den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschîjnende Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN beslemd ; iedere compagnie, escadi'on. of batterij ontvangt Lien of vijfUen Fransche en Nederiandsche exemplaren.. I ~ I OORLOGSTIJD Scftstsso sa !nd;ukksn van hst Froal vv ÀA Op flen klokslag der getijden, zonder merk-baren overgang, viel 't oude jaar als een worm-doortikte appel van kun levensboom, en ont-propte 't nieuwe, dat te leven hegon, gekoesterd door de ademende borsten der aarde en het ver-iangen dei' nienschen. De jongens stonden te midden den doodendans der dagen. Zij leefden verwilderd en onverschillig en droegen den last van hun lot met een lach op de lippen. Zij waren de simpelen van geest voor wie het rijk der hemelen openstaat. Zij woelden onder een lucht ais onder een glazen klolt die gonzend was van onverpoosd en schailend oor-logsrumoer. Maar het brons der kanonnen was de feestelijke inhuldigingsmarseh der godde-lijke bazuinen, waarop ze de gulden poorten der eeuwigheid binnenstapten ; het geroep der ge-wonden was het gepai-el der violen en luiten van glorierijke aartsengelen, die de harmonie der sferen in hun edel spel belichamen... Het gemeenschappelijke lijden Ioutert een volk. In het lijden vooral voelt de mensch dat hij geboren is voor een maatschappelijk leven. 't Kunstmatige der beschaving verdwijnt ; het Erimitieve sehepsel herleeft in het goede en het ooze en loopt als een wandelende jood over den aardbol. Het heeft een vast belrouwen in zijn eigen krachten en worstelt tegen de heerschappij der elementen, halsstarrig. Dierlijke inslinkten ontwaken,maar het hoogst menschelijke in het sehepsel sterft niet : de ziel ! Van geslacht tôt geslaclit, door den ommegank der eeuwen heen, leeft zij, als het meesterstuk der liefde van de vrouw tôt den man. Zij is een deel van het onbegrijpelijk schoone dat het heel-al omgolft en doorademt en den wentel der hemellichamen regelt, in de doorschijnende on-éindigheid der ruimten. Zij is het eenig algemeene en het volmaakst geschapene aller dingen. De jongens melkpeerden niet over bet wezen der dingen : God schiep den dag en ze kropen er door ! Voor hen was het jaar een klaverken van vier seizoenen, dat ze plukten, op goed geluk af, zonder vrees en zonder bijgeloof. Ze lieten zich gaan, klinke 't niet dan botse het. Ze aten, slie- fien en dronken. Tusschendoor vochten ze, en ieten het beiaardspel hunner blijdschap over die gebeurtenissen kermissen.Viel er één, ze begroe-ven hem zonder komedie en zonder staatsie. Ze zochten geen groote woorden om den gesneuvel-den makker te huldigen; 't bioed alleen hamerde een beetje in hun borstkas en er schoot een prop in hun keel. En daarmee was 't genepen. De dood van een held is een triomf. Door zangen wordt die ver-heerlijkt; jammeren baat niet. In hun bestaan was de dood soms een- verlossing en het leven niet langer een weldaad. Welk geheirh besloot nu weerom het nieuwe J'aar? Er ligt een wulpsch genoegen in deu voor-rnrig^n angst dit te peilen, te wikken en te Wegen, in kooghartigen weetlust. Maar de toe-komst ligt buiten het bereik der mensehen en ll-J. ■ ■ • ■ ■■ mm ■ Het OoriogsM uon m mosdiosn Franschznan in disnst uan het Bslglscli Legsr De Koning heeft het Oorlogskrwis verleend aan een moedigen Franschman, die van af de eerste dagen van den oorlog, wegens zijn ouder-dom vrij van aile militaire verplichting, dienst heeft genomen in het Belgisch leger en heel deu veldtocht heeft meegeinaakt. Ziehier de vermel-ding:Graaf de la Lombardière, Jacques, L. C., brankardier bij de ambulanciecolonne van de C. D, : Fransch burger, heejt als brankardier dienst genomen in het Belgisch leger van aj het begin van den oorlog,ojschoon hij twee en vijftigjaren oud was ; heeft zich vooral onderscheiden door de edelmoediglieid en de toewijding waarmede hij aan de gekwetsten hulp heej't gebracht. draagt op haar steenen masker den steilen blik der blindeu. De jongens leefden nu weer als bonderden jaren lier, in ondergrondsche holen en leeuien huttekens. Ze vergroeiden in die open lucht tôt een stuk natuur. De moderne oorlogstaktiek had die retrospektieve levenswijze heriugevoerd. Niet alleen werd de burgerlijke bevolking gepijnigd door barbaren die in verlijning de inkwisitoriale beulen uit den tijd der godsdienst-vervolgingen overtroffen, maar meteen werd de vijand van weerskanten belegerd door midden-eeuwsche wapentuigen. De krijgsliên zaten weerom geharnast in stalen uitrustingen. droegen k( me i en borstschilden, beschoten malkaar met pijien en mortieren, smeten handgranaten, goten ontvlambare vloeistoffen op den aanvaller, spo-ten giftige stikgassen over de koppen der over-weldigers, gingen malkaar te lijf met dolken soins en verrichtten heldendaden waarvan we slechts den subliemen weerklank vinden in de mylhologisehe legenden en sagen der oudheid. En hadden, evenals in dit glansrijk tijdperk, de legioenen hun barden om die heerlijke wapen-feiten te bezingen, hun troebadoers om ze aan ridderlijke jonkvrouwen te meystreelen, hier toch ruischtte de ziel van het volk boven het oorlogsgeweld uit, op de rythmen der bloed-druppelende wonden, ois de mirakuleuze harpe van Saiil, de muziek der eeuwen die uit den afgrond van het verleden opstijgt en de eigen-dommelijke kracht van een volk in bijbelsche grootheid ' verzinnebeeldt. En bij het verdiehten dezer odyssee zullen de oud-testamentarische geschiedenissen, bleeke, verwelkte fresko's schijnen ! (Wordt voortgezet.) Fritz Francken. 0p heî Belgisch Front Wekelijksch legerbericht van 26 Augustus• I September xgiô. Het slecht weder heeft verloopen week fel het artillerievuur belemmerd ; 00k was de beschieting aan weerskanten van het Belgisch front maar beperkt. Onze batterij en hebben evenwel roffelvuur gericht op 's vijands werken bij Het-Sas en Boesinghe. De vijand heeft maar zwakjes dit vuur beantwoord. Italie, Eoemsnië en België Bij de tijdingvan de oorlogsverklaring van Italie aan Duitschland en van het ingrijpefl der Roemeniërs in het conflict, naast de Bondgenoo-ten, heeft baron de Broqueville, minister van oorlog en hoofd van het Kabinet, volgende tele-grammen naar Rome en Bukarest gestuurd : c Aan Z. E. den heer Boselli, voorzitter van den Raad, Rome. « Op het oogenblik dat Italie den oorlog aan Duitschland verklaart en aldus opsta.it tegen de natie welke ons, spijts de traktaten, heeft aange-rand, houd ik er aan het leger en het volk van Italie te begroeten en aan Uwe Excellencie te zeggen hoe zeer het broederschap onzer wapens aan de gevoelens der Belgische natie beant-woordt. De warme sympathie welke onzer zaak van wege de Italianen ten deel viel, geldde voor ons, sinds het begin van den oorlog, als eene krachtige opbeuring. a Broqueville. » « Aan Z. E. den heer Bratiano, voorzitter van den Raad, Bukarest. « Op het oogenblik waarop de Roemeensche natie zich bij 011s schaart en ons, in het hevigste van den strijd, de samenwerking brengt van hare strijdkrachten ter verwezenlijking harer hoogere lotsbeschikkingen, houd ik er aan aan Uwe Excellentie te zeggen hoe zeer de Belgische natie de solidariteit der kleine staten te midden van het groot conflict begrijpt en zich verheugt, eene natie, klein door het aantal, maar groot door haren moed, met haar tegen den gemeen-scliappelijken Yijand te zien strijden. s Broqueville, » - Van Redits en Links De achtbare minister van landbouw en open-bare werken is verleden Zaterdag te 10 1/2 ure 's avonds te Ste-Adresse toegekomen. De minister zal nog enkele dagen zijne kamer moeten houden, maar men mag lhans zeggen dat het ongeval waarvan hij het slachtofï'er is ge-weest geene sporen zal achterlaten. Generaal graaf de Grtinne wachtte den heer Helleputte aan de statie af en heeft hem welkorn geheeten : te Ste-Adresse werd de minister ont-vangen door zijnen schoonbroedci- den heer Schollaert, voorzitter van de Kamer, en door staatsminister Cooreman. *** Mgr Locatelli, de nieuwe pauselijke nuntius, werd, bij zijne aankomst te Vlissingen, verwel-komd door den heer Goffart, consul generaal van België. , Uit Brussel toegekomen nieuws meldt dat de vertegenwoordiger van den Paus den 20" Augustus in zijn ambt is getreden. \ if * % In September 1914 had er, tusschen patroeljes uhlanen en Belgische gidsen, eene schermutse-ling plaats te Liohtaert, bij ïurnhout. Verschei-dene Duitschers bleven dood ter plaatse ; een Belg verloor 00k het leven. De inwoners van Lichtaert hebben op vrome wijze hunnen land-genoot ter aarde besteld. Sindsdien, hebben de brave dorpelingen een gedenkteeken opgericht op het graf van den nederigen soldaat en eenen treurwilg te dier plaatse geplant. * * A- De Belgische dichter Verhaeren zal zich eerlang naar Scandinavie begeven om daar eene reeks voordrachten over België, met lezingen uit Belgische schijvers en uitvoering van muziek van-Belgische componisten, te geven.. De Deensche dichter Moêller heeft onlangs een boek ter huide van België laten verschijnen. Dit boek behelst beoordeelingen van de voor-naamste Deensche geleerden en schrijvers; het maakt als 't ware een gedenkteeken uit gewijd aan het heldhaftig, gemarteld en eerlang zege-vierend België. De 34e oorlogsverklaring. —» Na geaarzeld to hebben om een nieuwen vijand op te zoeken, heeft Bulgarie gehoor gegeven aan den druk der Duitschers en Oostenrijkers. en op zijne beurt den oorlog aan Roemenië verklaard. * # De pokinenting tegen tvphuskoorts bij de Fransche marine gaf onlangs de volgende uitsla- fen : 80,000 mariniers werden de pokken çezet, 0,000 werden niet gevaccineerd. Op de 60,000 niet gevaccinearden waren er 525 gevallen van typhus en 77 overlijdens, hetzij eene sterfte van 14 °/„. Op de 80,000 gevaccineerden, waren er 136 gevallen en 10 overlijdens, hetzij eene sterfite van"7 °/„ Het Fortuin dat sluimert Voor enkele dagen, vonden soldaten bij het delven van eenen loopgraaf, een koffertje. Zij droegen het naar hunnen kapitein die het opende, en erin voor een millioen aandeelen vond. Onder die acties stak het testament waarbij eene som van 100,000 fr. aan den vinder van het koffertje, en het overschot aan aangeduide personen werd vermaakt. Maar de fortuin sluimert niet alleen in de ver-woeste velden van de Somme. Zoo verneemt men dat de gelukkige sterveling, die het groot lot van 500,000 frank, bij de trekking van 15 Ja-nuari 1.1. van de leening der stad Brussel 1905 heeft gewonnen, nog niet bekend is. Dat de makker die het nr 14 van de reeks 123.753 bezit, de hand omhoog steke. Een half-millioen frank ligt VQor i*em i» de brandkotfers der stad Brussel. 5 September 1910 Nnmmer 313

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.