvoud, der heiligheid, der ware zelfopoffering, de vrouw met haar opbeurcnd woord, haar verkwikkenden bîik en zoen, de vrouw als een engelbewaarder achter de schermen, als eene Heilige Clotildis, die de bekeering bewrocht van Clovis, en eene Heilige Monica, deze van Augustinus. Tôt haar neme de man zijn toevlucht als tôt een rustige kapel midden den loeienden storm Zoo wordt het zalig echt- en iamilielever. het noodzakelijk dagelijksch herstellingsoord voor de strijders op 't slagveld van 't openbaar leven. * * * Innerlijke leiders alleen brengen de mensch. keid tôt ware grootheid.In de gesebiedenis aller volkeren, meer dan het zwaard der veldheeren, die slechts grenzen kunnen uitbreiden of be-vestigen vermag; de zangder dichters, die harten veroveren. Indien de bijlen der Macekliers en de gordendags der wevers hun reusachtigen invloed hebben doen gelden in de geschiedenis van Vlaanderen, niet minder valt te prijzen de roi van een Van Maerlandt ; en, indien het staatsmr.nsbeleid van een Jacob Van Arteveldc en dezes stem op de markt te Gent hunnen weerklank vinden in ons grootsch verleden, niet enkel voor Vlaanderen, maar voor de gansche wereld trilt nu nog de mystieke harpe-zang, die over eeuwen ruischte in de stille eenzaamheid van het Zoniënbosch, enkel gc-mengd met het gesuis der woudreuzen, uit de klankenrijke zielesnaren van Jan van Ruusbroec. LUPI. Stel het niet uit tôt morgen ais U vandaag nog kunt inschrijven op « De Eendracht. n KARL MARX 1818 — 5 Mei — 1918. Ter gelegenheid van het eemvfeest van een der meest hrrvorragende rnannen uit de XIX eeuw, drukken wij uit het vijfde deel van M>' Qiiack's standaardwerk : De Socialisten, Perso-nan eu stelsels, een paar karakteristieke fragmentai over, waarin vooral de persoonlijkheid van Marx met meesterhand gcschetst wordt. Internationaal is de figttur van den Duit-schen Semiet, Karl Marx. Hij wordt door Duitschland uitgestooten en leeft als trotsche balling in Londen. Al is hij gehuwd met de zuster van den Pruisischen veelvermogenden minister en edelman von Westphalen, hij geniet geen enkel voorrecht van het leven. Rijkdom en klatergoud worden trouwens door mannen van zijn gehalte niet nagejaagd of begeerd. Hij is meestal arm... Doch diezelfde arme huisvader gaat als machthebbende de gansche arbeiders-sfeer in Europa beheerschen en wordt een der mannen van zijn tijd met wie te rekenen valt. Zijn zwager, de regee-rings-man, de minister, de grootheid van den dag, is al vergeten : doch wat valt er telkens nieuw hel licht op de minste uiting en han-deling van Marx ! Onwrikbaar als een rots was het karakter van Marx. Maar even stevig was het harnas Yan het «telsel, waarin hij den arbeider plaat- ste. Met zijn formule van het loon — waar-de wordt hier veruild tegen waarde-schep-pende kracht — luidde hij toen de arbeiders het begrepen, een soort van doods klok over de tegenwoordige verhoudingen der maatschap-pij. Met zijn aan Hegel ontleend begrip, dat elke maatschappelijke fase van-zelf aan haar ondergang werkt, gaf hij den arbeider koele kalmte en vast vertrouwen. Die arbeiders be-gonnen te voelen, dat het tijdperk van het ailes overheerschende kapitaal zou ondergaan. Het werd hun duidelijk, dat er een eind zou komen aan het feit. dat de kapiialist de be-sparingen van anderen, het eigendom van anderen, voor zich en voor zijn eigen voordeel in beweging zette. Een ommekeer der dingen was in aantocht. Al konden de nieuwe krachten de oude productie-vormen nog niet dadelijk verbreken : al kon de maatschappelijke fase, waarin wij nu leven, nog niet tôt de uitvoering overgaan : Het zou toch vast en zeker ge-schieden. Het gebeurde wijl het moest. De arbeiders kregen, door Marx, inzicht in de voorwaarden en gang eener door hem getee-kende maatschappelijke ontwikkeling. Dit is dan 00k de groote taak, die hij als toonge-vend leider van het socialisme heeft volbracht. Hij gaf den arbeiders een wereld-beschouwing Altijd moet men dit als hoofdzaak bij hem in t 00g houden Al worden de enkele pim- ton van zijn luer weerlegd, voor de arbeiders blijft dit signaal, dat hij aangaf, zijn schijn-sei en aantrekking behouden. Die wereldbe-sohouwing van Marx is dus zijn sterkte. En tooh - tegelijk zijn zwakte. Hij noemde de wereldbeschouwing de inaterialistische opvat-ting der geschiedenis. Hij bedoelde daarmede dat de materieele levens-verhoudingen telkens do instellingen der samenleving bcpaalden. * * * T t hem cor.vergeert geheel de beweging van liet collectivistisclie socialisme van onze eeuw. Hij nam al die aanklachten, al die grieven, al die uitingen van ergernis, al die pogingen om tôt re htvaardiger inr.chting der maatschap-pij te komen, al die aanloopen, al die plannen, al die voorstellen van sociale liervorming, die in de richting eener organisatie der gemeen-schap gedurende de eerste helft der negentiende eeuw aan het woord kwamen, in z ch op. Hi| verwerkte ze tôt een vast aanéénsluitend sys-teem. Het werd een ontzettend en vlammend programma dat hij aldus ontro'de, moeilijk en zwaar te begrijpen, voor de verstandigen en ve:lichten onzer eeuw, maar uiterst verstaan-baar voor de onderdruktcn en ellendigen, de zwoegende armen van geest. Daar is maar één woord waarmede men hem volkomen karakterùeert ; het het woord « ge-vveldig. /Vndere figuren uit de wereld der —b— socialisten hadden 00k over veel wetenschap en veel bewegingskracht te beschikken : maar deze man weet zijn reusachtige geleerdheid en zijn on-gemeene strategisebe talenten dermate te com-bineeren, dat hij huiverende beklemming ver-\vekt. Hij is te duchten voor de al te gelukkige spelers der midden-klasse, en voor hen die met getaden geweer en holle woorden zouden willen regeeren. Hem drijft voort de verontwasi diging, die bijna een passie van haat wordt tegen de thans r.og heerschende maatschappij. Voor 't eerst bespeurt men in de geschriften van dezen grooten socia-list geen enkel woord van liefde. Lassalle had nog mogen zeggen, dat de strijdkreet dien hij u tstootte, inderdaad een kreet van verzoenirg was : Marx beschouwde zulke uitdrukking als woorden-spel. De maatschappij was volgens hem gewikkeld in klassenstrijd, en de klasse der bezittende burgerij moeet allengs het veld rui-men voor de klasse der arbeiders. Bij deze worsteling der twee groote klassen kwam niet in de eerste plaats edelmoedigheid voor tegen-standers te pas. Men had te doen met quassties van macht, van verschuiving var. gewicht, met een wet van noodzakelijkheid, met de werking van een natuur-kraeht. Men moevt koelbloedig den toestand onder de oogen zien : kans, gelegenheid en wapençn. goed kiezen : de krijgs-kunst toeoasten. Mars toonde zieli op zijn gebied tijdgenoot en evenknie van Bismarck. Hij kende evenmin n'i die staatsman schroom of angst-vailigheid, waar het de middelen gold die het doel moesten verwerkelijken. Hij ontzag niets ter were'd. Slechts zorgde hij er voor, terwijl hij de aandoeningen der massa beheerschte, meester van zich-ze t te blijv n. Hij wist te spreken, maar 00k te xwijgen. Als zijn rartij in Duitschland in 1875 het bekende programma van Gotha onderteckent, lioudt hij zich ter zijde ; ecrst veel later blijkt het, hoezeer hij in dit programma atkeurt al wat r_"g aanleunt aan denkbeelden van Lassalle. Overig.ns ver-vo'gt hij zijn tegenpartij met de bijtendste kri-tiek. Hoon'achen i beschimpt hij de gebreken onzer tegenwoordige samenleving. Bittere humo-rist, spot liij met de lijmerige lamlendigheid onzer grootheden. Zijn verontwaarciiging kiest telkens fel'er uitdrukkingen, want de passie van den haat die hem drijft is niet 'n de eerste plaats een h 'at tegen personen, maar een haat die opvlamt bij het vergelijken der bestaande yv werkelijkheid met den nieuwen maatschappe- CjVTt [ijken vorm die zal komen. Zijn socialtsme 6\B resumeert zich dan ten slotte in een doordrin-gend.n kreet n^ar sociaal recht. Niet voor-niet O toch is hij Semiet. Men heeft dtn talmudischen opzet van zijn boek over het kapitaal in samen hang gebracht met de were'd der rabbijnen, wstruit hij stamde. Men kan echter hooger

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1916 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes