De Belgische standaard

1298 0
29 augustus 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 29 Augustus. De Belgische standaard. Geraadpleegd op 26 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/319s17tm0n/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

1JU> J aar ; — N° 139 / Vyf oentiemen het nummer r7^-nA u or O Q ûn lUTdonrlao» "t j De Belgische Standaard L oor Ta ai @n Volk DAQ BIxA.3:s Aif* rlîSil^r/ A»v T »SL7%Ci AbonnemoulspiiJii voor 50 txumwera (2 muaadea) bij vooruitbitaliiig : Voor de soldâtes : 2,&û il. Voor de met-aoldat.au — In 't land 3.60 A\>; bulteu 't la ad : &.00 tr. Indien meer exempiareu van elk numtner worden gevraagd, wordt de abonnements oms minder. Beatuurder : ILDEFONS PEETERS. Vaste opstellers ; M. E. BELPAIRE, L. DUYKEHS, V. VAN GHAMBEÏtEN, B. VAN DES, SCHELDEN, Juul FILLIAERG Voor aile modedcelin^en zich Mrendcrf ttfts S Villa MA COQUILLE, Zcsdijk D £ I» A * R E . i \»nkondigint;cn 0.45 -r. de regel. — Kcklataen : 0,40 ir. dt- r«f. < \/',l . nï-i>.! I - •. ■; M l T t'TLl r~ », •*.'1 fi» KUNST Beleefd verzoeken wij de soldaten die deel uitmaken van de V* le-gerafdeeling en vroeger aan Kunst heb-ben gedaan, ons h un huidig adres aan te geven. Wij bedoelen in de eerste plaats de-genen die aan nederlandscbe voor-drachts- en zangkunst deden. Antwoord dadelijk in te zenden aan De Belgische Standaard, Villa Ma Go-quille, Zeedijk, De Panne. Met melding Kunst. '^aïOKvacrB Een Daitsch geleerde te Leayen Aanmehking. — Doctor Sonneschein is een Duitsch hatholiek schr&ver. Hy hield zich ved bezig mut de studmten bewegin g in 't land van de « KaUur ». Ik wil u hier een staa.ltje geven van de denkwyse van die Duitsche geleerden {?), om er het besluit uit te treldim i voor eeuwig af-breken met die medeplichtigen van moorde-naars en bandieten. Zoodra de brand der Bibliotheek van de Hoogeschool bekend was, was Dr Sonneschein naar Leuven gekoraen om documentai op te doen. Leuven stond nog in brand 'els we daar op 'a morgend « Herr Doctor Sonneschein » ontmoetten. Het samenzijn was met gezellig, en weldra ontstond er een redetwist. Wij achtten de beste wijze van discutee-ren, eenige vragen te stellen. — Herr Doctor, hebt gij bewijzen gevonden dat de burgers van Leuven op de soldaten zouden geschoten hebben ? — Tôt hiertee heb ik geene gegronde bewijzen gevonden. — Wat denkt gij van den brand der Biblio-theek van de Hoogeschool ? — Dat is een vlek, een groote vlek voor Duiischland. — En het vermoorden van burgers, oud en jong, en het verkrachten van vrouwen en meisjes ? Bestaan voor de Duitschers nog de Tien Geboden Gods ? — Dat is Pathologie (iijdensleer). De soldaten zijn opgehitst door lijden en ontberin-gen, door drank en gevecht. Bijgevolg moet men hen verontschuldigen. — Welk is de huidige toestand van de Duitsche legers ? (wij waren toen einde Au-gustus 1914j. — Ons ieger is tegenwoordig te Parîjs en bintien enketè dagen zijn wij te Kales. Wij zullen onze torpedobooten met den ijzeren-weg tôt daar brengen en dan de zee nemen naar Engeland ? — Gij waart tôt den oorlog bereid ? — Vele piannen waren voorzien. Het plan van den huidigen oorlog, — van langy België aan te vallen — was reeds 13 jaar gereed. — Wat denkt gij van het schenden der on-zijcli^heid van BelgiS ? Moest men dat vraag-stuk aan Rome onderwerpen, wat zou het antwoord zijn ? — Och I Na den vrede zal Rome antwoor-den : - Non sunt inquietandi ». Ziedrtâr bijna letterlijk de gedachten van een Duitsch schrijver. Jk kan de namen van de yetuigen ooemen die daar tegenwcor-woordig waren. Wij hebben den vrede niet moeten afwach-teu om het oordeel van Rome te kennen over de euveldaden door de barbaren in Belgie gtpleegd. Zie daarvoor den brief van Kardi-naal Gasparri, staatssecretaris van den Paus, aan M. Van deD Heuvel, belgischen gezant te Rome, — brief, gedagteekefld van 6 juli 1915. Die Dr Sonnt-schein is. in de laaiste jaren dii-r wijls m Bdgië komen spreken. Hij ook senreef u<t het brandende Leuven nog aan Duitsche dagbladen dat klooslerzusters (het ivarcn Duitsche nonnen) de soldaten toe-juichten.Wat moeten wij daaruit besluiten ? De Belgische Standaard heeft het reeds gezegd : voor eeuwig aibreken met dat volk. Na den oorlog geen de minste gemeenschap meer met dieuitbroeidsels van de « Kultur ». Van al die " Kulturisten verlos ons va-derland ! P. Kenis. i Over Boeken. i "• i 3° Hilaire Belloc's Général Sketch of the European War. The firstphase, bl. 376, Price 6 sh. net. Voor het uitbreken van den oorlog heeft Hilaire Belloc met wonderbare nauwkeurig-heid, h^t uitbreken van dezen oorlog, de neu-traliteltsschending van Belgie eadeaîgemeene lijnen der Duitsche krijgskunde voorzegd, Sedert den oorlog is Hilaire Belloc als EDge-lands gezagvolste krijgskritikus lieschouwd geweest. Zijne bijdragen wekelijks in " Land and Water " en xijne voordrachten hebben hier te land de openbare meening nopens den oorlog gevorml, en we weten dat ook de Duiischsrs er met groote belangstelling naai grijpen. Indcrdaad, Belloc is bevoegd en ir krijgskunde stevig onderlegd. Hij was eer tijd lang dienstplichtige in de Fransche artillerie, hij in Engeland Mcmbei of Parlia ment, hij is een taleni.volle schrijver, een geede wijsgeer, een alom erkende geschi^dkundige, en een wandelaar al over de wereld. Nie-mand kan met hem evenaren in degelijkî kennis van aardrijkskunde en volkszielkunde. Hij kent elke engte in de Carpathen, en elke rots in deVogeezen.Hij is een katholiek, zoon van een Franschen Vader en een Ierschc moeder : en zijn stijl juist.is helder kiaar als de Fransche taal en levendig en kwik als het Iersch karakter. Graag zuîlen wij het toe-geven dat Hilaire Belloc, in zijn dik oorlogs-kritiek, of best in zijn oorlogsvoorzeggingen, soms den bal heeft misgeslagen (zoo ver-wachtte hij zich niet het minst aan die laatste zegepralende offensief der Duitschers tegen de Russen) maar de oorlog is nu juist geene mathematische berekening ; elk erkent dat Hilaire Belloc steeds het dichtst de waarheid heeft nabij gestreefd, en Hilaire Belloc beroept zich op de toekomst om de waarde en d« waarheid van de algemeene lijnen zijner krijgskundige kritiek te wettigen. Dit werk is het eerste deel van de officieele geschie-dénis van dezen oorlog ; en wil niet doen aar detailwetensuhap, maar veeleer aanwat Belloc zelt noemt philosofiesche krygskunde, d. w.z. de breede lijnen die vereischt zijn om eer zeker inzicht te hebben over het ontstaan dei verwikkelingen, en den uitslag van dezen oorlog. Dit eerste boek bevat drie deelec namelijk : de oorzaken van dezen oorlog. (Elk die in dien warboel van argumentatie waarmede de oorlogvoerende natien elkandet bestrijden, klaar zien wil mo«t dit hoofdstuk van buiten kennen : raker antwoord werd er den Duitschers niet gegeven). Het tweede deel spreekt over de oorlogvoerende strijd-machten, hunne aardrijkskundige ligging, hunne strengte, hunne oorlogstheoriëen. Hel derde deel behandelt de eerste oorlogsver-richtingen, Metz-Lemberg-Tannenberg, en den aftocht van de Marne, en sluit met een hoofdstuk over de zielkandige gesteltenis der oorlogsvoerenden na dezen inzet van den oorlog. Wij herhalen het : wi« waarlijk iets over dezen oorlog weten wil — iets dat den ! geest en niet enkel het opgehitst gemoed be-vredigt, en iets dat een veelomvattecden uit-kijk geeft over verledene en toekomstige gebeurtenissen, late de kwak zal ver krijgskunde varen en leze en studeere Belloc. * ] 4° De oorzaken van den Wereldoorlug ï deor Max van Poil. Uitgevers-Vennootschap « Futur a », Leiden. 2 ir. Dit boek is voor de duidelljkheld zijner uit-; senzetting, voor degeslotenheid zijner logika, de diepgrondigheid zijner rnetafysica, de op-portuniteit van zijne versctiijning en de be-trouwbaarheid zijner onz'jdigheid, veraf het beste boek dat ik over deze wereldkrisis heb gelezen. Lijk Hilaire Belloc ons in hooger-vermeld boek de geschiedkundige waarheid js gaf over de oorzaken van dezen oorlog, <500 geeft Max van Poil de wijsgeeriga waarheid over de oorzaken van den wereldoorlog. Een onpartijdig onderzoek naar de eigenlijke, diepere oorzaken van dezen wereldoorlog, moeilijk reeds op zich zelf, omdat deze strijd ! zulk een vér verwijderd gevolg is van ver-keerde begrippen en stelsels, kan best door een onzi)dige gedaan worden omdat een onpartijdig onderzoek nog moeilijker wordt door het bestaan van sympathifien «a antipathifien en ook door de eigenaardige mentaliteit.welke de oorlog bij de oorlogvoerenden zelf kweekt. | Zulke beleîselea voor een onpartijdig onder-i zoek kan een neutrale schrijver best uit- schakelen. De schri'Ver vergelijkt te recht deze wcreldcv.rlob e-û lav/ine. Een onbe-duidende kleinigheid kan de verwoestende kraeht eener lawine ontketenen. Maar v6or-dat het çchter zoo ver kan koman, moet *;en langdurige arbeid van zonnestralen en water zijn voorafgegaan. Het schot dat aartshertog Ferdinand doodde, heeft de lawine van den wereldoorlog in beweging gebracht ; maar een langdurige inwerking van de zon der wijsbe-geerte en van het sijpelende water van orge-loof en zedenbederf, heeft deze lawine rijp geniaakt voor den al-ver^foestenden val. Dit te bewijzen is'hetdoe! van dit boek. En zijne stelliïîg is deze : de katholieke leer, trouw ! nageleefd in enlcelingen en staUn, voorkomt ofverzacht den oorlog omdat zij het recht on-dergeschikt maakt aan de zedenleer. De moderne rechtsleer echter heeft een scheidsmuur opgetrokken tusschen recht m aedeleer (van daar al de realpolitiek) en daarmede eene verhouding tusschen de volkeren in het leven geroepen, welke noodwendig dezen wereldoorlog Un gevolge moest hebben. Hoofdstuk na hoofdstuk toont schrijver dien noodlottigen loop dtr rechtsontwikkeling, in de verschil-lende statea, zoo wel in Frankrjjk met zijn noodlottige leer der vrijzinnlghfcid, in Engeland met de leer van het individualisme en den gelukszin ,cn hoofdzakelijk in het Duitsche militarisme. De inzet van de valsche rechtsleer ligt in Machiavelli's leer ontwikkeld in het rationalisa e, en bij hoofdzaak in Duitsch-land, lângs Kant en de leer der menschelijke ; zelf'oepaliiig met zijn invloed op de Duitsche voikszieî, verder lang» Fichte, Schtlling en Hegel, Nietzsche, Bismarck, Lascon, von lartmanc, Paulsen, tôt de ^heorie van het heerschende ras, en het militarisme. Met recht wordt bij het sluiten van dit boek hulde gebracht aan d?n vermaarden Pater Weiss O. P., hoogleer„aar te Freiburg, die in zijne moreele apologie van het Christendom, 7de en 8ste boek « Soziaie Frage und Soziala Ordnung» degevolgen voorzien en voorsjiel'l heeft van die losrukking der moraal van het recht. Mochiten de paciiisten, en de oorlog-voerders teveus, en de gâzetteschrijvers zich verdiepen in dat boek van VanPoll, ze zouden tweezaken beter verstaan, namelijk waarom I Pius X zoo krachtdadig het modernisme aan-viel, dat niets anders beduidde dan het ratio-naliseeren van het christendom zelf, en waarom Benedictus XV gedurig herhaalt de lessen van den waren vrede stetihende op de christelijke zedeleer. Wat ons katholieken echter verbaast is het feit d?it die valsche rechtsontwikkeliîïg in Duitschland, zoo ge-makkelijk haren weg heeft gebaand, zonder 'protest noch tegenwerking van de katholieken zelf, en dat is, lijk van Poil zegt, bedenkens waa rdig. Pater L. J. Callewaert 0. P. Muzikale kanons Een Engelsche sol-daat schrijft van uit de loopgrachten het programma van den dag, daar in de loop-grachten. Den heelen dag is het concert, schrijft hij, en we zitten wij hier op de eerste rangen ! Ziet eens wat wij te hooren krijgen an zegt dan of wij het niet inooi, niet heerlijk hebben hier ! Neen ik, lijk de mitrailleuse zegt : « Ik en zou mijn hoekske in de loop-gracht niet willen afstaan voor niets dater leeft ! » Luistert : 1. Handel's « Hymne : Haten » 5 tôt 6,30 u. 2. Haydn's « 15 Duimer Sonate » 7 tôt 8.30 u., onder de leiding van Mr Krupp. | 3. Beethoven's « Shraprrel Symphony » 9 tôt I2.3OU. 4. Mozart's « Opéra Comic » : « O! mijn Hinneke » 13 tôt I3.30 u. 5. Liszt : « Kom Lisatje », Valse 14 tôt I5 u. , 6. Bach's « Jack Johnson» Polka 17 1.19 u. | 7. Mendelssohn's « Bomb. Bomb. » March 21 tôt O.30 u. I 8. Mitrailleuse Solo « 1k zou mijn Hoekske in den loopgracht niet afstaan aan U. 0.3o tôt 5 u. En dat is zoo aile dage concert, schrijft hij, 't zij dat het mollejongen, oudd wijven of Isnottebellen regent, 't zij dat de zonne bakert en steekt, en 't vel van onder onze vingerna-gels doet springen van de hitte; « altijd muziek 1 > Parijs, 27 Oogst, 15 u. Kanongeschut rond Atrecht, in de streek van Roye, op de Oise-1 hoogvlakten en op de Aisne. * Bij Auberive (Champagne) werd een duitsche aanval afgeslagen. [ In Argonne mijnengevechten met voordeel langs onzen kant. In de , Vogeezen bewerkstelligden wij de rechttrekking van ons front bij - ; Sondernach en mieken ons meester van een reeks loopgracnten. Onze vliegescadrillen hebben St-Baumont en Erey, de spoorhallen > | van Ivoiry en van Cierges gebom'bardeerd in weerwraak over het b werpen van bommen in Argonne door Aviatiks. In den nacht van 26 tôt 27 bombardeerde een onzer vliegers de \ f fabriek van verstikkende gassen van Darnach. In den morgend van . ( 27 heeft een escadrille de spoorhalle van Mulheim in 't Groot Hertog- - | dom Baden beschoten. Aile vliegtuigen kwamen behouden terug. Op den Yzer De kraeht van 't Land Elf maanden dunrt nu reeds de Yzerstrijd, ingezet met een afgrijseîijk bloedbad in de doodgaar.de weeide vata een gulden herfst, : voortgestreden in de twijfelachtige wankel-baarheid van eenguur wiaterget ijde,heropflak-kerend in de nieuwe leet'baarheid van een belovernde'lente en in de krachtige afwachting thans %ran een heerlijken zomer. Onze jon-gens staan thans niet meer ten Yzerboorden lijk in 't begin v»n den slag, toen ze uitgeput en tenden d-n moedeloozen aftocht hadden gemaakt van die honderd veertig lange en pijnlijke wijking uit Àntwerpen, neen ! Hun > ziel en hun wii,—eeirtijdeki'fais versmoord in I de gruweliikheid van 't bloed en aïs omneveld in 't blakend branden van den ringsom strie-menden einder, die te nachte zijn vlammende toortsen als een uitdagendeakeligheid ten he-mel zond, wijl de ontzettende drukking van die lange en bange nachten,koud en dood, hunne macht in den ondergrond van hun bestaan als verpletterd hield, — hun ziei en hun wil zijn heden, meegaande met 't wissclspel van de kwijaende, doodende maar heropschietende tijden, gekomen te staan op 't toppunt van de glansrijkhtid die ligt in de belofte van den zomer. De omgeving van het land heeft hen verwerkt, gevormd, gekeeed tôt kinderen van de roemrijkheid, want de Yzer is de stut en de steun, de grondveste geweest van een nieuw leven dat, traag maar staag en als van zelfs, in hen is geboren. Waar men lange blijft, daar kweekt men een meevoelende in-nigheid tusschen buiten en binnen en waar men de dierbaarheid weet liggen van een heel : volk, daar bemint men allemachttg. '1 Is dat de Yzer voor hen is gaan worden de aller- Îgrootste en allerscboonste beteekenis va» het heele land; het land van doode dierbaarheid eerst, van lijdend vermaan vervolgens en I van jeugdige belofte op heden. Het leven | in de loopgracnten aan den Yzer is voorallen geworden de school van de grootste kracht in de biijdste hoop, waat nievers meer dan hier was het leven zoo geweldig tragiesch in zijne mensehelijkste beteekenis. Leven is sterven om levens te geven. Nu zien ze dat heele dagen en hebben onmogelijk den wel- > doenden en allerzuiversten invloed daarvan | kunnen ontgaan. Ze hebben in de vlakten | achter en vôor hen maanden en maanden de ï ontelbare kruisjes aanschouwd, geplant op ide ontelbare graven van broeders die aan hunne zijden sneuv.lden als martelaars van plicht un eer. Ze hebben dan gedacht op den Î dood en aan de eeuwigheid denken is dier-i baarheid verwekken. Niets is heerlijkerdan eene eeuwigheid waarvoor men ailes heeft geslachtofferd. Martelaars stierven gerust-en tevreden voor hun geloof, heldea stierven hier grootsch voor hun iand en 't land is nooit ondankbaar ! Uit die graven, rondge-strooid allenthenen stegen de stemmen en de verzuchtingen, steeg het broederbloed en als ze daarop dachten, kregen onze jongens den krop in de keel en ze kregen ailes zoo onein dig lief. En om die liefde, die in de meewarigheid zou kunnen geworden tôt innig-teere droome-rij, — te maken tôt een razend gevoel van wraak, — want éen voorwerp kan maar door éen persoon bezeten worden, onaantastelijk en geheel ; en ons, land weid vertrappelden vermorzeld door een aartsvijand die ze onmogelijk nog dnlden kunnen-stegen allengskens van aan zee, in een bochtige lijn tôt over ! Diksmuide en verder Zuidwaarts naar Yperen op, de ontmântelde geraamten van de stuk- f . geschoten ktrken en monumenten ; de puin-; hoopen van heele steden en het steeogruis van schamele dorpen. In 't Land rezen voor hun oogen de groote stemmeu van het etil en indrukwekkend vermaan, die treurig, naakt er stonden;maar levendig bleven spreken van geledene gruwelijke dingen, waarvoor en waarom die graven, daar in de velden, te allenkante, lagen gestrooid. Dag en nacht spraken de stemmen van den dobd en het le-vend veimaan tôt hun hakende zielen en toen al ineens de pracht van 't land rond die graven en rond die pniren, de bloemen en 't groen deed opschieten als eene belofte van t nieuw leven,uitdebarheid van een gestorvene : schoonheid, hebben ze door hen voelen varen met den schok van I et begrijpsn, dé jeugdige kracht van 't herworden. Geen menschenlevens gaan nuttelcos ver-loren, geen menschenwerken worden ten ondoeme vermooscht. Gaeu land kan blijven lijdeo, waar het lijden niet was gewenscht en den dood niât was gewild De glorie van het land is de kracht van een ras en nooit hebben ze 't land heerlijker en prachtiger zien verrijzen uit den dood dan hier. Toen hebben ze dat begrepen na 't pijnen en 't pogen in den winter en na de verwachting van de laatste tijden. Meteen hebben ze nooit de kracht levendiger gevoeld. Speekt onze jongens nu van 't land, hun 00g vlamt en hun borst zwelt. In het lijden hebben zij de beteekenis gevonden van 't land, door 't land zelf ; en ze zullen u wijzen met een breed gebaar naar den einder, die duikelt ginds verre aan den ingang van de belofte. « Hij » moet er uit I Die eene monds-gemeene spreuk verklaart tegenwoordig heel den toestand van ons jcugdig, prachtig kerelsleger. « Hij » bracht ons tôt de kenni» van 't land terug. Het zal zijn straf zijn, want land en volk zijn éen. Het duldt geen vreemden ! En ze gaan naar de loopgrachten als naar de piaats der verwachting... ^ Kalmte. Steeds duurt de kalmte voort op heel het Yzer front. Na al dit schieten, voelt men dat er iets in de lucht hangt en 't wachten in de loopgrachten wordt voor onze jongens eene ongemakkelijkheid.Mochten ze nu maar eens vooruit. Hoe jeuken hun de handen naar het werk en wat wordt hunne kanonbedrijvigheid een schamele zaâk vergeleken bij den gewel-digen lust dien ze voelen om vooruit te stor-men. De centooiiigheid kriigt hen te pakken waar ze zitten en dat maandenlang stilzitten, het gedwongen werkeloos blijven weegt zwaar als de ergste verveling. Laat ons op-îukken, zegde er mij een, dan zingen we 't uit van vreugde. Is dit niet kenschetsend ? En teekent het niet prachtig de huidige gesteltenis van ons Belgisch leger. Ze vreezen niets noch niemand meer en allerminst den Duitsch. Ploerten allemaal die zich machtig voeien door hun getuig maar anders zouden loopen als hazen. Kanonnengeweld — uitvin-dingskracht. Zal de levende kracht dan altijd door deze materieele kracht tôt onmacht gedwongen blijven ? We vernemen dat Staatsminister Vander-Velde andermaal het woord heeft gericht tôt de troepen op het front, camenlijk tôt de vierde legerafdeeling ; alsmede heeft hij aan de soldaten sigaren eD sigaretten uit-gedeeld.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Belgische standaard behorende tot de categorie Katholieke pers. Uitgegeven in De Panne van 1915 tot 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes