De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1570 0
08 september 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 08 September. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 04 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/j678s4kv3h/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Ferste >3aieargsang Mo. 209 Woenscsâ^rS Sëptëmbër 11515 <S CSerat DE VLAAmSCHE STEM I r0// volk zal niet vergaanf ÂLQEIVIEEP& BELGISCH DÂÛBLAD Eendracht maakt macht EEOACTIE- EN AOHIINISTRATIEBUREEILEM s KALVERSTRAAT 64, bovenhuis, AMSTERDAM. Telefoon No. 9922 Noord. Onder leiding van RENE DE CLERCQ en Dr. A. JACOB. per nSe4nim tle2elf<lB PI'"Zen' Verh°°sins vau ver^dWskosteu' ADVERTEKTIES: 20 Ont per regel. Jii is lijn m Duitsche belangen", In den ,,Open Brief" en het stukje ,,D Jebische zaak" poogden wij aan te. toônen dat het waarborgen van Vlaanderen's zelf siandiglieid door de Belgische Regeering d-noûdzakelijke konsekwentie is van den Bel rischen etrijd. Wij wezen er op, dat de Bel aisclie regeering deze konsekwentie diendi te aanvaarden, in het belang zelf van eei îevenskrachtig nieuw België, en verklaar den dat wij aithans niet zouden nalaten e: haar met allen aandrang op te wijzen. D< actie, die wij met dit doel begonnen zijn liât ecliter, naar thans beweerd wordt, ,,ii de lijn van Duitsche belangen." Het lijdt geen twijfel dat een op dit puni fcrachtig doorgevoerde oppositie het près tige der Belgische regeering op den duu] verzwakken moet. En ofschoon redeneeren derwijze, de opvattingen van de leiders er de ffij'ze waarop zij leiden te scheiden zijr van den geestelijken inhond der zaak, ligt let tocli voor de hand, dat bij een dergelijk oonflict ook de zaak niet gebaat is. De vraag rijst :chter, welke factoren dit conflict. heb-ben uitgelokt en wie er voor aansprakelijk qr. Het is o.i. onbillijk de aansprakelijkheid tp scliuiven op den rug van degenen die opkomen.voor de onafwijsbare konsekwentie cener zaak. De verantwoordelijkheid valt integendeel op degenen, die afwijzcnd etaan tegenover de konsekwentie. Voor ons, strijdende Vlamingen, is Bel-gi§ voor Vlaanderen het eenig historisch gegeveii 6taatsverband. Ook wij streveu D2ar het herstel van België, maar'dan een Bslgië dat op hechteren grondslag berust dan het Bélgië dat wij hebben gekend. Wij strijden niet om door onzen strijd den ver-ovcraar te believen, maar in de overtniging, dafc de handhaving van de oude taaltoestan-den in het nieuwe België, binnen afzienba-rea tiid het rijk naar een wissen ondergang voeren moet. Wie anders dan verblinden kunnen het goed reclit van dezen gedachtengang niet inzien ? Eerlijk onze argumeuten in over-•.veging te nemen is de plicht der Belgische leiders. Laten zij dit na, laten zij een hoog-hrtig, niet gemotiveerd ,,non possumus" hooren, zoo wordt de huidige 6taat van spanning gehandhaafd en verscherpt. Ethter. door wîe ? Het ant^voord ligt voor de hand : niet ôoox ons, die mingen, in eendracht een vreeazaam politiek Éamenwonsp willen bereiden, — maar door lien die gehoor gevend aan de oud-Belgi-scb9 imperialistische idee en toegevend aan den drang der verfranschte kaste, de ge-lieirae hoop voeden, dat dezo oorlog deu ouden ncodlottigen toestand, die op do alge-bsele verbastering en ontkrachting van het Vlaamsche volk moet uitloopen, voorgoed tatendigen zal. Eén loyaal woord van de Overheid kan ah bij tooverslag de sombere spanning weg-ncmen. Tegenover zichzelf heeft ons volk langs lijnen van rechtvaardigheid de beicta Belgische volkeren, Walen en Vla-<hn plicht, aan te dringen dat dit woord ge-îproken wordt. Op welke redelijke gronden v-:-igeren de eerste dienaren van het Volksbslang — de Overheid — dit woord te spreken 1 i,Iti de lijn van Duitsche belangen" ligt wowaar hun ' onveranltàoordelijk zwijgcn, waardoor otis svreken noodzakeliik wordt. ' ^ _ Dr. A. JACOB. Coriogsgepeinzen. (Y&rvolg van nr. 206.) * ' • VIL De verwoesting van Leuven i6 de gerech- i Sstraf voor de vrijschutterij van haar be-folking, zegt Duitechland tegen de ver-aatwaardigde wereld. De burgers hebben >2ze troepen verraderlijk beschoten, en dat junnen we niet dulden, dat is strijdig met '® gangbare oorlogswetten. Tagen dit onschuldig doend pleidooi is leel wat in te brengen. T&n eerste, gesteld dat het waar is, dat Mgers hebben geschoten, dat zou dan, vol-;-as de zoogenaamde oorlogswetten, het geven om de schietende burgers op te oeken, behoorlijk te oordeelen en te von-'issen, meer niet. Niet het recht om in den J'inde onschuldigen te dooden, te mishata-iP:en of gevankelijk weg te voeren, niet het e"ht om woningen met brandbommen te ûrnielen, om kerken en boekerijen in vlam-^en te laten opgaan. Wie dit toch doet, een euveld'aad, die, als de zonde van om wraak roept ten hemel, en ■■lanavlekt zichzelf als barbaar ten over-a^n van het gansche menschdom. A en tweede, ik geloof niet dat het waar • .fk gelp°f het niet, omdat het onwaar-^S' "^n ^ onwaal'schijnlijk, als t s*500keu.d met den aard der Leuven-" ,6 oevolking, en omdat zulk geschiet, u . de gegeven omstandigheden, een ^nkzinnig bestaan zou wezen. Bovendien, aren niet al de wapens der Burgers ingele-lad? n s^a^.U!Ze> de bezetting der ^-oe zij, getuigenissen van verbit-"a^adige, plunderzieke Duitsche raol f611 xK^sen .voor mij a^e bewijzende l ' Want niemand is rechter in zijn oorrl f' ^an' W^e vertrouwt het ?n Y11 ^^enaars eener regeering. die ^oorlog l>cgon met een eedbreuk ? îW?1"'"1,? ^ algemeen gesproken, is ,,vrij-m ^ • ïan 200 zeer 11 ^ den booze? De z. .t® weer stelt, omdat h'j zich ijn p ' Zle^n zi.in leven en zijn bezit, in eid ai!"1' z^n,^uis en zijn erf, in zijn vrij-'■ a^s ^ur?er- die is, naar Afit ty • e6niSe ware, rechtmatige sol-4 16 ,!.5 ^daat n»et heizelfde recht als 'IdâafT i V00r ziîn vecht. Die is ^«achtens het recht der natuur. En of die man een uniform draagt of niet, s recht blijft er 't zelf de om: 't is aangebo en on ver vreemd bâ ar. Naast dit natuurli krijgsmanschap is het hedendaagsche c logsbedrijf een paskwil, een gedrocht t onzin, dwang en kunstmatigheid. Of is ' ^ niet verbijsterend van mistladigc, versi selde dwaasheid dat duizenden mannen ; gen wil en dank worden gedrild in de ku van moorden-en vernielen en dan op een anderen goeien morgen worden afgeroe^ ' van hun dagelijksche, vreedzame bezighe en door een naamlooze hoogere macht, i ^ in 't- geheim heeft gekonkeld, die ge waaroni geeft of waaiwoor, maar werkt n . mooie dolmakende leuzen, worden opged ^ ven en aangehit6t tegen duizenden mann die staan aan den overkant van een dei ^ beeldige grens en van wie ze niet wèten 1 ze en wat ze hebben misdaan? Wat is edeler, redelijker en schoon-mpnechelijk ' het gulle, ridderlijk verweer van den pi eoonlijk bcdreigden, verongelijkten ma den ,,vrijschutter", of het moderne leg< die dommekracht, die reusachtige mooi machine willekeurig gedreven door die a stracte gi'ootheid, den staat? Wij, Vlamingen, gaan groot op onze B< ren, die in den Franschen tijd naar roer zeis en vlegel grepen, om te strijden en sterven voor outer en haard, voor de v< brijzeling van 't schandjuk der vreem overlieersching. We dichten liederen, v< ren reden, schrijven boeken om ze te v< heerlijken, we richten hun standbeelden en gedenkteekens, en terecht. Zij war groote, moedige, edele mannen. En to waren ze ,,vrijschutters.,, Er is in Duitschland geen schoolkna; of hij kent en zingt het lied van André Hofer: Zu Mantua in Banden Andréas Hofer war... Domanig heeft Hofer nog onlangs, i volksbeld, ten tooneele gevoerd; Defregg heeft hem en aile opstandige Tirolers v€ eeuwigd op deek. Aile Duitschers, die ] 1813 hebben geleefd, bewonderen, eer< en prijzen Andréas Hofer, stellen he zichzelf en anderen tôt voorbeeld. En w Hofer iets anders dan een ,,vrijschutter ' Was hij van een ander elag dan zij, vo> wier gedane ef voorgewende daden, ga sche Belgische dorpen en steden worden g teisterd met mcord en brand ? Waar blij hier de logica en de gelijkheid in rechtei Of wordt hier toegepast het berucht Quod licet Jovi, non licet bevi? Dat wa iuderdaad het toppunt van laatdunkcnd* grootheidswaanzin en snooden hoogmoed. " vin. s Nee maar, 't is aandoenlijk, 't is sticht lijk. Als meiï den Kaiser hoort, is hij di en diefjesmaat ,.,mit dem alten Gctt", is 1: zcowat een jongere broer of aithans ec îieef van den Almachtige, hij is in h hemelpaleis thuis en klopt den Heer kam raadçchappelijk op den rug. Hij staat m hem in telefonische betrekking, weet Ziv geheimen, plannen en beschikkingen, ka vast rekenen op Zijn zegen en desnoods oc op Zijn denders en bliksems. De oeuwig< levende, rechtvastrdige God, voor wien aile de knieën buigen in den hemel, op de aarc en in de hel, wordt door den Kaiser gen! ^iglijk bevorderd tôt mede-oppermaarschal van de Duitsche legers, Hem wordt de ve: cerende taak opgedragen ,,Deutschlan liber ailes" uit te breiden tôt een werelc rijk der ,,Hochkultur" en, als de He« Zijn opdracht behoorlijk vervult, wordt H allicht beloond met een ,,Zwarten Adelaar cf als 't héél goed afloopt, in den Pruis schen prinsenstand verheven. De Duitscli Hochwiirde.ns, die voldoende onderricht zij om te weten wat des Kaisers is,. halen he Allerheiligste uit het tabernakel en teeke nen onder wierook en gebel een kruis in cî lucht, ten zegen over de uittrekkencle légers over de vrome strijdmacht van den keizei lijken lieveling Gods. En die gezegend scharen rukken uit met hun gezegende wa pens, valle.n in ee-U/klein vreedzaam buur landje aan hetwelk hun heer en meester d onschendbaarheid had gewaarborgd- bi pleclitig verdrag, vertrappen en verbaldadi gen wat hun voor de voeten komt, vermoor den of verminken mannen, vrouwen en kin deren, plunderen en stichten brand, ver krachten vroliwen en maagden, mar'telen ei dooden tientallen weerlooze,' onschuldigi priesters, berooven, schennen en vernielei Gods heiligdommen, plegen gruwel op gru wel, stapeleii bergen op van ongerechtig neden. Hulde aan u, vrome, dappere legers Uw keizer in Potsda'm dankt God vcor d< schitter-ende zegepralen, die gij blijkbaai met Gods hulp bevecht. De zonclige Belgen die het wagen den doortocht te verhinde ren van uw heiligo gelederen, krijgen maai wat ze verdienen. God straft ze, omdat z< zoo verwaten zijn. hun eerewoord te houdei en gewapenderhand hun plechtig beloofclc onzijdigheid te handhaven. Barmhartige God, vergeef de dwazen, zc weten niet wat ze zeggen, ze weten niet wai ze dcen.vBoek niet als schulcl het lasterlijfc misbruik van Uw driemaal heiligen naam. Wel gedcogt Ge dat Satan den mensch be-stookt en beproeft, maar daaroin zogent Ge Satan nog niet. Hij blijft de verdoemde. Er de booze, die den mond vol neemt vai] ,,Heer! Heer h" wordt daardoor niet uw dienaar en vriend, noch verwerft hij recht op een plaats in Uw vaderlijk rijk. Gij kunt dezo Duitsche wapendaden niet zegenen. Gij zijt geboren onder ons, terwijl Uw engelen zollgen^ Vrede op aarde. Gij^ zijt bogroet door Uw gezant als het Lam, het zachtaar-dig Lam; dat wegneenit de zonden der wereld. Gij hebt de liefde gopredikt als het eeuigst en opperst gebod. Gij hebt gepredikt vergiffenis, zachtmoedigheid, verdraag-zaan^jieid, kinderlijkheid. Gij hebt gezegd: bemint die u haat en loont kwaad met goed. Gij hëbt uw leerlingon uitgezonden als lam-meren onder de wolven. Gij hebt gezegcî: die het zwaard bemint, zal door het -zwaard ijn vergaan, en Gij, die de legerscharen U1 :en Vaders kondt roepen tôt uw hulp, Gij li jke u zelf als een klachteloos lam ter slachtbai or- leiden, en zijt alleronschuldigst maar aile •an barmhartigst gestorven tôt loutering en ve net lossing van Uw schuldige, verblinde> har ;el- vochtige schepselen. te- Gij zegeiit niet eens den oorlog, hoe zou< ist Gij dan zonclige wapens zegenen? of J. DE COCK. >en (Wordt vervohjd.) id, | lu Enoelsnd, en Steenkool. — BezuinSging. ]._ {Van onzen, cigcn berichtgevcr.) Londen, 1 September. er 't Is geëindigd, zooals ik u durfde voo: }r sj:>ellen, dat het eindigen zou — de miji lv[ werkers van Zuid-Wales hebben hun zi n gekregen in aile mogelijke opzichten € ' gelijk een hunner leiders het gisteren zeid< voor hij Londen verliet om terug te kei ren naar Cardiff, waar de afgevaardigde der verschillende bij de mijnwerkers-fed< ratie aangesloten vereenigin^en lieden d eindbeslissing zullen hebben te nemen: ,,I ^.e heb de overeenkomst in mijn zak en ik gt T_ loof te kunnen verwachten, dat die aaf nemelijk zal zijn voor al onze mannen. D >e_ nieuwe bepalingen", dus voegde hij er bi ,,zullen c.en einde maken aan een onreclil 3 vaardigheid, die reeds lang bestaan heei ^ en, naar wij hopen mogen, vrede verzeke ^ ren in het kolenbekken van Zuid-Wale-zoolang ten minste, als de Europeesch oorlog duurt". as Het slot van de onderhandelingen doo de ministers met de afgevaardigden van d verëenigingen der mijneigenaars en mijn werkers gevoerd is, dat de bepalingen va: ^ de overeenkomst van 20 Juli j.l. ook gelde: ^ zullen voor die werklieden, welke indirec bij de exploitatie der steonkolenmijnen be Ln" trokken zijn, timmerlieden, machiniste» 1 stokers enz. m Uit al lietgeen ik u reeds meldde, wa wel te verwachten, dat de beslissing moes ,, zijn wat zij geweest is, omdat de mijnwer ^ kers hun kracht kennen, zéér goed weten dat het op dit oogenblik onmogelijk zoi zijn in Wales een werkstàking te dulden de regeering heeft steenkolen noodig ta ^ elken prijs, het bedrijf mag geen dag sti staan. En zoo heeft de minister-van han ^ del, Runciman, hetzelfde lot ondergaan al minister Lloyd George: de strafbedreigin n gen der ammunitie-wet van laatstgenoemd< waren niet door te voeren, toen de eerste staking uitgebroken was, en thans, bij d< tweede staking, was de arbitrage-uitspraal s- van minister Runciman ook niet te hand ïf Lraven. 't Is waar, men heeft de pil voo: ij hem eenigszins verguld, door te bepalen n dat de ovéreenkomst van Juli zal geteekenc >t worden, -zcoals hij h'aar ten slotto wijzigde 3- en bepaald, dat in een supplementoir-con it tract tusschén mijneigenaren en mijnwer n kers de nieuw^regeling onitrent^ die boven n den-grond werklieden werden belichaamd k men heeft bovendien bepaald, dat d< 3, nieuwe regeling zal gerekend zijn te zijr n ingegaan op 21 Augustus, den dag, dat de e heer Runciman zijn uitspraak gaf en niei L. op 20 Juli zooals de afgevaardigden dei k mijnwerkers verlangden, doch dat veran-dert niets aan de hoofd-quaestie, niets aar d -^t-feit, dat wederom een Minister feite-[. fjjk vi een hoek werd gezet. Het is begrij-r pelijkl dat -de mijnwerkers van Wales he-ij den zullen juichen, en niemand zal de ' kr;.cht van hun trade-union betwijfelen oi onderschatten. De tijd zal ecliter moeten 0 leeren of deze afgedwongen overwinningen Q op den duur niet ten hunnen nadeele zul-^ len uitvallen. Velen meenen, dat na den _ oorlog, v;anneer de huidige overeenkom-e sten buiten werking gekomen zullen zijn, de reactie voor de mijnwerkers alleréérst, hoog t ernstig zal worden. 0 '"t Is slechts te hopen,- dat bewaarheid zal worden wat die leider van de mijnwer-kers-federatie zeide: ,,dat de vrede in het e kolenbekken van Wales nu bewaard zal . bîijven gedurende het verder verloop van den oorlog". Wij. nemen gaarne aan, dat de leiders niets liever zullen willen, maar wij weten thans ook genoeg, dat de mijnwerkers van Wales een lastig volk zijn om mede om te springen; dat zij veeleer hun 1 leîders dwingen, dan zich door die hoofd-î mannen laten leiden en dat zij, zich van 1 hun kracht'bewuât, gemakkelijk met nieuwe eischen kunnen komen. ; En ten slotte zullen de kolen-verbruikers • weder de dupe wezen, want het zal geen 5 vepvo-ndering wekken, als ik zog, dat de prijzen zullen stijgen, ook al heeft de Price of Coal (Limitation) Act eenige beperking aaii het roekeloos opdrijven der prijzen gesteld. Is het toeval of opzet, dat op denzelfden dag van gisteren, toen den mijnwerkers hun volledige eischen werden toegewezen, de Board of Trade een circulaire -openbaar maakte, waarin den ! burgers, die keîderruimte bezitten. wordt aangeraden, die thans zooveel mogelijk met kolen te vullen ? Onder normale omstandigheden decïen de ' menschen dit in dezen tijd van het jaar gewoonlijk, nog voor dat de hoogere win-ter-prijzen verwacht kondén worden. Thans heeft de Bbard blijkbaar gevreesd dat velen geen haast zouden maken met he'> inslaan van kolen, redeneerende: ,,Krachtens de wet kunnen de prijzen toch niet beduidend lager of lioogor worden." Weliswaar zegt de circulaire dat het vullen der kolenkelders ten gevolge zal hebben dat er later voldoende vooiTaden zullen zijn voor heu, die dOor.ge-brek aan bergruirate, genoodzaakt zijn tel-kens kleine hoeveelheden te koop>en, doch het openbaar worden der circulaire juist gisteren. doet onwillekeurig de gëdachte opkomen dat men er uit lezen moet: ,,Sla nu in. want later wordftp de prijzen veimioe-delijk toch weer liooger." De middenstand is natuurlijk hier, zoo- vs. wel als elders, weder de dupe van al het-et geon thans in de wereld gebeurt. De ge-ik goeden lijden onder den oorlog, omdat zij r- uit den aard der zaak het meest aan do r- schatkist hebben te offeren; de arbeidende d- klasse vaart wel onder den toestand, want het moet wel een erg onbruikbaar man zijn, It die thans niet een behoorlijk loon kan verdie nen. Iedere kerel met een paar flinke handen _ aan het lijf, kan thans wërk vinden en het zijn er betrekkelijk maar weinigen, die door den aard van het bedrijf dat zij vroe-ger beoefenden, bv. kleçrmakera, sigaren-makers, thans in kommervolle omstandigheden verkeeren. Maar. de middenstand — zij, die van een vast salaris hebben te leven, allereerst, en de winkeliers in het algemeeiii en aithans'in sommige artikelen, doorleven liarde tijden. n In de winkels vau handelaars in' gouden-n en zilverwerken — en hoevele zijn er niet to Londen ! — gaat nagenoeg niets om en de kleermakers en modisten klagen steen en n been. Een groot kleermaker vertelde mij deze week dat hij het nog druk genoeg had omdat e hij toeva-llig goed beklant was door degenen, }- die officiers-unifoi*men laten maken. ,,Maar 't_ is toch maar 6chijnbare winst," zeide :_! ,,want die zelf de mannen lieten vroe- e ge r eenigo costuums per jaar bij mij maken. \ \ , jEvening-dress' ' wordt nagenoeg nergens meer gemaakt, want diners, soupers, bals ^ zijn er niet en als ge rondkijkt in de stalles _ der schouwburgen zit de meerderheid der 3 ■ mannen daar in Khaki-uniformen.' ' e En de klachten der modisten zijn nog : ei'ger — kestbaro toiletten worden nage-r. noeg niet meer besteld. Toen ik deze week c door Bond Street en aangrenzende straten - ging, waar de bekende Lôndensche modis-i 'ten heur zaken hebben, was ik werkelijk ! verbaasd te zien hoevele dier winkelhuizen t ledig stonden of te huur, en hoe van an-. dere eenvoudig de gordijnen der winkelra-} men en ateliers neergelaten waren met een mededeeling aan de deur dat ,,Madame..." s tijdelijk gesloten liad of voorloopig. verhuisd k was naar een straat van mindere beteekenis. De rijken en gegoeden koopen niet meer, aithans geen weelde-artikelen, de midden-l stand lijdt, dcch moet toch op tijd gereed . staan met hoogo belastingen en duur beta-l len voor voedingsmiddelen. Is lVet wonder \ dat in die kringen het meest wordt geinop-. perd tegen trade-unions, die, zooals nu ; gisteren weer in het steenkolenbedrijf steeds . hoogere loonen weten af te dwingen en ook » tegen de verspreide pàmfletten, waàrin » wordt aangedrongen om toch maar iii het . belang van 's rijks schatkist te bezuinigen : en steeds te bezuinigen : op drauk, op si-. garen, op ailes waar men maar even buiten • kan. ,,Wat zou er van ons terecht moeten komen?" klaagde mijn ,,tobacconist", ,,als [ iedereen maar ophield zijn pijp of sigaret te rooken. 't Is makkelijk praten voor al die bezuinigersj mijnheer, maar ik moet met mijn gezin toch ook leven." Of hij dan vrede verlangde? vroeg ik. ; Daarop antwoordde hij beslist ontken-. nend, aithans op dit oogenblik zou hij van geen vredesonderhandelingen willen hooren. Zijn 'land moèst overwinnen in dezen oor-, log, wat het dan ook kosten zou. En die redeneering van dezen eenvoudi-gen winkelier is werkelijk die van hét volk, misschien met uitzondering van een handje-vol, die ^rede zouden willen tôt elken prijs. { Dat Engeland het uit moet vechten tôt den laatsten sovereign en tôt den laatsten man desnoods is geen ijdel woord. Ik sclirijf dat nog eens neer, omdat ik juist vermeld zag, dat men in sommige Duitsche bladen ver-melclde, dat er in de City ernstig stemnien zouden opgaan voor.een spoedig sluiten van den vrede. Ik lieb nergens gehoord, dat daarvan iets waar is, on ik geloof dat er nog heel wat zal. moeten gebeuren voor men van een ernstigen drang op de regeering om er een einde aan te maken vernemen zal. Maar als dan do binnenlandsche eensge-zindheid slechts tôt het einde van den oorlog bewaard kan worden en wij met deze nu in tijds bezworen ernstige staking in ^ Wales het slot van botsingen tussclien werk- • gevers en hun werklieden hebben pezien. t Onze Taal te Brussel. j 2 De toestand van onzo taal in do Brusselscne agglomeratie, door den heer Do Wandeleiro in ^ ons blad aan do orde gesteld (zie nr. 199), wordt druk besproken in de per s. _ c Naar aanleiding van het bekende stukio uit de „N. Rott. Ct." (zie ons nr. 202), — een £ antwoord liierop namen wij, oveneens uit ge- z meld blad, in ons. nr. 207 over — schrijft thans do ,,Gazet van Brussel" van 4 dezer, dat het p .,geen waar beeld geeft van de wijze waarop ^ het te Brussel* toegaat.'5 7 ,,Wij herinneren ons", zegt het blad, ,,op het \ gebied van de hoofdstad zelf — buiten de voor-steden dus — drie plakbrieven met uitslui-tend Franschen tekst, namelijk een met op-schrift ,,Le Drapeau National", een anderen c die den verkoop van brandhout verbood en dan ; een uitnoodiging tôt de werkloozen om leer- 2 gangen te volgen. Er waren er ecliter meer. In verschillende voorsteden ging het niet anders toe. Van Elsene zullen wij maar niet \ spreken, want daar zijn de Vlamingen nooit e van tel geweest. f In de laatsoe maandon schijnen onze stad- c huisbazen eenigszins tôt bezinning te zijn ge- 1. komen, want al de liekendmakingen zijn op-nieuw tweetalig. AVanneer men op een ge- 1 meentehuis echtcr een stuk wil bekomen, kan \ men het niet in het Nederlandsch ingevuld krijgen. wel in het Dnitsch evenwel. Onze ; franskiljons hebben dus liever Duitsch dan Vlaamsch. Wij hebben indertijd klachten op-genomen van personen die op het Brusselsch en Elsensch stadhuis geen Nederlandxscho ^er-kenningskaart hadden kunnen bekomen. Ver-leden week pas heeft hetzelfde feit zich te 1 Pchaarbeek voovgedaan. Het antwoord luidt overal: ..Fransch of Dultscli, maar gesn 3 Vlaamsch". v Wat de Duitsche plakbrieven betreft, weze I herinnerd dat o.m. al de stukkèn welke de d handteekening .,Sixt von Arnim" droegen li tweetalig war^n eu wel Duitscli-Fransch.'S KLEINE KRONIEK Kern. Vooruit de jonge Vlaamsche schaar, A ooruit door het beginnend jaar, A ooruit! een ieder hou' zich sterkl \ooruit met oris misprezen werk, \ ooruit tôt *»pijt van die 't benijdt^ Vooruit spijts iaster en venvijt, Vooruit spijts on^erschilligheid En laagheici en kwaadwilligheid. Spijts ontrouw en spijts misverstand, Spijts vijand en spijts dwingeland, Vooruit! ALBRECHT RÔDENBACH. Taalîoestanden in België. De heer^Eug. de Bock schrijft in ,,Het Va-derland." : Als we de totalen aan jaarwedden voor hoogere ambtenaren in het Ministerie van Spoor-wegen enz. vergelijken, vinden we 853,000 fres. aan A lamingen en 1,948,600 aan Walen toege-kend. Nochtans botaalt het Vlaamsche land, het handeldrijvende en dichtbevolkte, meer belastingen. Oorzaak? Overmacht van do Waal-scho vast-gewortelde bureaucratie, waartegen zelfs wetten Terpletterd worden, en vèrblind-heid of nledeplic'litigheid van de z.g.n ,,Vlaamsche" regeering. Ik wensch terloops op te merken, dat deze geldquaestie bijna nooit wordt aangeroerd in het Vlaamsch programma ; ten onrechte. Wat de taalverhoudingen aangaat: volgens de laatste volkstelling (1910) wordt in de pro-vincie Antwerpen als gebrui'kstaal aangegevcn : Nederlandsch door 874,521 personen, l'ransch of/en Waalsch door 33,413 personen. In do provincie Luik (we nemen twee pro-vineies, die nagenoeg togen elkaar opwegen) : Nederlandsch door 29,217 personen, .Fransch of/en Waalsch door 807,781 personen. (In de overige Waalsclie provincies Henegouwen, Lu- | xemburg (deels Duitsch) en Namen wonen resp. 35,217, 534, 1462 gewoonlijk Nederlandsch 6pre- i kende Belgen). Dit om het sprookjo van liet ééntalige Waalscli-België, eu Jt tweetalige Vlaamsch-België met ,,eeuwcnoude recliten voor het Fransch", uit de wereld te helpen. In Ihet Waalsche Luik (met voorsteden) wonen 3563 Belgen, die enkel Nederlandsch (Vlaamsch), in het Vlaamsche Gent daarente-gen slechts 2915 Belgen die enkel Fransch spreken. Ik kies weer tweo nagenoeg oven groote steden, en onder de Vlaamsche steden de • meest verfranschte, Brussel, het eenige tweetalige punt in België, laat ik buiten beschou-wing.Frans De Cort. Frans Do Cort is een geboren Antwerpenaar. Den 27n Juni van het jaar 1834 zag hij voor de eerste maal de Vlaamsche zonne schijnen op den geliefden bodem dien hij als jonge îuan zou bezingen en verheerlijken. De Cort had een groot hart waarin plaats huisde voor velerlei edelo gevoelens en de geest die hem in zijn werk bezieldo was zoo veel-omvattend, zoo universeel, dat men met recht verklaren kan, dat hij zijne krachten met schitterend gevolg aan allerlei pjem-es van poëzij getoetst heeft. Daar waar hij zich ont-boezemt in tooneclen van huiselijk leven of liever nog van huiselijk geluk, is zijn harpe-klank betooverend lief; forsch en klankrijk in de uitingen van warme vaderlandsche gevoelens ; scherp en luimig waar hij zich over toe-standen of karakters in trippelcnde maten uit-stort. 1 Het bloed trekt hij de diehters ; ook zien we De Cort in 't huwclijk treden met de dochter van den vermaarden kinderzanger Dautzen-berg. Zeker is het dat do intredo in do familie Dautzenberg den dichtergloed die Frans be-zielde niet verzwakken deed, want korts daarna verschenen van hem verscheideno bun-dels liederen die zich aanposten bij een vroeger uitgegeven liederenreeks en reeds na enkl>le maanden voor de tweedo maal moesten gedrukt worden. Frans De Cort pende gedurende ettelijke jaren heerlijke verzen in het pedagogiseh tijd-schrift: ,,De Toekomst", waarvan hij in 1861 als hoofdredacteur werd aangesteld. Menige bloem werd in den -gaard van Vlaanderen op haren stengel geknakt, eer nog de rrucht de kroon had kunnen spannen boven 3enen weelderigen lentebloei. Zoo werd ons Dok Frans De Cort als een to vroeg wegge-maaido scheut reeds den 18n Januari van het laar 1878 onttrokken. Niet meer dan 44 lenten îadden den dichterboezem van den Antwerp-sclicn harpenaar mogen koesteren ! „De Oorlog In Zuid-Afrika". ^len kent het werk vau dr. W. van Everdin-;en : ..De Oorlog in Zuid-Afrika". Het le deel, n 1912 verschenen en in 1911 lierdrukt, )ehandelt het tijdvak October 1894— klaart 1900; liet 2e deel, in 1905 verschenen, let tijdvak Maart— Juli 19G0; een herdruk is er perse en zal in 1916 verschijnen. En nu is t. van Everdingen ook gereed met het derde eel, dat loopt tôt October 1900. Het is reeds 00 goed als afgedrukt. Naar wij vernemen, heeft de schrijver in dit erdo deel. belangrijke biizonderheden over do pisode van Prinsloo's verraad verwerkt. Hij ntleent die aan een handsclirift hem indertijd oegezonden door wijlen ds. Paul Roux, vec'ht-eneraal van do Vrijstaat, oorspronkelijk voor ijn kinderen bestemd. Daarna komt in nog twee deelen de eigenlijke rierilla' aan de heurt. Daaraan kan de senrij-er echter eorst over eenigen tijd beginnen : ijn gezondheid noch zijn drukke bezigheden îten hem toe eer aan to vangen. Dq sterkte van het Duitsche leger. De Lôndensche, ,,Daily Tel." behelst een p betrouwbare gegevens steunende l)erekening an de sterkte van het Duitsche leger en van ijn verliezen. Wij laten haar hier in haar geheel volgen. ,,Er kan geen twijfel aan bestaan, of velo ! an de berekeningen der Duitsche verliezen n reserves, die reeds gepubliceerd zijn, waren ;eheel onjuist, en daarom iflogen de volgende ijfers, die wij uit volstrekt gezaghebbende ron putten, zeker op belangstelling rekenen. Het blijkt thans dat op of omstreeks 31 Juli ,1. de vijandelijke legers als volgt verdeçld raron: We s t e 1 ij k f r o n"t. 1,800,000 Duitschers O os tel ij k front, * 1,400,000 Duitschers. 1,120,000 Oostenrijkers (waarschijnlijk), 3,520,000 ( Totaal op beide fronten 4,320,000. 1 Er stonden dus alleen aan Duitschers 1 ,200,000 man in de gevechtslinie. Bovendien i ertocft er nog een groot aantal Landwehr- en < andsturm-mannen en nog andere troepen in 1 e garnizoens, forten en op de verbindings- 1 nies, behalve de convalescenten en invalieden. i u hoeverre deze reserve-troepen bewajoend en j I wf rtUf "j"'/? n!et zekel'. het feit, da; i t°ta.1® aannt^ manschappen aan beide fron 1 lin Sj.elft? 3'200'000 bedraagt, zou er op wij voft'JÎ '+ omstreeks de maximum sterkte is sen u,tSel'ust «i de gevechtslinie to plaat Kort na het uitbreken van dea oorlo<r bc. gonnen de Duitschers de veriiezeu in hun eer-,e en reservetroepen aan te ■vullen dooi manschappen van landwecr en landstorm. ;,'I° "D,,ltsche troepen m de gevechtslinie zijr thans ,van zoogoed als dezelfde qualitcit, want terwijl de oorspronkelijke ccrsto linio ruim-schoots ls aangevuld uit do tweede en dèrde ' ' , ! zo° Estant er een tamelijk uitgehreide i ,°"ls v|n hnio met reservetroepen ■d tAVeede en derde limes. ,.„71 ei'ekcnd ls> dat in de eerste paar maanden m O? S , eerate '"«e-troepen on»e-veer 50 % van hun effeetief verloi'on en de ÏÏLT™ f %■ Dczon "'el'den gen door de recruten van 1914 ou a-an vroegere hefctmgen, z.g.-..opgespaarden". De gere°for. meerde troepen (thans do lickting 1915 bevat-tend) hebhen sindsdien nogmaals ongeveer 50»' van hun effeetief verloren, zoodaf e?^aar-solnjn yk slechts ongeveer 25 % van de. oor-spronkelyko eerste linie-troepen is overgeble. den' i 1" ^chtgeu-onden moeten wor- keerth Daa1' het frcnt ziJa terugge- Du.lt,s<:l10 verliezqn aan dooden, gewonden tet 30 ;rn4>. hedragen in totaal wtm ' a,s ''P'st verdeeld : 306,123 gesneureld ; Ibi82S aan z'ekte overleden; iretnnd l?rn,i^»krFs'gcvanScn of 200 zwaar gewond dat zij geen dieust meer kunnen doen. "P gewezen worden dat er Seltredl Sed°rt' b<?sin J,lni zeer hevig S';°ot gedeelte der verli* is in dit t t 1 période (van Juni en later) i» m dit totaal van 1.672.0C0 man niet inbe- meTdê total afgeioopen oorlogsjaar kan men de totale verliezen der Duitschers voor- rnend!.0!1'/0 2.000.000 man stellen. Aanne-mande dat van dit waarschijnlijk totale verbes van 2 milhoen man in de twaalf maanden ongeveer oOO.OOO man slechts licht gewond waren. en op het oogenblik der schatting afwezic-an .Je* front wegens verlof of verbUjf in de hcspitalen, maar die vroeg of laat terug zullen keeren, zoo kan men het totale notto-verhes over de twaalf maanden op 1.500.000 man stellen. Dat. cijfer is dan het aantal manschappen dat de Duitschers voor goed V"J S^Vv£n.va,3 dio 1-500.000 zijn er min-stens 400.000 a -450.000 gedood. Juiste opgaven van 'het aantal Duitsche irrijgsgevangenen m liandcn der geallieerden zijn met verkrijgbaar. Waarschijnlijk hadden de Duitschers bij Jiet begm van den oorlog ongeveer 8.000.000 man voor militairen dienst beschikbaar en bovendien zullen or nog zoo iets aïs 1 of 1.5 millioeu mannon yan den dieilstpliehtigcn leeftijd ziin Het is dus wel opmerkelijk,, dat er oj> het oogenblik daarvan .slechts ongeveer 3.200.00 man in de gevechtslinie staan, en de eenige aannemeujke reden daarvoor is, zooals reeds is opgenierkt, dat- de Duitschers voor het oogenblik met in staat zijn, meer dan dat aantal mannen van geweren, kleederen, uitrustino--stukken, kanonrien, munitie enz. to voorzien. Of zij later wel in staat zullen zijn om een grooter aantal uit te rusten, moet natuurlijk worden afgewaclit. AVellicht zullen zij het ver-mogen. Natuurlijk is een aanzienlijk ;iantal mannen van den dienstplicÈtigen leeftijd noodig voor het vervaardigen van wapens, munitie enz., en dezen moeten, met de 1.500.000 man verliezen, worden afgetrokken van de 8.000.000. die in Augustus 1914 beschikbaar waren. Ongeveer 500.000 jongelieden bereiken ieder jaar den dienstpliçhtigen leeftijd. Daarvan zal de licliting 1914 bij dio 8 nnllioen gerekend moeten worden. Zij heeft reeds kruit geroken en tôt de verliezen bijgedragen. Het was een groote lichting en feitelijk veel talrijker dan 500.000 man, daar aile manscyiappen er bij waren opgeroepen, die om verschillende redenen bij vroègere ichtingen waren achtergehouden. Waarschijnlijk teldo die uitzondoringslichtinw 750.000 man. De lichting van 1915, in December opgeroepen, heeft tôt dusverro blijkbaar slechts onbe-duidende verliezen geleden. Zij kan niet veel meer dan 350.00 man tellen, daar zij reeds in Augustus een groot aantal vrijwilligers had geleverd. De lichtingen 1916 en 1917, waarvan do eerste thans gedrild wordt (opgeroepen tegen einde Mei) kunnen samen niet meer dan 400.000 man tellen, daar wegens de prillo jeugd de lotelingen (16 en 17 jaar), slechts 'n zeker gedeelto bruikbaar voor Iden zwaren velddienst zal blijken. De vroegore pracht van Blalystok. Do stad Bialystok, waarover in do laatste srijgs ver r ichtingen in Polen zooveel sprake ivas, bezit een. oud kasteel, dat eens zeer be-•oernd was en in het hart der Polen do herin-îering hunner vroegero grootheid wekt. Dit kasteel heeft in den strijd der Polen te-;en de Russen op liiet einde der XVIIIo eemv -en gewiclitige roi gespeeld. Het was op dat -ijdstip het eigendom van den hoogsten Pool->clien waardigheidsbckléeder, den graaf van Sranicki, dio de schoonbroeder was van den aatsten wettigen koning, Stanislas Poniatow-iki. Graaf Branicki, die — een weinig vreemd •oor den eersten dignitaris van een groot land — den titel droeg van ,,intendent van Craco-rie", had te Bialystok gelukkige uren door-jebracht alvorens geketend naar Petersbnrg ;ebracht te worden, op bevel van Catliarina II, le keizerin van Ruslaud, van wie hij noch-,ans zijn macht ontvangen had. Hij stierf na ;en lange, pijnlijke gevangenschap. Men bezit >en zeer intéressante besclirijving van het ka-;teel van Bialstok ten tijde van Graaf van 3ranicki. Het schijnt dat men er in luister net Versailles kon wedijveren. Het theater vas er vooral opmerkenswaardig. Gedurende ict ceizoen verbleven er twee tooneeltroepen >p het kasteel, een Poolsclie en een Fransche, tlsook een zCer volledig balletcorps. Al do luister ligt thans verre achter ons... )e oranjerie, welke over geheel Europa békend /as, werd naar -Petrograd gebracht, do vergul-le meubelen werden verstrooid, de marmeren n porfieren kolommen weggenomen... en het iraclitige kasteel is een koude en sombere kost-chool ge worden. ^ Na 33 jaar teruggevonden. Een trouwring, welke 38 jaar geleden door len landbouwer G. v. W. te Nijmegen was erloren, kwam dezer dagen op merkwaardige l'jjze te voorschijn. Toen ni. een zoon van ;enoemden landbouwer, op het land arbei-iende, eenige boerenkcolplanten uittrok, zag lij aan een der wortels iets glinsteren. Het ileek, dat de wortel door den verloren ring ras gegroeid en dezen op die wijze sweer boven lo aarde had gebracht^:''

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes