Gazette van Gent

1329 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 28 Maart. Gazette van Gent. Geraadpleegd op 10 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/5h7br8nx9k/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

247° JAAR. — Nr 73. — B 5 CENTIEMEN ZATERDAG, 28 MAART 1914 GAZETTE VAN GENT IÎÎSCHEIJVIIfGSPKIJS : VOOR GENT : YOOR GEHEEL BELGIE : v. fr. S2-00 Een jaar fr. 15-03 S,, > 6-50 6 maanden » 7-75 InZit* » S-50 3 maanden Toor Holland : 5 frank per 3 maanden. Voor de andere landen : fr. 7-50 per 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gesticht in 1667 (BEURZENCOURANT). 11 » il i—iii—iiwiMiB m iw i| mu iiniMwiiwniriBii ■nu ■iinwin———iiim n ——— BKSTUUK EN REDAC1IE VELDSTRAAT, 60, GENT De lurëelen zijn open van 7 ure 's morgends tôt 5 ure 's avorifâ TELEFOON nr 710 De inschrijvers buiten de stad Gent moeten hun abonnement némen ten Postkantoore hunner woonplaats. buitenland. frankrijk. De moord op den heer Caîmetti Het onderzoek. Gisteren. bleef mevr. C'aillaux ganscl (jm.dag in lwi e ce! t amer ; de heer ondei zoeksrechter Boucard ontbood haar me leu paleize. Daaren tegen heeft hi.i dri «etuigen onderhoord, nameàijk mevi i Queydan, gescheiden euhtgenoote va: \ den heer C'aillaux, den heer Balby, pei soonlijk vriend van den heer Calmett en den heer Bernstein, ook een y rien Min het slachtoffer van mevr. Caiilaux Getuigenverhoor. De onderzoeksrechter heeft vrijdag b ' zijn kahinet mevr. Gueydan, eerste ge ' R'heidene vrouw van den heer Caiilaux [ ontboden. De heer Boucard vroeg haa hoe de brieven, welke den .heer Caillau: : hàax geschreven had, in het bezit vai den heer Calmett© gekomen waren. Me i vrouw Gueydan vergenoegde zich met t vêrklaren, ' dat zij nooit reehtstreek noch onrechtstreeks, documenten aan dei : lieer Calniette verschaft heeft. Daar d I onderzoeksrechter aandrong, weigerd mevr. Gueydan te antwoorden en verlie iiet kabinet. De zaak Rochette De meening der dagbladen. De werkzaaonheden der commissie vai onderzoek in de zaak Rochette vindei in de l'ransche pers weinig waardeering Zoo zeggen de geniatigde bladen: D commissie is niet in staat îecht te doen [ Zij heeft zich geen oogenlblik van parti; [ krtstoeht kunnen vrijmaken .Zij rekt d verhooren en haalt honderden vra^en oj die met de zaak, waarom het gaat, gee; verband houden. Een radicaal blad vindt, dat er ee: einde aan dient te komen. De bijzaker die de commissie zoo zorgvuldig ondei zoekt, hèbben niet het minste belan I voor het doel. De nationalistische per voorspelt dat de heer Monis de zonde bok zal worden. De heer Clemenceau meent dat Monis f ingri.jpen ten gunste van uitstel der zaa [ Rochette betreurenswaardig is, in wdl | ken vorm hij dan ook invloed op den hee ! labre moge hebben aangewend. Ongc twijfeld heeft hij zich geen rekenscha gegeven van de gevolgen — zegt Clémer | ceau r~ maar in-en zou toch algemeei [ saarne gezien hebben dat hij leedwèze: [ over zijne handelwijze had betuigd. Eea bricf van Rochette. Rochette, die sedert 1911 Frankrij ontrlueht is, heeft nu een brief geschrf ven aan den heer Jaurès, voorzitter de f onderzoekEComtoissie. 0>ie brief is .ge dagteekend op den 25 maart en is .''or 1 derdag, -26 maart, te Pârijs toegekomer Ziehier de bijzonderste uittreksels va dezen brief: Mijnheer de voorzitter, Ik koœ daare^-en de dagbladen te If i zen en venieem, dat er twee geweze | ministers, de heeren Caiilaux en Monis 1 om mi.jnentwiile gevaar loopen aang< r houden en gestra'ft te worclen. Ik neei [lus de vrijheid m uit te leggen hoe aile | is toe.gejjaan; Toen ik door de boetstraffelijke rech: I hanlc veroordeeld werd en tegen het vor [ tiis in beroep ging, werd ik in 't dagbla I.e Rappel" verdedigd. Ik ging den b< stuurder, den heer du Mesnil, bedanken. Dexe stelde belang in mijne zaken, be-vond dat ik onrechtvaardig veroordeeld was en stelde daîtrom ailes in het werk om mi,j te verdedigen. Ik legde hem mijn verdedig-ingsstelsel uit ; ik had mijne fi-nancieele zaken ingericht zooals de re-î geering de hare beredderde, het is te zeggen in wanorde en verwarring. Ik had tegen het vonnis der rechtbank beroep J aan-geteekend en voor het hof wilde ik door mijn adovcaat den financieelen toe-' stand van het land doen bloot leggen. 8 Ik wilde het publiek laten oordeelen tus-schen de financieele verhandelingen der 3 regeering en de mijne. Zieda-a.r de op-•hefmakende onthullingen, tlie den heer e Caiilaux vreesde. En waarin bestonden "x die? Ik had een boekdeel van 120 blad-zijden dritks gereed gemaakt, waarin ik de geschiedenis maakte van Frankrijk's geldplaatsingen van 1890 tôt 1910, hetzij 1 van 20 jaar lang, met de prij-zen der uit-giften, tabels van winst-en en verliezen, ' enz. Ik bewees klaar en duidelijk dat er L" een verlies van 10 milliards ivas op de c geldplaatsingen in Frankrijk, terwijl op 1 hetzelfde tijdvexloop de Engelsche en Duitsche financiers 17 milliards gewon-? nen lhadden ! Men verweet mij voor de ? rechtbank mijne overdrevene openibaar-1 making, mijne te groote '-commissieloo-3 nen, enz. Nochtans kon ik bewijzen dat 3 ik daarin slechts het voorbeeld volgde ' van den Staat. Daajrom liet ik dit boekdeel drukken en wilde het de wereld in-zenden, om het volk te laten oordeelen. Ik toonde dit boek aan den heer du Mesnil "Dat is zeer erg, riep deze uit, ! dat is genoeg om de republiek in den af-! grond te stooten ; ik verzoek u niets daarvan bekend te maken, eer ik den » minister van financiën (den heer Cail-" laux), gesproken heb." De heer du Mesnil ging dadelijk den e minister spreken en 's avonds zegde hij i, niij (dat was den 23 maart 1911): "De i heer Caiilaux wil van uwen advocaat weten, of de verdaging vart uw procès i voor het beroepshof nonnaal of uitzon-, derlijk is ; hij moet dat weten, eer hij bij het kaibinetshoofd (den 'heer Monis) kan j aandringen om het proe-es van kant te s laten, met te doen uitschijnen dat uwe onthulling-en over 's lands financiën niet mogcn aan het licbt komenr vooral nu de ' openbare meening nog zoozeer <>pgehitst i is door de zaak Duez." (Het was toen juist dat de millioenenverbrassin^en van r den kloostervereffenaar Duez aan het licht gekomen waren.) p Ik begaf niij dus onmiddellijk naar mijnen advocaat, Mr Bernard, en zegde ! hem dat hij de verdaging van mijn pro-i ices moest vragen. Daar hij aarzelde, zegde ik : Ga gerust naar den voorzitter van het hof (den heer Bidault de l'Isle), ik verzeker u dat uwe <vraag op voorhand t ingewilligd is ; de verdaging zal op dit oogenblik reeds besloten zijn. r Wat er verder gebeurd is tusschen de heeren Bernard, Fabre, Bidault de l'Isle, Monis, Caiilaux, du Mesnil, weet ik niet, t. daar men niij niets meer gezegd had. Ik n heb het nu eerst door de dagbladen ver-nomen.Ik heb gezien dat men voor de com-i- missie slechts met de grootste voorbe-[i liouding en geheimzinnigheid gesproken i, heeft over de financieele onthullingen, i - welke mijn advocaat wilde openbaar mari ken. Daar lag nochtans de oplossing van s heel de Investie, zooals gij nu ziet. Ten andere, het boek, dat ik daarvoor ge-; sdhreven heb, moelt inog bestaan, daar i- mijn drukker er zeker de proeven van d moet bewaaixl hebben. Ik begrijp wel dat s- die onthullingen slecht gekomen zijn op het oogenblik van de kiezingen, doch daarin ligt immers toch heel het geheim. Ik heh u dit geschreven om u te helpen de waarheid vast te stellen. Ik bevestig dat ik nooit noch den heer Caiilaux, noch den heer Monis gezien, gesproken heh. Gij moogt van dey en brief gebruik maken volgens uw goeddunken. Hij ontslaat Mr Bernard geheel en gansch van zijn beroepsgeheim. Met u dezen brief tf sturen, loop ik wellicht gevaar mijne vrijheid te verliezen en terug aangehouden te worden. Doch ik wil dat de waarheid aan het licht kome, en om deze te î>e wijzen wil ik nog eens aangehouden worden,Aanvaard, mijnheer, enz. (Get.) : Henri ROCHETTE. De brief is opgestuurd den 26 maart uit Zwitserland, namelijk uit-Luzerne. De heer Jaurès toonde den brief aan de leden der commissie, 'die het geschriffc van Rochette heel goed herkenden. De heer Fa,bre verklaarde, dat de heer Briand hem had gela-st zich vrij te houden van aile politieke invloeden. De heer Jaurès merkte toen op, dat de. lïnvrijheidsteMing van Rochette de magistratuur niet had ontlast van haren plicht om hem te doen bewaken. De arbeid der commissie is geëindigd. De veertien door Rochette onderteeken-de of gestichte maatschappijen. De advocaat^generaal Scherdlin en de substituut Re.gnault hebben in hun ge-tuigenissen voor de onderzoekscommissie aangeduid, dat thans een onderzoek werd iingesteld tegen 14 |maatschappijen, gesticht of ondersteund door de groep Rochette. Deze maatschappijen zijn : " L'Asia Caoutchouc", de " Société Industrielle du Gaz Methane", samenge-ste-ld door de versmelting van de " Société Française du Manchon Hella" en de "Société Anglaise du Buisson Hella" ; de " Chemins de fer Mexicains du Centre"! "Oviedo Mercurey", "Castara Estâtes", "Banking", "Verre Soleil", "Foncière Immobilière", "Naphtes de Sialoff", .-"Bataque 'd'Escompte et de Dépôts", "Stella", "Ferghander Oil", "Union Mutuelle" en "Crédit Central Parisien". Een draina der zinneioosheid Eene moeder werpl liare kinderen in zee. Te Dieppe heeft een 23jarige brave huisyrouw, Louise Bretteirville, welke sinds lang aan zenuwzwakheid leed, in eene crisis van zinneloosheid, van eene rots haar twee dochtertjes in zee gewor-pen en is ze daai-na nagesprongen. Een der meisjes werd met gebroken sche-del aanget.roffen. Het andere kindje en de moeder zijn in de golven verdwenen. Vloedgolf Talrijke slachtoffers. Eene reusachtige golf heeft in de haven van Musel vijf werklieden medegesleurd Een is verdronken. De andere konden ge-red worden. Op een naburig strand werd en achl kinderen medegesleurd. Zij werden ge-red door douaniers en soldaten. In de Kamer. •— De Ivamer nam met 394 tegen 95 stemmen een wetsvoorstel aan, waar-bij de ministers van oorlog en mai'ine gemachtigd worden over te gaan tôt eene uitgave, voor éénmaal, van 1,143,500,000 frank voor het leger en 765,000,000 voor de vloot. Eene commissie van vijf leden zal de uitgayen controleeren. Overlijden van een hertog van Bour* bon. — De liertog Frans-Marie van Bour-ibon, prins der Beide Sicilien, is te Mon-treux overleden. Hij werd in 1888 gebo-ren ; hij leed aan eene borstkwaal. De lijkplechtiglieden van Mistral. Vrijdag morgend hadden, te Maillane, (Provence), de lijkplechtigheden plaats van Frédéric Mistral. Het voorstel der regeering om aan den heropwekker van de Provençaalsche taal eene nationale begrafenis te bezorgen, was bij de faani-lie te laat toegekomen, wat niet belet heeft idat de lijkplechtigheden indruk-wekkend waren. De président der repu-bliek was officieel vertegenwoordigd. De moord in den trein. — De dader van de moord in den trein van Pari,j« naar Auxerre op den paardenkoopman gepleegd, is gisteren te Le Havre aangehouden. Het is zekere Joseph-Désiré Bachot. De kerel heeft volledige bekentenissen afgelegd. Men vond nog in zijn bezit 28 bankbriefjes van 50 frank en 100 fr. in goud. De beide vrouwen, in wier gezelschap hij was, werden ook voorzichtigheidshal-ve opgeborgen. Aangehouden. — De gendarmerie van Seclin heeft gisteren aangehouden de gena-amden Horming,mijnwerker, 16 jaar oud en Wastel, d agio on w, 19 jaar. Zij waren met revolvers gewapend en hadden een groot aantal kardoezen op zich. Beide kerels hebben zich plichtig gemaakt aan tal van dieften en inbraken in de streek. Zij hebben zelfs gepoogd een reizigerstrein te doen ontsporen om de reizigers te plunderen ! EINGELAND Het Home-Rule Ontslag van generaals. In het Lagerhids kondigde de heer Asquith gisteren aan, dat de generaals French en Ewart hun ontslag indienden. Het gouvernement verzocht hun aaz) te blijven tôt dat ze bepaald antwoord krijgen, Het aftreden der beide generaals is een gevoelig verlies voor het le-j ger. De generaals verlaten het leger niet omd.at 4ij de meening van de regeering niet "deelen, maar omdat ze hun handtee-ken op het mémorandum zetten. De heer Asquith verklaarde verder dat het- volstrekt valsch is dat een lid van het kabinet het inzicht hebben zou om iia-n-, delend tegen Ulster op te treden. Veranderingen in het ministerie. De dagbladen melden dat kolonel See-ly, minister van oorlog, en de heer Har-court, minister der koloniën, zullen van portefeuille veranderen. Nog ontslagen. Men meldt nog dat officieren uit Ier-land en Aldershot hun ontslag habben gegeven. Een Fransche stoomboot gezonken . Achttien dooden. Men meldt uit Brishane, dat de Fransche stoomboot " Saint Paul", varend van Noumea naar Sydney, gisteren op eene rots is geioopen, bij den ingang der haven. De boot zonk onmiddellijk. Achttjen personen verdronken. Terugkeer der koninklijke familie. — De koning en de koningin zijn gisteren van Chestér te Lonclen teruggekeerd. Minister Asquith werd onmiddellijk in het Buckingham Paleis ontboden. Brandstichting door kiesrechtvrouwen. De verblijfplaats van generaal Nac-calmont is af.gebrand. De schade beloopt 15,000 pond sterling. Men verdenkt kiesrechtvrouwen dezen brand gesticht te hebben. DUJTSCHLAND: Eene kraan neergeploft Tahijke slachtoffers. Groote werken worden thans te Bruns-ibuttekoog- dichtbij Hamburg, uitgevoerd. Gisteren morgend was men aan het opsteLlen van een liuchtspoorweg, toen eene kraan omplofte.Verscheidene werklieden werden er onder bedolven. Tôt hiertoe werden zes lijken er van onder uitgehaald. Drie werklieden werden zwaar verwond. Men vreest dat er nog slachtoffej-s zijn. De keizer op reis. — Uit St-Petersbiu-g verneemt men dat er sprake is van een bezoek van keizer Willem aan den czaar van Rusland, waarschijnlijk in juli of 'i>i.'4usUi, na het !bezoek van président Poincaré. De keizer zou met zijn yacht naar Reval gaan en daar door den czaar worden foegroet. In den Rijksdag. — De Rijksda-g heeft in eerste en twee de lezing- aangenomen een wetsontwerp, voorgesteld door de duel-commissie, bepalend, dat eene uit-daging tôt een tweegevecht in verband met een laakbare handeling, in plaats van met vestingstraf, met gevangenis, gebeurlijk met verlies van de burgerlijke rechten, gestraft zal worden. Staatssecretaris Lisco verklaarde, dat de rijkskanselier, die groot belang stelt in deze kwestie, het ontwei-p in overwe-ging zal nemen. De speurder Schwarz. — Eenigen tijd geleden was een jong student in Berlijn dood in zijne kamer gevonden ; hij had zich aan een deurknop verhangen. De familie, meenende dat van zelf-moard geen sprake kon zijn, verdacht een dienstmeisje van de daad, of ten minste van med'eplichtigheid, en dtoeg aan een bijzonderen speurder op, de zaak te onderzoeken. De man wist geen beter middel, dan zich bij het meisje aangenaam te maken, en verkeering met haar aan te knoopen. Geleidelîjk ver-loofde hij zich met haar, en verleidde haar. En toen wilde hij, voordat hij met haar trouwen zou, haar eene foekentenis ontlokken. Onder allerlei voorwendsels en bedreigingen wist hij haar te doen be-tkeinnen, dat haar beniinde den jtongfen student had geworgd en aan den deurknop had opgehangen. De speurder ging, met deze bekente-nis gewapend, tôt de aanhouding van het meisje over en liet haar gehoeid naar Berlijn brengen ; daar bleek al spoedig, dat het geheele verhaal onwaar was, en slechts door bedreiging van het meisje was verkregen. Nu stond de speurder terecht wegens beleedig'ing en het zich aanmatigen van een openbaar ambt De officier van justicie, die de handelwijze van den ge-waanden speurder streng afkeurde, en vooral de wijze waarop hij het dienstmeisje had gebracht tôt eene bekentenis "gemeen en verderflijk" noemde, eischte een jaar en zes maanden gevangenis-straf.De rechtbank veroordeelde Schwarz wegens beleediging tôt zes maanden ge-vangenisstraf, en sprak hem op de ande re punten vrij. iBovendien beval de rechtbank zijne onmiddellijke invrijheid-stelling.ZWITSERLAND. Voor het Natuurschoon. — De Zwitser-sclie Nationale Raad heeft met groote meerderheid (82 tegen 18 stemmen), het besluit goedgekeurd om een gedeelte van het Beneden-Engadin als " natuur-pa-rk" in stand te houden en te bewaren voor beschacliging en verontsiering door den mensch. Het " park" beslaat eene opper-vlakte van 200 vierkante kilometers. Kosten van onderhoud en bewaking worden \be s treden door den Zwitserschen Bond voor Natuurbescherming. De afge-vaardigde Legier sprak tegen het ont-wei*p. Hij vond het een bezwaar, dat het beschermde gebied zoo vlak bij de Ita-liaansche grens is gelegen. Van uit Italie zou men in het "natuurpark" kunnen komen stroopen. Verder achtte hij het verkeerd, toe te laten dat in het park iberen en boschkatten zich ongestoord ontwikkelen. Het lid van den Bondsraad Calonder, pleitte voor het voorstel, vooral ook in het belang van de wetenschap. Het park is gelegen in de nabijlieid van het dorpje Zerner, dat een groot deel van zijn gebied voor het beoogde doel afstaat tegen- een matige jaarlijk-sche vergoeding. RUMENIE. Grondwetsherziening. — De Russische Senaat heeft donderdag, met 93 stemmen tegen 2, het wetsontwerp tôt Grondwetsherziening goedgekeurd, en vrijdag deze stemming, in tweede lezing, bekrachtigd. BULGARIE. Het beroep van den dichter Vazof. — Zooals wij reeds mededeelden, heeft de Bulgaarsche dichter Vay.ôf in een open iWrief aan het, Bulgaarsche volk aange-drongen op genade voor Savof, den man, die tijdens den oorlog met Turkije zijn legerscharen zoo dikwijls ter overwin-ning leidde en die thans terecht- staat als zondenbok voor de fouten, begaan in den jongsten oprlog en de tegenslagen, die daarvan het gevolg waren. En, ffnerkwaardigenvijze Sxeeft Savof zelf ongeveer geiijktijdig met de verschij-ning van dien brief het Hof in overwe-ging gegeven, de aanklacht te laten val-len. Ter ondersteuning van zijn verzoek wees hij op de bepaling van de Bulgaarsche Grondwet, dat.de koning zoowel in oorlogs- als in vredestijd het hoofd is van de legermacht van het land. Als opperbevelhebber van die legermacht ,zoo betoogde Savof, was hij dus slechts een ondergeschikte en niets an-ders dan de uitvoerder der bevelen van. den koning en slechts aan dezen verant-woordelijk, in zijn hoedanigheid van minister zoowel1 als in die van generaal. En in den verderen loop van zijn pleî-dooi lie h lté de -generaal een tip op van den sluier, die nog over de oorzaken van de nederlaag' der Bidgaren in den twee-den oorlog hangt : "Ik heb", zoo zegde hij, "de regeering gewezen op de gevaren van de sa-mentrekking onzer troepen op de Grieksch-Servische grens, wanneer wij niet te ven s zorgden gedekt te zijn tegen Rumenen en Turken. Er werd echter niet naar mij geluisterd en toen de oorlog uitbrak, werd ik weggezonden als een knecht. " Ik durf echter verklaren, dat, zoo ik het door mij opgemaakte plan had kunnen volvoeren, onze legers, zes dagen na I 13 feuilleton der Gazette van Gent. Eene Rooversgeschiedenis Men kondigde aan, dat er was opge-diseht. Het sinds eenigen tijd afgebroken sesprek werd aan het nagerecht met nieu-we<i ijver voorlgezet, en daar de graaf, Sedurende den ganschen achtermiddag het onderwerp er van was, toen scheen (le afgebroken aandacht, welke men voor een enkele toonde aan eenigen j onaangenaarn, hetzij dat inderdaad eeni-Se der hoedanigheden, welke men hem toeschreef, te betwisten waren ; en daar-op volgde eene lichte woordenwisseling 'en aanzien zijner zonderlinge levenswij-j'6, zijn fortujn, waarvan de oorsprong on-hokend was, en nopens zijn moed, dien een der dischgenooten aan zijne groote hehendigheid in de behandeling van de-gen en pistool toeschreef. Paul werd toen natuurlijk de verdediger van hem, die hem het leven had gered. De levenswijze van den graaf Horace, was die van bijna al de leden der groote wereld, zijn vermogeo had hij verkregen 'Joor de erfenis van een oom zijner moe-'let'. die vijftien jaren in Indie had ge-'^oond. Wat zijn moed betreft, deze was x olgens zijn aanzien aan niet den minsten yufel onderhevig ; want niet alleen had lll ei'^van bewijs gegeven in eenige twee-Kfvecnteii, van welke hij bijna ongedeerd Vls teruggekômen, maar nog andere om-■ andigheden. Paul verhaalde er eenige, ^aarvan eene voor-al zich diep in mijn Ke«st prentte. vain Sfaaf Horace, te Goa aangckomen, ' u zijn oom overleden ; maar er was ten zijnen voordeele een testament voor han-den, zoodat er niet de minste tôgenwer-ping bestofid ; en noewel twee jonge En-gelschen, bloedverv.anten van den overleden oom, want de moeder van den graaf was eene Engelsche zich in den zelf den graad tôt de erfenis gerechtigd vonden zag hij zich alleen in het bezit der nala-tenschap die hij kwam eischen. Trouwens, die twee jonge Engelschen waren rijk ; beiden waren in dienst en officieren bij Engelsch leger in garnizoen, te Bombay. Zij ontvingen dan hunnen neef, zoo niet met genegenheid, ten minste met beleefdheid, en voor zijn vertrek naar Frankrijk, noodigden zij hem op een afscheidsmaail, waaraan de officieren van hun regiment ook werden uitgenoodigd. Hij was op dit tiidstip vier jare« jon-ger en geleek niet ouder dan nauwelijks achttien jaren, hoe wel hij vijf-en-M'intig was ; zijn sierlijke houding, zijne bleek-heid, de witheid zijner handen gaven hem 't voorkomen eener in een man verkleede vrouw. Ook bij den eersten oogopslag maten de Engelsche officieren den moed' van hunnen gast af, naar zijn voorkomen. Van zijnen kant begreep de graaf met die snelheid van oordeel, die hem onderschei-de, reeds dadelijk den indruk dien hij gemaakt had, en verzekerd van den spot-lust zijner gastvrienden, bleef hij op zijne hoede, besloten Bombay niet te verlaten, zonder er eene of andere herinnering van zijn verblijf te laten. Toen hij zich aan tafel zette, vrôegen de twee officieren aan hunnen bloedver-want of hij Engelsch sprak ; maar hoezeer de graaf deze taal even goed als de onze verstaat, antwoordde hij nederig dat hij er geen woord van verstond, de heeren verzoekende zoo goed te zijn, wanneer zij wilden, dat hij aan het gesprek deel zou nemen, het in het Fransch te voeren, Die verklaring schonk den dischgeno-ten veel vrijheid, en reeds bij den aan-vang bemerkte de graaf dat hij het voor-werp eener onafgebroken spotternij was. Intusschen verkropte hij, al wat hoorde met den glimlach op de lippen en de vreugde op het gelaafc ; maar zijne wan-gen werden bleeker, en twee malen ver-brijzelden zijne tanden den rand van het glas, dat hij aan zijn mond bracht. Aan het nagerecht vermeerderde 't gedruisch met den Franschen wij«, en het gesprek liep over de jacht-, toen vroeg men den graaf, op welk soort van wild hij in Frankrijk ter jacht ging en op welke wijze. De graaf, voornemens zijn roi tôt op het einde vol te houden, antwoordde, dat hij nu eens op de vlakte de patrijs en den haas met den staanden hond joeg, dan weder in het woud den vos en den liert. — Ha, ha ! lachte een der ga-sten, gij jaagt d'en haa's, den vos en den hert ? Wel-ruu wij jagen hier den tijger. — En op welke wijze 1 vroeg de graaf Horace, met onverbeterlijke goedhartig-heid.— Op welke wijze? herhaalde een an-der ; wel op olifanten, en met slaven waar van eenige met pieken en bijlen gewapend, het dier afwachten ,terwijl de andere onze geweren laden, die wij afschieten. — Inderdaad, een heerlijk verma^wk, antwoordde de graaf. — Het is jammer, dat gij zoo spoedig vertrekt,mijn waarde neef!...Wij hadden j het u kunnen laten genieten... — Waarlijk, hernam Horace; het spijt mij oprecht eene dergelijke gelegenheid te moeten missen ; en als ik niet- te lang behoefde te waçhten, dan zou ik blijven. — Wel antwoordde de eerste, het kan niet beter. Juist, niet ver van hier, in een raoeras, dat langs het g-ebergte in de richting van Linati zich uitstrekt schuilt eene tijgerin «n haie welpen. Indiers van wien zij schapen heeft ontroofd, hebben ons eerst gisteren hiervan kennis gegeven ; wij willen wachten tôt dat de jon-gen grooter zijn geworden, ten einde eene geregelcle jacht op hen te maken, maar terwijl zich eene zoo goede gelegenheid voordoet, en om u aangenaam te zijn, zullen wij de onderneming veertien dagen vervroegen . v —Ik bon er u dankbaar voor, dat de tijgerin ter plaatse is, waar men meent dafc zij zich ophoudt ! — Geen twij-fel. —• En weet men de juiste plaats van haar hol. — Men kan het zien van de hoogte eener rots, die het rnoeras bestrijkt ; de wegen van het dier zijn gebaand door het vertrapte riet, en allen loopen uit op een middeipunt, gelijk de stralen eener ster. — Welnu ! zegde de graaf zijn glas vul-lende, en zich oprichtende als om |een toast le brengen, op de gezondheid van hem, die de tijgerin in het riet, tusschen hare jongen, alleen, te voet en met geen ander wapen clan dezen dolk, zal dooden ! Bij die woorden nam hij uit den gordel van een slaaf een Maleischen dolk en legde hem op tafel. — Zijt gij gek, zegde een der gasten. — Neen, mijnheer ! ik ben niet gek, antwoordde de graaf met eene aan ver-achting gepaarde bitterheid, en tôt bewijs herhaal ik mijn toast. Luister aan-dachtig, ten einde degetie die het wil aan nemen wete, waaraan hij zich, zijn glas ledigend, dat verbindt :Op de gezondheid van hem, die de tijgerin in het riet, tusschen hare twee welpen, alleen te voet, en zonder eenig ander wapen dan dezen dolk, zal dooden. Er ontstond een oogenblik van stilte, gedurende welke de graaf beurtelings aller blikken ondervroeg, doch allen sloe-gen de oogen neder. — Niemand antwoordt 1 zegde hij glim-lachende, niemand durft mijn dronk be-antwoorden... niemand heeft moed hiertoe... Welnu ! dan wil ik het zijn die gaan zal... en indien ik niet ga, moogt gij zeggen, dat ik een ellendeling ben, gelijk ik u zeg, dat gij lafaards zijt ! Op die woorden, dronk de graaf zijn glas ledig, zette het bedaard op tafel en de deur naderende, zegde hij : tôt morgen heeren ! en hij vertrok. Den volgenden dàg, om zes ure des morgencls, was hij gereed voor de vrees-lijk jacht, toen zijne dischgenooten zijne kamer binnentraden. Zij kwamen hem bidden, van zijne onderneming af te zien, aangezien den uit-slag niets anders dan doodelijk voor hem kon zijn. Maar de graaf wilde naar niets luisteren. Zij erkenden vooraf, dat zij den vorigen dag ongelijk hadden gehad en voor hun gedrag dat jeugdig onbezonnen was ge-weest, wilden zij zich verontschuldigen. De graaf bedankte hen voor hunne ver-ontschuldigingen, doch weigerde ze aan te nemen. Zij stelden hem toen voor, een hunner te kiezen en met dezen een tweegevecht aan te gaan, indien hij zich. te veel beleedigd achtte, om geene voldoe-ning te eischen. De graaf antwoordde spottenderwijze, dat zijne godsdienstige begrippen hem ver boden het bloed zijner evennaasten te storteo ; dat hij van zijnen kant de onaan gename woorden, die hij mocht gezegd hebben beriep ; doch wat die jacht betrof, niets ter wereld hem daarvan zou kunnen doen afzien. Bij die woorden noodigdle hij de heeren te paard te stijgen en hem te volgen, hen overigens verwittigende, dat, indien zij hem niet met hun gezel schap wilden vereeren, hij niettemin de tijgerin alleen zou aanvailen. Dit besluit werd op z-ulk een vasten toon uitgesproken, en scheen. zoo onwrik-baar, dait zij, te paard stijgende, zich met hem aan de Oostpoort d'er stad vereenig-den, waar de samenkomst bepaald was. In stilte toogde de ruitersstoet naar de aangeduide -plek ; elk der ruiters was voorzien van een geweer met dubbelen loop of van een karabijn. Alleen de graaf wajs ongewapend, zijne sierlijke in ailes volledige kleeding was die eens jongelings naar de mode, die zich tôt eene morgend-wandeling in het bosch van Boulogne foe-geeft. Al de officieren beschouwden el-kander met verbazing, niet kunnende ge-looven, dat hij die> koeBbloedighieid toit aan het einde zou volhouden. Aan den zoo-m vafci het moeras gekomen, deden de officieren eene nieuwe poging, om den graaf te ontraden, verder te gaan. Terwijl men hierhiede bezig was en als ware het om hen ter bulp te komen, deed een yreeshjk gebrul zich hooren, dat op weinige honderden meters af stand1 was. de vreesachtig© paarden hinnikten en trappelen. . . Grij zie*:. heeren ! zegde de graaf, het is te laat, wij zijn herkend, het dier weet dat wij hier zijn ; en ik wil niet, dat wij Indie verlaten, waar ik waarschijnlijk nimmer zal terugkeeren, een slecht denk-beeld van mij achterlatend,zelfs niet voor een tijger. Voorwaarts heeren ! — En de graaf gaf aan zijn paard de sporen, om langs het moeras, de rots te bereiken, van welker top men over het rietveld kon zien, waar de tijgerin haar hol had. (Wordt voortgezet.)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes