De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1069 0
06 januari 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 06 Januari. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 01 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/4j09w09z2g/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Tweede Jaargang. No. 2. Dondsrdag 6 Januar: 1916 5 Cent. DE VLAAMSCHE STEM I Een volk zal ni et vergaan! ALQEMEEN BELGISCH DAGBLAD ô Eendracht maakt macht. ADMINISTRATIE EN REDACTIE: POSTBUS 432, S - G R A V E N H AG E. Onder leidmg van: Dr. RENE DE CLERCQ en Dr. A. JACOB. ABONNEMENTSPRIJS (bij vooruitbetaling) ; Voor. Kederland. per jaar gld. 6.50 — per kwartaal gld. 1.75 — per maand gld. 0.75 Voor België, Engeland, Frankrijk en andere landen dezelfde prijzen. met verhooging van verzendingskosten (2i£ cent per nummer). ADVERTENTIES : *20 Cent per regel. |„!n verband met de Vlaamsche toestanden". Herkaaldelijk hebben wij gevraagd, dat ;le Belgische Regeering ons een tastbaar ljewijs zou lerveren, dat zij niet wenscht te '"rgeten, dat ook- Ylaanderen in België .'igt. Een der manieren, waarop dit zou kunnen gesehieden, is de.opname van een Flamingant onder de raadslieden der Kroon. De Passieven echter stonden als immer steeds bereid om de inwilliging ook Tan dit zoo uiterst beseheiden veriangen, voor onmogelijk te verklaren. De Regeering, zoo heette het, moest, in 's lands belang, ongewijzigd blijven. In Havere schijnt men liet echter, met 's lands belang, zooals dit door den leider van ,,Yrij Belgio" wordt verstaan, niet zeer nauw te nenien. Ondanks de passieve protesten, soh^jut «en daar eene in grij pende wij ziging in de samensteUing der Regeeriïïg te beoogen- In het laatste nummer van ,,Ynj België" ' legt Van Cauwelaert zich dan, als naar géwoonte ook reeds gehoorzaam neei bij wat de heeren in Havere Xvijzen. Alleen waagt "bij nog één poging: ,,2oo er", schrijft hij, r,tegen eene mi-nisterieele wijziging pricipieele bezwaren pelden dan moeten wij ook nogmaals tle aandacht vestigen op het feit, dat eene (lergelijke vrijziging niet anders dan eene verkeerde uitwerking zou hebben, wanneer izij gebeuren moest, zonder dat er re-kening gehouden wordt met de twee bestanddeelen. van Belcrië, des te meer daar ook.de buitenlandsehe politiek door een gewijzigd Kabinet dient bepaald, en het. alsdan den schijn kan opwekken, 'dat er'een nieuwe koers wordt ^gezet." M. a. w. : in het nieuwe Kabinet dient tainstens een verteç-enwoordiger te worden opgenomem van Ylaanderen, — van dat-trêne der ,,twee bestanddeelen" van België. waarmede door die van Havere tôt nu toe g ee n rebening is gehouden- ,,J[en ontveinze z i e h", voegthij 6r bjj, ,,de gevaren niet, die (uit een verzuim op dit punt) in verband met de. Ylaamsche toestanden kunnen voort-spruiten."Hoe .deze. geheel in de lijn der Bestuur-lijke scheiding liggende eisch van een minister voor Ylaanderen, past in _'t ka-der van Vrij België's politiek, die immers elke week omtrent het één-zïjude Belgische ,,Volk" in het ondeelbare België fabuleert, begrijpen wij niet. Het laa,t ons trowens koud. De hoofd-mk is, dat Vrii-Belîrië het veriangen te kennen geeft.. "Wij, die altoos op het belang van eene in waarheid nationale regeering hebben gewezen, sluiten oh s in dit ou zich t bij het blad aan. sAlleen, dat wij de inwilliging ervan torderen niet als een aan_ Ylaanderen te bewijzen gunst, maar, in verband met de . .gevaren die in verband met de Ylaam-sclie toestanden fuit eene weigering) kunnen voortspruiten", als de vei-vulling van een plicht der Belg-ische Beg.ïering tegenover België's veiligheid. En wij willen er aanstonds bijvoefren, voor het ger\_al dat wij soms in Van Cau-welâert's verzoek met 'n sehuchtere . ava-tio pro domo van een.ongeduldigen minis-tratel mochten te doen hebben — dat Vlaand'èren, als vertesenwoordiger van zij-ne belangen bij de Kroon geen _ genoegen zal kunnen nemen. met een dier lauwe leiders, die tôt dusverre Ylaanderen's heil aan Havere's gunst hebben ten of-fer gebracht- H. JAPICKX. Economische Toekomst. Xaar aanleiding van mijn artikel, ver-. schenen 14en December vermeen ik dat sommige lezers rnijn ' sebrijven over een invloed van geld in Ylaanderen aanzien liebben als een soort fantazij. Dat is vol-strekt niet waar; 't geen ik g;esohreven beb, is wel eclit en niet moeilijk te be-ïviizen.1. Konit in Vlaanderen ge zult nergens liog: Belgisoh geld viuden. Is het gesmol-ten of weggevlogcn 'i In 't gelieel niet: elkeen heeft zijn Belgisc-h geld gebor-gen, tôt de nikkelstukken toe waar\'an er nog slechts weinigen in omloop zijn. Er zijn buitenmenscben die volstrekt jïeen stukjen niickelgeld willen uitgeven. Xa de. mis gaan sommigen om een borrel van vijf çentienien en l^etoleii met een mark: ze krijgen een briefjen van een irajik terug en twintig centiemen in an-dev geld. Ze gaan naar een tweede her-lierg en betalen nogmaals met eeu mark enz.. En- zijn oude gierigaards die honder-den en veel honderden fr. hebben in nik-kelgeld op koordekens gereigd.'Wie weet of er gene zijn die de noodwendigheid gevoelen er zich iederen avond eerst eens in te wentelen om goed te kunnen slapen ! In 't begin van den oorlog werd ge-zegd dat men nikkel "noodig had om ka-nonnën te gieten en dat Duitschland het nikkel aan duren prijs zou moeten np-koopen, die eenvoudifire ponkers wçch-tèn naar den opslag. Bijna gansch de Belgische muntstapel en bijna al de Belgische briefkens, zelfs deze van vijf fr. zitten geborgen. Hoeveel millioenen vertegenwoordigt; dit niet? Er is niets anders in omloop dan Duitsch geld en Stedelijk bankpapier. 2) Ga op een niarktdao- naar een bank. "Wat al geld brengen de boeren er niet ? al marken ! Zoodanig dat veel banken d'en intrest van dr'e %, dien zii eerst be-taalden opvolgentlijk-verlaagd hebben op 2£ en 2 %. Dan.renboven ris men in de rede van den Duitsehen Bijkskanselier leest dat de oorlog maandeliiks 2 milliards fr. kost kan men wel denken welke groote (sommem eene belangï-iike bezetting van trœpeh in eene streek binnenbrengt, ..voen1 daa.rbij tllat veel soldaten Van goede familie en veel offieieren veel geld hebben en veel verteren want een =oldaat wàs nooit een gierigaard of zelfs een spaarder en niemand kan hem ongelijk geven. Mr. H- P. Kern. De Vervlaamschiag der Gentsche Hoogeschool. De ware Vlaamsche beweging is meer clan eene eenvoudig letterkundige beweging ; het is eene demokratisohe beweging. Vruchte-loos heeft men er slecbts eene nationale of patriotische beweging willen in zien : zij droeg in baar scboot al wat het meest strijdig is met een bekrompen nationalisme, eene bui-ten gebruik geraakte vaderlandsliefde : zij droeg in haar schoot de demokratische ge-daehte.CESAR DE PAE PE. (Le Socialisme progressif.) 30 November 1878. Roskam De ontbrekende Deugd. Ter gelegenheid van liet nieuwe jaaa*, heeft de lieer Yan Cauwelaerfc den profe-ten-ofte rL. etoren - ma nt el omgeliangen. In heili^e vervoerin^ liet beloofde \and van een hersteld België ziende (waarin Ylaanderen vooralsnog- ^ijne recliten zal missen, nochtans) prof'eteert liij : ,,I>e overgroote meerderheid, hefc beste giedeelte van ons volk, bezit het lieldere weten... dat wy uit dezen baaierd van el-lende zullen oprijzen, edeler, wijzer,. krachtig-er, schooner en zekerder van ons zelf, dan voor den oorlog;." Heerlijk vooruitzicht. Janimer inaar dat tôt deze overgroote meerderheid van karakterveredelde rasbel^en de heer Yan Cauwelaert, niet schijnt te l>ehooren. Uit de slinksche wijze, waarop in het-zelfde nummer, als naar gewoonte, dit-maal aan on®en medewerker dr. L. ^ruiez, om hem comprommiteeren, meenin-cjen toedicht, die hij nimmer verkondi<rd heeft, blijkt van eene althans aanvanke-lijke karakterveredelin^ weinig. •Hoewel — onder de deu^deu, waarin de het beste çredeelte van het belgische volk lia den oorlog za.l uitmunten — vinden wij w a a r h e i d s 1 i e f d e en e e r 1 ij k-h e i d, ook jegens tegenstandejrs, niet ops"esomd. Zijn deze beiden, de passieve rangen, gedeserteerd ? Duitschgezindheid ? Hoe verder de oorlog ons brengt, hoe dui-delijker het voor d'en dag komt, dat alleen zij achting en lof verdienen, die het aandur-ven, den gevaarlijkén schijn op zich te nemen om waarheid te zeggén. Daar behoort moed en offervaardigheid toc. Heel gemakkelijk is het voor de zwakken zich te hullen in een mantel van rhetorische patriotisme, knollen voor citroenen to verkoopen. met daarbij het plezier den moedigen waarheid-zeggers achteraf den ezelstamp toe te bren-gen. Plus royaliste que le roi. De heer van Cauwelaert heeft blijkbaar uit dezen oorlog niets geleerd. Hijdweeptmet de ,,bondgenooten" die ,,in het uur des ge-vaars trouw aan onze zijde stonden." Wie zal hem gelooven ? Hij zelf gelooft zijn eigen woorden niet. Het is maar fraze, zooals ailes wat hij uit brengt. Hoeyeer Vlaamsche leiders zijn niet bedorven door hun rhetoriek? Moet men bewust liegen om vaderlandslievend te zijn ? Moet men de woordbreuk van onze garanten over het hoofd zien en hunne trouw verheerlijken, om niet voor Duitschgezind te worden gescholden ? Waarheidsliefde is eene schoone zaak. De heer van Cauwelaert kan daarin les nemen bij . . . den Engelschman Bernard Shaw, bij voorbeeld, die schreef : in zijn „Common Scense about the war" : We have not protected Belgium, Belgium has protected us at the cost of being conque-red bij Germany. . (Wij hebben België niet verdedigd, België heeft ons verdedigd, op gevaar van door Duitschland genomen te worden.) Enby W. Graadt van Roggen in: De voor-geschiedenis van den oorlog : „Indien in de wereldgeschiedenis het' lot van België tijdens deze volkerenworsteling zal te boek staan als dat van „la Belgique martyre" dan zal de schuld van dit marte-laarschap niet alleen op Duitschland, dat aanviel, drukken, maar ook voor een niet gering deel op België's garanten, Frankrijk en Engeland die de Belgische regeering aan-zetten tôt uitersten tegenstand, bij het Belgische volk de verwachting wekken, dat onmiddellijk na het uitbreken van den oorlog, krachtige militaire hulp gezonden zou worden, maar in dien worstelstqjd met hunne bescherming te laat kwamen. Niet zij beschermden België, het kleine tragische Belgenvolk beschermde hen tôt den prijs van bijna eigen ondergang. Beide oorlog-voerende partijen *zullen bij den vrede aan België véel goed te maken hebben." Heeft ook liiet de Belgische regeering schuld die de woordbreuk van aile partijen niet voorzag, en zich leende tôt verder misbruik ? — —«O l»l o- De Stuwkracht der Vlaan?sch gezinde Gedachte. Met hoe onweerstaanbaren drang eene zuivere gedachte, op het juiste oogenblik en op conséquente wijze gesteld, de gemoederen voortstuwt en de geesten verovert, toont eens te meer het zeer merkwaardige artikel, door den katholieken Vlaamschen dichter Karel van den Oever in ,.Het Centrum" gepubliceerd met liet opschrift : ,,Bestuur-lijke Scheiding is geene „Nieuwe idee" en, na den oorlog, gewenscht. Wij drukken er het grootste gedeelte van ai ,,Zal de kwestie van ,,Vlaamsch Zelfbe-stuur", zoo schrijft hij, dan toeh weeral programatisch worden in de Vlaamsche Beweging ? Wanneer ik in vroegere artikelen in „Het Centrum" en ,,DeTijd" -—door de momenteele- Viaamsch-Waalsche solidariteit voorgelicht—de onmogelijkheid dierf ver-moeden van een ,,Home Rule" voor Vlaanderen, is allengerhand de mogelijkheid daar-van beslister en hardnekkiger dan anders door eene talrijke groep Elaminganten in Neder-land en België uitgesproken. .,Deze jongste houding staat buitenge-woon sterk op de traditioneele bagis der Vlaamsche beweging en vindt essentieel haar betoog en hare redeneering in de oude artikelen van-het Verslag der ,,Commissie der Vlaemsche Grieven" (1856—'51), wel-ke over enkelc jaren door de Vlaamsche Groep van het Algemeen Ncderlandsch Verbond" naar den jongsten eisch gemodërniseèrd werd en opnieuw uitgegeven. Wanneer de samenstellers van het Verslag der Vlaemsche Oommissie—n.I. de Flaminganten Jan Da\id, Snellaert, Jot-trand — nog leefden, zonder twijfel zouden zij —en misschièn ook de rapjX)rteurs.Cons-science en de Corswarem—den eisch tôt ZeJfbestuur vurig met hunne handteekening onderschrijven, ten niinste in principieelen zin en zonder nadrukkelijke overweging der al- of niet opportuniteit. „Dit verslag der Vlaemsche Grievencom-missie is immers hefc Bijbeltje der Vlaamsche Beweging. Men kan moeilijk de kwestie van Vlaamsch Zelfbestuur uit de Beweging sebakelen zonder daardoor den hoeksteen van onzen strijd te verwijderen en den tachtigjarigen oorlog onzer voorgangers tegen de Verfran-sching in zij ne reeds behaalde resultaten te ,,neutraliseeren", ja, zelfs ongedaan te maken.„Geen Flamingant kan de hand misdadig leggen op het geestelijk francijn der Elamin-gantische plejade van '56- en het in duizend snipperlingen verscheuren en rondstrooien naar de vier hoeken van Europa : 't ware eene .,felonie" tegen y over het voorge-slacht, dat ons van eene andere- za^t afgrijzen of wellust gadeslaat. . | „De eisch tôt Zelfbestuur is echter nooit j in Vlaanderen buitengewoon krachtig ge-1 formuleerd ten ware in het hooger genoemd „Verslag der Vlaemsche commissie" en al eens een keer in de laatste jaren tijdens den beruchten strijd voor de vervlaamsching van leger en onderwijs ; die eisch zelf, van wiens traditioneele waarde wehiig Vlamingen in den jongsten tijd bewust waren, werd toen-maals des te luidruchtiger over het land ge-galmd door Wallonië bij den mond van Jules Destrée. Iedereen onzer weet immers, dat de moderne Elaminganten de diepere be-wustheid van dezen eisch ten gerieve van Vlaanderen aan dezen Wallonisant hebben te danken. In den grond echter was Réparation Administrative'5 altijd het eerstè gebod der Vlaamsche Beweging. „Was het verder niet vreemd, dat een Waal — het oud-congreslid Jottrand — dié in de Commissie der Vlaamsche Grieven (1856—1857) verslaggever was aan de Belgische Regeering verzocht het leger te ver-deelen in Vlaemsche en Waelscbe regimen-ten, zullende de Vlaemsche regimenten in de Waelsche en de Waelsche in de Vlaemsche provinciën worden ingekwartierd V „Deze wensch van een Waal tôt scheiding van 's Lands bestuur ter vervlaamsching van ons krijgswezen werd dan ook door Snellaert in zijn Verslag met onverbiddelijke logiek tegenover den toenmaligen Minister van Binnenlandsche Zaken De Decker onder-steund.„Wanneer dan reeds de eerste jaren der Beweging het princiep der Bestuurlijke Scheiding op zulke konkrete wyze gangbaar stelden, mag er geen Flamingant meer twij-felen aan deze hoedanigheid van het innerr lijk gehalte der Vlaamsche Beweging-traditie. „In den wensch Jottrand—Snellaert— Conscience is nauwkeurig genoeg het princiep der Scheiding aangeduid, dat geenszins een ,,nieuwe idee" is, zooals in passievere Vlaamsche kringen — beweerd wordt. „De traditionaliteit van den zelfbestuur-lijken eisch zou roen trouwens doorheen de ^aamsche Beweging, in verschillige scha-keeringen, bij Vlaamsche letterkundigen en strijders, in smeekscbriften van maatschap-pijen en volksvergaderingen, aantreffen en dan als zoovele bewijzen doen dienen voor de tegenwoordige traditievastheid van vele Flaminganten in Nederland en België, die nochtans, op een ongewoon tijdstip, het hei-ligste onzer rechten in het troebele Europee-sclie daglicht stellen. ,,Men trachte dan niet den, actueelen Vlaamschen wensch tôt zelfbestuur als eene anti-traditioneele ,,nieuwe idee" van jong-Vlamingen voor te stellen, waarvan het va-derschap alleen bij eiikele moderne Walen zou te ontdekken zijn ; de waarheid is van een ander vleesch. „Daarbij, toen na beëindiging dér ver-slagen van de Vlaamsche Grieven-commissie deze door de Regeering in druk verspreid zouden worden, was zy hieraan ten slotte weigerig en vol achterhouding juist op grond van het daarin aangegeven Scheidingsprin-ciep en slechts na lang dralen en onder den drang der smeekbrieven van Michiel van der Voort, Jottrand, Julius de Geyter en Lodewijk Gerrits, van de Maetschappij „De Tael is gansch het Volk" en het plechtig aandringen van Graaf de Meulenaere in de Kamers. besloot de Belgische Regeering tôt de uitgaaf. ,.Daaruit is veel nadeeligs af te leiden voor de historisGh-Franschgezindheid der Belgische Regeering, die ik nochtans liefhcb om hare sociale katholiciteit ; daaruit is ook af te leiden de liistorisch antigouveniemen-teele aard der politieke Vlaamsche Bewoging daar deze eerste ait ij d weigerig bleef aan de Flamingantische hoofdeischen. ,,Conscience reeds was van de hestiliteit der Belgische Regeering tegenover de Vlaamsche Beweging zoodanig bewust, dat hij in zijn Verslag ter bedoelde commissie over de Hervorming van het Belgisch Krijgswezen sceptisch neersçhreëf : ;;Dit : de verbetering van den toestand kan ons een minister die met een meerderheid af te rekenèn hèeft, dié aile slacht van aan-gelegenheden moet in het oog houden, niet geven". ' • ,,Echter zal in hoofdzaak het hier aange-haalde historische feit — dat van conflic-tUeelen aard is, en tusschen onze voorgangers der Beweging en tusschen de Regeering, — aan elkeen bewijzen, dat de eisch van zelfbestuur reeds programmatisch in de jaren 1856—1857 door do Vlamfàgen tegenovev de Belgische Regeering werd' gelormuleerd en die eisoh gevolgentlijk aan het oorspron-kelijk begin der lijn van de klassiek-Vlaam-sche traditie Jigt. ,,Aan de talrijke Flaminganten in Neder-land, die nu hardnekkig en beslister dan ooit deze machts-rbanderoi àan het Vlaamsche Huis ophangén, kan àlieen dan de inoppor-taniteit hunner tegenwoordfge houding ge-laakt worden : in cle principicelo nitvoering van hun Vlaamsch programma blijven zij echter nagenoeg integraal en ongeschonden ; zij zijn Flaminganten van den ouden eed en uit de klassieke traclitie .... En in zooverre hebben we nu de gelukkige: moreele Zeker- heid, dat het jongste lcrakeel tusschen Flaminganten niet van een duurzamen aard blijft ; die ,,steen van Flam ingantische wys-heid" wordt immers na den oorlog in mal-kanders zakken teruggevonden ; wij ervaren bovendien aan de „inopportune" houding van vele Vlaamschgezinden eene soort in-tuitieve waarborg, dat de traditioneele lijn der Vlaamsche Beweging nu, noch straks, noch later zal verlegd worden. Dit is dan ook de zonnigste en gunstigste zijde van zoo eene mobilier-veraieuwing m het Belgische Huis". De schrijver eindigt dan dit artikel, met deze „radicale manifestatie van onzen hoog-sten eisch aan het Belgische Gouvernement' * nagenoeg ontijdig te heeten en drukt zijn vertrouwen in de Regeering uit, die na den oorlog, naar zijne overtuiging, „ iet verder meer die hoogste Rehabilitatie aan hare kinderen van Vlaamsch-België zal onthouden. „Na den oorlog immers begint het su-preemste oogenblik van den Belgischen Staat en geraakt zijn teerling op één kant die dan onherstelbaar valt naar links of rechte met een ongeweten getal van onbekende ze-kerheden."Verheugt het ons vast te stellen hoe ook de heer van den Oever zelfbestuur is toege-daan, zijn nergens op steunend vertrouwen in de Regeering kunnen wjj ongelukkiglijk nièt deelen. Met angstig gemoed vragen wii ons af of er recht geschieden zal. Uit de Pers. Holland en Vlaanderen. Onder deze titel wijdt ,,De Limburger koe-rier" van Donderdag jl. een hoofdartikel aan het stuk dat uitgaande van het „T a a 1 m i n-nend gennootschap van Vlaamsche Studenten in Noord Ne der land onlangs in dç Utrechtsche dag-bladen verscheen, en dat ook door ons werd overgenomen. Het getal der Belgische studenten, die nog aan de Utrechtsche Univer-siteit zijn ingeschreven, aldus de L.K., is dan ook merkelijk gedaald. Nu onlangs gaf de Nederlandsche Regeering aan de geïnterneerde Belgische studenten toelating om aan de Holland-sclie universiteiten te gaan studeeren. Zoo kwamen ook te Utrecht een vijftiental geïnterneerden aan, die on-dergebracht werden in een gebpuw van de Parkstraat. Een Belgisch officier kreeg er het toezicht over. De „Ylaamsche Stem". klaagt nu over ,,de ongehoorde Vlaamschhaterij" van dezen officier. Bij hunne aankomst te Utrecht heeft hij volgens het blad tôt de geïnterneerde studenten (op 2 na, allen Vlamingen) eene rede gehouden om hen te wijzen op hunne „plichten". Hij drukte zijn onderhoongen goed op het hart, dat zij volstrekt allen omgang moesten vermijden met de daar verblij vende Viaamsche niet-geïntèrneerde studenten ! „Gij weet", voegde hij er letterlijk bij, „dat de Belgische regeering de Vlaanische beweging ten voile afkeurt. " (Vous savez que le gouvernement bçlge réprouve hautement le mouvement flamand En de Nederlandsche Regeering ? vraagt ,,De ATaamkho Stem'." ,.Zal. die gedoogen, dat de Vlamingen liier te lande op zoodanige wijze worden vernedèrd ? De Belgische officier in kwestie is immers aangesteld door en staat onder toezicht van de. Hol-iandsche militaire overheden." Het blad vergeet, dat de Nedcr Iandsche regeering zich niet merigen kan in de geschillen tusschen de ;hiei" te lande verblijvende Belgen onderîing. Maar toch is het teekertend, dat deze Vlamingen, blijkens'dit beroep, meer vertrouwen stellen in de N c-d e r 1 a n d s c h e regeering dan in hun Gouvernement belge. Wij zijn het met onzen geachten Lim-burgschen confrater niet eens dat de Nederlandsche Regeering zich met deze zaak niet zou mogen bemoeien. De Belgische officier in kwestie is d o o r Holland- .. s c h e militaire o ve r h e d e n aangesteld. Vôôr dat hij de wacht had over de studenten te Utrecht was hij zelf te Zeist gemterneerd. Ware de Belgische Regeering van.: hare plichten bewust dan zou zij deze ambtcnaar moeten straffen. Docli in de omstandigheden waarin hij zich bevindt is hij buiten het btreik der Belgische overheden. Is trouwens, toen er in een kamp onlusteil heerschten, de Nederlandsche overheidniefc opgetreden. Het ligt voor ons buiten twijfel dat de officier hier in kwestie op grave wijze zijne bevoegdheid is te buiten ge-gaan en als dusdanig strafbaar is door de eenige bevoegde overheid, hier de Nederlandsche. ;

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes