DE GENTENAAR - DE LANDWACHT ^cu^'- ua s*~ tsœ »*»<■ arts^aa ecï «siss R&a crw ç&a usa v«r.2L e&ê^Q/^ w^f±^->-a Ue&^«Si ww wu «KJHr eaa hb wai k^s b&m k-Bb !9e jaar. N<im*12 G.DoGraeve, Ke£eIvesî,IS DE KLEINE PATIÎI9T Zoadaa M en Maasdaq 15 Jaauari 131T. Prljs ® eeatidaisa Vererdeniog feetroïsnde het verscîiaffen van Eîslk a au de Staâ. <3®nt.- § 1. De Stad regelt «ausch den melkverkoop In samenwerking met de Provinciale Bevoor- fadings-commissie en de Melkerij Tan Geat Laiterie de Gand). § 2. De stad Gent moet (in elke politie-afdeelicg) volgens de uitgestiektheid Verkoophuizen voor fitelk inrichîen. Deze moeten voorzien zijn van Îen duidelijk zichtbaaruithangbord, A, B, C enz. n deze winkels wordt 's morgens, van 8 tôt 9 ure, voile rnelk voor kinderen, zieken, enz. verkocht. Allé koopeis zijn in hetb zit van eene jantsoen-kaart. Twee dagen voor de opening van de fiielkwir.kcls moeten Ôe koopers zich laten taschrijven in de hun aangewezen melkwinkels èn zij ontvangen krachtens deze inschiijving de Itan tsoetikaau voor de mellr. Het kooçen en *erkooren van melk zonder kaart is verboden. î)e meik vinkels zijn open : 's morgens van 8 tôt 12 ure, 's namiddats van 2 tôt 6 ure. § 3. De orde voor het ontvangen van melk fcschiedt met dagelijlcsche afwisseling in alpha-etiscbe orde en woidt door de stad gere^eld. § 4. De ïvlelkerij van Gent (Laiterie de Gand) mott Melkwinkels inrichien in de bij Gent iiggende gemeenten Mariakerke, Wondelgem, ï&ec relbeke, Heusden, Mel'e en Zwijnaarde, met medewetking van de Bevooiradmgs-kom-tnissie dtr genoemde gemeenten, zooals in de «tad Gent. De inwoners hebbea enkel in de hun aangevvezen winkels het recht melk te koopen, De lantfoenkaarten moe<en als oorkonden be-jchouwd worden. ODgeiechtigde wijzigingen iaarop worden bestraft. Bij veracderin« van ïroonst moet degene, die melk ontvaagt, zich in den la-.isten winkel schriftelijk laten van de lijàt fchrapp-n, on ler opgave van de wijk, wasr hij gaat wonen. Hier wordt hem medegedeeld in Welhea winkel van zijne nieuwe woonplaats fcij melk bekomt. § 5. Het overbrengen van melk uït de winkels ®aar de woningen van de koopers door de stad is Verboden. g 6. De verkoop van melk aan personen, dis tôt het Duitsche leger be'nooren, is in de winkels verbcden. § 7. De winkels moetsn dag elijks door beëedigdo deskunaigen verscheidene inalen gecontroleerd worden en deontdektemisbruiken in een revisie-boek van den winkel aangeteekend worden. § 8. Het pcrsoneel, dat in den winkel werk-zaam is, moet elke maand door een door de stad aangewezen gôneesheer aangaande zijnen gezoadheidstgestand onderzooht worden. Zieke personen mogen in de winkels niet gebezigd worden. § 9. Verkoopprlj3 in 't groot. voor a) VOEEE MELK: ljin de Gemeenten, 22 centiemen ; 2) in Gent, 25 centiemen. b) AFGEROOMDE MELK: l)inde Gemeenten. 12 1/2 centiemen ; 2) in Gent, 15 centiemea. Verkoopprlj» ln 't kleln. voor a) VOLLK MELK : 1) in de Gemeenten, 25 centiemen ; 2) in Gent, 30 centiemen. b) AFGEROOMDE MELK : l)in de Gemeenten, 16 centiemen ; 2) in Gent, 20 centiémen. § 10. Overtredingen dcz r verordening wor-dentaet eene geldboete tôt 5000 Mark, en ge-vangenisstraf tôt 2 jaar, oiwel eene dezer straf-fen bestraft, indien niet volgens de besta'î.nde wetten en verordeningen eene hoo^ere straf toepasselijk is. De levensmiddeien en voorwer-pen, w^arop de overtreding betrekking heeft, kminen verbrurd verklaard worden. Gent, den 10 Jauuari 1917. Der Etappen-Kommandant, von WICK, Ob^rsleu'nant. Het ast-woord dsr Intsats aaa p?esideni Wiissn. Naar aan de « Kôln. Zeitung » uit Zwitser-land wordt bericht, luidt volgens Havas-agoat-schap de antwoordnota der Ententeinogend-hedea aan président Wilson als volgt : «De ve.bondea re?eeiiagea hebben da nota ontvangen, die hun den 19 Deceinber, in naam der regeering der Vereeni^de Statea werd over- handigd. Zij hebben dezelve onderzocht met de zorgvuldigheid, gelijktijdig opgelegd door het bepaald gevoel dat zij hebben van de ernstigheid van het uur en van de oprechte vriendschap, die hen met het Amerikaaasche volk verbindt. In het algemeen hechten zij er waarde aan te verkiaren, dat zij de hooge gevoelens waarmede de Atnerikaansche nota is vervuld, erkennen en dat zij zich met ai hunne wenschen, de ge-dac'nie van de inrtchiing van eenen bond der natiën die den vrede en de gerechtigheid in de gansche wereldverzekert,aansiuiten.Zij erkennen aile voordeelen die zouden voortspruiten uit de invosring van int rnationale voorschriften tôt vermijding van geweldige konflikten, van voorschriften die de noodwendig:e waarborg zouden inhouden ©m hunne uitvoering te verzek-:ren en alzoo te verhinderen dat eene schtjnbare zeker-heid zou dienen tôt vergemakkelijking vaa nieuwe aanvallen, Edoch de bespreking over de toekomstige ovcreenkomsten tôt ver^ekerlng van eenen duur-zamen vrede,dient voorafgegaaa te worden door eene bavrediçende bijlegging van het huidi? konflikt. De Boadgenooten koesteren evenzoo diep als de regeering der Vereenigde Staten den wensch, dat deze oorlog voor weike de centraal-mogcndheden verantwoordelijk .zijn, en die aan de me&sclihfcid zulk schnkbarend lijdea heeît berokkend, zoo gauw mogelijk tôt zija einde kome. Doch zij houden het ervoor dat hetonmo?elijk is hsden reeds eenen vrede te verwezenlijken, die hua de schadeloosstelliagen, herstelliogen en waarborgen verzqk ;rt, waattos hun da over-val het recht geeff, waarvan de centraal-œogend-hedrn ce veraaivvoordelijkheii dragan, en die in grondbegin daarop g'eûciit was, de veiligheid van Europa te veraietigsn. De verboadene natiën zija ervau bewust dat dat zij nietstrijden voor een zelfzuchtig doel, maar •oor de bewaring der onafiianketijkheid der volkeren, voor het recht en voor de mensch-hei i. Ds Bondgenooten gavea zich volkomen rekenschap vaa ds verliesen en het lij lea die de oorlog den neutralen en den oorlogvosrenden zelf oplegt en zij doe i aile moeite ora de schade MENGELV/ERK. —14-15 Januari 1917. 100 Voor 't Jt!d ! Siegwait verbleekte. Zijn gewooalijk Îerust ge'aat maakte plotseling voor eene roote verlegenheid piaats. — Deze dame noemt zich hier mevjouw Weisse !... Weizoo, dat wist ik waarachtig fiiet. . — Om u een bewiis van mijne oprechtheid le geven, wil ik u dadelijk de gehee^e waar-Eeid bekem en, voerde Breitung voort. Het Weisje dat ik u als gouvernante heb aanbe-*olen, is de dochter van deze jufvrouw Weiste, welke ik zelf niet kende. Ik han-de'de eigenlijk op aandringen van jufvrouw Feldmann, die mij dit ailes verzwegen en Îiij slechts om mijr e aanbeveling voor de ochter eener viiendin veizccht had... Siegwait geleek aan een levend beeld van (chrik. — Helsch bedrog ! mompeîde hij. Deze Lina Weisse is dus 1... — Vriei d, na hefgeen l'oorgevallen is, Oie'dikhet voormijnen plicht u de waar-beid te zeggen, en niets te verzwijgen wat «enigen inv'oed op uw besluit kou uitoefe-#e». Hoezeer mij uwe zoo evea te kennen fegevrfn achterdocht verrastte, vind ik die nu volkomen verrechtvaardigd. Wij zuïlen ons beiden te bescheimeu hebben om den tegen ons gespannen list onsc'nadelijk te makeu ; door onmiddellijke, krachtige maat-rege'.en is misschien nog een gedee.te der ïamp te verhoeden. In uw eigen huis zuit gij de lagen uwer vijanden onscbadeliik weten te mak«n. Vo»r het mijt-.e za! ik zorgen. Jufvrouw Feldmann, die mijn veitrouwen heeft rnisbruikt, zal nog heden mijne woning ontruimen, deze voldoening bea ik u en mij zelven schuldig. — Ik mag dus bij eiken stap, dien ik tôt onze gemeenschappe'iijke zekerheid onder-neem, op vwe onvoorwaardelijke onder-steuning lekenen ? vioeg de barikier, dio blijkbaar in geene nadere ialichtingen nopens het evenbesproken onderwerp wilde oveigaan. — Dat rnoogt gij, Siegwart ; geméenschap-pelijke belangen en eeae veeljarige vriendschap verbiuden ons. Reken op mijaea bijstand, zooals ik op dea uwen. — Goed, ge zuit van mij hooren, zei Siegwart, op zijn uurwerk ziende. In een half uur veitrekt de trein ; ik zal er gebruik vaa maken om nog vôôr morgen te huis te zijn, waar mijne tegenwoordigheid zeer aoodza-kelijk is. _ — Eu de kleif e aaak weike ik u schjifte- lijk gevraagd heb... twintig duizead tnalers op drie maauden... het is voor u niet waard orner over te spreken... — Nu, ja, ge zuit het geld hebben_, maar !aat het thans voor de laatste maal zijn. Met het terug^even gaat het imtaers bij u moei-lijk. Ook de diepste bronnea gerakea ledig als Ket uitgeputte water niet teçugkoiiif. Zoo gij uwe jachtpartijen eea weinig wildet be-perken en daaientegen uwe kautoorbe-diendeti meer op de viagers tikken, lieve Breitung, dan zoudt gij vreemde hulp ont-beien kunnen. Neem 't niet kwaiijk, tôt wederziens... Het was op den avond van denzeifden dag dat jufvrouw Feldmann in de grootete opgewondenheid het dakkamertje van Constance binnen trad. Constance las even een dagblad, hetweikzij echter dadeiijk bij het binaentiedea harer vriendiu, die zeer neerslaciitig scheen en in wier oogen zelfs tranen glinsterden, ter zijde legde om haar deelnemend te gemoet te gaan. — Wat deert u, mijne lieve Margaretha ! Wat is u wedervaren ? — Ach, welk een ongeluk! Welk een ongeluk l Gij hebt toch gelijk gehad, mevrouw, Siegwart is een afschuwelijke mensch, die er zich slechts op toelegt het geluk vau anderen te verwoestea. ■ ' '"»» ■— —|i te beperken, voor zoover zulks vereenigbiar i* met de onverbiddelijlce eischea hunner verdodi-diging tegen het geweld ea de valstrikkea vaa den vijand. Met bevrediging nemen zij kennis van de ver-klaring dat de Amerikaansche mededeeiing, voor wat haren oorsprong aangaat geenerwijza in betrekking staat met deze der centraal-mogeadheden die den 18 December door da Amerikaansche regeering werd overhaudigd. Zij twijfelen er niet aan dat die regeering be-sloten is alware het zelfs maar den schijn eeas zedelijke oadersteuning van de verantwoorde-lijke bewerkers van den oorlog ta vtermijdea. De verbondea regeeùagen gelooven op de vriend«îlijkste, maar m»est besliste wijze zich te moeten verweren tegen eeae gelijkstelling die gesteuud is op de vertdariag der centraal mo-gendheden en in rechtstreeksche tegenstelling is met ds klare feicen zoowel vo^r wat 'de ver-ant\voordelijfAeid voor het verleden bctreft, als voor wat de waarborgen der toekoms aanbelangt. Wanneer président Wilson zufks h ri.merae, dan was hij zeker voornemeus zich bij dezelve aan te sluiten. Eene his'ori che daadzaak staat op het huidig uur vasi : De aa ivalswil vati Duitschland en Oostenrijk-Hongaiië, tôt ver-zekertng hunneropperhee schappij in Europa ea hunner ekenomische beheersching der wereld. Duitschland heeft door zijne oorlogsvoeriag en door zijne oo.genbl k^elijae schendincvanBelgië en Luxeraburg, en door dea aard en de wijze op weike het den oorlog voert, zijne systemuieke minachting der grondslagea ten aanziea der kleine staten, bewezen. In de verJere oatwikkelinsr van het konflikt was het gedrag der centraal-mogendheden ea hunne bondgenooten eene gestadije schending der menschelijkheid e* d^r beschavinjf. Moet men herinnerea aan de gruwelen die de inmarsch in België en Ssrvië begeleidden, aaa de hard-vochtige behandeling der veroverde landerc, aan de uitmoording van honderdduizenden gevallea Armsniërs, aan de barbaarschheid tegenover de bevolking van Syrie, de Zeppelinvluchten boven op'ne steden, de vernieliag vaa pakeibootea en handelsstoomers onder neutrale vlag door ondorzeeërs, de gruwzame behandelin? der knigs^evangenen, de gerechtelijke moorden op miss Cavell ea kapitem Fryatt, het we^sleurea van burgeilijke bevolkingen in slavernij. De terechtstelling vaa miss Cavell en de reeka van misdadea die zonder inachtnemlng der alge-meeae verbittering bedrevea werden, verkiaren geaoegzaam aan dea président der Vereenigde Staten het rerzet der bon lgenoofen. Zij zijn vaa tneening dat de nota aan de Vereenigde Staten, in antwoord op de Duitsche aota overhaudigd, ook de viaag béantwoordt door de Amerikaai-sche regeering gesteld en volgens de eigeao waorden dezer laatste « eene openlijke verkla-ring der voorwaarden onder weike de oorlog kan beëiadigd worden, » daarstelt. Pres'de-it Wilson xvenscht meer. Hij zou willea dat de oorlogvoereade mogendhaden da doeleinden die zij bij de voortzetting van den oorlog beoogen in voile kltarheid daarleggen. De Bondgenooten ziea ergeon bszwaar in, die begeerte te beantwoordea. Hunne oorlogs-doeleinden zijn wel bekend ; zij hebben dezelve herhaaldelijk door den mond der leiders hunner regeeriagen h'en verkonden. Be oorlogsdoel-eindea in al hunne bijzonderhe^en met alla kompensatiën en billijke ver^oedingen zulien eerst ten tijde der oaderhandelingea bekend gemaakt worden. Edoch de beschaafde wereld weet wat zij noodwendigerwijze ea in de eerste piaats bc- Ivatten : de v/ederherstelliag van Beîgie, Servie en Monténégro en de hun verschuldigde ver-goedingea. Eeae aieujve orgaaisatie van Europa gewaarborgd dooi eea vooxtdurend refiiem, dat

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.